gedoogstrategie bestemmingsplan Buitengebied

Geldend van 10-10-2012 t/m heden

Intitulé

gedoogstrategie bestemmingsplan Buitengebied

Inleiding

Het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan Buitengebied is op 24 mei 2012 ter inzage gelegd. Het nieuwe bestemmingsplan komt meer overeen met de werkelijke situatie in het buitengebied. Deze ontwikkeling is van invloed op de handhaving en de strategie die gevolgd moet worden.

Het college is bevoegd om handhavend op te treden tegen overtredingen van het bestemmingsplan. Deze bevoegdheid is, blijkens vaste jurisprudentie, in beginsel een verplichting. Echter onder bijzondere omstandigheden kan er aanleiding zijn om van deze, vrije starre wijze van handelen, af te wijken. Van belang is dat indien wordt afgezien van handhavend optreden, dit gebeurt op vooraf vastgestelde wijze en onder duidelijke voorwaarden. Deze notitie beoogt een zodanig kader te geven.

Na inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan wordt meer toegestaan betreffende bouw- en gebruiksmogelijkheden. Dit heeft als direct gevolg dat veel huidige illegale situaties legaal zullen worden.

De gemeente verkeert nu in een overgangsfase tussen het oude en het nieuwe bestemmingsplan. Er zijn situaties waarbij activiteiten of bouwwerkzaamheden strijdig zijn met het vigerende bestemmingsplan, terwijl deze situaties in het nieuwe bestemmingsplan zijn toegestaan. Met andere woorden: er is soepelere regelgeving in voorbereiding. De gedoogstrategie die gevolgd moet worden staat beschreven in deze notitie.

Algemene gedoogstrategie

In het integraal handhavingsprogramma van de gemeente Lingewaard is het volgende opgenomen ten aanzien van gedogen.

Gedogen van overtredingen is slechts in uitzonderingssituaties toe te staan. Het toelaten dat rechtsregels worden overtreden, doet afbreuk aan de geloofwaardigheid en effectiviteit van het recht.

De gemeente Lingewaard wil gedogen zoveel mogelijk voorkomen, maar in enkele gevallen heeft de gemeente de mogelijkheid om van bestuursrechtelijke handhaving af te zien. Uitgangspunt is dat er sprake is van:

  • Ø

    situaties waarin de veiligheid niet in het geding komt;

  • Ø

    tevoren helder door het bestuur geformuleerde criteria, waaraan getoetst wordt alvorens tot gedogen wordt besloten;

  • Ø

    gedogen alleen voor een bepaalde tijd;

  • Ø

    geen stilzwijgend gedogen (passief), maar altijd schriftelijk bevestigd (actief);

  • Ø

    een streven om binnen het kader van een uitvoeringsprogramma op een overzienbare termijn die gedoogsituaties, die voortkomen uit prioriteitstelling vanwege gebrek aan middelen, te beëindigen.

Aan een gedoogbeschikking kunnen voorwaarden worden gekoppeld. Naleving van die voorwaarden kan echter niet worden afgedwongen met bestuursrechtelijke rechtsmiddelen. Wel kan het bestuur bij overtreding van de voorwaarden een reden zien om de gedoogbeschikking in te trekken en alsnog op de oorspronkelijke overtreding te handhaven. Een voorwaarde voor gedogen is altijd dat de veiligheid niet in het geding komt en dat de gemeenteraad een afschrift krijgt van de gedoogbeschikking. De gemeente conformeert zich aan het regionale gedoogbeleid.

In het kader van de milieuprofessionalisering is voor het beleidsveld milieu een landelijke gedoogstrategie ontwikkeld door het Landelijk Overleg Milieuhandhaving (LOM). In de landelijke strategie milieuhandhaving worden situaties onderscheiden waarin gedogen mogelijk wordt geacht:

  • 1.

    situaties waarbij sprake is van een bijzondere omstandigheid, zoals een overmacht situatie bij de overtreder of een overgangssituatie;

  • 2.

    situaties waarbij achteraf is gebleken dat het technisch onmogelijk is om de voorschriften na te leven;

  • 3.

    situaties waarin de overtreding moet voortduren om te kunnen onderzoeken welke maatregelen tot beëindiging kunnen worden ondernomen;

  • 4.

    situaties waarbij soepelere regelgeving in voorbereiding is;

  • 5.

    situaties waarbij de consequenties van de handhaving niet in een redelijke verhouding staan tot de belangen die met (onmiddellijke) handhaving zijn gediend;

  • 6.

    situaties waarbij het algemeen maatschappelijk belang evident beter is gediend met gedogen dan met handhaving.

De gedoogstrategie van het bestemmingsplan buitengebied conformeert zich aan de gedoogstrategie van het LOM aangezien hierbij sprake is van situaties waarbij soepelere regelgeving in voorbereiding is.

Gedoogstrategie bestemmingsplan buitengebied

Het is niet wenselijk om te handhaven op bouwwerken en gebruik die na inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan legaal zijn of gelegaliseerd kunnen worden.

Alle bouwwerken en gebruik, thans strijdig met het bestemmingsplan maar in overeenstemming met het nieuwe bestemmingsplan, zullen tijdelijk expliciet/actief gedoogd worden. Hierbij gaat het dan tevens om situaties waarbij verzocht wordt om handhavend optreden. Het is mogelijk een handhavingsverzoek af te wijzen door vast te stellen dat er ongeacht de omstandigheden onder bepaalde voorwaarden wordt gedoogd. Hierbij worden dan enkel gevallen bedoeld die zonder enige twijfel onder de regels van het nieuwe bestemmingsplan vallen. Gedogen is niet van toepassing op situaties waarbij een ontheffing vereist is, omdat daarvoor ook in het nieuwe bestemmingsplan nog een afweging moet plaatsvinden.

Concreet zijn de volgende randvoorwaarden te stellen om te kunnen gedogen:

  • -

    het gebruik en bouwwerkzaamheden zijn in het nieuwe bestemmingsplan zonder meer toegestaan;

  • -

    het gebruik of het bouwwerk past binnen de regels van het nieuwe bestemmingsplan;

  • -

    de gedoogbeschikkingen verliezen hun rechtskracht bij inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan;

  • -

    indien het uiteindelijk vastgestelde bestemmingsplan hiertoe aanleiding geeft, zal alsnog worden overgegaan tot handhavend optreden.

Alle gedoogsituaties die vallen onder de werking van deze randvoorwaarden zullen niet worden voorgelegd aan de raad. De gemeenteraad heeft immers ingestemd met deze beleidsregel. Door de raad in te laten stemmen met de gedoogstrategie wordt de betrokkenheid van de raad geborgd. De raad stemt hiermee in met een beleidsregel waardoor geen sprake meer is van ad hoc besluitvorming. Dit houdt tevens in dat bij een handhavingsverzoek niet eerst een advies aan de raad gevraagd wordt waardoor er binnen de, in de Awb gestelde termijn, een besluit op het verzoek genomen moet worden.