Regeling vervallen per 01-01-2018

Uitvoeringsregeling subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Noord-Holland 2016

Geldend van 30-03-2016 t/m 31-12-2017

Intitulé

Uitvoeringsregeling subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Noord-Holland 2016

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

Besluiten vast te stellen:

Uitvoeringsregeling subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Noord-Holland 2016

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    basisschool: een basisschool als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs;

  • b.

    school voor voortgezet onderwijs: een school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs.

Artikel 2

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt voor het verrichten van activiteiten, met een educatief karakter, die verkeersveilig gedrag bevorderen en die zijn gericht op scholieren van een basisschool of van een school voor voortgezet onderwijs.

  • 2. De activiteiten dienen in de provincie Noord-Holland, maar buiten de Stadsregio Amsterdam, plaats te vinden.

Artikel 3

Subsidie wordt verstrekt aan:

  • a.

    stichtingen en verenigingen;

  • b.

    publiekrechtelijke rechtspersonen, met uitzondering van de rijksoverheid.

Artikel 4

Gedeputeerde Staten verstrekken geen subsidies van minder dan € 5.000,-.

Artikel 5

Bij subsidies van minder dan € 10.000,- aan stichtingen en verenigingen gaat geen subsidieverlening aan de subsidievaststelling vooraf.

Artikel 6

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie bevat tenminste:

    • a.

      een begroting van de kosten van de activiteit;

    • b.

      een financieringsplan van de kosten van de activiteit;

    • c.

      een inhoudelijke beschrijving van de activiteit.

    • d.

      een inhoudelijke beschrijving van de gemeente waarin de activiteit wordt uitgevoerd en het aantal leerlingen dat met de activiteit wordt bereikt.

Artikel 7

Het subsidieplafond voor deze uitvoeringsregeling is € 1.225.010,-.

Artikel 8

  • 1. Een aanvraag om subsidie is tijdig ingediend indien de aanvraag uiterlijk 29 april 2016 is ontvangen.

  • 2. Een aanvraag om subsidie die na 29 april 2016 wordt ontvangen, wordt niet in behandeling genomen.

  • 3. Gedeputeerde Staten beslissen uiterlijk op 1 juli 2016 op de ingediende aanvragen.

Artikel 9

Subsidie wordt geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit niet financieel haalbaar is;

  • b.

    de activiteit niet is gericht op uitvoering in het schooljaar 2016-2017.

Artikel 10

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor de direct noodzakelijke kosten van de activiteit.

  • 2.

    Subsidie wordt niet verstrekt voor de kosten van:

    • a.

      reizen en verblijven;

    • b.

      administratie;

    • c.

      voor- of nametingen;

    • d.

      een praktisch of theoretisch verkeersexamen en de inzet of aanschaf van verkeerssimulatoren;

    • e.

      infrastructurele maatregelen.

Artikel 11

De subsidie bedraagt 100 % van de subsidiabele kosten tot maximaal € 100.000,- per aanvraag.

Artikel 12

  • 1. Indien het subsidieplafond wordt bereikt, worden aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt op een prioriteitenlijst.

  • 2. De rangschikking wordt bepaald door het totaal aantal punten dat wordt gehaald op basis van de criteria en scoringsmethoden die in bijlage 1 zijn weergegeven.

  • 3. De aanvragen worden gehonoreerd naar de volgorde op de prioriteitenlijst.

  • 4. Indien meerdere aanvragen op dezelfde plaats op de prioriteitenlijst worden gerangschikt en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de hoogste score op het criterium B, Kwaliteit, als eerste gehonoreerd.

Artikel 13

Aan de subsidieontvanger worden de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a.

    de subsidieontvanger dient de activiteit af te ronden vóór 1 augustus 2017;

  • b.

    de subsidieontvanger plaatst het logo en de naam van de provincie op alle publiciteitsuitingen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteit.

Artikel 14

  • 1. Indien SISA van toepassing is, wordt de aanvraag tot vaststelling van de subsidie, uiterlijk 15 juli van het jaar volgend op het jaar waarin de activiteit is voltooid, conform artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet ingediend.

  • 2. Indien de subsidieontvanger een gemeente, of een openbaar lichaam dat is ingesteld op grond van hoofdstuk I, II of IV van de Wet gemeenschappelijke regelingen is, wordt de aanvraag tot vaststelling van de subsidie uiterlijk 1 augustus van het jaar volgend op het jaar waarin de activiteit is voltooid, ingediend.

  • 3. In de overige gevallen wordt de aanvraag tot vaststelling ingediend binnen 13 weken na het tijdstip, waarbinnen de activiteit overeenkomstig de beschikking tot subsidieverlening moet zijn voltooid.

  • 4. Gedeputeerde Staten stellen voor de aanvraag als bedoeld in het tweede lid een formulier vast.

  • 5. In het geval dat het eerste lid van toepassing is, beslissen Gedeputeerde Staten voor het einde van het jaar waarin zij de laatste SISA-bijlage hebben ontvangen.

  • 6. Als lid 2 en 3 van toepassing zijn, beslissen Gedeputeerde staten binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag als bedoeld in de leden 2 en 3 tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 15

  • 1. De Uitvoeringsregeling Subsidie BDU Gedragsbeïnvloeding Verkeersveiligheid Noord-Holland 2015 wordt ingetrokken.

  • 2. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij is geplaatst.

  • 3. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2018.

  • 4. Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregeling subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Noord-Holland 2016.

Ondertekening

Haarlem, 22 maart 2016.
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,
J.W. Remkes, voorzitter.
G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris.

BIJLAGE 1

Beoordelingsmethodiek behorende bij Uitvoeringsregeling subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Noord-Holland 2016

De rangorde van projecten waarvoor subsidie is aangevraagd, als bedoeld in artikel 12 lid 2 van de regeling, wordt bepaald door de projecten een score van 25 – 94 punten toe te kennen op basis van de criteria en scoringsmethoden zoals hieronder weergegeven.

A.

Beleid (10-20 punten)

Aansluiting bij het provinciale beleid wat betreft de geprioriteerde doelgroepen. Punten worden verdeeld afhankelijk van de doelgroep waar de activiteit zich op richt.

Berekening score:

Voorgezet onderwijs = 10 punten

Basisonderwijs = 20 punten

Basis én voortgezet onderwijs = 20 punten

B.

Kwaliteit (10-50 punten)

Kwaliteit van het product, aan de hand van de score op de tien stappen van de educatieve checklist van het CROW/KPVV.

Berekening score:

Optelling scores (sterren) op alle stappen. Elke ster is 1 punt (ook de rode sterren)

Producten die niet zijn getoetst voor deze checklist krijgen standaard 20 punten.

(Voor meer informatie over de gebruikte educatieve checklist zie: http://www.crow.nl/mobiliteit-en-gedrag/tools/toolkit)

C.

Reikwijdte (1-6 punten)

Het aantal scholieren dat met de uitvoering van de activiteit wordt bereikt. Hoe groter het aantal scholieren, hoe hoger het aantal te verkrijgen punten.

Berekening score:

Categorieën vastgesteld op basis van aantal leerlingen in aanvragen.

D.

Regionale bereik (1-6 punten)

Het regionale bereik van de activiteit, ofwel het aantal gemeenten dat binnen de provincie wordt bereikt. Hoe groter het bereik hoe meer punten.

Berekening score:

Categorieën vastgesteld op basis van aantal gemeentes in aanvragen.

E.

Wijze van uitvoeren (2-6 punten)

De manier waarop het project wordt uitgevoerd.

Berekening score: Uitsluitend theoretische uitvoering van de activiteit = 2 punten

Theoretische uitvoering van de activiteit, in combinatie met een praktische uitvoering in een gecontroleerde omgeving = 4 punten

Theoretische uitvoering van de activiteit in combinatie met een praktische uitvoering in het dagelijks verkeer = 6 punten.

F.

Tijdsbesteding (1-6 punten)

Duur van de activiteit. Hoe langer en vaker, hoe hoger de punten.

Berekening score:

Activiteit eenmalig = 1 punt

Activiteit eenmalig, aangevuld met online module/ activiteit = 3 punten

Activiteit meerdere keren per jaar = 6 punten