Regeling vervallen per 06-10-2016

Referendumverordening

Geldend van 10-09-2005 t/m 05-10-2016

Intitulé

Referendumverordening

De raad van de gemeente Pekela;

gehoord de beraadslagingen;

gelet op artikel 149 Gemeentewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

de Referendumverordening.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    referendum: volksstemming waarbij de kiesgerechtigden zich uitspreken over een besluit van de raad;

  • b.

    kiesgerechtigden: diegenen die op de drieenveertigste dag voorafgaande aan de dag waarop het referendum wordt gehouden overeenkomstig artikel B3 Kieswet kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van de raad.

Artikel 2. Voor een referendum in aanmerking komende besluiten

Over ieder besluit van de raad kan een referendum worden gehouden, met uitzondering van de volgende besluiten:

  • a.

    een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afwijzing van een aanvraag daarvan;

  • b.

    over de hoogte van geldelijke voorzieningen voor ambtsdragers, gewezen ambtsdragers en hun nabestaanden;

  • c.

    over de vaststelling van de gemeentelijke begroting en de rekening;

  • d.

    over de vaststelling van gemeentelijke tarieven en belastingen;

  • e.

    over het voor kennisgeving aannemen van notities en rapporten;

  • f.

    in het kader van deze verordening;

  • h.

    waarbij het belang van het referendum niet opweegt tegen de verantwoordelijkheid van de raad voor kwetsbare groepen en hun plaats in de samenleving;

  • i.

    ter uitvoering van een besluit van een hoger bestuursorgaan of de wetgever waaromtrent de raad geen beleidsvrijheid heeft;

  • i.

    welke naar het oordeel van de raad hun grondslag vinden in een eerder genomen besluit waarover een referendum is gehouden of kon worden gehouden; of

  • j.

    waarvan de raad van mening is dat er andere dan bovengenoemde dringende redenen zijn om geen referendum te houden.

Artikel 3. Kennisgeving en initiatief van kiesgerechtigden

  • 1. Kiesgerechtigden kunnen schriftelijk kennis geven van hun voornemen het initiatief te nemen tot het houden van een referendum.

  • 2. Deze kennisgeving moet ten minste 14 dagen vóór de raadsvergadering, waarvoor het besluit is geagendeerd, bij de griffie worden ingediend. De kennisgeving moet worden ondersteund door een aantal kiesgerechtigden, dat ten minste gelijk is aan 1 % van het aantla kiesgerechtigden van de laatstgehouden verkiezing van de leden van de raad.

  • 3. In de kennisgeving wordt nauwkeurig aangegeven om welk voorgenomenen besluit het gaat.

    De kennisgeving gaat vergezeld van een handtekening van elke verzoeker, met een opgave van diens naam, adres, woonplaats en geboortedatum.

  • 4. De in het derde lid bedoelde persoonsgegevens worden geplaatst op de daar bedoelde schriftelijke kennisgeving.

  • 5. indien de kennisgeving is gedaan volgens de hiervoor gestelde eisen, beslist de raad in dezelfde vergadering waarvoor het besluit van de raad is geagendeerd op de kennisgeving.

    De raad kan zijn beslissing uiterlijk tot de volgende raadsvergadering verdagen.

Artikel 4. Opschorting inwerkingtreding besluit

  • Als een referendum wordt gehouden over een door de raad genomen besluit, dan wordt de inwerkingtreding van dat besluit opgeschort tot na de eerstvolgende vergadering na de dag waarop het referendum wordt gehouden, tenzij eerder negatief over de ontvankelijkheid van het referendumverzoek wordt beslist.

Artikel 5. Referendumverzoek

  • Binnen 8 weken na de dag waarop de raad bekend heeft gemaakt dat op grond van de kennisgeving is besloten dat over een besluit een referendum kan worden gehouden, kan door kiesgerechtigden een verzoek tot het houden van een referendum worden ingediend.

  • 1. Dit verzoek moet worden ondersteund door een aantal kiesgerechtigden dat ten minste gelijk is aan 10% van het aantal kiesgerechtigden van de laatsgehouden verkiezing van de leden van de raad.

  • 2. Voor de vaststelling van het in het tweede lid bedoelde aantal, worden de kiesgerexchtigden die de kennisgeving hebben ondersteund, meegerekend.

  • 3. Het verzoek gaat vergezeld van een handtekening van elke verzoeker, met een opgave van diens naam, adres, woonplaats en geboortedatum.

  • 4. De in het 3e lid genoemde persoonsgegevens worden geplaatst op daartoe van gemeentewege verstrekte lijksten.

  • 5. Het verzoek en de op de lijst(en) vermelde persoonsgegevens zijn openbaar en liggen, vanaf het moment van ontvangst, voor een ieder ter inzage in het gemeentehuis. De ter inzage legging zal in een dag- en of ander plaatselijk verschijnend nieuwsblad worden bekend gemaakt.

  • 6. de raad onderzoekt na binnenkomst van het verzoek, of dit verzoek aan de hiervoor gestelde eisen voldoet. Het neemt hierover binnen 8 weken een besluit. De raad kan haar beslissing voor ten hoogste 5 weken verdagen.

  • 7. Indien het verzoek voldoet aan de hiervoor gestelde eisen, neemt de raad uiterlijk binnen 10 weken na de dag van ontvangst van het verzoek een besluit over het houden van een referendum.

  • 8. De termijn, genoemd in het vorige lid wordt verlengd met de termijn van verdaging, waartoe de raad eventueel conform lid 6 heeft besloten.

Artikel 6. Referendumcommissie

  • 1. De raad stelt deze referendumcommissie in en benomet en ontslaat haar leden.

  • 2. Taken van de commissie zijn:

    - advisering over de vraagstelling en antwoordcategorieen;

    - toezicht op de organisatie van het referendum;

    - toezicht op de objectiviteit van de door de gemeente te verstrekken voorlichting;

    - versterken van subsidies voor voorlichting;

    - behandeling van klachten over het verloop van de procedure;

    - evaluatie van het gehouden referendum.

Artikel 7. Datum

  • 1. De raad stelt de dag vast waarop het referendum wordt gehouden, met dien verstande dat het referendum niet later plaatsvindt dan uiterlijk 3 maanden na de dag waarop het definitieve verzoek is ingewilligd.

  • 2. Er kunnen meer referenda op een dag worden gehouden.

  • 3. in het geval de in het eerste lid genoemde termijn van 4 maanden afloopt binnen 3 maanden voor een algemene verkiezing mag de termijbn worden overschreden zodat de stemmingen kunnen worden gecombineerd.

Artikel 8. Vraagstelling

Aaan de kiezers wordt op de dag van de stemming de vraag voorgelegd of zij vóór of tegen het besluit van de raad waarover het refeendum wordt gehouden zijn.

Artikel 9. Uitvoering

Het college is belast met de organisatie en uitvoering van het referendum.

Artikel 10. Procedure stemming

De bepalingen van de Kieswet over de raadsverkiezingen zijn zoveel mogelijk en voorzover van overeenkomstige toepassing.

Artikel 11. Geldigheid van de uitslag

  • 1. Het referendum wordt als geldig beschouwd, indien meer dan 50% van de kiesgerechtigden een stem heeft uitgebracht.

  • 2. De uitslag van het referendum wordt berekend op basis van de gewone meerderheid van het totale aantal uitgebrachte stemmen.

Artikel 12. Strafsancties

Met een hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie wordt gestraft degene die:

  • a.

    stembiljetten, volmachtbewijzen namaakt of vervalst met het oogmerk deze als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;

  • b.

    stembiljetten, volmachtbewijzen die hij zelf heeft nagemaakt of vervalst of waarvan de valsheid of vervalsing hem, toen hij deze ontving, bekend was, opzettelijk als echt en onvervalst gebruikt of door anderen doet gebruiken, dan wel deze met het oogmerk om deze als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, in voorraad heeft;

  • c.

    als gemachtigde stemt voor een persoon, wetende dat deze is overleden;

  • d.

    bij een verkiezing een ander heeft gemachtigd voor hem te stemmen en niettemin in persoon aan de stemming deelneemt;

  • e.

    stelselmatig personen aanspreekt of anderszins persoonlijk benadert ten einde hen te bewegen het formulier op hun oproepingskaart, bestemd voor het stemmen bij volmacht, te ondertekenen en deze kaart af te geven.

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de derde dag na de bekendmaking als bedoeld in artikel 139 van de Gemeentewet.

Artikel 15. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als 'Referendumverordening'.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 5 juli 2005.

De voorzitter

,de heer M. Schollema

De griffier

, de heer G. Wijers