Nadere regels inzake maken en veranderen van de uitweg gemeente Raalte

Geldend van 24-12-2009 t/m heden

Intitulé

Nadere regels inzake maken en veranderen van de uitweg gemeente Raalte

Burgemeester en wethouders van de Gemeente Raalte,

overwegende dat het, met inachtneming van artikel 2.12, lid 4, van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Raalte, vastgesteld bij raadsbesluit 12 november 2009 gewenst wordt geacht om nadere regels te stellen aan het maken en veranderen van uitwegen;

Besluit vast te stellen:

nadere regels inzake het makenen veranderen van een uitweg

Inleiding

Het ontbreekt in de gemeente Raalte aan een eenduidig beleid op het gebied van uitwegen. Bij het verkrijgen van een uitwegvergunning wordt de aanvraag wel getoetst op basis van vastgestelde beoordelingscriteria, echter er bestaat momenteel geen kader waarbinnen gehandeld en waarop teruggevallen kan worden.

Met het vaststellen van het uitwegenbeleid wordt een 0-situatie gecreëerd. Het wordt voor een aanvrager niet meer mogelijk te verwijzen naar een in het verleden aangelegde uitweg die niet aan de nieuwe voorwaarden voldoet. Het doel van een eenduidig uitwegenbeleid is een formeel kader te scheppen waarin de eisen, voorwaarden, aansprakelijkheid, beheer en onderhoud met betrekking tot de aanleg van een uitweg zijn vastgesteld.

1.Stelregels uitwegen per situatie

Onderstaande tabellen beschrijven stelregels van uitwegen per situatie.

Aanleg uitweg ten behoeve van particulieren in bestaande en nieuwe situaties

Factoren

Standaard

Opmerking

Aantal uitwegen

1 per perceel

Extra uitweg

Extra uitweg mogelijk

Uitgangspunt 1 extra uitweg per 12 strekkende meter

Breedte uitweg

Bij voorkeur 3,50 meter. Bij uitzonderingen minimaal 3,00 meter

Breedte gecombineerde uitweg

Bij voorkeur 7,00 meter. Bij uitzonderingen minimaal 6,00 meter

Constructie eisen uitweg

Verschilt per situatie

Wordt bepaald door opzichter

Tabel 1: Particulieren

Aanleg uitweg op bedrijventerreinen in bestaande en nieuwe situaties

Factoren

Standaard

Opmerking

Aantal uitwegen

1 per perceel

Extra uitweg

Extra uitweg mogelijk

Bedrijven met verschillende functies (kantoor en transport) hebben mogelijkheid tot aanleg tweede uitweg

Breedte uitweg

Minimaal 3,00 meter

Maximaal 12 meter

Constructie eisen uitweg

Verschilt per situatie

Wordt bepaald door opzichter

Tabel 2: Bedrijventerreinen

Aanleg uitweg in buitengebied met duiker (dempen bermsloot)

Factoren

Standaard

Opmerking

Aantal uitwegen

1 per perceel

Extra uitweg

Extra uitweg mogelijk

Agrarische sector krijgt mogelijkheid voor een extra uitweg in verband met hygiëne. 1 voor woning (schoon) en 1 voor bedrijf (vuil).

Breedte uitweg

Afhankelijk van het gebruik van de uitweg

Constructie eisen uitweg

Verschilt per situatie

Wordt bepaald door opzichter

Dempen bermsloot

Aanleggen duiker

Indien van toepassing is ook toestemming waterschap noodzakelijk.

Tabel 3: Buitengebied

2.Weigeringsgronden

2.1. Als daardoor het verkeer op de weg in gevaar wordt gebracht

Als een uitweg naar verwachting een negatief effect zal hebben op de verkeersveiligheid, zal deze steeds geweigerd kunnen worden. Vanaf de openbare weg moet men voldoende zicht hebben op de te naderen uitweg. Een uitweg levert gevaar op voor het veilig gebruik van de weg als:

  • -

    De uitweg zonder noodzaak uitkomt op een kruispunt van wegen of in de nabijheid van een kruispunt van wegen, tot vijf meter vanaf het tangentpunt. Als blijkt dat geen andere optie beschikbaar is, zal de vergunning vervolgens verleend worden;

  • -

    Vanaf de openbare weg geen zicht is op het voertuig op de te naderen uitweg. Een voertuig dat aanwezig is op de uitweg moet vanaf de openbare weg zichtbaar zijn op de volgende minimale afstanden, gesteld bij de volgende maximumsnelheden:

    • o

      30 km/uur: 13 meter

    • o

      50 km/uur: 26 meter

    • o

      60 km/uur: 35 meter

    • o

      80 km/uur: 54 meter

  • -

    De uitweg uitkomt in een wegversmalling/chicane/middengeleider/verkeersdrempel en bij een verplaatsing van deze objecten het beoogde effect verdwijnt.

2.2. Als dat zonder noodzaak ten koste gaat van een openbare parkeerplaats

Als voor de aanleg van de uitweg zonder noodzaak een openbare parkeerplaats verloren gaat, is dit een reden om geen vergunning te verlenen. Als eerst moeten de andere mogelijke opties, die niet ten koste gaan van een openbare parkeerplaats, onderzocht worden. Als blijkt dat geen andere optie beschikbaar is, zal de vergunning vervolgens verleend worden.

2.3. Als het openbaar groen/landschap daardoor op onaanvaardbare wijze wordt aangetast

De weigeringsgrond sluit aan bij de beleidsregels en bepalingen in de APV die dienen ter bescherming van openbaar groen. Een uitweg levert schade aan de groenvoorziening in de gemeente als het in het plan beoogde laan-effect verdwijnt, omdat er een boom moet worden verwijderd ten behoeve van de aanleg van een uitweg. Daarnaast moet versnippering van het groen worden tegengegaan.

De gemeente Raalte heeft voor de kernen binnen de bebouwde kom een beleidsplan ‘kernen in het groen’ vastgesteld. In het beleidsplan van de gemeente staat de groen-hoofdstructuur opgenomen, dit betreft voornamelijk de aanwezige bomen binnen de bebouwde kom. Als een uitweg de groen-hoofdstructuur van de gemeente aantast, kan dit een reden tot weigering van de vergunning zijn.

Voor de gebieden in de gemeente Raalte buiten de bebouwde kom is het landschapsontwikkelingsplan (LOP) ‘een plus voor het landschap van Salland’ vastgesteld. Een LOP gaat uit van de bestaande kwaliteiten en potenties van het landschap en het beschrijft de gewenste ontwikkelingen. Als een uitweg in strijd is met de LOP visie, kan dit een reden tot weigering van de vergunning zijn.

2.4. In het belang van de bescherming van de bergings- en infiltratievoorzieningen (wadi’s) in de gemeente

Een uitwegvergunning kan bovendien worden geweigerd in het belang van de bescherming van de bergings- en infiltratievoorzieningen (wadi’s) in de gemeente Raalte. Het behoud van bergings- en infiltratiecapaciteit staat hierbij centraal. Uitgangspunt van de gemeente Raalte is dat infiltratievoorzieningen (o.a. wadi’s) zo weinig mogelijk doorsneden worden. Het is dus niet wenselijk dat infiltratievoorzieningen gedempt/verwijderd moeten worden en het mag er niet toe leiden dat de bergingscapaciteit en infiltratieoppervlak verminderd wordt voor een uitweg.

  • 1.

    De uitweg mag een wadi of waterpartij niet meer dan een breedte van 5 meter doorsnijden;

  • 2.

    Er moet minimaal een restlengte van de wadi overblijven van 10 meter;

  • 3.

    Het verlies aan bergings- en infiltratiecapaciteit moet worden gecompenseerd. De bergingscompensatie moet per uitweg bij woningen minimaal 5 kubieke meter en bij bedrijven minimaal 7 kubieke meter bedragen. Deze compensatie moet onder de te realiseren uitweg plaatsvinden.

  • 4.

    De verbinding tussen de te doorsnijden wadi moet worden gegarandeerd.

2.5. In het belang van de bruikbaarheid en het doelmatig gebruik van de weg

De bruikbaarheid en het doelmatig gebruik van de weg ziet toe op de rol die de betrokken weg heeft, de inrichting van de weg en de gevolgen die een uitweg kan hebben op deze rol. Deze kan bijvoorbeeld nadelig beïnvloed worden door een uitweg als hierdoor het verkeer (ernstig) geremd wordt of als de weg niet meer of onvoldoende gebruikt kan worden waarvoor hij bedoeld is. Een uitweg is in strijd met de bruikbaarheid en het doelmatig gebruik van de weg als:

  • -

    De uitweg uitkomt op een gebiedsontsluitingsweg. Als er sprake is van bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld dat er op geen andere manier ontsloten kan worden, kan incidenteel toch een vergunning verleend worden. Als de uitweg op een gebiedsontsluitingsweg zeer incidenteel gebruikt zal worden, zoals bij een elektriciteitshuisje, wordt tevens een vergunning verleend;

  • -

    De uitweg uitgevoerd wordt met gesloten verharding (asfalt, beton) in geval van de aanwezigheid van kabels en leidingen, omdat de onderhoudswerkzaamheden aan kabels en leidingen dan niet meer mogelijk zijn. Ook halfverharding (puin, schelpen) is niet toegestaan, omdat deze verharding onherstelbaar is na werkzaamheden ten behoeve van kabels en leidingen. Als geen kabels en leidingen aanwezig zijn, kan de uitweg wel worden uitgevoerd met gesloten verharding;

  • -

    Ter plaatse sprake is van een verzamelpunt van afvalcontainers en in de nabijheid hiervoor geen alternatieve locatie voorhanden is;

  • -

    Naar verwachting een aangevraagde uitweg voor de bruikbaarheid van de weg geen probleem oplevert, maar verwacht wordt dat dit in de toekomst wel het geval is, kan dit eveneens een reden voor weigering kunnen zijn.

3. Aanvraag uitwegvergunning

Een uitwegvergunning kan worden aangevraagd voor de volgende situaties:

  • -

    Aanleg uitweg ten behoeve van particulieren in bestaande en nieuwe situaties;

  • -

    Aanleg uitweg op bedrijven in bestaande en nieuwe situaties;

  • -

    Aanleg uitweg in buitengebied met duiker (dempen bermsloot).

4. Intrekken of wijzigen uitwegvergunning

Een vergunning kan worden ingetrokken of gewijzigd als:

  • -

    Ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • -

    Een verandering in omstandigheden of inzichten dit rechtvaardigt;

  • -

    De aan de vergunning verbonden voorwaarden en bepalingen niet zijn of worden nagekomen;

  • -

    Van de vergunning geen gebruik wordt gemaakt binnen een termijn van 6 maanden;

  • -

    De houder van de vergunning dit verzoekt.

5. Aanvullende voorwaarden

De locatie van de aanvraag voor een uitweg wordt ter plaatse met een medewerker van de afdeling Beheer en Onderhoud besproken. De gemeente bepaalt de constructieopbouw en breedte van de uitweg en stelt aanvullende voorwaarden aan de uitwegvergunning. Omdat de civieltechnische eisen per locatie kunnen verschillen, zijn deze voorwaarden niet in voorliggende notitie opgenomen. De civieltechnische voorwaarden worden beschreven in de uitwegvergunning. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een uitwegvergunning zijn leges verschuldigd.

6. Publicatie uitwegvergunning

De beschikking van de verleende uitwegvergunning wordt gepubliceerd in het Weekblad voor Salland. Hiertegen kan een belanghebbende binnen een periode van zes weken na de datum van het verlenen van de beschikking bezwaar maken bij Burgemeester en Wethouders van Raalte.

7. Onderhoud uitweg

Na de aanleg van de uitweg conform de geldende eisen moet de vergunninghouder zorg dragen voor een goed gebruik van de uitweg en schade zoveel mogelijk te voorkomen en vervolgens zelf zijn uitweg goed te beheren. Als de vergunninghouder de uitweg niet goed beheert, wordt de hieruit voortvloeiende schade aan de uitweg hersteld door of namens de gemeente op kosten van de vergunninghouder.

8. Inwerkingtreding en citeerartikel

8.1 Deze nadere regels treden in werking op de dag nadat deze zijn bekend gemaakt.

8.2 Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als "Nadere regels inzake maken en veranderen van de uitweg gemeente Raalte".

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders d.d. 15 december 2009.
burgemeester en wethouders van Raalte,
de secretaris (wnd.), de burgemeester,
M.Rademaker, P.A. Zoon