Regeling vervallen per 12-11-2020

Nadere regels gemeentelijke begraafplaatsen Neder-Betuwe 2014

Geldend van 02-12-2014 t/m 11-11-2020

Intitulé

Nadere regels gemeentelijke begraafplaatsen Neder-Betuwe 2014

Het gemeentebestuur van Neder-Betuwe; gelet op de ‘Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Neder-Betuwe 2014’ besluit vast te stellen de volgende nadere regels:

‘Nadere regels gemeentelijke begraafplaatsen Neder-Betuwe 2014’

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a. begraafplaats:

    alle gemeentelijke begraafplaatsen die de gemeente Neder-Betuwe ten tijde van de verordening in beheer heeft, waaronder

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Dalwagenseweg te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Nedereindsestraat te Kesteren;

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats aan de Hoef te Ochten.

    • -

      de begraafplaats bij de NH Kerk in Hien, Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats bij de NH Kerk in Dodewaard.

  • b. 1 particulier graf:

    een graf in beheer en eigendom van de gemeente, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van een of meerdere lijk(en);

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van een of meerdere asbus(sen) met of zonder urn;

  • b. 2 particulier dubbelgraf

    twee naast elkaar gelegen particuliere graven die gelijktijdig worden uitgegeven en waarin enkeldiep wordt begraven, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • -

      het doen bijzetten of bijgezet houden van asbussen met of zonder urn;

  • c. particuliere grafkelder:

    een betonnen of gemetselde ruimte, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn;

  • d. particulier kindergraf:

    een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken van levenloos geboren kinderen of menselijke vruchten, alsmede van kinderen tot 12 jaar;

    • -

      het doen plaatsen en geplaatst houden van asbussen met of zonder urn van levenloos geboren kinderen of menselijke vruchten, alsmede van kinderen tot 12 jaar;

  • e. particulier urnengraf:

    een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen plaatsen en geplaatst houden van asbussen met of zonder urn, bevattende de as van een of meer overledene(n);

  • f. particuliere urnennis:

    een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het daarin doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn, bevattende de as van een of meer overledene(n);

  • g. algemeen graf:

    een graf in beheer en eigendom van de gemeente waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van een lijk;

  • h. asbus:

    een bus ter berging van as van een overledene;

  • i. urn:

    een voorwerp ter berging van één of meerdere asbussen;

  • j. strooiveld:

    een permanent daartoe bestemde plaats op een gemeentelijke begraafplaats waarop as wordt verstrooid;

  • k. grafbedekking:

    gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf of bij een urnenruimte;

  • l. beheerder:

    de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats(en) of degene die hem vervangt;

  • m. college:

    het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Neder-Betuwe;

  • n. rechthebbende:

    de natuurlijke persoon of een rechtspersoon, die het uitsluitend recht heeft verkregen tot het doen begraven of het doen bijzetten in een particulier graf, een particuliere grafkelder, een particulier kindergraf, een particulier urnengraf, een particuliere urnennis;

  • o. belanghebbende:

    de natuurlijke persoon of een rechtspersoon aan wie het gebruik van een ruimte in een algemeen graf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;

  • p. grafakte:

    de beschikking waarin overeenkomstig de bepalingen van deze verordening door of namens het college een grafrecht of het gebruik wordt verleend;

  • q. grafrecht:

    het recht op het begraven en begraven houden in een particulier graf, een particuliere grafkelder, een particulier kindergraf, een particulier urnengraf, een particuliere urnennis.

  • r. gebruik:

    het gebruik van een algemeen graf.

  • s. duurzame materialen

    vaste, niet buigzame materialen van natuursteen, glas, hout, keramiek, kunststof en metaal, welke van nature of middels een daartoe speciale behandeling weerbestendig zijn, niet breukgevoelig en welke bestaan uit één geheel en waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen e.d. gewaarborgd is.

  • t. schudden:

    hergebruik van graven na verplaatsen van de aanwezige stoffelijke resten in hetzelfde graf.

  • u. gedenkplaatje:

    een naamplaatje op een algemeen gedenkmonument bij een strooiveld of verzamelgraf.

  • v. verzamelgraf:

    locatie waar de stoffelijke resten van geruimde graven zijn herbegraven

Artikel 2 Begrip particulier graf

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voor zover van belang onder ‘particulier graf’ mede verstaan: particuliere grafkelder, particulier kindergraf, particulier urnengraf en particuliere urnennis.

Artikel 3 Openstelling

De begraafplaatsen zijn voor een ieder dagelijks toegankelijk van 08:00 uur tot een half uur na zonsondergang. Voor werkzaamheden die door derden worden verricht op zaterdag gelden deze tijden niet; bijzondere gevallen daar gelaten.

Hoofdstuk 2 Lijkbezorging

Artikel 4 Tijden lijkbezorging

De tijd van begraven van stoffelijke resten en het bezorgen van as is op werkdagen van 09:00 tot 16:00 uur. Op zaterdag dient de eerste begrafenis vanaf 11:00 uur te beginnen; de daarop volgende begrafenis op dezelfde begraafplaats minimaal drie uur later.

Artikel 5 Mogelijkheden lijkbezorging

  • 1. Op de gemeentelijke begraafplaatsen worden de volgende mogelijkheden tot lijkbezorging geboden:

    • a.

      het begraven of bijzetten in een algemeen graf;

    • b.

      het begraven of bijzetten in een particulier graf;

    • c.

      het begraven of bijzetten in een particuliere grafkelder;

    • d.

      het begraven of bijzetten in een particulier kindergraf;

    • e.

      het begraven of bijzetten in een particulier urnengraf;

    • f.

      het plaatsen of bijzetten in een particuliere urnennis;

    • g.

      verstrooien van as van personen op het strooiveld gelegen op de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden en op de begraafplaats aan de Hoef te Ochten.

  • 2. Sommige typen graven of bepaalde diensten zijn soms niet, niet meer, nog niet, niet voor alle termijnen of niet op alle begraafplaatsen beschikbaar. Een aanvrager heeft geen recht op levering.

Artikel 6 Aantal overledenen en asbussen graf

  • 1. Voor graven 1-diep geldt dat hierin ten hoogste mag worden begraven:

    • -

      één lijk of

    • -

      één lijk en één asbus bevattende de as van een gecremeerd lijk.

  • 2. Voor graven 2-diep geldt dat hierin ten hoogste mag worden begraven:

    • -

      twee lijken of

    • -

      een lijk en één asbus bevattende de as van een gecremeerd lijk fo

    • -

      twee asbussen bevattende de as van een gecremeerd lijk.

  • 3. Algemene graven 1-diep worden uitgegeven op

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats aan de Hoef te Ochten.

  • 4. Particuliere graven 1-diep worden uitgegeven op

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats aan de Hoef te Ochten;

  • 5. Particuliere graven 2-diep worden uitgegeven op

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard.

Artikel 7 Aantal overledenen en asbussen grafkelder

  • 1. Voor een particuliere grafkelder geldt dat hierin ten hoogste mag worden begraven

    • -

      twee lijken of

    • -

      één lijk en één abus bevattende de as van een gecremeerd lijk of

    • -

      twee asbussen bevattende de as van een gecremeerd lijk.

  • 2. Particuliere grafkelders worden uitgegeven op

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats aan de Hoef te Ochten.

Artikel 8 Aantal overledenen en asbussen urnengraf

  • 1. Voor een particulier urnengraf geldt dat hierin ten hoogste twee asbussen bevattende de as van een gecremeerd lijk mogen worden begraven.

  • 2. Particuliere urnengraven worden uitgegeven op

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats aan de Hoef te Ochten.

Artikel 9 Aantal overledenen en asbussen urnennis

  • 1. Voor een particulier urnennis geldt dat hierin ten hoogste twee asbussen bevattende de as van een gecremeerd lijk mogen worden geplaatst.

  • 2. Particuliere urnennissen worden uitgegeven op

    • -

      de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden;

    • -

      de begraafplaats aan de Kalkestraat te Dodewaard;

    • -

      de begraafplaats aan de Hoef te Ochten.

Artikel 9a Aanvraag en voorwaarden schudden

  • 1. Het schudden van graven, zoals bedoeld in artikel 30 van de beheersverordening, is slechts mogelijk met toestemming van het college.

  • 2. Een aanvraag voor het schudden van een graf dient door de rechthebbende te worden ingediend bij het college.

  • 3. Het college zal toestemming tot schudden verlenen indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      er is een termijn van minimaal 10 jaar verstreken sinds de laatste begraving in het graf;

    • b.

      de te verplaatsen stoffelijke resten zijn voldoende verteerd, dit naar oordeel van de beheerder. Indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden blijkt dat de lijkvertering onvoldoende heeft plaatsgevonden, kan het college als nog besluiten het schudden niet toe te staan. In dat geval zal de begraving plaats vinden in een ander graf.

  • 4. De werkzaamheden met betrekking tot het schudden van de graven worden door of namens de gemeente uitgevoerd.

  • 5. Eventueel aanwezige grafbedekking wordt voorafgaand aan de werkzaamheden door of namens de rechthebbende tijdelijk verwijderd en na afronding van de werkzaamheden door of namens de rechthebbende terug geplaatst.

Artikel 10 Verstrooiing as

De gemeente heeft twee verstrooiingsplaatsen aangewezen. Namelijk één op de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden en één op de begraafplaats aan de Hoef te Ochten. Aan verstrooiing zijn de volgende voorwaarden gesteld:

  • a.

    voor verstrooiing moet een vergunning worden aangevraagd bij burgemeester en wethouders. In de aanvraag moeten naam, overlijdensdatum, plaats van overlijden en naam en adres van de nabestaande worden vermeld. Ook moet melding gemaakt worden van welke verstrooiingsplaats men gebruik wil maken.

  • b.

    de beheerder moet minimaal drie werkdagen voorafgaande aan de verstrooiing hiervan in kennis worden gesteld.

Hoofdstuk 3 Afmetingen graven en asbezorging

Artikel 11 Afmetingen graven

  • 1. De afmetingen van elke afzonderlijke grafruimte bedragen

    • a.

      voor een gewone grafruimte: lengte 200 cm, breedte 100 cm.

    • b.

      voor een gewone grafruimte op het laaggelegen gedeelte van de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden (grafnummers 1 tot en met 2151): lengte 200 cm, breedte 90 cm;

    • c.

      voor een kindergrafruimte zijn er twee verschillende mogelijkheden:

      • -

        lengte 175 cm, breedte 100 cm;

      • -

        lengte 100 cm, breedte 70 cm.

    • d.

      voor een ruimte in de urnenmuur: lengte 50 cm, breedte 50 cm.

  • 2. De urnenmuur op de begraafplaats aan de Hoef te Ochten kent afwijkende maten ten opzichte van lid 1. Afhankelijk van de aangewezen urnenplaats dient bij de afmetingen van de urn rekening gehouden te worden met deze afwijkende maten.

Artikel 12 Grafkelders

Indien de aanvraag om een uitsluitend recht op een particulier graf mede betrekking heeft op de bouw van een grafkelder dient deze grafkelder ten minste te voldoen aan de onderstaande voorwaarden:

  • a.

    er mag geen sprake zijn van een bovengrondse grafkelder;

  • b.

    de wanden, vloer en het deksel van de grafkelder moeten bestaan uit steenachtig materiaal;

  • c.

    de buitenafmetingen van de kelder bedragen

    • -

      voor een enkele ondergrondse kelder: lengte 250 cm, breedte 110 cm (binnenwerkse maten: minimaal 230 cm lang en minimaal 100 cm breed);

    • -

      voor een dubbele ondergrondse kelder: lengte 250 cm, breedte 220 cm (binnenwerkse maten: minimaal 230 cm lang en minimaal 200 cm breed).

  • d.

    de bovenzijde van de afdekplaat van de grafkelder moet een waterdichte afsluiting waarborgen;

  • e.

    de afdekplaat van de grafkelder mag niet hoger boven het maaiveld uitsteken dan de bovenzijde van de vloerplaten van de omliggende grafbedekking.

Hoofdstuk 4 Vergunning grafbedekking

Artikel 13 Vereisten vergunning

  • 1. Een vergunning voor het hebben over vervangen van grafbedekking dient schriftelijk bij het college te worden aangevraagd, onder overlegging in drievoud van een ontwerptekening, schaal 1:10 en een duidelijke omschrijving van de toe te passen materialen.

  • 2. Op deze ontwerptekening dienen tenminste vermeld te worden:

    • a.

      een boven, voor en zijaanzicht met alle hoogte, breedte, dikte en lengtematen;

    • b.

      de soort, de kleur en de bewerking van het te gebruiken materiaal;

    • c.

      of de letters e.d. ingehakt, opgebracht of van metaal zijn;

    • d.

      de tekst (deze mag niet aanstootgevend zijn);

    • e.

      de woordindeling van het opschrift en de plaats van de figuraties;

    • f.

      de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop.

  • 3. In de aanvraag moet worden vermeld:

    • a.

      de naam van de overledene;

    • b.

      naam, adres en handtekening van de rechthebbende;

    • c.

      de begraafplaats en het grafnummer.

  • 4. De ontwerptekening dient minstens vier weken voor het plaatsen te worden ingediend bij het college. De beheerder geeft bericht wanneer de rechthebbende het gedenkteken kan plaatsen. Bij afwijkingen van de in deze verordening genoemde maten en materialen beslist het college.

  • 5. Alvorens de vergunning wordt verleend, kunnen de persoonsgegevens van de overledene worden geverifieerd.

Hoofdstuk 5 Gedenkteken

Artikel 14 Materiaalgebruik

Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt Voor een gedenkteken in de urnenmuur is alleen natuursteen of glas toegestaan. Het college kan in uitzonderingsgevallen ontheffing verlenen voor de toepassing van andere materialen.

Artikel 14a Gedenkplaatje

  • 1. Voor het gedenkplaatje wordt aluminium (bronskleurig) gebruikt.

  • 2. De afmetingen van het gedenkplaatje zijn 100 x 25 x 2 mm.

  • 3. Plaatsing van het gedenkplaatje gebeurt door de gemeente. De aanvrager/rechthebbende ontvangt hiervan een schriftelijke bevestiging.

  • 4. Het gedenkplaatje wordt voor een termijn van 10 jaar geplaatst.

  • 5. Na het verstrijken van de termijn genoemd in het vierde lid kan het gedenkplaatje door of namens het college worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding.

Artikel 15 Afmetingen gedenkteken

  • 1. De afmetingen voor het staande gedeelte van een gedenkteken zijn:

    • -

      enkel graf: maximale breedte 100 cm, hoogte 100 cm, voetstuk inbegrepen; minimale dikte 6 cm;

    • -

      dubbel graf: maximale breedte 200 cm en hoogte 100 cm, voetstuk inbegrepen; minimaledikte 6 cm.

  • 2. De afmeting van het voetstuk moet zijn: 15 x 10 x80/100 cm. Midden onder de grafsteen moet een betonplaatje worden geplaatst: 8 x 35 x 80/100 cm, waarop het grafmonument moet worden bevestigd met minimaal twee dookpennen. Het staande gedeelte dient aan de achterzijde van het grafoppervlak geplaatst te worden.

  • 3. De afmetingen voor het liggende gedeelte van een gedenkteken zijn:

    • -

      enkel graf: maximale breedte 100 cm, lengte 200 cm, hoogte 25 cm; minimale dikte 8 cm;

    • -

      dubbel graf: maximale breedte 200 cm, lengte 200 cm, hoogte 25 cm, minimale dikte 8 cm;

  • 4. De grafzerken moeten worden gelegd onder een helling van 1 op 20 en wel zodanig, dat de kleinste hoogte (aan de voorzijde langs het pad met inbegrip van de dikte van de zerk) 0.20 m boven het maaiveld bedraagt. De onderbouw moet aan de voorzijde tussen dekzerk en maaiveld van natuursteen zijn en zodanig aangebracht, dat deze aan de onderkant van de zerk 0.025 m uitspringt. Het grafwerk moet worden geplaatst op tenminste 4 beton- of kunstofpoeren met minimaal 0.08 diameter.

  • 5. Op het laaggelegen gedeelte van de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden met de grafnummers 1 tot en met 2151 geldt een maximale breedte van het grafmonument van zowel het staande als het liggende gedeelte van 90 cm.

  • 6. Het college kan in uitzonderingsgevallen ontheffing verlenen voor de toepassing van andere afmetingen.

Artikel 16 Afmetingen kindergedenkteken

  • 1. De afmetingen voor het staande gedeelte van een grafmonument zijn:

    • -

      maximale breedte 70 cm, hoogte 70 cm; minimale dikte 6 cm;

  • 2. De afmetingen voor het liggende gedeelte van een grafmonument zijn;

    • -

      maximale breedte 70 cm, lengte 100 ofwel 175 cm (afhankelijk van de afmetingen van het graf), hoogte 25 cm; minimale dikte 8 cm;

Artikel 17 Afmetingen gedenkteken ondergrondse kelder

  • 1. De afmetingen voor de liggende zerk van een ondergrondse kelder zijn:

    • -

      enkel graf: maximale breedte 110, lengte 250 cm, dikte 6-10 cm;

    • -

      dubbel graf: maximale breedte 220 cm, lengt 250 cm, dikte 6-10 cm.

Artikel 18 Afmetingen gedenkplaat urnenmuur

  • 1. De afmetingen voor een gedenkplaat in de ruimte van een urnenmuur zijn:

    • -

      maximale breedte 50 cm, hoogte 50 cm, minimale dikte 2 cm;

  • 2. De urnenmuur in Ochten kent afwijkende maten.

Artikel 19 Afmetingen overig gedenkteken

  • 1. De afmetingen voor overige gedenktekens zijn:

    • -

      maximale breedte 100 cm, met uitzondering van het laaggelegen gedeelte van de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden (grafnummers 1 t/m 2151); daar geldt een breedte van maximaal 90 cm, lengte 200 cm, banden 6 cm x 12 cm;

  • 2. De afmetingen van de letterplaat zijn:

    • -

      maximale breedte 100 cm, met uitzondering van het laaggelegen gedeelte van de begraafplaats aan de Markstraat te Opheusden (grafnummer 1 t/m 2151); daar geldt een breedte van maximaal 90 cm, hoogte 100 cm, dikte minimaal 6 cm.

  • 3. De paaltjes of blokken op de banden mogen geen grotere hoogte hebben dan 20 cm boven de banden. De betonvloer van 5 cm dikte (afmetingen gelijk als grafbedekking) moet geplaatst worden om minimaal 4 beton- of kunststof poeren van minimaal 8 cm dikte;

  • 4. Uitsluitend op een particulier graf mag tijdelijk een bordje worden geplaatst met daarop vermeld de overlijdensdatum en de naam van de overledene die ter plaatse is begraven. Voor het plaatsen van het bordje gelden de volgende regels:

    • -

      het plaatsen en verwijderen van de bordjes is een taak van de begrafenisondernemer;

    • -

      kosten zijn geheel voor de rechthebbende;

    • -

      bordjes mogen maximaal 12 maanden op het graf worden geplaatst. De periode van 12 maanden gaat in op de dag van begraven;

    • -

      de afmetingen van het bordje zijn 25 x 10 cm;

    • -

      de ondergrond van het bordje is zwart;

    • -

      de letterkleur op het bordje is goud.

Artikel 20 Zwerfkeien

Het is toegestaan één zwerfkei te gebruiken als grafmonument, mits deze de doorsnede van 100 cm niet te boven gaat.

Artikel 21 Hekwerken

  • 1. Het gebruik van hekwerken en kettingen op graven is toegestaan mits:

    • a.

      deze gedurende de uitgifteperiode van het graf goed onderhouden worden;

    • b.

      deze de hoogte van 50 cm boven het maaiveld niet te boven gaan;

    • c.

      het een smeedijzeren hekwerk betreft dan wel er gebruik gemaakt wordt van een metalen ketting in combinatie met metalen of natuurstenen paaltjes.

Artikel 22 Funderingen

  • 1. Monumenten, banden, schervenvloeren en dekplaten dienen volledig gefundeerd te zijn;

  • 2. Funderingen dienen uit één stuk gewapend beton te bestaan en moeten onder het maaiveld liggen.

  • 3. Hekwerken moeten, indien deze niet op banden zijn gevestigd, 30 cm onder het maaiveld op de hoeken gefundeerd worden met een betonnen voet.

Artikel 23 Reclame

Het vermelden van een firmanaam of enige andere reclame op een gedenkteken of onderdeel daarvan is verboden.

Artikel 24 Tijden plaatsing

  • 1. Het tijdstip van plaatsing van het gedenkteken dient tenminste twee werkdagen tevoren kenbaar gemaakt te worden aan de beheerder. Het plaatsen van een gedenkteken dient plaats te vinden op werkdagen van maandag t/m zaterdag van 8:00 uur tot 17:00 uur.

  • 2. Het college kan in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.

Artikel 25 Afval en beschadigingen

Alle sporen van afval, ontstaan tengevolge van werkzaamheden op of aan de gedenktekenen dienen van de begraafplaats te worden meegenomen. Beschadigingen, ontstaan tengevolge van werkzaamheden op of aan de gedenktekenen moeten worden hersteld.

Hoofdstuk 6 Losse bloemen en planten, eenjarige planten en winterharde gewassen

Artikel 26 Beplanting

  • 1. De oppervlakte van het eigen graf kan door de rechthebbenden van het graf worden beplant met gewassen, die de voor het graf beschikbare oppervlakte volgens hoofdstuk 5 (gedenkteken) niet overschrijden of door snoeien binnen de oppervlakte kunnen worden gehouden. De hoogte van deze gewassen mag niet meer zijn dan 40 cm.

  • 2. Bomen, opgaande of breed uitgroeiende coniferen of heesters zijn niet toegestaan.

  • 3. Het is uitsluitend toegestaan op het particulier graf aan te planten. Het is verboden naast, voor of achter het graf beplanting of gewassen aan te planten.

  • 4. Gewassen die buiten bovengenoemde ruimte beplant worden, kunnen van gemeentewege verwijderd worden, zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

Artikel 27 Potplanten en bloemen

Op een graf kunnen potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst. Het is toegestaan op een gaf losse bloemen te leggen.

Hoofdstuk 7 Onderhoud door de rechthebbende

Artikel 28 Onderhoud rechthebbende

De rechthebbende is verplicht het grafteken, de beplanting en andere grafbedekking op het graf behoorlijk te onderhouden of te herstellen. Onder dit onderhoud wordt verstaan:

  • -

    het schoonmaken van het gedenkteken;

  • -

    het indien nodig stellen van het gedenkteken;

  • -

    het verven of vergullen van letters en andere figuren op het gedenkteken;

  • -

    het aanbrengen, onderhouden en eventueel vernieuwen van losse planten en één- of meerjarige planten;

  • -

    het verwijderen van dode planten;

  • -

    het uitvoeren van herstellingen van het gedenkteken en andere grafbedekking.

Het afval dat vrij komt bij het onderhoud dient door een ieder in de daarvoor aanwezige afvalbakken te worden gedeponeerd.

Hoofdstuk 8 Slotbepalingen

Artikel 29 Citeertitel

  • 1. Deze voorschriften kunnen worden aangehaald als ‘Nadere regels gemeentelijke begraafplaatsen Neder-Betuwe 2014’.

Artikel 30 Inwerkingtreding

  • 1. Deze nadere regels treden in werking op de eerste dag na bekendmaking.

  • 2. Deze nadere regels treden in de plaats van alle voorafgaande nadere regels met betrekking tot de gemeentelijke begraafplaatsen.

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van Neder-Betuwe,
de secretaris a.i., de burgemeester,
drs. M.G.J. Nijhuis-Quanjel, ir. C.W. Veerhoek