Regeling vervallen per 01-01-2023

Verordening op de heffing en invordering van leges Meierijstad 2019

Geldend van 01-01-2019 t/m 10-11-2019

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges Meierijstad 2019

De raad van de gemeente Meierijstad;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2018

gelet op artikel 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 2, tweede lid en artikel 7 van de Paspoortwet;

besluit:

vast te stellen de volgende:

Verordening op de heffing en invordering van leges Meierijstad 2018

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag vaneen Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtige is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft, bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • c.

    het in behandeling nemen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • d.

    het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het houden van een collecte;

  • e.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

  • f.

    Leges worden niet geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in:

  • *

    titel 2 (dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning) uitsluitend en voor zover het gaat om bouwwerken niet zijnde gebouwen, en;

  • *

    titel 3 (dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn) hoofdstuk 3 (evenementen en markten) van de bij de Legesverordening Meierijstad 2019 behorende legestarieventabel,

  • uitsluitend en voor zover deze aanvraag een vergunning betreft voor een instelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard, waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers en die voldoet aan door het college van burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden, zoals vastgelegd in de Beleidsregels toepassing vrijstelling legesheffing voor non profit instellingen Meierijstad 2019. Deze beleidsregels moeten hier als volledig ingelast worden beschouwd.

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel (per 1 oktober 2019). Deze tarieventabel moet hier als volledig ingelast worden beschouwd.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke of elektronische kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk of elektronisch wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend. Dit met uitzondering van leges verschuldigd bij aanvragen voor invalideparkeerkaarten en invalideparkeerplaatsen als bedoeld in artikel 1.18.1, 1,18,2 en 1.18.3 van de legestarieventabel.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die inwerking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.8 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.4 (papieren verstrekking uit de basisregistratiepersonen);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12. Overgangsrecht

  • 1.

    De Legesverordening 2018 van de gemeente Meierijstad van 31 mei 2018 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing.

  • 2.

    De in het voorgaande lid vermelde verordening blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de datum van intrekking hebben voorgedaan.

  • 3.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de 8e dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 14. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Meierijstad 2019.

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 19 december 2018

De griffier,

A.F.J. Franken,

De burgemeester,

ir. C.H.C. van Rooij

Bijlage 1 Legestarieventabel per 1 januari 2019

Behorend bij het besluit van 19 december 2018 van de gemeenteraad van Meierijstad en aangepast met de tweede wijziging van de Legesverordening bij besluit van de gemeenteraad van Meierijstad van 19 september 2019. Deze tweede wijziging is met ingang van 1 oktober 2019 in werking getreden.

Legesverordening Meierijstad 2019

Titel 1

Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1

Burgerlijke stand

2018

2019

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een partnerschap in een huwelijk, m.u.v. de kosteloze voltrekkingen zoals opgenomen in het reglement burgerlijke stand, op

1.1.1.1

maandag t/m donderdag van 10.00 tot en met 16.00 uur in een spreekkamer zoals opgenomen in het reglement burgerlijke stand

€ 200,00

€ 220,00

1.1.1.2

maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot en met 17.00 uur in een aangewezen locatie

€ 400,00

€ 450,00

1.1.1.3

maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot en met 17.00 uur in een extern aangewezen locatie

€ 600,00

€ 550,00

1.1.1.4

maandag tot en met vrijdag tussen 17.00 en 21.00 uur, zaterdag ongeacht de locatie

€ 800,00

€ 650,00

1.1.1.5

Zondag en aan een algemeen erkende feestdag gelijkgestelde dag als bedoeld in artikel 3 van de algemene termijnenwet, ongeacht de locatie

€ 1.050,00

€ 850,00

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 600,00

€ 600,00

1.1.3

Verhoging tarief per kwartier indien voltrekking langer duurt dan 45 minuten

€ 75,00

€ 75,00

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouw- of partnerschapsboekje

€ 30,00

€ 30,00

1.1.5

Verhoging tarief voor benoeming van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

€ 150,00

€ 150,00

1.1.6

Het tarief bedraagt voor gebruikmaking van de diensten van een tolk of de tolkentelefoon: de werkelijke kosten met een maximum van

€ 260,00

€ 260,00

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier, met een minimumtarief van één kwartier

€ 21,00

€ 21,00

1.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

1.1.9

Op verzoek van direct betrokkenen kan een gedeeltelijke teruggaaf van de geheven leges voor het voorgenomen huwelijk of geregistreerd partnerschap worden verleend. De restitutie bedraagt:

1.1.9.1

bij annulering ten minste 15 dagen voor de datum van het huwelijk of geregistreerd partnerschap:

75%

75%

1.1.9.2

bij latere annulering

50%

50%

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

2018

2019

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 52,00

€ 53,10

Per 1 maart 2019

€ 53,90

1.2.1.2

tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen ongeacht de leeftijd van de aanvrager

€ 52,00

€ 53,10

Per 1 maart 2019

€ 53,90

1.2.1.3

tot het verstrekken van een nationaal paspoort vanaf 18 jaar of ouder

€ 65,30

€ 66,70

Per 1 maart 2019

€ 71,30

1.2.1.4

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 52,00

€ 53,10

Per 1 maart 2019

€ 53,90

1.2.1.5

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) vanaf 18 jaar of ouder

€ 65,30

€ 66,70

Per 1 maart 2019

€ 71,30

1.2.1.6

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort), die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 52,00

€ 53,10

Per 1 maart 2019

€ 53,90

1.2.1.7

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) vanaf 18 jaar en ouder

€ 65,30

€ 66,70

Per 1 maart 2019

€ 71,30

1.2.2

het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een (vervangende) Nederlandse Identiteitskaart (NIK) als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereik

€ 29,00

€ 29,60

Per 1 maart 2019

€ 29,90

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 51,00

€ 52,20

Per 1 maart 2019

€ 56,80

1.2.3

de tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 t/m 1.2.1.7, alsmede in 1.2.2.1 en 1.2.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 47,50

€ 48,60

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

2018

2019

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

€ 39,50

€ 39,50

Per 1 maart 2019

€ 39,70

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met:

€ 34,00

€ 34,00

Per 1 maart 2019

€ 34,10

1.3.3

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt verhoogd indien extra werkzaamheden moeten worden verricht in verband met de vermissing van het eerder verstrekte rijbewijs:

€ 28,00

€ 28,00

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de Basis Registratie Personen

2018

2019

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de Basis Registratie Personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

€ 7,00

€ 7,00

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de Basis Registratie Personen, voor ieder daaraan besteed kwartier:

€ 21,00

€ 21,00

Hoofdstuk 5

Verstrekkingen uit het Kiezersregister

2018

2019

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 7,00

€ 7,00

Hoofdstuk 6

Verstrekkingen op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)

2018

2019

1.6.1

gereserveerd

nihil

Hoofdstuk 7 (gereserveerd)

Hoofdstuk 8

Vastgoedinformatie

2018

2019

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: tot het verstrekken van een uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen bij verstrekking via post, balie, etc.

€ 16,00

€ 16,00

1.8.2

Voor enkel inzage in het beperkingenregister Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken en/of beperkingenregistratie Wkpb

nihil

nihil

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kadastraal of hypothecair bericht/ per geraadpleegd object of subject, inclusief gewaarmerkte afdruk op A4-formaat bij verstrekking via post, balie, etc.

€ 16,00

€ 16,00

1.8.4

Het tarief bedraagt voor een uittreksel kadastrale kaart per geraadpleegd object, inclusief gewaarmerkte afdruk op A4-formaat bij verstrekking via post, balie, etc.

€ 16,00

€ 16,00

Hoofdstuk 9

Overige publiekszaken

2018

2019

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,00

€ 41,00

1.9.2

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening/ waarmerken

€ 7,00

€ 7,00

1.9.3

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap, niet bestemd voor reispapier

€ 7,00

€ 7,00

1.9.4

tot het verkrijgen van een voor elke niet in dit hoofdstuk genoemde verklaring omtrent een bepaald persoon

€ 7,00

€ 7,00

1.9.5

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een verzoek tot optie en/of naturalisatie zoals bedoelt in artikel 6 en/of artikel 7 en 8 van de Rijkswet op het Nederlanderschap, is gelijk aan het tarief dat is bepaald in het Besluit optie en naturalisatiegelden 2002 (Besluit 17 juni 2002, Stb. 2000, 618).

Hoofdstuk 10 (gereserveerd)

Hoofdstuk 11 (gereserveerd)

Hoofdstuk 12

Leegstandwet

2018

2019

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, lid 1 van de Leegstandswet.

€ 156,00

€ 156,00

1.12.2

Het tarief tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, lid 5 van de Leegstandswet.

€ 78,00

€ 78,00

Hoofdstuk 13 (gereserveerd)

Hoofdstuk 14 (gereserveerd)

Hoofdstuk 15

Winkeltijdenwet

2018

2019

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 67,00

€ 67,00

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 67,00

€ 67,00

Hoofdstuk 16

Kansspelen

2018

2019

1.16

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen, is gelijk aan het maximumbedrag dat in artikel 3 van het Speelautomatenbesluit (SB) voor de betreffende situatie is vastgesteld.

Hoofdstuk 17

Telecommunicatie en AVOI

2018

Per 1 oktober 2019

1.17.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, dan wel voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur (AVOI):

1.17.1

bij graafwerkzaamheden;

1.17.1.1

over een tracélengte tot 25 meter:

€ 95,00

€ 92,00

1.17.1.2

over een tracélengte van meer dan 25 meter tot 100 meter:

€ 395,00

€ 414,50

1.17.1.3

over een tracélengte van meer dan 100 meter tot 2.500 meter:

€ 0

€ 414,50

1.17.1.4

Bij een tracélengte van 100 meter tot 2.500 meter wordt het legesbedrag als genoemd in onderdeel 1.17.1.3 verhoogd met een toeslag per strekkende meter boven de 100 meter:

€ 1,00

€ 1,00

1.17.1.5

Bij een tracélengte van meer dan 2.500 meter wordt vooraf een begroting opgesteld van de kosten voor de te voeren procedure. Verrekening vindt plaats op basis van nacalculatie.

1.17.2

Onverminderd het hiervoor bepaalde, wordt, indien in een tracé als bedoeld in 1.17.1 één of meerdere handholes aanwezig zijn, de bedragen als bedoeld in 1.17.1 verhoogd met een tarief per handhole van:

€ 180,00

€ 140,00

1.17.3

Onverminderd het hiervoor bepaalde, wordt voor het voeren van aanvullend overleg, het bedrag bepaald op basis van onderdeel 1.17.1, verhoogd met:

€ 88,00

€ 85,00

1.17.3.1

indien over een instemmingsbesluit/vergunning coördinatie-overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanvrager:

€ 88,00

€ 85,00

1.17.3.2

indien de aanvrager verzoekt om een inhoudelijke afstemming (overleg) over de beoordeling van de aanvraag:

€ 88,00

€ 85,00

1.17.4

De begroting als bedoeld in 1.17.1.5 wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding c.q. aanvraag, schriftelijk medegedeeld aan de aanvrager of melder. Indien een begroting als bedoeld in de vorige volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder c.q. aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de melding c.q. aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Hoofdstuk 18

Verkeer en vervoer

2018

2019

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

1.18.1.1

in geval een medisch advies moet worden ingewonnen

€ 154,00

€ 154,00

1.18.1.2

in andere gevallen

€ 57,00

€ 57,00

1.18.2

voor de aanleg van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 177,00

€ 177,00

1.18.3

voor het wijzigen van de kentekenplaat bij een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 36,00

€ 36,00

Parkeerontheffingen, parkeervergunning, ontheffing verkeersmaatregelen

1.18.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.18.4.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen voor particulieren

€ 90,00

€ 90,00

1.18.4.1.1

een ontheffing als bedoeld in 1.18.4.1 inclusief een boekje met 10 bezoekersontheffingen bedraagt

€ 100,00

€ 100,00

1.18.4.1.2

een boekje met 10 bezoekersontheffingen voor particulieren bedraagt

€ 22,00

€ 22,00

1.18.4.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen voor bedrijven

€ 105,00

€ 105,00

1.18.4.2.1

een ontheffing als bedoeld in 1.18.4.2 inclusief een boekje met 10 ontheffingen bedraagt

€ 115,00

€ 115,00

1.18.4.2.2

een boekje met 10 bezoekersontheffingen voor bedrijven en instellingen bedraagt

€ 36,00

€ 36,00

1.18.4.3

een extra ontheffing als bedoeld in onderdeel 1.18.4.1.of 1.18.4.2 bedraagt

€ 46,00

€ 46,00

1.18.5

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vervangen of verlengen van een reeds eerder verleende ontheffing bedraagt

€ 46,00

€ 46,00

1.18.6

Teruggaaf

1.18.6.1

Indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.18.4.1 of 1.18.4.2 afwijzend wordt beschikt, of de aanvraag tijdens de behandeling wordt ingetrokken, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 46,00

€ 46,00

1.18.6.2

Indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.18.4.1.1 of 1.18.4.2.1 afwijzend wordt beschikt, of de aanvraag tijdens de behandeling wordt ingetrokken, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 54,00

€ 54,00

1.18.6.3

indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.18.4.1.2 of 1.18.4.2.2 afwijzend wordt beschikt, of de aanvraag tijdens de behandeling wordt ingetrokken, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 15,00

€ 15,00

1.18.7

Ontheffingen verkeersmaatregel afsluiting

1.18.7.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.18.7.1.1

een ontheffing van een verkeersmaatregel met betrekking tot een afsluiting, ten behoeve van particulieren bedraagt:

€ 90,00

€ 90,00

1.18.7.1.2

een ontheffing van een verkeersmaatregel met betrekking tot een afsluiting, ten behoeve van bedrijven en instellingen bedraagt:

€ 105,00

€ 105,00

1.18.7.1.3

een extra ontheffing als bedoeld in onderdeel 1.18.7.1.1 en 1.18.7.1.2 bedraagt

€ 46,00

€ 46,00

1.18.7.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vervangen of verlengen van een reeds eerder verleende ontheffing bedraagt

€ 46,00

€ 46,00

1.18.7.3

Teruggaaf

Indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.18.7.1 of 1.18.7.2 afwijzend wordt beschikt, of de aanvraag tijdens de behandeling wordt ingetrokken, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 45,00

€ 45,00

1.18.8

Ontheffing verkeersmaatregel bij werkzaamheden

1.18.8.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een ontheffing van een verkeersmaatregel tijdens werkzaamheden bedraagt::

€ 150,00

€ 150,00

1.18.8.2

Teruggaaf

Indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.18.8.1 afwijzend wordt beschikt, of de aanvraag tijdens de behandeling wordt ingetrokken, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 25,00

€ 25,00

1.18.9

Parkeervergunningen

1.18.9.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het :

1.18.9.1.1

verstrekken vaneen parkeervergunning op basis van het geldende parkeerbeleid bedraagt

€ 105,00

€ 105,00

1.18.9.1.2

het vervangen of verlengen van een reeds eerder verleende parkeervergunning bedraagt

€ 45,00

€ 45,00

1.18.9.2

Teruggaaf

Indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.18.9.1 afwijzend wordt beschikt, of de aanvraag tijdens de behandeling wordt ingetrokken, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 45,00

€ 45,00

Hoofdstuk19

Diversen

2018

2019

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1.1

tot het verkrijgen van een vergunning voor het doen opgraven en doen overplaatsen van een lijk

€ 68,00

€ 68,00

1.19.1.2

tot het verkrijgen van een vergunning c.q. ontheffing tot het doen maken van muziek of het in werking hebben van een geluidsapparaat, indien het een incidentele aangelegenheid betreft per dag

€ 68,00

€ 68,00

1.19.2

Standplaatsen

1.19.2.1

Het tarief bedraagt voor verstrekking van een vergunning voor het innemen van een standplaats als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 65,00

€ 65,00

1.19.2.2

Het tarief bedraagt verlenging van een vergunning als bedoeld in onderdeel 1.19.2.1

€ 30,00

€ 30,00

1.19.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, (gewaarmerkte) afschriften, fotokopieën of gescande documenten van stukken, kaarten en tekeningen, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

1.19.3.1

A4-formaat of kleiner

€ 0,50

€ 0,50

1.19.3.2

A3-formaat

€ 1,50

€ 1,50

1.19.3.3

A2-formaat

€ 2,50

€ 2,50

1.19.3.4

A1-formaat

€ 5,00

€ 5,00

1.19.3.5

A0-formaat

€ 5,00

€ 5,00

1.19.4

De tarieven vermeld onder 1.19.3 worden verhoogd met 50% bij afdrukken in kleur

1.19.5

De tarieven vermeld onder 1.19.3 worden bij verstrekking van de gevraagde stukken in de vorm van data op een cd-rom verhoogd met

1.19.6

Het verstrekken van bodemgegevens uit het bodeminformatiesysteem in de vorm van data op een cd-rom

€ 28,00

€ 28,00

Hoofdstuk 20

In deze tabel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

2018

2019

1.20

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze tabel niet benoemde vergunning, ontheffing, vrijstelling of andere beschikking:

€ 70,00

€ 70,00

Titel 2

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1

Begripsomschrijvingen

2.1.

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.

Bouwkosten:

1.De kosten berekend aan de hand van de “Tabel bouwkosten 2019' dan wel aan de hand van 'Tabel bouwkosten woningen 2019' zoals opgenomen bij deze Tarieventabel (normbouwkosten). Voor de bepaling van de bouwkosten wordt geen rekening gehouden met de aanwending van gebruikte materialen of zelfwerkzaamheid.

2.Uitsluitend voor zover de in de aanvraag begrepen werkzaamheden redelijkerwijs niet kunnen worden geacht te zijn opgenomen in de “Tabel bouwkosten 2019' dan wel in de 'Tabel bouwkosten woningen 2019', wordt onder bouwkosten mede verstaan:

a.de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk (aannemingsovereenkomst). Bij eventueel in de aannemingssom begrepen stelposten vindt, na aanlevering van de definitieve begrotingen uiterlijk een maand na gereedmelding van de werkzaamheden, verrekening plaats.

b.Bij het ontbreken van een aannemingssom of voor zover de aannemingsovereenkomst onvolledig is, zijn de bouwkosten gelijk aan de door de aanvrager te overleggen, door een deskundige opgemaakte raming van de bouwkosten, bedoeld in het normblad NEN 2699, uitgave 2013, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd, inclusief omzetbelasting.

c.Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt of indien gebruikte materialen worden aangewend, wordt onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het - met uitsluitend niet-gebruikte materialen – tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

2.1.2

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.3.

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.4

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2018

2019

2.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek:

2.2.1.1

tot het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project, voldoet aan het bestemmingsplan en redelijke eisen van welstand: van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

10%

10%

2.2.1.2

tot het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project, dat strijdig is met een vigerend bestemmingsplan, voorstelbaar is (pretoets in het kader van de planologische strijdigheid als bedoeld in 2.3.5):

€ 605,00

€ 605,00

2.2.1.3

in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is (pretoets van alle relevante activiteiten als bedoeld in artikel 2.1, Wabo, m.u.v. eerste lid, onder c. en 2.2 Wabo: van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

30%

30%

2.2.1.4

in verband met het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning (pretoetsing van een conceptaanvraag aan belangrijkste wettelijke weigeringsgronden artikel 2.10 e.v. Wabo): van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

50%

50%

2.2.1.5

Onverminderd de uitkomst van de berekening op grond van 2.2.1.1 tot en met 2.2.1.4 wordt ten minste een bedrag in rekening gebracht van:

€ 68,00

€ 68,00

2.2.2

Beoordeling vergunningplicht

2.2.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om beoordeling van de vergunningsplicht:

2.2.2.1.1

in het kader van de categorie oppervlaktewijzigingen als bedoeld in bijlage II van het Besluit Omgevingsrecht:

a. om beoordeling van de haalbaarheid van een bouwplan dat na beoordeling vergunningvrij blijkt te zijn of

b. om beoordeling van een verzoek of een bouwplan vergunningvrij dan wel vergunningplichtig is of

c. voor het in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning die na beoordeling vergunningsvrij blijkt te zijn

€ 200,00

€ 125,00

2.2.2.1.2

in het kader van activiteiten, anders dan genoemd in Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht of de overige, niet in 2.2.6.1 genoemde, categorieën als bedoeld in bijlage II van het Besluit Omgevingsrecht, zoals een dakkapel, erfafscheiding enzovoort;

a.om beoordeling van de haalbaarheid van een bouwplan dat na beoordeling vergunningvrij blijkt te zijn of

b.om beoordeling van een verzoek of een bouwplanvergunningvrij dan wel vergunningplichtig is of

c. voor het in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning die na beoordeling vergunningsvrij blijkt te zijn

€ 86,00

€ 86,00

2.2.3

Extra advies welstandscommissie/ monumentencommissie

2.2.3.1

Onverminderd het bepaalde in de overige onderdelen in deze titel bedraagt het tarief,

2.2.3.1.1

voor elk advies, uitgebracht op verzoek van aanvrager:

€ 83,00

€ 83,00

2.2.3.1.2

voor elk advies , na de 2e behandeling,

€ 83,00

€ 83,00

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

2018

per 1 oktober 2019

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 5.000 bedragen:

€ 240,00

€ 240,00

2.3.1.2

Indien de bouwkosten meer dan € 5.000,00 en minder dan € 50.000,00 bedragen, € 240,00, vermeerderd met van de bouwkosten boven € 5.000,00

1,60%

1,60%

2.3.1.3

Indien de bouwkosten meer dan € 50.000,00 en minder dan € 100.000,00 bedragen, € 960,00, vermeerderd met van de bouwkosten boven de € 50.000,00

3,70%

3,70%

2.3.1.4

Indien de bouwkosten meer dan € 100.000 en minder dan € 400.000 bedragen, € 2.810, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 100.000,00

3,30%

3,30%

2.3.1.5

Indien de bouwkosten meer dan € 400.000 en minder dan € 1.000.000 bedragen, € 12.710, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 400.000,00

2,50%

2,50%

2.3.1.6

Indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000 en minder dan € 5.000.000 bedragen, € 27.710, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 1.000.000,00

0,70%

1,15%

2.3.1.7

Indien de bouwkosten meer dan € 5.000.000 en minder dan € 10.000.000 bedragen, € 73.710, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 5.000.000,00

0,40%

0,60%

2.3.1.8

Indien de bouwkosten meer dan € 10.000.000 en minder dan € 25.000.000 bedragen, € 103.710, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 10.000.000,00

0,06%

0,20%

2.3.1.9

Indien de bouwkosten meer dan € 25.000.000 en minder dan € 50.000.000 bedragen, € 133.710, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 25.000.000,00

0,03%

0,06%

2.3.1.10

Indien de bouwkosten meer dan € 50.000.000 bedragen, € 148.710, vermeerderd met

van de bouwkosten boven de € 50.000.000,00

0,03%

2.3.2.

Advies agrarische commissie

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de desbetreffende aanvraag een advies van de agrarische commissie is vereist:

€ 690,00

€ 725,00

2.3.3

Achteraf ingediende aanvraag

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3 wordt verhoogd, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit(en). De verhoging bedraagt 50% van het verschuldigde bedrag met een maximum van:

€ 10.000,00

€ 10.000,00

Aanlegactiviteiten

2.3.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 530,00

€ 530,00

2.3.4.2

Voor het aanvragen van een vergunning voor een nieuwe rioolaansluiting (kosten voorbereiding, toezicht en beheer), bedraagt het tarief per aansluiting

nihil

€ 450,00

2.3.5

Planologisch strijdig gebruik

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en al dan niet sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, wordt het tarief per afwijkingsbevoegdheid, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.5.1.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo van toepassing is (binnenplanse afwijking), verhoogd met:

€ 420,00

€ 420,00

2.3.5.1.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking) verhoogd met

€ 820,00

€ 820,00

2.3.5.1.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van toepassing is, verhoogd met (buitenplanse afwijking):

€ 7.680,00

€ 7.680,00

2.3.5.1.3.1

indien voor de procedure als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1. tevens een besluit tot het vaststellen van hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting als bedoeld in de Wet geluidhinder noodzakelijk is, wordt het verschukldigde legesbederag verhoogd met een toeslag van

€ 830,00

€ 830,00

2.3.5.1.3.2

indien voor de procedure als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 tevens extern advies noodzakelijk is, wordt het verschuldigde legesbedrag verhoogd met:

€ 720,00

€ 720,00

2.3.5.1.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 1.230,00

€ 1.230,00

2.3.5.1.4.1

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving), verhoogd met:

€ 1.350,00

€ 1.350,00

2.3.5.1.4.2

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving), verhoogd met:

€ 1.350,00

€ 1.350,00

2.3.5.1.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo van toepassing is, verhoogd met (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 1.115,00

€ 1.115,00

2.3.6

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gebruiksvergunning voor het brandveilig gebruik van een inrichting met een oppervlakte tot en met 100 m², bedraagt:

€ 385,00

€ 385,00

2.3.6.1

Het in2.3.6 vermelde tarief wordt vermeerderd met een toeslag voor een inrichting met een oppervlakte:

2.3.6.1.1

van meer dan 100m² tot en met 500m², € 385,00 plus per m²

€ 0,80

€ 0,80

2.3.6.1.2

van meer dan 500m² tot en met 2.000m², € 705,00 plus per m²

€ 0,50

€ 0,50

2.3.6.1.3

van meer dan 2.000m² tot en met 5.000m², € 1455,00 plus per m²

€ 0,15

€ 0,15

2.3.6.1.4

van meer dan 5.000m² tot en met 50.000m², € 1.905,00 plus per m²

€ 0,03

€ 0,03

2.3.6.1.5

van meer dan 50.000m², € 3.255,00 plus per m²

€ 0,02

€ 0,02

2.3.6.2

Het tarief bedraagt, indien de aanvraag als bedoeld onder 2.3.6. betrekking heeft op uitbreiding van een inrichting: het tarief vermeld onder 2.3.6.1, berekend over de oppervlakte van de uitbreiding

2.3.7

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekkingtot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening,aangewezen monument, waarvoor op basis van diue verordening een vergunning of ontheffing is vereist bedraagt het tarief:

2.3.7.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen, herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een rijksmonument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo:

2.3.7.1.1.2

indien sprake is van een rijksmonument

€ 1.350,00

€ 1.350,00

2.3.7.1.1.3

indien sprake is van een gemeentelijk monument

€ 924,00

€ 924,00

2.3.7.1.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op het wijzigingen van een monument als bedoeld in artikel 2.1 en 2.2 van de Wabo waarbij de werkzaamheden vergelijkbaar zijn met de werkzaamhedenals bedoeld in artikel 3a van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht:

€ 350,00

€ 350,00

2.3.7.2

indien er bij de aanvragen als bedoeld in onderdeel 2.3.7.1 een sloopveiligheidsplan ingediend moet worden, worden de in dat onderdeel genoemde tarieven verhoogd met:

€ 525,00

€ 525,00

2.3.8

Sloopactiviteiten

2.3.8.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening of artikel 8.1. van de Bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.8.1.1

tot 50m³ sloopafval

€ 127,00

€ 127,00

2.3.8.1.2

van 50m³ tot 100m³ sloopafval

€ 262,00

€ 262,00

2.3.8.1.3

van 100m³ en meer sloopafval

€ 510,00

€ 510,00

2.3.8.2

Asbesthoudende materialen

2.3.8.2.1

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.8.1, bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is:

€ 68,00

€ 68,00

2.3.9

Uitweg/inrit

2.3.9.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 155,00

€ 155,00

2.3.10

Kappen

2.3.10.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening, Algemene plaatselijke verordening of "Bomenverordening Schijndel" een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 75,00

€ 75,00

2.3.11

Opslag van roerende zaken / (gebruik gemeente grond)

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 140,00

€ 140,00

2.3.11.2

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo danwel uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo::

€ 140,00

€ 140,00

2.3.12

Aan een aanvrager wordt een opslag doorberekend indien bij de behandeling van een aanvraag voor een omgevingsvergunning een provinciale Verklaring van geen bedenkingen Wet Natuurbescherming (VVGB) is vereist.

2.3.12.1

Opslag bij een provinciale VVGB gebiedsbescherming

nihil

€ 3.702,00

2.3.12.2

Opslag bij een provinciale VVGB soortenbescherming door burgers

nihil

€ 1.921,00

2.3.12.3

Opslag bij een provinciale VVBG soortenbescherming infrastructureel en gebiedsgericht

nihil

€ 6.005,00

2.3.12.4

Opslag bij een provinciale VVGB soortenbescherming overige

nihil

€ 4.443,00

2.3.13

Vervallen (ontheffing Flora en faunawet)

2.3.14

Andere activiteiten

2.3.14.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 68,00

€ 68,00

2.3.14.1.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 68,00

€ 68,00

2.3.14.2

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 68,00

€ 68,00

2.3.14.3

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.15.

Omgevingsvergunning in twee fasen

2.3.15.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief als hierna wordt vermeld:

2.3.15.1.1

in geval van het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.1.2

in geval van het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16.

Beoordeling bodemrapport / akoestisch onderzoek

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien bij een aanvraag een bodemrapport / akoestisch onderzoek wordt beoordeeld:

2.3.16.1.1

voor de beoordeling van een historische bodemtoets

€ 170,00

€ 170,00

2.3.16.1.2

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 170,00

€ 170,00

2.3.16.1.3

voor de beoordeling van een aanvullend milieukundig bodemrapport

€ 170,00

€ 170,00

2.3.16.1.4

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 240,00

€ 240,00

2.3.16.1.5

voor de beoordeling van een akoestisch onderzoek

€ 240,00

€ 240,00

2.3.17.

Kosten extern advies (op basis van nacalculatie)

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

€ 85,00

€ 85,00

2.3.18.2

het bedrag genoemd in onderdeel 2.3.18.1, wordt verhoogd met de kosten die de gemeente voor de behandeling van de aanvraag aan rijk, provincie of waterschap verschuldigd is.

2.3.19

Advies Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij BZV

2.3.19.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een beoordeling van de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij (BZV) is vereist, verhoogd met de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) in rekening gebrachte kosten, met een maximum van € 2.000,00

2.3.20

Ruimtelijke onderbouwing

2.3.20.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, voor het beoordelen van een ruimtelijke onderbouwing (in verband met het afwijken van het bestemmingsplan) per beoordeling

€ 400,00

€ 400,00

2.3.21

Overschrijven omgevingsvergunning

2.3.21.1

Indien het een verzoek betreft tot wijzigingen van de tenaamstelling van een reeds verleende omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.25, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief per verzoek:

€ 85,00

€ 85,00

 
 

Hoofdstuk 4, n.v.t.

Hoofdstuk 5

Teruggaaf

2018

2019

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, planologische-, gebruiks-, sloop-, monument- of uitweg/inrit- activiteiten

2.5.1.1

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.4, 2.3.5, 2.3.6, 2.3.7, 2.3.8 en 2.3.9 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat, met in achtneming van 2.5.4, aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan; van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

50%

50%

2.5.1.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken van het in behandeling nemen ervan, doch voor het nemen van een beschikking; van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

30%

30%

2.5.1.1.3

Indien binnen 4 weken na de intrekking van de aanvraag omgevingsvergunning eenzelfde aanvraag omgevingsvergunning opnieuw is ingediend; (alsdan vindt geen verrekening plaats zoals bedoeld in 2.5.1.1.1 en 2.5.1.1.2)

100%

100%

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, gebruiks-, sloop-, of uitweg/inrit-activiteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, gebruiks-, monument-, sloop-, of uitweg/inrit-activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, , 2.3.4, 2.3.6, 2.3.7, 2.3.8 en 2.3.9, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 24 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

30%

30%

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, sloop-, of uitweg/inrit-activiteiten dan wel in geval van het buiten behandeling laten van een aanvraag (als gevolg is van het niet verder in behandeling nemen van een aanvraag vanwege kennelijke niet ontvankelijkheid van de aanvrager)

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of

2.5.3.2

Onder een weigering, bedoeld in onderdeel 2.5.3.1, wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.3.3

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, gebruiks-, sloop-, of uitweg/inrit- activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.4, , 2.3.6, 2.3.8 en 2.3.9 buiten behandeling laat, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

40%

40%

2.5.4

teruggaaf verzoek vooroverleg / beoordeling conceptaanvraag

Indien een verzoek, bedoeld in onderdeel 2.2.1, binnen 6 maanden leidt tot een aanvraag omgevingsvergunning dan worden de inrekening gebrachte leges, conform onderdeel 2.2.1, in mindering gebracht op de leges voor de aanvraag omgevingsvergunning.

2.5.5

Minimumbedrag voor teruggaaf

Ongeacht het hiervoor in dit hoofdstuk bepaalde gaat teruggaaf van de leges nooit zover dat niet ten minste een bedrag van € 68,00 verschuldigd blijft.

€ 68,00

€ 68,00

2.5.6

Geen teruggaaf legesdeel onderzoek bodemrapport en advies

Van de leges verschuldigd op grond van onderdeel 2.3.15 tot en met 2.3.19 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6

Intrekking omgevingsvergunning

2018

2019

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 68,00

€ 68,00

Hoofdstuk 7

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2018

2019

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeelt, geringe wijziging in het project:

€ 95,00

€ 95,00

Hoofdstuk 8

Bestemmingswijzigingen

2018

2019

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, niet zijnde een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening:

€ 8.030,00

€ 8.030,00

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening, niet zijnde een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening

€ 7.680,00

€ 7.680,00

2.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid, onder b van de Wet ruimtelijke ordening, niet zijnde een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening2-8-2017

€ 7.680,00

€ 7.680,00

2.8.4

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.6.1 tot en met 2.6.3 bedraagt het tarief indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in die onderdelen bedoelde aanvraag een advies van de agrarisch commissie of monumentencommissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 800,00

€ 800,00

2.8.5

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.6.1 tot en met 2.6.3. bedraagt het tarief indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in die onderdelen bedoelde aanvraag het vaststellen van hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting als bedoeld in de Wet geluidhinder noodzakelijk is

€ 830,00

€ 830,00

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1

Algemeen

2018

2019

1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning, ontheffing of andere beschikking die onder de Europese dienstenrichtlijn valt en waarvoor geen afzonderlijk tarief in dit hoofdstuk is opgenomen:

€ 40,00

€ 40,00

Hoofdstuk 2

Horeca

2018

2019

2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot

2.1.1.

verstrekking van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 425,00

€ 425,00

2.1.2.

wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 30 en 30a van de Drank- en Horecawet

€ 120,00

€ 120,00

2.2.

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 35 dan wel artikel 4 lid 4 van de Drank- en horecawet, per aanvraag

€ 45,00

€ 45,00

2.3.

een ontheffing van het vastgestelde sluitingsuur voor horecabedrijven als bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 52,00

€ 52,00

2.4.

het verstrekken van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening,

€ 450,00

€ 450,00

2.5.

het verstrekken van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening in combinatie met een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 525,00

Hoofdstuk 3

Evenementen en markten

2018

2019

3.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke Verordening of een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:22 van de Algemene Plaatselijke Verordening indien het betreft:

3.1.1

een kleinschalig evenement of snuffelmarkt (maximaal gelijktijdig minder dan 250 bezoekers).

€ 125,00

€ 125,00

3.1.2

een middelgroot evenement of snuffelmarkt (maximaal gelijktijdig tussen de 250 en 2.500 bezoekers

€ 380,00

€ 380,00

3.1.3

een grootschalig evenement of snuffelmarkt (maximaal gelijktijdig meer dan 2.500 bezoekers).

€ 980,00

€ 980,00

Hoofdstuk 4

Seksinrichtingen / Escortbedrijven

2018

2019

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot

4.1

verstrekking van een exploitatievergunning voor het vestigen van een seksinrichting of escortbedrijf als bedoeld in hoofdstuk 3 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 980,00

€ 980,00

4.2.

wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in onderdeel 4.1.

€ 240,00

€ 240,00

Hoofdstuk 5 (vervallen)

Brandbeveiliging (niet WABO)

Hoofdstuk 6

Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

2018

2019

6

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om toestemming voor het in exploitatie nemen van een kindercentrum, gastouderbureau, gastouderopvang, of peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 1.45 en 2.2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen bedraagt,

6.1

indien de aanvraag betrekking heeft op gastouderopvang:

6.1.1

waarbij voor de behandeling van de aanvraag volledige toetsing door GGD noodzakelijk is

€ 540,00

€ 246,25

6.1.2

waarbij voor de behandeling van de aanvraag verkorte toetsing door GGD noodzakelijk is

€ 450,00

€ 197,00

6.1.3 (vervallen met ingang van 1 januari 2019)

waarbij voor de behandeling van de aanvraag geen toetsing door GGD noodzakelijk is

€ 40,00

nihil

6.2

indien de aanvraag betrekking heeft op een gastouderbureau, kindercentrum of peuterspeelzaal

€ 2.120,00

€ 2.120,00

6.3.

Indien op de aanvraag als bedoeld in onderdeel 6.2. afwijzend wordt beschikt, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een bedrag van

€ 1.280,00

€ 1.280,00

Bijlage 1 bij legestarieventabel per 1 januari 2019: Tarieventabel Bouwkosten Wonen

afbeelding binnen de regeling

Bijlage 2 bij legestarieventabel per 1 januari 2019:Tarieventabel Bouwkosten Overige

afbeelding binnen de regeling