Beleidsregel balkonhekwerken bij woningen

Geldend van 13-06-2013 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel balkonhekwerken bij woningen

Het college van burgemeester en wethouders van Noordoostpolder;

Overwegende dat balkonhekwerken bij woningen doorgaans in strijd zijn met de voorschriften van het van toepassing zijnde bestemmingsplan;

Overwegende dat het wenselijk is beleidsregels vast te stellen voor het beoordelen van balkonhekwerken bij woningen;

Gelet op artikel 2.12, lid 1, sub a onder 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) juncto artikel 4, lid 3 bijlage ll Besluit omgevingsrecht (Bor);

Besluit vast te stellen:

“Beleidsregel balkonhekwerken bij woningen”

Artikel 1 Doel

Deze beleidsregel is van toepassing op balkonhekwerken die niet voldoen aan de regels uit het geldende bestemmingsplan. Het bestemmingsplan geeft voorschriften over de maximale hoogtemaat voor ‘andere bouwwerken’. waar een balkonhekwerk onder valt. Hierdoor voldoet een balkonhekwerken niet aan de voorschriften van het bestemmingsplan, omdat het "andere bouwwerk" de maximale bouwhoogte overschrijdt.

Artikel 2 Uitgangspunten en toetsingscriteria

Voor het beoordelen van aanvragen worden vier uitgangspunten gehanteerd:

  • A.

    Aanzien balkonhekwerk

    Het balkonhekwerk dient transparant te zijn. Dit betekent dat het balkonhekwerk een "open" karakter dient te hebben. Te denken valt hierbij als voorbeeld aan: spijlen of doorzichtig veiligheidsglas. Visueel gezien wordt daarmee zoveel mogelijk een verdichting in het aanzien voorkomen.

    illustratie 2-A

  • B.

    Hoogte balkonhekwerk

    De hoogte van het balkonhekwerk dient maximaal 1.20 meter te bedragen, omdat daarmee afgedwongen wordt dat het andere bouwwerk op het bijbehorende bouwwerk van ondergeschikte betekenis is.

  • C.

    Situering balkonhekwerk

    Het balkonhekwerk is gesitueerd in het achtererfgebied. Het is niet toegestaan balkonhekwerken te plaatsen in het voorerfgebied. Zie voorbeeldsituatie voor het onderscheid.

    illustratie 2-C

  • D.

    Burenrecht

    Naast ruimtelijke en stedenbouwkundige belangen spelen ook privaatrechtelijke aspecten een rol of wel of geen medewerking wordt verleend. Of daar doorslaggevende betekenis aan toekomt, hangt af van de concrete feiten en omstandigheden. In ieder geval zal een aanvraag welke in strijd is met artikel 5:50 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) een doorslaggevende factor zijn om niet mee te werken. Het balkonhekwerk dient minimaal op twee meter afstand van de grenslijn van het naburige erf gelegen te zijn, voor zover deze op het naburige erf uitzicht geeft.

Artikel 3 Overgangsrecht

Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze beleidsregel een aanvraag om een omgevingsvergunning is gedaan waarop nog niet is beslist, wordt deze beleidsregel daarop toegepast.

Artikel 4 Inwerkingtreding beleidsregel

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 13 juni 2013.

Artikel 5 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als beleidsregels “balkonhekwerken bij woningen”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering
van het college van burgemeester en wethouders
d.d. 3 juni 2013,
De secretaris, de burgemeester,