Regeling vervallen per 18-12-2012

Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Oost Gelre

Geldend van 01-01-2012 t/m 17-12-2012

Intitulé

Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Oost Gelre

De raad van de gemeente Oost Gelre;   gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2008;   gezien het advies van de Cliëntenraad Wet werk en bijstand;   gehoord de commissie Maatschappij en Bestuur d.d. 25 november 2008;   gelet op de artikelen 8 en 36 van de Wet werk en bijstand en artikel 149 van de Gemeentewet;   overwegende dat de raad bij verordening het verstrekken van langdurigheidstoeslag aan personen van 21 tot 65 jaar moet regelen;   besluit:   vast te stellen de verordening:   VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG GEMEENTE OOST GELRE

 

Artikel 1 begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. College: het college van burgemeester en wethouders

b. Wet: de Wet Werk en Bijstand

c. Referteperiode: een periode van 36 maanden voorafgaand aan de peildatum.

d. Peildatum: de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat.

e. Inkomen: het inkomen als bedoeld in artikel 32 van de wet, met dien verstande dat voor de zinsnede ‘een periode waarover een beroep op bijstand wordt gedaan’ moet worden gelezen ‘de referteperiode’. Een bijstandsuitkering wordt, in afwijking van artikel 32 van de wet voor de beoordeling van het recht op langdurigheidstoeslag als inkomen gezien.

f. WTOS: Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten

g. WSF 2000: Wet Studiefinanciering

h. Bijstandsnorm: de norm bedoeld in artikel 5 onderdeel c van de wet  

Artikel 2 Uitvoering

De uitvoering van deze verordening berust bij het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 3 Langdurig, laag inkomen

1. Onverlet het bepaalde in artikel 36 van de wet komt in aanmerking voor de langdurigheidstoeslag de belanghebbende die gedurende een onafgebroken periode van 36 maanden aangewezen is geweest op een inkomen dat niet uitkomt boven 100 procent van de voor hem geldende bijstandsnorm en geen in aanmerking te nemen vermogen heeft als bedoeld in artikel 34 van de wet.

2. Niet voor de langdurigheidstoeslag komt in aanmerking de belanghebbende die een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF 2000.

3. Indien één van de gezinsleden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge de artikelen 11 of 13, eerste lid van de wet, waardoor slechts één van de gezinsleden recht op langdurigheidstoeslag heeft, komt dit gezinslid in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.

 

Artikel 4 Hoogte van de toeslag

1. De langdurigheidstoeslag bedraagt per jaar: a. voor gehuwden € 490,00; b. voor alleenstaande ouders € 440,00; c. voor alleenstaanden € 345,00.   2. Voor de toepassing van het eerste lid is de situatie op de peildatum bepalend.   3. De genoemde bedragen gelden per 1 januari 2008 en indexering door het college vindt plaats per 1 januari van de volgende jaren.

Artikel 5 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 5a Wijziging betekenis begrippen

1. Waar in deze verordening de begrippen ‘alleenstaande’, ‘alleenstaande ouder’ en ‘gezin’ worden gebruikt, hebben deze vanaf 1 januari 2012 dezelfde betekenis als in artikel 4 van de wet.

2. Waar in deze verordening wordt gesproken over ‘gehuwde(n)’ of ‘gehuwdennorm’ hebben deze begrippen vanaf 1 januari 2012 dezelfde betekenis als ‘gezin’, bedoeld in artikel 4, respectievelijk ‘gezinsnorm’, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de wet.

Artikel 6 Inwerkingtreding en citeertitel

1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2009.

2. Deze verordening kan aangehaald worden als Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Oost Gelre

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2008.
De voorzitter,   mr. drs. H.W.M. Heijman   De griffier   mw. drs. M.A.H. Heffels