Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening commissie Bezwaarschriften GLZ 2011

Geldend van 01-04-2011 t/m 31-12-2014

De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeenten Giessenlanden, Leerdam en Zederik;

ieder voor zover het hun eigen bevoegdheden betreft;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Leerdam, d.d. 25 januari 2011, nr. B7W/10 -02478

gelet op artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 84 van de Gemeentewet;

besluiten:

vast te stellen de volgende verordening

VERORDENING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN GLZ 2011

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • c.

    gastheergemeente: de gemeente waar het secretariaat van de commissie is gevestigd.

Artikel 2 Inleidende bepaling over de commissie

  • 1.

    Er is een externe adviescommissie (in de zin van artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht) ter voorbereiding van de beslissingen op bezwaar van de raad, het college en de burgemeester van de gemeenten Giessenlanden, Leerdam en Zederik.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd te adviseren over bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      een wettelijk voorschrift over belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      een wettelijk voorschrift over sociale zekerheid;

    • c.

      rechtspositionele aangelegenheden in de zin van de verordening ‘Bezwarencommissie Rechtspositionele Aangelegenheden Giessenlanden-Leerdam-Zederik’.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit drie gemeentelijke kamers.

  • 2.

    Een kamer bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 3.

    De voorzitter en de leden van de kamer worden door het college aan wie de kamer ten behoeve waarvan de kamer adviseert benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 4.

    De kamer regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4 Secretaris

1. De commissie wordt ondersteund door één secretariaat.

2. De secretarissen van de commissie zijn door het college van de gastheergemeente aangewezen ambtenaren.

Artikel 5 Zittingsduur van de voorzitter en leden

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de kamer treden af op de dag van het aftreden van de raad en kunnen daarna maximaal twee keer worden herbenoemd door het college.

  • 2.

    De voorzitter en de leden kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3.

    De aftredende voorzitter en aftredende leden van de kamer blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Op het ingediend bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend door de afdeling belast met postverwerking van de gemeente wiens orgaan het bestreden besluit heeft genomen.

  • 2.

    Het bezwaarschrift met de daarbij behorende envelop wordt dezelfde dag in handen van het secretariaat van de commissie gesteld.

Artikel 7 Uitoefening van bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Algemene wet bestuursrecht worden voor toepassing van deze verordening tijdens de behandeling door de commissie uitgeoefend door de secretaris:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid (machtiging verlangen);

  • b.

    artikel 2:3 (door- en terugzenden);

  • c.

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn (herstel verzuimen);

  • d.

    artikel 6:14 (ontvangstbevestiging);

  • e.

    artikel 6:15 (doorzenden);

  • f.

    artikel 6:17, voor zover de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie (toezenden stukken aan gemachtigde);

  • g.

    artikel 7:4, tweede lid (indiening en inzage van stukken);

  • h.

    artikel 7:6, vierde lid (afzonderlijk horen);

  • i.

    artikel 7:10, tweede, derde en vierde lid (opschorten, verdagen en verder uitstellen);

  • j.

    artikel 7:13, tweede lid (informeren over de commissie bezwaarschriften).

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1.

    De voorzitter van de kamer is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De voorzitter van de kamer kan uit eigen beweging of op verlangen van de kamer bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf een machtiging vereist van het college van de gemeente wiens bestuursorgaan het bestreden besluit heeft genomen.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van de kamer beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    Indien de voorzitter van de kamer op grond van het eerste lid besluit af te zien van horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

  • 3.

    De voorzitter van de kamer bepaalt de plaats, datum en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de kamer te laten horen. Daarbij hanteert hij het uitgangspunt dat de hoorzitting plaats vindt in de gemeente wiens orgaan de bestreden beschikking heeft genomen. In beginsel vindt eens in de drie weken een hoorzitting (met een maximum van vier zaken per avond) plaats.

Artikel 10 Uitnodiging voor de hoorzitting

  • 1.

    De secretaris nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de hoorzitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Binnen drie dagen na de verzending van de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de secretaris verzoeken de datum van de hoorzitting te wijzigen.

  • 3.

    De beslissing op dit verzoek wordt zo spoedig mogelijk maar uiterlijk één week voor het tijdstip van de hoorzitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4.

    De voorzitter van de kamer is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of in afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot het derde lid.

Artikel 11 Quorum

Voor het houden van een hoorzitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 12 Gebod van onpartijdigheid

Gelet op artikel 2:4 van de Algemene wet bestuursrecht nemen de voorzitter en de leden van de kamer niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding is. Het gebod op onpartijdigheid geldt tevens voor de secretaris.

Artikel 13 Openbaarheid van de hoorzitting

  • 1.

    De hoorzitting van de kamer is openbaar.

  • 2.

    De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de kamer of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3.

    Indien de kamer vervolgens beslist dat er privacy of andere gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de hoorzitting verzetten, vindt de hoorzitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 14 Verslaglegging

  • 1.

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2.

    Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaats vond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4.

    Het verslag verwijst naar de tijdens de hoorzitting overgelegde stukken, die aan het verslag worden gehecht.

  • 5.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter van de kamer en de secretaris.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter van de kamer uit eigen beweging of op verlangen van de andere leden van de kamer dit onderzoek houden.

  • 2.

    De uit nader onderzoek verkregen informatie wordt in kopie aan de leden van de kamer, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de kamer, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de kamer een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter van de kamer beslist op zo een verzoek.

  • 4.

    Op een nadere hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk overeenkomstig van toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1.

    De kamer beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren of via de digitale weg over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.

    a. De kamer beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter van de kamer.

  • 3.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beschikking op het bezwaarschrift.

  • 4.

    Het advies wordt door de voorzitter van de kamer en de secretaris ondertekent.

Artikel 17 Advies uitbrengen en verdagen en verder verlengen

  • 1.

    Het advies met daarbij het verslag en eventueel door de kamer ontvangen nadere informatie en nader verslag wordt, tijdig uitgebracht aan het verwerende orgaan.

  • 2.

    Indien in de periode voor het uitbrengen van het advies naar het oordeel van de secretaris de termijn van twaalf weken als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht, ontoereikend is voor het achtereenvolgens uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing op het bezwaarschrift, verdaagt hij de beslistermijn met maximaal zes weken (derde lid) of verlengt hij daarna de beslistermijn verder met instemming van bezwaarmaker en andere belanghebbenden (vierde lid). In de periode na het uitbrengen van het advies ligt deze bevoegdheid bij de vakafdeling.

  • 3.

    Van een mededeling over verdagen en verder uitstel ontvangt het verwerend orgaan een kopie.

Artikel 18 Intrekken van oude regeling

De Verordening commissie bezwaarschriften vastgesteld op 25 maart 2004 door de raad van Leerdam, de Verordening behandeling bezwaarschriften van de gemeente Zederik vastgesteld door de raad op 20 december 1993 en de Verordening commissie bezwaarschriften vastgesteld door de raad van Giessenlanden op 3 juli 2003 worden ingetrokken.

Artikel 19 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt na bekendmaking in werking op 1 april 2011

Artikel 20 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening commissie bezwaarschriften GLZ 2011.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van Giessenlanden d.d…………2011

de griffier, de voorzitter,

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Giessenlanden d.d………..….2011

de secretaris, de burgemeester,

Aldus vastgesteld door de burgemeester van Giessenlanden d.d ………………….2011

de burgemeester,

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van Leerdam d.d. 3 maart 2011

de griffier, de voorzitter,

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Leerdam, d.d. 25 januari 2011

de secretaris, de burgemeester

Aldus vastgesteld door de burgemeester van Leerdam d.d. 25 januari 2011

de burgemeester,

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van Zederik d.d……………..2011

de griffier, de voorzitter,

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Zederik d.d……………..2011

de secretaris, de burgemeester,

Aldus vastgesteld door de burgemeester van Zederik d.d……………….2011

de burgemeester