Beleidslijn heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen Gemeente Purmerend, december 2018

Geldend van 01-02-2019 t/m heden

Intitulé

Beleidslijn heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen Gemeente Purmerend, december 2018

De Burgemeester van de gemeente Purmerend,

Gelet op afdeling 4 APV gemeente Purmerend, artikel 437 lid 1 Wetboek van Strafrecht en artikel 2 lid 2 Uitvoeringsbesluit ter uitvoering van artikel 437 eerste lid, Wetboek van Strafrecht;

Besluit vast te stellen de beleidslijn heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen Gemeente Purmerend, december 2018

Samenvatting

Tot nu toe is de aanpak van heling voornamelijk gericht op preventie van diefstal en het vergroten van bewustwording van inwoners. Om ook de andere kant, de daders, aan te pakken is het noodzakelijk om de afzetmarkt van buitgemaakte goederen te frustreren. De gemeente Purmerend gaat de aanpak helingbestrijding effectiever uitvoeren waarbij voornamelijk de focus zal liggen op de invoering van het Digitaal Opkopers Register (hierna: DOR) en de communicatie richting handelaren/ondernemers over de aanpak. Het invoeren van het DOR is een maatregel die genomen kan worden om handelaren te ondersteunen bij het herkennen van gestolen goederen. Het is om deze reden dat de burgemeester van Purmerend op 14 juni 2018 een aanwijsbesluit digitale opkopersregister voor handelaren heeft ondertekend zodat ondernemers uit de gemeente Purmerend gebruik moeten maken van het DOR. Het DOR heeft vele voordelen. Het systeem van het DOR zoekt automatisch binnen de systemen van de politie naar een match met een aangifte van gestolen goederen. Daarnaast kan de politie ook zelf inloggen in het systeem en zien welke goederen er door de handelaar zijn ingekocht en of het in- en verkoopregister juist wordt bijgehouden. Aangezien alleen het Openbaar Ministerie de bevoegdheid heeft om op het inkoopregister te vervolgen, betekent dit dat de gemeente hiervoor geen extra capaciteit hoeft vrij te maken. Wanneer een overtreding wordt geconstateerd in het verkoopregister, waar de gemeente bevoegd is om bestuurlijk op te treden, dient er op eenduidige wijze vervolg te worden gegeven aan de geconstateerde overtreding. Welke bestuurlijke maatregelen worden ingezet is vastgelegd in het hieronder beschreven handhavingsarrangement.

Inleiding

In het coalitieakkoord 2018-2022 van de gemeente Purmerend is nogmaals benadrukt dat veiligheid één van de belangrijkste pijlers is waarop een samenleving kan floreren. Het Integraal Veiligheidsplan 2019-2022 van de gemeente Purmerend is onder andere opgesteld om de focus aan te brengen op onderwerpen waarvan verwacht wordt dat deze extra aandacht nodig hebben. Ook heeft een aantal ervaringen de afgelopen jaren aanleiding gegeven tot het opstellen van nieuw beleid op het gebied van de bestuursrechtelijke gedragsaanwijzing, het handhavingsbeleid drugspanden Purmerend en het onderhavige beleidsonderwerp: het digitale opkopersregister.

Het Integraal Veiligheidsplan richt zich onder andere op een doorlopende intensieve aanpak van High Impact Crimes en een verhoogde focus op ondermijnende criminaliteit. Straatroven, woninginbraken en overvallen hebben veel impact op de slachtoffers en vormen daarmee een gevaar voor de openbare orde en het woon- en leefklimaat. Uit het oogpunt van misdaadbestrijding is de aanpak van handel in goederen afkomstig van een misdrijf en hieraan gerelateerde strafbare feiten (hierna: heling) van groot belang. De gelegenheid tot het verhandelen van goederen die afkomstig zijn van een misdrijf stimuleert dit soort misdaadvormen, aangezien de hiermee verworven goederen snel via handelaren kunnen worden omgezet in geld. Opkopers en handelaren die handelen in ongeregelde en gebruikte goederen (hierna: handelaren) vormen daarmee vanzelfsprekend een aantrekkelijke afzetmarkt.

De gemeente Purmerend hecht veel waarde aan vrijheid voor ondernemers. Uitgangspunt in het Integraal Veiligheidsplan is dan ook: Voor én met de inwoner. Centraal staat de inwoner, bezoeker of ondernemer van de gemeente Purmerend. Daarom dient steeds de vraag gesteld te worden ‘op welke wijze dragen de werkzaamheden of regels bij aan de veiligheid van deze personen of groepen?’.1 Iedere ondernemer kan het beroep van ‘handelaar’ uitoefenen. Handelaren horen ook bij een middelgrote stad als Purmerend. Echter, een deel van de branche is kwetsbaar voor het faciliteren van criminaliteit. Handelaren dragen hiermee een grote verantwoordelijkheid. Daarom heeft de gemeente Purmerend voor handelaren, als aanvulling op landelijke wetgeving, regels beschreven in de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: Apv). De aangewezen toezichthouders op de Apv (hierna: toezichthouder) zien op naleving toe. Op basis van deze wet- en regelgeving is een passend bestuurlijk handhavingsmodel opgesteld. Naast het strafrecht biedt hiermee ook het bestuursrecht mogelijkheden om heling een halt toe te roepen. De doelstelling van het bestuurlijk handhavingsarrangement voor heling is de naleving van de geldende wet- en regelgeving door handelaren. Hiermee wordt getracht de afzetmarkt te verkleinen voor goederen die afkomstig zijn van een misdrijf (hierna: gestolen goederen). Dader- en gelegenheidstructuren ten aanzien van High Impact Crime en ondermijnende criminaliteit worden bestreden met als uiteindelijke doel om hiermee de openbare orde en het woon- en leefklimaat voor alle Purmerenders te beschermen.

Wettelijk kader

De wet- en regelgeving schrijft handelaren bepaalde verplichtingen voor bij de uitvoering van hun beroep. Het Wetboek van Strafrecht (hierna: WvSR) beperkt zich voornamelijk tot strafbare feiten die samenhangen met de inkoop van goederen. Regelgeving in de Apv richt zich op de verkoop van goederen en de verplichtingen die een handelaar heeft ten aanzien van een meldingsplicht, behorend bij de uitoefening van het beroep als handelaar. Tezamen doet deze wet- en regelgeving een beroep op de handelaar om te allen tijde een actieve rol te vervullen in het voorkomen van handel in gestolen goederen, het opsporingsonderzoek van de politie naar deze goederen te ondersteunen en levert het een bijdrage aan het teruggeven van deze goederen aan de rechtmatige eigenaar. Het niet of onvolledig nakomen van bovenstaande wet- en regelgeving is een strafbaar feit.

Daarnaast staat in de artikelen 416, 417 en 417 bis WvSR een aantal strafbare feiten beschreven dat samenhangt met de handel in goederen. Het verschil met bovenstaande strafbare feiten is dat de handelaar zich hier zelf schuldig maakt aan het plegen van een misdrijf, namelijk heling. In bijlage 1 is in het ‘Uitvoeringsbesluit ex artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht’ weergegeven op welke handelaren de geldende wet- en regelgeving ten aanzien van dit handhavingsarrangement betrekking heeft. In bijlage 2 is in artikel 552 van het Wetboek van Strafvordering (WvS) en in artikelen 116 van de Apv weergegeven welke ambtenaren belast zijn met de opsporing van de bij artikel 437, 437 bis of 437 ter van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde feiten en het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Apv.

Bevoegdheden burgemeester

De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente Purmerend. Deze verantwoordelijkheid en de daarbij horende bevoegdheden zijn vastgelegd in de Gemeentewet. De burgemeester beschikt over een scala aan bestuurlijke middelen om de openbare orde en veiligheid te beschermen.

Tweesporenbeleid

Het kan zijn dat een constatering of overtreding maakt dat zowel op basis van strafrecht als op basis van bestuursrecht een sanctie of maatregel wordt getroffen. Strafrecht is punitief: op een overtreding van een wetsartikel volgt als straf een sanctie. Een bestuursrechtelijke maatregel die de burgemeester treft is meestal een reparatoire maatregel welke als doel heeft de aangetaste openbare orde en veiligheid te herstellen, dan wel te voorkomen dat deze (verder) wordt verstoord. Bestuursrecht en strafrecht kunnen dus naast elkaar worden toegepast. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij de constatering van heling. Wanneer sprake is van heling of dat heling aannemelijk is op basis van constateringen van de toezichthouder, dan kan de burgemeester besluiten dat er sprake is van een aantasting van de openbare orde en een maatregel treffen. De overtreding kan daarnaast in een strafrechtelijke procedure leiden tot een strafrechtelijke sanctie.

Zorgvuldigheid

Voorafgaand aan een besluit van de burgemeester tot het nemen van een eventuele maatregel worden de handelaar en overige belanghebbenden uitgenodigd voor een zienswijzengesprek. Uiterlijk twee weken voor aanvang van het zienswijzengesprek ontvangt de handelaar een schriftelijke uitnodiging. Tijdens het zienswijzengesprek wordt de handelaar in de gelegenheid gesteld zijn of haar zienswijze te geven over het voorliggende dossier. De handelaar kan zich laten vertegenwoordigen door een gemachtigde. Na dit zienswijzengesprek worden alle feiten en omstandigheden afgewogen ten opzichte van de wet- en regelgeving en het bestuurlijke handhavingsarrangement. Vervolgens neemt de burgemeester een beslissing. Het besluit wordt bekend gemaakt aan de handelaar, de handhavingspartners en eventuele andere belanghebbenden, zoals de pandeigenaar. Indien de handelaar of een andere belanghebbende zich niet kan verenigen met het besluit van de burgemeester dan kan hiertegen bezwaar worden gemaakt.

Afwijkingsbevoegdheid

De burgemeester heeft bij zijn besluitvorming over een te treffen maatregel een inherente afwijkingsbevoegdheid. De stappen in het handhavingsarrangement gelden daarbij als uitgangspunt. Als de feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven dan kan de burgemeester afwijken van deze uitgangspunten. Zo kan bijvoorbeeld worden besloten om een stap over te slaan en meteen een maatregel treffen en niet eerst te waarschuwen, terwijl dit wel in het arrangement als stap is opgenomen. In aanvulling op het handhavingsarrangement is aangegeven welke feiten en omstandigheden (niet limitatief) aanleiding kunnen zijn om tot verzwaring over te gaan.

Zienswijze

Bij een overtreding met een bestuurlijke maatregel als gevolg, zal de burgemeester een voorgenomen besluit doen uitgaan. De handelaar krijgt de mogelijkheid hierop te reageren door een zienswijze in te dienen. De zienswijze kan schriftelijk of mondeling kenbaar gemaakt worden.

Besluit

Op basis van het voorgenomen besluit en eventueel ingediende zienswijze neemt de burgemeester een besluit. Het besluit wordt bekendgemaakt aan de handelaar, de handhavingspartner en eventuele andere belanghebbenden, zoals de pandeigenaar. Indien de handelaar of een andere belanghebbende zich niet kan verenigen met het besluit van de burgemeester dan kan hiertegen bezwaar worden gemaakt.

Bezwaar

Tegen het besluit kan diegene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van verzending van het besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders. Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet tenminste bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • de gronden van het bezwaar.

Dit bezwaarschrift schorst de werking van het besluit niet. De belanghebbende kan de voorzieningenrechter verzoeken een voorlopige voorziening te treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. Voorwaarde is dat verzoeker ook een bezwaarschrift heeft ingediend. Een verzoek moet worden ingediend bij de voorzieningenrechter van de sector bestuursrecht van de Rechtbank Noord-Holland, Afdeling bestuursrecht, o.v.v. voorlopige voorzieningen, •Postbus 1621, 2003 BR Haarlem.

Handhavingsarrangement

Het handhavingsarrangement voorziet in:

  • 1.

    Duidelijkheid voor handelaren ten aanzien van maatregelen die kunnen worden genomen bij het niet naleven van de wet- en regelgeving.

  • 2.

    Maatregelen die aansluiten op de werkingssfeer van de bevoegdheden van de burgemeester ter bescherming van de openbare orde en veiligheid en het woon- en leefklimaat en de beschreven weten regelgeving ter voorkoming van heling.

  • 3.

    Systematisch opgebouwde maatregelen die rekening houden met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit en aansluiting vinden bij ander Purmerends bestuurlijk handhavingsbeleid.

Overtreding

Eerste constatering

Tweede constatering

Derde constatering

Niet voldoen aan voorschriften van artikel 45 Apv sub b, c, d, f 2

Waarschuwing

Waarschuwing

Sluiting 2 weken

Het verwerven van een goed van een minderjarige

Waarschuwing

Waarschuwing

Sluiting 2 weken

Niet voldoen aan voorschriften van artikel 46 Apv3

Waarschuwing

Sluiting 2 weken

Sluiting 1 maand

Niet voldoen aan voorschriften van artikel 45 Apv sub a en e

Waarschuwing

Last onder dwangsom ad. €500 per week met een maximum van €2.000,00

Sluiting 1 maand

Niet voldoen aan voorschriften van artikel 44, lid 1 Apv4

Waarschuwing

Last onder dwangsom ad. € €500 per week met een maximum van €2.000,00

Sluiting 2 weken

Heling

Sluiting 1 maand

Sluiting 3 maanden

Sluiting 6 maanden

Verzwaring (niet limitatief):

  • -

    Meerdere overtredingen uit het handhavingsarrangement;

  • -

    Meerdere/zwaardere strafbare feiten;

  • -

    Het voorhanden hebben van een goed afkomstig van een misdrijf;

  • -

    Omvang en eventuele gevolgen van de overtreding;

  • -

    Vermoedens van verwijtbaar gedrag van de handelaar.

Uitgelicht

Misdrijven waarmee goederen worden verworven, zoals straatroven, overvallen en woninginbraken, hebben een grote impact op het woon- en leefklimaat en tasten de openbare orde aan. De beschreven overtredingen in het handhavingsarrangement brengen het risico met zich mee dat de handel in goederen, afkomstig van dit soort misdrijven, wordt gefaciliteerd. Wanneer de toezichthouder constateert dat de handelaar één of meerdere overtredingen uit het handhavingsarrangement begaat, kan dit leiden tot een sluiting van het pand. Met deze sluiting wordt getracht de aanzuigende werking van het pand op het inleveren van gestolen goederen te doen stoppen, dan wel in de toekomst te voorkomen. Hiermee wordt de keten van het plegen van een misdrijf, het (door)verkopen van de buitgemaakte goederen en daarmee de stimulans tot het plegen van dergelijke misdrijven doorbroken. De ondernemer krijgt tijdens de sluiting tevens de gelegenheid zich te beraden op zijn bedrijfsvoering en maatregelen te nemen om herhaling te voorkomen. Het verband tussen de naleving van de wet- en regelgeving en het beschermen van de openbare orde komt daarmee in het handhavingsarrangement tot uiting.

Naast overtredingen die zijn beschreven in de Apv is ook een aantal overtredingen in het arrangement opgenomen dat staat beschreven in het Wetboek van Strafrecht en dat eenzelfde effect heeft op het faciliteren van dergelijke misdrijven. Deze overtredingen worden hieronder nader toegelicht.

Het verwerven van een goed van een minderjarige

Ook minderjarigen (<18 jaar) maken zich schuldig aan misdrijven waarbij goederen worden buitgemaakt en/of verworven. Om voor deze groep barrières op te werpen tegen het plegen van High Impact Crimes, de afzetmarkt voor de buitgemaakte goederen te verkleinen en daarmee succesbeleving met het plegen van misdrijven een halt toe te roepen is het inkopen van minderjarigen wettelijk niet toegestaan en tevens opgenomen in het arrangement.

Heling

De beschreven overtredingen in het handhavingsarrangement dienen ter voorkoming van de handel in gestolen goederen. Bij heling, of wanneer het aannemelijk is dat de handelaar zich schuldig maakt aan heling, is sprake van een (vermoedelijk) misdrijf, waarmee de handelaar direct bijdraagt aan de handel in dit soort goederen. De handelaar stimuleert daarmee direct de hieraan voorafgaande misdrijven.

Belangenafweging

De burgemeester weegt in zijn besluitvorming over het treffen van een bestuurlijke maatregel het belang van de ondernemer en overige belanghebbenden af tegen dat van de openbare orde. De openbare orde weegt daarbij zwaar. De openbare orde kan in bepaalde gevallen zijn aangetast zonder dat direct sprake is van een overtreding door de handelaar. Naast de naleving van de geldende wet- en regelgeving kijkt de burgemeester dus ook naar de invloed van de onderneming op haar omgeving. Een handelaar heeft in die zin een zogenaamde ‘risicoaansprakelijkheid’. Bijvoorbeeld wanneer de onderneming als (bekende) afzetmarkt dient voor gestolen goederen. Het soort, de hoeveelheid en/of de locatie van de aangetroffen gestolen goederen, net als de frequentie waarmee dit soort goederen wordt aangetroffen, spelen hierin voor de mate van aantasting van de openbare orde een belangrijke rol.

Daarnaast wordt in de afweging ook meegenomen op welke wijze de inkoper aantoonbaar invulling geeft aan zijn ‘onderzoeksplicht’ voorafgaande aan de inkoop van goederen. Oftewel welke voorzorgsmaatregelen neemt een handelaar om te voorkomen dat gestolen goederen worden ingekocht. Van de handelaar mag worden verwacht dat deze de handelsmarkt in de betreffende goederen goed kent. Van een handelaar mag tevens worden verwacht dat deze zich bewust is van het feit dat de handel in ongeregelde en gebruikte goederen verantwoordelijkheden met zich mee brengt ten aanzien van het voorkomen van handel in gestolen goederen.

Geldigheidstermijn overtreding

Voor het handhavingsarrangement geldt dat een volgende stap wordt gezet in het arrangement wanneer binnen een jaar na een vorige constatering en/of overtreding opnieuw een overtreding plaatsvindt. Een overtreding blijft vijf jaar meetellen. Vindt een overtreding binnen vijf jaar na de vorige overtreding plaats, maar is de vorige keer langer dan een jaar geleden, dan wordt de handhavingsstap herhaald.

Purmerend, 7 januari 2019

De burgemeester,

D. Bijl

Ondertekening

Bijlage 1: ‘Uitvoeringsbesluit ex artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht’

Besluit van 6 januari 1992, ter uitvoering van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht

[…]

Artikel 1

1. De handelaren, bedoeld in artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, zijn opkopers en handelaren in gebruikte en ongeregelde goederen, metalen, edelstenen, uurwerken, kunstvoorwerpen, auto's, motorfietsen, bromfietsen, fietsen, foto-, film-, radio-, audio- en videoapparatuur en apparatuur voor automatische registratie.

[…]

Artikel 2

[…]

2. De handelaar, aangewezen in artikel 1 van dit besluit, voldoet aan de verplichting ingevolge artikel 437, eerste lid, onder a, van het Wetboek van Strafrecht tot het aantekening houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij heeft verworven of voorhanden heeft indien hij een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register houdt en daarin onverwijld vermeldt:

  • a.

    het volgnummer van de aantekening met betrekking tot het goed;

  • b.

    de datum van verkrijging van het goed;

  • c.

    een omschrijving van het goed, daaronder begrepen - voor zover dat mogelijk is - soort, merk en nummer van het goed;

  • d.

    de koopprijs of andere voorwaarden van verkrijging van het goed;

  • e.

    de naam en het adres van degene van wie het goed is verkregen;

  • f.

    zowel een omschrijving als het nummer van het document bedoeld in het eerste lid waarmee hij de identiteit van de aanbieder heeft vastgesteld, voor zover het de inkoop van koper en koperlegeringen betreft en de koopprijs van dat goed in contant geld wordt uitbetaald.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop de Wet van 9 oktober 1991, Stb. 520 tot aanvulling van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering met voorzieningen ten behoeve van de bestrijding van heling, in werking treedt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

's-Gravenhage, 6 januari 1992

Beatrix

De Minister van Justitie a.i.,

C. I. Dales

Uitgegeven de achtentwintigste januari 1992

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Bijlage 2: ‘Aangewezen toezichthouder’

Wetboek van Strafvordering

Artikel 552

De in artikel 141 bedoelde ambtenaren en de ambtenaren die krachtens artikel 142 zijn belast met de opsporing van de bij artikel 437, 437bis of 437ter van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde feiten, hebben toegang tot elke plaats waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat zij wordt gebruikt door een handelaar als bedoeld in laatstgenoemde artikelen. Artikel 90bis van het Wetboek van Strafrecht is van toepassing.

Artikel 116 Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003: Toezichthouders

1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de verordening, waaronder begrepen wordt het vigerende Horecaconvenant Purmerend, zijn belast: de ambtenaren van de regiopolitie, de gemeentelijke brandweer, team Toezicht en Handhaving van de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving.

2. Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde of krachtens deze verordening belast de bij besluit van het college dan wel de burgemeester aan te wijzen personen.

Bijlage 3: ‘Artikel 44, 45 en 46 Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003’

Artikel 44 Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister

  • 1. De handelaar is verplicht aantekening te houden van alle gebruikte of ongeregelde zaken die hij verkoopt of op andere wijze overdraagt, in een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register en daarin vermeldt hij onverwijld:

    • °

      a. het volgnummer van de aantekening met betrekking tot de zaak;

    • °

      b. de datum van verkoop of overdracht van de zaak;

    • °

      c. een omschrijving van de zaak, daaronder begrepen -voor zover dat mogelijk is- soort, merk en nummer van de zaak;

    • °

      d. de verkoopprijs of andere voorwaarden voor overdracht van de zaak;

    • °

      e. de naam en adres van degene die de zaak heeft verkregen.

  • 2. De burgemeester is bevoegd vrijstelling te verlenen van deze verplichtingen.

Artikel 45 Voorschriften als bedoeld in artikel 437ter, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht

De handelaar of een voor hem handelend persoon is verplicht:

  • a. wanneer hij overeenkomstig het bepaalde in artikel 437ter,tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de burgemeester of de door deze aangewezen ambtenaar er schriftelijk van in kennis stelt dat hij van het opkopen een beroep of gewoonte maakt, daarbij tevens schriftelijk opgave te doen van zijn woonadres en van het volledig adres van elke lokaliteit door hem ten behoeve van zijn onderneming in gebruik genomen;

  • b. de onder a. bedoelde functionaris onder aanbieding van zijn register(s) onverwijld doch in ieder geval binnen drie dagen, schriftelijk in kennis te stellen van een verandering van zijn woonadres, zomede van het adres of de adressen van een bij hem ten behoeve van zijn onderneming in gebruik zijnde lokaliteit;

  • c. aan de hoofdingang van elke lokaliteit waar de onderneming is gevestigd een kenteken te hebben waarop zijn naam en de aard van de onderneming duidelijk zichtbaar voorkomt;

  • d. indien hij in de gelegenheid is enige zaak te verkrijgen waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat deze van een misdrijf afkomstig is of voor de rechthebbende verloren is gegaan, hiervan onverwijld kennis te geven aan de onder a. bedoelde functionaris;

  • e. zijn administratie op eerste aanvraag ter inzage te geven aan de onder a. bedoelde functionaris;

  • f. wanneer hij heeft opgehouden van het opkopen een beroep of gewoonte te maken, onderscheidenlijk het beroep van handelaar niet langer uitoefent, de onder a. bedoelde functionaris hiervan onverwijld doch in ieder geval binnen drie dagen schriftelijk in kennis te stellen.

Artikel 46 Vervreemding van door opkoop verkregen zaken

Het is de handelaar of een voor hem handelend persoon verboden enige door opkoop verkregen zaak gedurende de eerste drie dagen dat deze onder hem berust, over te dragen of daarin enige wijziging aan te brengen tenzij deze wijziging van geen invloed is op de herkenbaarheid van de zaak.


Noot
1

Integraal Veiligheidsplan 2019-2022, gemeente Purmerend

Noot
2

Bijlage 3 geeft weer welke voorschriften staan beschreven in artikel 45 Apv met betrekking tot de genoemde overtreding

Noot
3

Bijlage 3 geeft weer welke voorschriften staan beschreven in artikel 46 Apv met betrekking tot de genoemde overtreding

Noot
4

Bijlage 3 geeft weer welke voorschriften staan beschreven in artikel 46 Apv met betrekking tot de genoemde overtreding