Regeling vervallen per 17-10-2023

Verordening burgerinitiatief

Geldend van 27-12-2012 t/m 16-10-2023

Intitulé

VERORDENING BURGERINITIATIEF

Vastgesteld door de gemeenteraad op 6 december 2012 nr. 271371

De raad der gemeente Putten;

gelezen het voorstel van de fracties Wij Putten en VVD van 11 oktober 2012, nr. 271370;

gelet op het bepaalde in artikel 147a van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de verordening burgerinitiatief

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder een burgerinitiatief: een voorstel van een initiatiefgerechtigde om een onderwerp op de agenda van de vergadering van de raad te plaatsen.

Artikel 2 Geldig initiatief op agenda raad

  • 1. De raad plaatst een burgerinitiatief op de agenda van zijn vergadering als daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig verzoek is ingediend.

  • 2. Ongeldig is het verzoek dat:

    • a.

      niet door ten minste het aantal initiatiefgerechtigden genoemd in artikel 3.3 wordt ondersteund;

    • b.

      een onderwerp als bedoeld in artikel 4 bevat;

    • c.

      niet voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 5.

Artikel 3 Gerechtigden tot burgerinitiatief

  • 1. Initiatiefgerechtigd zijn inwoners van de gemeente Putten zijnde niet jonger dan zestien jaar en belanghebbenden die een activiteit uitvoeren in Putten ook zijnde niet jonger dan zestien jaar.

  • 2. Voor de beoordeling of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigheid is voldaan, is de toestand op de dag van indiening van het verzoek bepalend.

  • 3. Het initiatief moet ten minste ondersteund zijn door drieëntwintig initiatiefgerechtigden.

Artikel 4 Van burgerinitiatief uitgesloten onderwerpen

  • 1. Een burgerinitiatief houdt niet in:

    • a.

      een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad;

    • b.

      een vraag over gemeentelijk beleid;

    • c.

      een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht over een gedraging van het gemeentebestuur;

    • d.

      een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur, of

    • e.

      een onderwerp waarover korter dan twee jaar voor indiening van het burgerinitiatief door de raad een besluit is genomen.

  • 2. Een burgerinitiatief over een onderwerp of voorstel dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad, maar wel valt onder de bevoegdheid van het gemeentebestuur, zal door de raad, eventueel vergezeld van zijn advies, worden doorgezonden naar het college of de burgemeester in de hoedanigheid van portefeuillehouder.

  • 3. Het college of de burgemeester zal een onderwerp of voorstel als bedoeld in lid 2 behandelen als ware het een burgerinitiatief.

Artikel 5 Procedure van in behandeling nemen burgerinitiatief

  • 1. Het verzoek tot plaatsing van een burgerinitiatief op de agenda van de vergadering van de raad wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de raad.

  • 2. Het verzoek bevat ten minste:

    • a.

      een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatief;

    • b.

      een toelichting op het initiatiefvoorstel;

    • c.

      de achternaam, de voornamen, het (contact)adres en de handtekening van de verzoeker, en

    • d.

      een lijst met de voornamen, achternamen, adressen en handtekeningen van de initiatiefgerechtigden die het voorstel ondersteunen.

Artikel 6 Behandeling burgerinitiatief in raad

  • 1. De raad behandelt het voorstel in de eerstvolgende vergadering na de datum van indiening van het verzoek, met dien verstande, dat ten minste drie weken is gelegen tussen de dag van indiening van het verzoek en de dag van de vergadering waarin op het verzoek wordt beslist. De raad kan het burgerinitiatief al dan niet vaststellen of het ter behandeling naar een raadscommissie doorsturen.

  • 2. Als de raad het verzoek afwijst, omdat het in strijd is met artikel 4, kan de raad het voorstel doorzenden aan het college.

  • 3. Als de raad het verzoek toewijst, dan agendeert hij het burgerinitiatief voor de eerstvolgende vergadering van de raad en/of een commissie.

  • 4. De voorzitter van de raad nodigt de verzoeker schriftelijk uit voor de vergadering waarvoor het burgerinitiatief is geagendeerd. De verzoeker of zijn plaatsvervanger is gehouden om het burgerinitiatief tijdens deze vergadering nader toe te lichten.

  • 5. Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatief een besluit heeft genomen, wordt dit besluit bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit of de zakelijke inhoud ervan op een geschikte wijze, zoals plaatsing op de website en in de locale weekkrant.

  • 6. Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van het besluit mededeling gedaan aan verzoeker.

Artikel 7 Verslaglegging over werking burgerinitiatief

De burgemeester brengt elk jaar, in bijvoorbeeld het burgerjaarverslag, verslag uit over de werking van het burgerinitiatief in de praktijk.

Artikel 8 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening burgerinitiatief en treedt in werking op de 8e dag na die van de bekendmaking.