Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Geldend van 26-07-2017 t/m heden

Intitulé

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Het college van burgemeester en wethouders van Oudewater,

gelet op artikel 52 van de Gemeentewet,

besluit vast te stellen:

"Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college"

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

  • 1.

    Het college regelt de verdeling van zijn werkzaamheden.

  • 2.

    Het college regelt de onderlinge vervanging in geval van afwezigheid van één van de wethouders.

  • 3.

    Het college regelt de vervanging van de burgemeester in geval van diens afwezigheid.

  • 4.

    Een collegelid dat verhinderd is zijn activiteiten uit te oefenen, geeft daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan de secretaris.

  • 5.

    Als de secretaris is verhinderd, wordt hij vervangen door een door het college te benoemen loco-secretaris.

Artikel 2 Dag van de vergaderingen

  • 1.

    Het college vergadert in de regel eenmaal per week op een in onderling overleg vast te stellen dag en tijdstip en voorts zo dikwijls de voorzitter of een wethouder het nodig acht.

  • 2.

    Indien een wethouder een extra vergadering nodig acht, verzoekt hij onder opgave van redenen aan de voorzitter deze bijeen te roepen. De secretaris zorgt na overleg met de voorzitter voor een oproep voor deze vergadering – onder vermelding van de te bespreken onderwerpen.

Artikel 3 Quorum en verhindering

  • 1.

    Een vergadering kan plaatsvinden als ten minste de helft van de collegeleden aanwezig is. In geval de spoedeisendheid daartoe noodzaakt kan een vergadering worden belegd zonder dat het quorum aanwezig is. Op dat moment worden afspraken gemaakt over het inlichten van afwezige collegeleden en het bekrachtigen van de genomen besluiten zodra het quorum aanwezig is.

  • 2.

    Wanneer een collegelid verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de secretaris.

  • 3.

    Wanneer de secretaris verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de voorzitter, alsmede aan degene die de secretaris vervangt.

Artikel 4 Agenda

  • 1.

    Voor elke vergadering wordt, als regel 24 uur van tevoren, door de secretaris aan de leden van het college een agenda met bespreekstukken beschikbaar gesteld.

  • 2.

    Onderwerpen ten aanzien waarvan tijdige agendering als bedoeld in het eerst lid niet mogelijk is, doch waarvan ten gevolge van de spoedeisendheid geen uitstel mogelijk is, kunnen onder opgave van reden(en) van urgentie worden aangemeld bij de secretaris.

Artikel 5 Stemmingen

  • 1.

    Indien geen van de leden van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 2.

    Indien een collegelid bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt mondeling gestemd, tenzij het derde lid wordt toegepast.

  • 3.

    Indien een collegelid dat verlangt wordt bij het nemen van een besluit over een benoeming, voordracht of aanbeveling van personen gestemd bij gesloten en ongetekende briefjes.

    • a.

      Indien daarbij de stemming beperkt is tot een persoon en de stemmen staken, beslist het lot.

    • b.

      Indien in de overige gevallen bij een eerste stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een tweede stemming plaats tussen de twee personen die bij de eerste stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij die eerste stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de tweede stemming zal plaatshebben. Indien bij de tussenstemming of bij de tweede stemming de stemmen staken, beslist het lot.

  • 4.

    a. Indien bij een stemming, anders dan over personen voor het doen van benoeming, voordrachten of aanbevelingen, de stemmen staken, wordt de stemming verdaagd tot een volgende vergadering waarin opnieuw wordt gestemd.

  • b. staken de stemmen andermaal over hetzelfde voorstel, dan beslist de stem van de voorzitter.

Artikel 6 Besluienlijst

  • 1.

    De secretaris draagt zorg voor het bijhouden van de besluitenlijst van de vergadering.

  • 2.

    De besluitenlijst bevat ten minste:

    • a.

      de namen van de afwezige leden;

    • 2.b

      een formulering van de door het college genomen besluiten (besluitenlijst).

  • 3.

    Stemverhoudingen worden alleen vermeld als een collegelid daarom vraagt.

  • 4.

    De besluitenlijst  wordt in de eerstvolgende vergadering vastgesteld.

  • 5.

    Voor zover de aard en de inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordt de besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de vergadering openbaar gemaakt.

Artikel 7 Parafenbesluit

  • 1.

    Besluiten buiten de vergadering komen tot stand door een parafenbesluit. Het parafenbesluit wordt genomen doordat geen van de collegeleden heeft aangegeven het voorstel in een collegevergadering te willen bespreken en akkoord heeft gegeven op het voorstel.

  • 2.

    Op de eerstvolgende collegevergadering wordt de lijst van genomen parafenbesluiten ter afhandeling geagendeerd. Het parafenbesluit wordt geacht te zijn genomen op de datum van die collegevergadering.

Artikel 8 Openbare vergadering

  • 1.

    Het college kan besluiten een openbare vergadering te houden.

  • 2.

    De bepalingen van dit reglement zijn voor zover mogelijk van toepassing op een openbare vergadering.

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit reglement treedt in werking de dag na de dag van bekendmaking.

  • 2.

    Het oude reglement van orde zoals vastgesteld op 24 mei 1994 wordt ingetrokken.

  • 3.

    Dit reglement kan worden aangehaald als “Reglement van Orde college”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college op 14 maart 2017,
Het college van burgemeester en wethouders van Oudewater,
De secretaris, de burgemeester,
ir. W.J. Tempel mr. drs. P. Verhoeve

Toelichting

Algemeen

Ingevolge artikel 52 Gemeentewet stelt het college een reglement van orde voor zijn vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Onder werkzaamheden wordt blijkens de memorie van toelichting bij de nieuwe Gemeentewet (1994) onder meer verstaan de bekendmaking van besluiten. Ook bijvoorbeeld de onderlinge vervanging tussen de wethouders behoort daartoe. De Wet dualisering gemeentebestuur (2002) geeft weinig wijzigingen die van invloed zijn op het reglement van orde en andere werkzaamheden van het college. Waar nodig wordt hier in de toelichting aandacht aan besteed.

De achtergrond voor herzien van het uit 1994 stammende Modelreglement van orde en andere werkzaamheden van het college is de ingrijpende wijzigingen in de positie van de secretaris en de nieuwe functie van griffier. Hierdoor is voor de raad een Reglement van orde in een dualistisch stelsel uitgebracht en de Handreiking ambtelijke ondersteuning duale raad (inclusief een modelinstructie voor de griffier). De nieuwe instructie voor de gemeentesecretaris wordt geïntegreerd opgenomen in de voorbeeld organisatiebesluiten. Deze organisatiebesluiten, die de niet duale model-organisatieverordeningen vervangen, verschijnen in juli 2004. Door al deze ontwikkelingen is het modelreglement voor het college nog eens kritisch bekeken en geactualiseerd. De Wet dualisering gemeentebestuur op zich heeft weinig concrete wijzigingen in het modelregelement van orde voor het college als gevolg. Waar nodig wordt hier in de toelichting aandacht aan besteed.

 

In Oudewater hebben we het modelreglement op hoofdlijnen gevolgd. De belangrijkste aanvulling op het modelreglement is de regeling over parafenbesluiten (artikel 7).

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

In het eerste lid van dit artikel wordt een onderwerp geregeld zoals dat aan de orde zal zijn in het zogenaamde constituerend beraad, de eerst vergadering van het college direct na de raadsvergadering waarin de wethouders zijn benoemd. Wellicht ten overvloede wordt er op gewezen dat het college als geheel de verantwoordelijkheid draagt voor de uitgeoefende taken, dit ondanks de portefeuilleverdeling en het eventueel gebruikmaken van de mogelijkheid die in artikel 168 Gemeentewet geboden wordt (mandaat aan individuele leden van het college).

Naast de verdeling van de werkzaamheden kan de onderlinge vervanging worden geregeld. Door de Wet dualisering gemeentebestuur is het niet meer mogelijk een raadslid aan te wijzen als vervanger van een wethouder. De vervanging zal onderling geregeld moeten worden of, indien mogelijk gezien het aantal wethouders (artikel 36 Gemeentewet), door het (tijdelijk) aanstellen van een extra wethouder. Met het derde lid wordt voldaan aan het gestelde in artikel 77 Gemeentewet. Ter wille van de nodige flexibiliteit is gekozen voor een algemene formulering. Het vierde lid is een voorwaarde om de vervangingsprocedure in werking te kunnen zetten.

Artikel 2 Dag van de vergaderingen

Met het eerste lid wordt voldaan aan het gestelde in artikel 53, eerst lid Gemeentewet. Ook hier is weer gekozen voor een algemeen flexibele formulering, waardoor de mogelijkheid bestaat in bijzondere gevallen af te wijken. Uit het tweede deel van het eerste lid en het tweede lid volgt dat ook de burgemeester, als voorzitter van het college (zie artikel 34 Gemeentewet), maar ook een collegelid ervoor kan zorgen dat een extra vergadering wordt gehouden. De formulering van het bepaalde in het tweede lid houdt overigens niet in dat de burgemeester de bevoegdheid zou toekomen een extra vergadering tegen te houden. De imperatieve formulering van het eerst lid staat daaraan in de weg. Het tweede lid geeft verder de procedure voor een extra vergadering weer. Hier zou ook bepaald kunnen worden dat voor de extra vergadering de stukken per e-mail worden verzonden.

 Artikel 3 Quorum en verhindering

Dit artikel is naast een vastlegging van de procedure ook van belang om wellicht al voorafgaand aan de vergadering te kunnen constateren dat het benodigde quorum voor besluitvorming niet gehaald wordt ( artikel 56 Gemeentewet). De voorzitter kan dan een nieuwe vergadering beleggen.

Bovendien is opgenomen dat een vergadering kan plaatsvinden zonder het quorum als de spoedeisendheid daarom vraagt. Er moeten dan wel afspraken gemaakt worden over het inlichten van de andere collegeleden en het bekrachtigen van het besluit.

 

Artikel 4 Agenda

De rol van de gemeentesecretaris bij de collegevergaderingen wordt in de artikelen 103 tot en met 105 van de Gemeentewet aangegeven. Nadere uitwerking van de taken van de secretaris vindt enerzijds plaats in dit reglement, anderzijds in de voorbeeld organisatiebesluiten waarin de instructie voor de gemeentesecretaris geïntegreerd is opgenomen.

In dit artikel wordt aangegeven dat de secretaris verantwoordelijk is voor het doen toekomen van de agenda aan de collegeleden.

Uiteraard kan ten aanzien van de hier geregelde onderwerpen voor een volstrekt andere uitwerking worden gekozen. Die is sterk afhankelijk van de lokale structuur en gebruiken. Te denken valt aan het opnemen van bepalingen over de wijze van vaststellen van de agenda, het toezenden of ter inzage leggen van een en ander aan/voor de leden van de raad etc.

Tevens is kort aangegeven hoe zaken van spoedeisend belang worden geagendeerd. De secretaris zal al naar gelang de omstandigheden dienen af te wegen of ten aanzien van de spoedeisende onderwerpen van tevoren gecommuniceerd wordt met de collegeleden of dat dit in de vergadering gebeurt.

 Artikel 5 Stemmingen

In de eerste plaats moet hier worden gewezen op artikel 56 Gemeentewet, dat een regeling bevat met betrekking tot zowel het vergader- als het besluitquorum ten aanzien van de vergaderingen van het college. Hoewel het ingevolge de Memorie van Toelichting bij dit artikel aan het college vrijstaat in het reglement van orde een zwaarder quorumvereiste te stellen, is hiervoor niet gekozen; het in de wet terzake opgenomen stelsel is daarmee onverkort van toepassing.

Ten aanzien van het stemmen wordt opgemerkt, dat in de praktijk slechts zelden wordt gestemd. Het is mogelijk om hier aansluiting te zoeken bij de bepalingen over stemmingen die in het reglement van orde voor de raad zijn opgenomen (in het model artikelen 28, 30, 31 en 32). Het is praktisch om regelingen zo veel mogelijk op elkaar af te stemmen. Wel is de regeling voor de raad erg uitgebreid. Hier is gekozen om alleen het meest noodzakelijke te regelen. Opvallend is dat in artikel 59 Gemeentewet artikel 31 niet van overeenkomstige toepassing is verklaard. Dat artikel bepaalt dat de stemming over het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen bij gesloten en ongetekende stembriefjes geschiedt. Verder is bepaald dat indien de stemmen over personen tot wie de keuze door een voordracht of herstemming is beperkt, staken, er in dezelfde vergadering een herstemming wordt gehouden. Staken de stemmen opnieuw, dan beslist het lot. Van de hierdoor geboden ruimte is in het reglement gebruikgemaakt. De opgenomen regeling komt erop neer dat in principe slechts wordt gestemd indien één van de leden dat wenst. In dat geval wordt mondeling gestemd (ook over personen), tenzij ten aanzien van personen om een schriftelijke stemming wordt verzocht. Over zaken wordt dus of niet of mondeling gestemd.

Indien gebruik wordt gemaakt van een zogenoemd parafenbesluit, een conceptbesluit dat door de leden van het college van parafen wordt voorzien waarna dit door het college als een definitief meerderheidsbesluit wordt beschouwd, is de uitspraak van de Raad van State van 16 juli 2003 van belang (LJN-nr AH9850, zaaknr. 200200757/1). Doordat met een parafenbesluit in materiële zin besluitvorming buiten de collegevergadering plaatsvindt, dient dit bekent gemaakt te zijn hetzij op grond van het reglement van orde hetzij op grond van een bekend gemaakte vaste praktijk. Daarbij moet bepaald zijn dat in een collegevergadering de mogelijkheid bestaat tot beraadslaging en besluitvorming over het te nemen (parafen)besluit en moet tevens duidelijk zijn wanneer het besluit wordt genomen.

 

Artikel 6 Besluitenlijst

Dit artikel regelt de verslagleggende taak van de secretaris en de wijze waarop de besluitenlijst wordt vastgesteld. Als op grond van artikel 55 van de Gemeentewet door het college een geheimhoudingsplicht is opgelegd, zal ten aanzien van de beraadslaging en eventuele besluiten over dit onderwerp een afzonderlijk verslag moeten worden gemaakt. Dit zal door de secretaris afzonderlijk moeten worden bewaard totdat de geheimhouding is opgeheven.

De Wet dualisering gemeentebestuur introduceert het begrip ‘besluitenlijst’. Hierdoor is de bepaling over de verslaglegging aangepast. Op grond van artikel 60 Gemeentewet kan de raad regelen van welke beslissingen van het college de raad op de hoogte gesteld wil worden. In het vijfde lid is uitgewerkt hoe de besluitenlijst tot stand komt. Gekozen is voor een regeling waarbij de informatie over de besluitenlijst snel beschikbaar is en niet gewacht hoeft te worden totdat het verslag is vastgesteld. De openbaarmaking geschiedt op de in de gemeente gebruikelijke wijze.

Artikel 7 Parafenbesluit

Dit artikel regelt het parafenbesluit. Het parafenbesluit is een conceptbesluit dat door de leden van het college van parafen wordt voorzien waarna dit door het college als een definitief meerderheidsbesluit en dus als een conform besluit wordt beschouwd. Parafenbesluiten zijn toegestaan mits voldaan wordt aan voorwaarden die zijn gesteld door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (16 juli 2003 (LJN-nr AH9850, zaaknr. 200200757/1). Doordat met een parafenbesluit in materiële zin besluitvorming buiten de collegevergadering plaatsvindt, dient dit bekend gemaakt te zijn hetzij op grond van het reglement van orde hetzij op grond van een bekend gemaakte vaste praktijk. Daarbij moet bepaald zijn dat in een collegevergadering de mogelijkheid bestaat tot beraadslaging en besluitvorming over het te nemen (parafen)besluit en moet tevens duidelijk zijn wanneer het besluit wordt genomen.

Met dit artikel wordt de mogelijkheid van een parafenbesluit bekendgemaakt. Tevens wordt geregeld dat er pas sprake is van een besluit als alle collegeleden hebben aangegeven dat zij geen behoefte hebben aan bespreking van het voorstel in de vergadering en akkoord hebben gegeven op het voorstel.

Om onduidelijkheid te voorkomen over de vraag wanneer een besluit is genomen, is geregeld dat de parafenbesluiten worden geagendeerd op de eerstvolgende collegevergadering en ook op die datum worden geacht te zijn genomen.

Artikel 8 Openbare vergadering

Ingevolge artikel 54 Gemeentewet is hoofdregel dat de vergaderingen met gesloten deuren plaatsvinden. Het college kan daar zelf van afwijken. Via artikel 10 wordt dit ook uitdrukkelijk aan het college overgelaten. Indien een vergadering van het college openbaar is, bepaalt het tweede lid van artikel 53 Gemeentewet dat de burgemeester dag, plaats en tijdstip daarvan bekend moet maken.

 Artikel 9 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen nadere uitleg. Wellicht ten overvloede wordt hier gewezen op de Tijdelijke referendumwet. Het reglement van orde voor het college is niet referendabel op grond van deze wet. Dit is immers een collegebesluit en alleen raadsbesluiten kunnen referendabel zijn.