Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening Peutertoeslag gemeente Maasdriel

Geldend van 01-01-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening Peutertoeslag gemeente Maasdriel

De raad van de gemeente Maasdriel;

gelezen het voorstel van het college van 7 november 2017;

overwegende dat het wenselijk is om kwalitatief aanbod voor alle peuters in de gemeente Maasdriel toegankelijk te maken om zo de ontwikkeling van alle peuters te bevorderen;

overwegende dat het hiervoor noodzakelijk is om regels te stellen omtrent de tegemoetkoming in de kosten van het peuteraanbod;

-gelet op artikel 147, eerste lid, en artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 4.21 en volgende van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

B E S L U I T

vast te stellen de ’Verordening Peutertoeslag gemeente Maasdriel’.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    aanbieders: peuteropvanglocaties en kinderdagverblijven die zijn geregistreerd in het LRK;

  • -

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel;

  • -

    doelgroeppeuters: peuters woonachtig in de gemeente Maasdriel in de leeftijd van 2 jaar tot het moment waarop zij uitstromen naar de basisschool, met een risico op (taal- en/of ontwikkelings-)achterstand die in aanmerking komen voor VVE op grond van door het college vastgestelde criteria en als zodanig door het consultatiebureau zijn geïndiceerd;

  • -

    inkomensverklaring: de Verklaring Geregistreerd Inkomen (VGI) (voorheen IB60-verklaring genoemd). Dit is een officiële verklaring van de Belastingdienst met inkomensgegevens over een bepaald belastingjaar;

  • -

    kinderopvangtoeslag: de tegemoetkoming van het Rijk, uitgekeerd via de Belastingdienst aan ouders, bedoeld als bijdrage in de kosten voor in het LRK geregistreerde kinderopvang. In het Besluit kinderopvangtoeslag wordt (jaarlijks) bepaald onder welke voorwaarden ouders aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag en hoe hoog de kinderopvangtoeslag is;

  • -

    kinderopvangtoeslagtabel: bijlage bij het Besluit kinderopvangtoeslag.

  • -

    Landelijk Register Kinderopvang (LRK); het register waarin kinderopvangvoorzieningen zijn opgenomen die voldoen aan de wettelijke eisen;

  • -

    maximumuurtarief: dit is de maximum uurprijs voor de dagopvang zoals opgenomen in artikel 4 lid 1 sub a Besluit kinderopvangtoeslag voor het betreffende jaar;

  • -

    ouders: de bloed- of aanverwant in opgaande lijn of de pleegouder van een kind op wie de kinderopvang betrekking heeft, met dien verstande dat bij de beoordeling of sprake is van pleegouderschap een vergoeding op grond van de Jeugdwet buiten beschouwing blijft;

  • -

    peuter: een in de gemeente Maasdriel ingeschreven kind van 2 tot 4 jaar;

  • -

    peuteraanbod: het aanbod voor peuters van 2 tot 4 jaar aangeboden door in het LRK geregistreerde aanbieders met VVE-registratie;

  • -

    regulier peuteraanbod: het regulier aanbod omvat 7 uur per week gedurende maximaal 40 weken per kalenderjaar;

  • -

    peutertoeslag: de toeslag die de gemeente beschikbaar stelt voor peuteraanbod;

  • -

    VVE: Voor- en Vroegschoolse Educatie; hier opgevat als Voorschoolse Educatie voor kinderen vanaf 2 jaar tot het moment waarop zij naar de basisschool uitstromen, waarin aan de hand van een VVE-programma op gestructureerde en samenhangende wijze activiteiten worden aangeboden om de ontwikkeling van kinderen op het gebied van rekenen, taal, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling te stimuleren;

  • -

    VVE-programma: een erkend voorschools programma waarin op een gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling van kinderen wordt gestimuleerd op het gebied van rekenen, taal, motoriek, en sociaal- emotionele ontwikkeling voor zover dit programma is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugd Instituut.

  • -

    VVE-registratie: een registratie in het LRK waaruit blijkt dat de houder voldoet aan de wettelijke kwaliteitseisen voor het aanbieden van VVE.

Artikel 2 Voorwaarden voor de peutertoeslag

Ouders van een peuter komen in aanmerking voor de peutertoeslag ter bekostiging van peuteraanbod als:

  • 1.

    een peuter in de gemeente Maasdriel staat ingeschreven;

  • 2.

    een peuter tussen de twee en vier jaar oud is;

  • 3.

    een overeenkomst is gesloten met een aanbieder die:

    • a.

      in het LRK geregistreerd is met een VVE-registratie, en

    • b.

      werkt volgens gemeentelijke afspraken VVE;

      Let op: voor deze voorwaarde geldt een overgangstermijn tot 1-1-2019. In het overgangsjaar 2018 hebben organisaties de inspanningsverplichting om zich voor te bereiden op deze voorwaarde.

  • 4.

    er geen recht is op kinderopvangtoeslag of een andere financiële regeling voor gebruik van kinderopvang/peuteraanbod;

  • 5.

    de meest recente inkomensverklaring is overlegd;

  • 6.

    zelfstandige ondernemers die in aanmerking willen komen voor peutertoeslag kunnen in plaats van een inkomensverklaring de meest recente aanslag inkomensbelasting van het betreffende belastingjaar overleggen. Dat kan een voorlopige of definitieve aanslag zijn.

Artikel 3 Weigeringsgronden peutertoeslag

De aanvraag voor een peutertoeslag kan op grond van deze regeling worden geweigerd indien:

  • a.

    er niet aan de voorwaarden voor peutertoeslag, zoals omschreven in artikel 2, wordt voldaan;

  • b.

    de aanvraag niet compleet is ingediend.

Artikel 4 Doelgroep peutertoeslag

De gemeentetoeslag op grond van deze regeling wordt uitsluitend verstrekt aan ouders van peuters die gebruik maken van peuteropvang en:

  • a.

    doelgroeppeuter zijn;

  • b.

    geen doelgroeppeuter zijn en waarvan de ouder(s) aantoonbaar geen recht hebben op kinderopvangtoeslag op grond van afdeling 2 paragraaf 1 en 2 van de Wet Kinderopvang.

Artikel 5 Procedurebepalingen voor de verstrekking van de peutertoeslag voor peuteraanbod

  • 1. Een aanvraag peutertoeslag wordt ingediend via de aanvraagprocedure op www.maasdriel.nl. Een aanvraag voor peutertoeslag kan gedurende het hele jaar worden ingediend.

  • 2. Het college kan bepalen dat de aanvraag peutertoeslag geschiedt met behulp van een door het college vastgesteld formulier.

  • 3. De peutertoeslag wordt uiterlijk 4 weken voor de start van het peuteraanbod aangevraagd.

    • a.

      In bijzondere gevallen is het echter ook mogelijk om binnen één maand na de start met terugwerkende kracht een peutertoeslag aan te vragen.

  • 4. Het college besluit over de aanvraag uiterlijk binnen 8 weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 5. Het college stelt op basis van de inkomensverklaring een beschikking op voor de maximale periode totdat de peuter 4 jaar wordt (maximaal 2 jaar). De ouders worden door middel van een beschikking op de hoogte gesteld van de hoogte van de peutertoeslag.

  • 6. Op basis van de beschikking in de zin van artikel 5, lid 4 verleent het college peutertoeslag en betaalt deze maandelijks als voorschot aan de ouders uit.

  • 7. Voor ouders die in een schuldsaneringstraject zitten, geldt dat de peutertoeslag rechtstreeks aan de aanbieder wordt uitbetaald.

  • 8. Indien ondernemers niet de meest recente aanslag inkomensbelasting kunnen overleggen, moeten zij aantonen startend ondernemer te zijn door middel van een bewijs van de Kamer van Koophandel, waarbij ze in de laagste categorie ingeschaald kunnen worden. Indien geen sprake is van een startende onderneming kunnen ze ingeschaald worden in de middelste inkomenscategorie, waarbij het recht op herziening is voorbehouden.

  • 9. De peutertoeslag wordt stopgezet op de dag dat de peuter 4 jaar wordt of als een tussentijdse wijziging, zoals omschreven in artikel 6, daartoe aanleiding geeft. Indien de peuter na de vierde verjaardag niet direct terecht kan op de volgende school, kan een uitzondering worden gemaakt op het stopzetten van de peutertoeslag. Hiertoe beslist het college. Indien besloten wordt een uitzondering te maken, zal de peutertoeslag tot maximaal 6 weken na het vierde jaar toegekend worden.

  • 10. Indien een aanbieder aangeeft dat een ouder die peutertoeslag ontvangt voor de derde keer op rij of drie keer binnen een half jaar de aanbieder niet betaalt, dan wordt de peutertoeslag aan de ouder stopgezet.

  • 11. In daartoe aanleiding gevende situaties kan het toeslagbedrag rechtstreeks aan de aanbieder worden overgemaakt.

  • 12. In alle gevallen waarbij de toeslag rechtstreeks aan de aanbieder moet worden uitbetaald, meldt de aanbieder dit bij de gemeente en overlegt de overeenkomst met informatie betreffende:

    • a.

      De startdatum van het peuteraanbod

    • b.

      Het aantal uren peuteraanbod

    • c.

      Het uurtarief

    • d.

      De aard van het aanbod (VVE of regulier)

    Het college stelt op basis van de inkomensverklaring de hoogte van de peutertoeslag vast en betaalt het bedrag uit aan de aanbieder. De aanbieder int de ouderbijdrage bij de ouder(s).

Artikel 6 Tussentijdse wijzigingen peutertoeslag

  • 1. Drie maanden na aanvraag van het recht op kinderopvangtoeslag vervalt het recht op de peutertoeslag. Recht op kinderopvangtoeslag moet tijdig worden doorgegeven aan de gemeente via mutaties peutertoeslag www.maasdriel.nl. Indien blijkt dat de wijziging niet is doorgegeven, kan de uitbetaalde peutertoeslag geheel worden teruggevorderd.

  • 2. Wanneer de verhoging of verlaging van inkomen zodanig is dat men in een andere inkomenscategorie van de kinderopvangtoeslagtabel terecht komt, moet dit via mutaties peutertoeslag via www.maasdriel.nl worden doorgegeven. Er volgt dan een herziene beschikking. Deze aanvraag tot herziening moet binnen 8 weken na het voordoen van de tussentijdse wijziging worden ingediend.

  • 3. In het geval dat de inkomensverklaring nog niet beschikbaar is, kan een aanvraag tot herziening worden aangevraagd op basis van de meest recente loonstrook.

  • 4. Wijzigingen in het inkomen die geen gevolgen hebben voor de hoogte van de peutertoeslag hoeven niet doorgegeven te worden.

Artikel 7 Berekening van de peutertoeslag

  • 1. De berekening van de peutertoeslag vindt plaats op basis van de volledige aanvraag zoals omschreven in artikel 5 lid 1.

  • 2. De peutertoeslag wordt voor maximaal 7 uren peuteraanbod per week met een maximum van 40 weken per kalenderjaar verleend.

  • 3. De berekening van de peutertoeslag vindt plaatst op basis van de kinderopvangtoeslagtabel en het maximumuurtarief van de kinderopvangtoeslag.

  • 4. De hoogte van de peutertoeslag per maand wordt bepaald door:

    • a.

      Het in overeenkomst tussen ouder en aanbieder overeengekomen aantal uren peuteraanbod per week (maximaal 7 uur) te vermenigvuldigen met 40 weken per jaar. Dit aantal uur delen door 12 maanden. Dit is het rekenkundig aantal uur aanbod voor een peuter per maand.

    • b.

      Het rekenkundig aantal uur aanbod voor een peuter per maand vermenigvuldigen met de in de overeenkomst tussen ouder en aanbieder opgenomen uurprijs van de peuteropvang. Indien deze uurprijs boven het maximumuurtarief van de kinderopvangtoeslag ligt, wordt het rekenkundig aantal uur aanbod vermenigvuldigd met het maximumuurtarief van de kinderopvangtoeslag. Dit zijn de kosten voor aanbod voor een peuter per maand

    • c.

      Het toeslagpercentage opzoeken in de kinderopvangtoeslagtabel op basis van het (gezamenlijk) toetsingsinkomen.

    • d.

      De kosten voor aanbod voor peuters per maand vermenigvuldigen met het toeslagpercentage. Dit is het toeslagbedrag per maand.

  • 5. Er wordt gekozen voor betaling van het toeslagbedrag per maand omdat de facturering van de aanbieders ook maandelijks plaatsvindt.

  • 6. De uitbetaling van de gemeentetoeslag vindt plaats voorafgaand aan de maand waarvoor de toeslag wordt uitgekeerd.

Bijzondere bepalingen voor doelgroeppeuters

Artikel 8 Voorwaarden voor kosteloze uren Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)

  • 1. Een doelgroeppeuter komt in aanmerking voor kosteloze uren VVE als:

    • a.

      de doelgroeppeuter over een VVE-indicatie van het consultatiebureau beschikt;

    • b.

      de doelgroeppeuter tussen de twee en vier jaar oud is;

    • c.

      de doelgroeppeuter staat ingeschreven in de gemeente Maasdriel;

    • d.

      de doelgroeppeuter het wettelijke minimum aantal uren VVE-aanbod bezoekt verdeeld over tenminste 2 dagen per week (dit is in 2018 minimaal 10 uur per week);

    • e.

      de ouders van de doelgroeppeuter een overeenkomst hebben met een aanbieder die

      • i.

        in het LRK geregistreerd is met een VVE-registratie, en

      • ii.

        werkt volgens gemeentelijke afspraken VVE.

  • 2. Ouders van doelgroeppeuters die recht hebben op kinderopvangtoeslag hebben onverminderd de voorwaarde als omschreven in artikel 2 lid 3 recht op aanvullende kosteloze uren VVE per week (maximaal 40 weken per kalenderjaar), mits zij over deze uren geen kinderopvangtoeslag aanvragen.

  • 3. Door het college wordt per jaar het aantal kosteloze uren VVE vastgelegd.

Artikel 9 Financiering kosteloze uren VVE aan aanbieders

  • 1. Aanbieders die peuteraanbod voor VVE aanbieden komen in aanmerking voor gemeentelijke VVE-financiering.

  • 2. Het college stelt bij nadere regels vast op welke wijze VVE wordt gefinancierd.

Slotbepalingen

Artikel 10 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leiden.

Artikel 11 Slotbepalingen

  • 1. Deze verordening treedt, na bekendmaking, in werking per 1-1-2018.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Peutertoeslag gemeente Maasdriel

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Maasdriel in zijn vergadering van 14 december 2017

De raad voornoemd,

De raadsgriffier

mw. drs. H.P. van Ommeren

de voorzitter

H. van Kooten