Regeling vervallen per 01-01-2014

Drank- en horecaverordening Olst-Wijhe 2002

Geldend van 13-12-2002 t/m 31-12-2013

Intitulé

Drank- en horecaverordening Olst-Wijhe 2002.

Drank- en horecaverordening Olst-Wijhe 2002.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    wet: de Drank- en Horecawet;

  • 2.

    inrichting: hetgeen daaronder verstaan wordt in artikel 1, lid 1 van de wet;

  • 3.

    lokaliteit: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, lid 1 van de wet;

  • 4.

    paracommerciële instelling: hetgeen daaronder verstaan wordt in artikel 4, lid 1 van de wet;

  • 5.

    sterke drank: hetgeen daaronder verstaan wordt in artikel 1, lid 1 van de wet.

Artikel 2 Paracommerciële instelling

Burgemeester en wethouders kunnen aan een vergunning voor inrichtingen van een paracommerciële instelling de volgende voorschriften verbinden:

  • a.

    in de inrichtingen mogen geen bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen worden gehouden;

  • b.

    het verstrekken van alcoholhoudende dranken wordt beperkt tot een uur voor, tijdens en tot een uur na de activiteiten van de desbetreffende organisatie met inachtneming van het reguliere sluitingsuur.

Artikel 3 Verbod verstrekking sterke drank

Het is verboden anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een inrichting:

  • a.

    waarin of in een onderdeel waarvan uitsluitend of in hoofdzaak geringe eetwaren, zoals belegde broodjes, patates frites, kroketten en snacks worden verkocht;

  • b.

    waarin uitsluitend of in hoofdzaak onderwijs wordt gegeven;

  • c.

    die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of –instellingen;

  • d.

    die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij sportorganisaties of –instellingen;

  • e.

    die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij kerkelijke instellingen of organisaties gedurende de tijd dat deze uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of –instellingen;

  • f.

    die kan worden aangemerkt als dorps- of buurthuis gedurende de tijd dat deze uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of –instellingen.

Artikel 4 Ontheffing

  • 1. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het verbod gesteld in artikel 3.

  • 2. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

  • 3. Een ontheffing kan worden gewijzigd of ingetrokken.

Artikel 5 Strafbepalingen

Overtreding van het verbod, gesteld in artikel 3, of van een voorschrift gesteld krachtens artikel 2 en artikel 4, tweede lid, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden, of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 6 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

  • 2. De Drank- en Horecaverordening Wijhe, vastgesteld d.d.19 maart 1968, en de Drank- en Horecaverordening Olst, vastgesteld d.d. 21 december 1967, vervallen van rechtswege op 1 januari 2003.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Drank- en Horecaverordening Olst-Wijhe 2002”.

Inhoudsopgave

Drank- en horecaverordening Olst-Wijhe 2002.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 2 Paracommerciële instelling

Artikel 3 Verbod verstrekking sterke drank

Artikel 4 Ontheffing

Artikel 5 Strafbepalingen

Artikel 6 Inwerkingtreding

Artikel 7 Citeertitel