Beleidsregel re-integratie, loonkostensubsidie en vrijlating inkomsten gemeente Raalte

Geldend van 18-01-2018 t/m 24-02-2021

Intitulé

Beleidsregel re-integratie, loonkostensubsidie en vrijlating inkomsten gemeente Raalte

Het college van de gemeente Raalte,

Gelet op het bepaalde in:

  • -

    de artikelen 6, tweede lid, 7, eerste lid aanhef en a, 8a, eerste lid, aanhef en onder a, c, d en e, en tweede lid, 10a en 10b, vijfde en zevende lid, van de Participatiewet en het daarover bepaalde in de Re-integratieverordening Participatiewet gemeente Raalte en de Verordening Loonkostensubsidie gemeente Raalte;

  • -

    Artikel 31, tweede lid, onder n en r van de Participatiewet;

  • -

    Artikel 8, tweede en vijfde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

  • -

    Titel 4.3. van de Algemene wet bestuursrecht.

Besluit:

Vast te stellen de “Beleidsregels re-integratie, loonkostensubsidie en vrijlating inkomsten gemeente Raalte”

Inleiding

Deze beleidsregels zijn een uitwerking van de Re-integratieverordening Participatiewet en de Verordening Loonkostensubsidie gemeente Raalte gemeente Raalte. De regels betreffen onder andere het Instrumentenpakket voor werkgevers. De regels zijn in afstemming met de gemeenten in de regio Zwolle tot stand gekomen. Voor het overige wordt verwezen naar de betreffende verordeningen en de Participatiewet.

Artikel 1 Proefplaatsing

Doel

De proefplaatsing houdt in dat iemand met behoud van uitkering onbetaalde werkzaamheden verricht bij een werkgever. De proefplaatsing is een voor werkgevers stimulerend middel om uitkeringsgerechtigden relevante en perspectiefvolle werkervaring te laten opdoen. Daarnaast kan tijdens deze proefperiode beoordeeld worden of de uitkeringsgerechtigde voldoende competenties heeft voor een beoogde werkplaats.

De proefplaatsing kan worden ingezet als voorloper op een dienstverband. De proefplaatsing wordt ook gebruikt in de periode dat de loonwaarde moet worden bepaald in het geval er een beroep wordt gedaan op loonkostensubsidie.

Voorwaarden

  • ·

    De werkgever spreekt vooraf schriftelijk de intentie uit om belanghebbende bij goed functioneren een contract van dezelfde of grotere omvang voor minimaal zes maanden aan te bieden.

  • ·

    Er worden alleen werkzaamheden verricht die passen binnen het doel en opzet van de proefplaatsing.

  • ·

    In de schriftelijk overeenkomst wordt het volgende vastgelegd:

    • o

      doel van de proefplaatsing;

    • o

      duur van de proefplaatsing;

    • o

      afspraken over werktijden en verlof;

    • o

      de werkzaamheden die uitgevoerd worden; en

    • o

      de wijze waarop de begeleiding wordt vormgegeven (optioneel).

Termijn

  • .

    De duur van de proefplaatsing bedraagt maximaal drie maanden. Tijdens de proefplaatsing werkt de uitkeringsgerechtigde onbetaald, terwijl zijn uitkering doorloopt.

Kostprijs

Aan deze voorziening zijn geen kosten verbonden.

Artikel 2 Indienstnemingssubsidie

Doel

De indienstnemingssubsidie is een voorziening die ingezet kan worden om de arbeidsinschakeling te bevorderen voor zover dit gezien de afstand tot arbeidsmarkt passend is. Anders dan de loonkostensubsidie is deze subsidie niet gericht op personen met een arbeidsbeperking.

Het doel van de indienstnemingssubsidie is het bieden van compensatie voor het feit dat voor de belanghebbende tenminste het wettelijk minimumloon moet worden betaald, terwijl de werkgever de belanghebbende (nog) niet ten volle kan inzetten.

Voorwaarden

  • ·

    De subsidie moet worden aangevraagd voor de ingangsdatum van de arbeidsovereenkomst.

  • ·

    De duur van de arbeidsovereenkomst bedraagt minimaal zes maanden.

Termijn

De indienstnemingssubsidie wordt maximaal twaalf maanden verstrekt.

Kostprijs

De hoogte van de subsidie wordt bepaald op basis van de individuele omstandigheden, maar bedraagt maximaal 50% van de werkelijke loonkosten ter hoogte van het toepasselijke Wettelijke Minimum Loon (exclusief werkgeverslasten). Gedurende het jaar wordt de subsidie afgebouwd.

Artikel 3 Loonkostensubsidie

Doel

Loonkostensubsidie is een voorziening die ingezet kan worden om de arbeidsinschakeling te bevorderen van personen met een arbeidsbeperking. Het gaat hierbij om personen die niet het wettelijk minimumloon per uur kunnen verdienen, en hierdoor niet volledig productief zijn.

Voor personen die door een medische beperking alleen maar in deeltijd kunnen werken maar daarbij per uur wel volledig productief zijn, kan geen loonkostensubsidie worden ingezet.

Voorwaarden

  • ·

    Het betreft een uitkeringsgerechtigde die niet in staat is om zelfstandig met voltijdse arbeid het wettelijk minimumloon te verdienen.

  • ·

    Voorafgaand aan het dienstverband wordt tijdens de inzet van een proefplaatsing de loonwaarde op de werkplek vastgesteld.

Termijn

De loonkostensubsidie is in principe niet gebonden aan een termijn en kan indien nodig voor een langere periode worden ingezet.

De loonwaarde en de loonkostensubsidie worden in beginsel jaarlijks opnieuw beoordeeld. Wordt de loonkostensubsidie ingezet bij de voorziening beschut werk, dan worden de loonwaarde en loonkostensubsidie eenmaal per drie jaar vastgesteld.

Kostprijs

De loonkostensubsidie is een aanvulling op het loon dat op basis van de loonwaarde wordt verdiend, tot het wettelijk minimumloon. De hoogte van de subsidie is maximaal 70 procent van het wettelijk minimumloon. Wanneer de werknemer een Cao-loon heeft dat hoger is dan het WML dan komen de loonkosten boven WML voor rekening van de werkgever.

De gemeente gaat bij het vaststellen van de loonkostensubsidie dus altijd uit van het WML.

In de loonkostensubsidie wordt daarnaast een bedrag voor vergoeding van werkgeverslasten opgenomen, waarbij gedacht moet worden aan premies werknemersverzekering, inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet en pensioenpremie. Het vergoedingspercentage is bij ministeriële regeling vastgesteld.

Artikel 4 Beschut werk

Doel

De voorziening beschut werk is bedoeld voor de doelgroep die door een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanige mate van begeleiding op en aanpassingen van de werkplek nodig heeft dat van een reguliere werkgever redelijkerwijs niet kan worden verwacht dat hij deze persoon in dienst neemt.

Voorwaarden

  • 1.

    Bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen is advies ingewonnen voor de beoordeling of iemand uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft.

  • 2.

    De uitvoering van Beschut werk is neergelegd bij de Stichting Werk Raalte

  • 3.

    Met de persoon die is aangewezen op beschut werk en de werkgever worden eventueel fysieke aanpassingen, uitsplitsing van taken of aanpassingen in de wijze van werkbegeleiding, werktempo of arbeidsduur bepaald. Op grond van artikel 9 kunnen vergoedingen hiervoor worden verstrekt.

Termijn

De voorziening beschut werken wordt gekoppeld aan de loonkostensubsidie als degene tot de doelgroep van de Participatiewet behoort. Vanuit het UWV kan eventueel loondispensatie ingezet worden . Deze is in principe niet gebonden aan een termijn en kan indien nodig voor een langere periode worden ingezet.

De loonwaarde en loonkostensubsidie worden in beginsel eenmaal per drie jaar vastgesteld.

Inzet beschut werk

Indien en zolang voor de persoon van wie is vastgesteld dat hij in aanmerking komt voor beschut werk nog geen werkplek beschikbaar is als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van de Re-integratieverordening Participatiewet biedt het college een andere voorziening(en) aan tot het moment dat de dienstbetrekking beschut werk aanvangt. Voorbeelden van deze voorzieningen zijn arbeidsmatige dagbesteding, vrijwilligerswerk of andere vormen van maatschappelijke participatie.

Kostprijs

Zie artikel 3 loonkostensubsidie.

Artikel 5 Participatieplaats

Doel

Voor uitkeringsgerechtigden voor wie de kans op inschakeling in het arbeidsproces gering is en die als gevolg daarvan nog niet bemiddelbaar zijn kan een participatieplaats worden ingezet. Het gaat hierbij om onbeloonde additionele werkzaamheden.

Voorwaarden

Na zes maanden werken op een participatieplaats moet aan uitkeringsgerechtigden zonder startkwalificatie scholing of een opleiding worden aangeboden, tenzij dit niet bijdraagt aan hun kansen op de arbeidsmarkt.

Termijn

Maximaal vier jaar.

Kostprijs

  • ·

    Premie: Na iedere periode van 6 maanden werken op een participatieplaats wordt een premie toegekend van € 100. Voorwaarde is dat iemand voldoende heeft meegewerkt aan het vergroten van de kans op inschakeling in het arbeidsproces.

  • ·

    Persoonlijke ondersteuning (zie artikel 7).

Artikel 6 Werkervaringsplek

Doel

Een werkervaringsplek kan twee doelen hebben.

  • 1.

    Het screenen van werknemersvaardigheden, dan wel het leren functioneren in een arbeidsrelatie;

  • 2.

    Het opdoen van specifieke kennis en werkervaring in een arbeidsmatige setting voorafgaand aan de proefplaatsing of een dienstverband.

Voorwaarden

In een schriftelijke overeenkomst wordt het volgende vastgelegd:

  • o

    het doel van de werkervaringsplek;

  • o

    duur van de werkervaringsplek;

  • o

    afspraken over werktijden en verlof;

  • o

    de werkzaamheden die uitgevoerd worden;

  • o

    de wijze waarop de begeleiding plaatsvindt.

Termijn

De duur van de werkervaringsplek bedraagt 6 maanden, waarbij verlenging tot maximaal 12 maanden mogelijk is. Tijdens de werkervaringsplek werkt de uitkeringsgerechtigde onbetaald, terwijl zijn uitkering doorloopt.

Kostprijs

  • ·

    Aan deze voorziening zijn geen kosten verbonden.

  • ·

    Persoonlijke ondersteuning (zie artikel 7).

Artikel 7 Persoonlijke ondersteuning

Doel

Persoonlijke ondersteuning heeft tot doel dat een werknemer wordt begeleid naar een situatie dat hij uiteindelijk zonder begeleiding via een dergelijke voorziening bij een reguliere werkgever werkzaam kan zijn.

Drie vormen

1. Jobcoaching/begeleiding

Bij deze vorm van ondersteuning gaat het primair om systematische ondersteuning waarbij het van belang is dat de werknemer zonder die ondersteuning zijn werkzaamheden niet kan verrichten. Dit betekent dat het moet gaan om ondersteuning op vaste tijden en gedurende een langere periode.

Het kan echter ook gaan om intensievere ondersteuning bij arbeidsinschakeling.

De subdoelstelling bij deze ondersteuning is dat de werkgever uiteindelijk in staat is om zelf de ondersteuning vorm te geven.

2. Trajectbegeleiding

Deze vorm van ondersteuning is intensief, maar wel tijdelijk. De ondersteuning is gericht op arbeidsinschakeling.

3. Overige ondersteuning

Bij deze vorm van ondersteuning gaat het om kortdurende en in omvang beperkte ondersteuning gericht op arbeidsinschakeling.

Voorwaarden

Jobcoaching/begeleiding

Dit instrument wordt primair gekoppeld aan:

  • ·

    het instrument proefplaatsing eventueel in combinatie met het instrument loonkostensubsidie;

  • ·

    de voorziening beschut werk;

  • ·

    het instrument participatieplaats;

  • ·

    het instrument werkervaringsplek.

Trajectbegeleiding

Dit instrument wordt primair gekoppeld aan:

  • ·

    De doelgroep met een langere, maar overbrugbare, afstand tot de arbeidsmarkt

  • ·

    Begeleiding is intensief.

Overige ondersteuning

Dit instrument wordt primair gekoppeld aan:

  • ·

    De doelgroep met een kortere afstand tot de arbeidsmarkt.

  • ·

    Ondersteuning is direct gekoppeld aan de arbeidsinschakeling.

  • ·

    Begeleiding is beperkt en gericht op (redelijk) zelfredzame personen.

Termijn

Jobcoaching/begeleiding

  • ·

    Proefplaatsing/loonkostensubsidie: in eerste instantie voor de duur van maximaal drie maanden (gedurende de periode proefplaatsing), vervolgens voor maximaal de duur van een jaar. Bij de periodieke beoordeling van de loonwaarde wordt ook de inzet van dit instrument opnieuw beoordeeld.

  • ·

    Bij de overige voorzieningen/instrumenten: in eerste instantie voor de duur van maximaal 6 maanden. Vervolgens kan dit periodiek worden verlengd.

Trajectbegeleiding

Zes maanden, met een mogelijkheid tot verlenging.

Overige ondersteuning

Kortdurend, uitgangspunt is maximaal drie maanden.

Kostprijs

Afhankelijk van het aantal uren.

Artikel 8 Ontwikkeltraject

Doel

Een ontwikkeltraject heeft tot doel de persoon uit de doelgroep (art. 7, eerste lid, onder a PW) werkervaring opdoet in combinatie met een intensief begeleidingstraject op de werkvloer.

Voorwaarden

Plaatsing op een ontwikkeltraject kan uitsluitend:

  • ·

    als hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en er geen verdringing op de arbeidsmarkt plaatsvindt;

  • ·

    een schriftelijke overeenkomst wordt opgesteld tussen de werkgever en de gemeente waarin afspraken over de ontwikkelmogelijkheden en de intensieve begeleiding zijn vastgelegd.

Termijn

Maximaal zes maanden. Een eenmalige verlenging met 6 maanden is mogelijk.

Premie

  • ·

    Indien het ontwikkeltraject naar oordeel van het college bijdraagt aan de arbeidsinschakeling kan een een of tweemalige premie van ten hoogste het bedrag genoemd in artikel 31 lid 2 onder j per kalenderjaar worden verstrekt.

  • ·

    Om in aanmerking te komen voor een premie gelden in ieder geval de volgende voorwaarden:

    • o

      de uitkeringsgerechtigde is 27 jaar of ouder (art. 31 lid 5 Participatiewet);

    • o

      de premie is gericht op het bevorderen van positief gedrag met het oog op uitstroom naar betaalde arbeid;

    • o

      de uitkeringsgerechtigde heeft zich gehouden aan de uit het ontwikkeltraject voortvloeiende verplichtingen.

Kostprijs

Afhankelijk van het aantal uren

Artikel 9 Ondersteuning bij leer-werktraject

Doel

Doel van de voorziening is om extra ondersteuning te bieden aan jongeren in de leeftijd van 16 tot 27 jaar die dreigen uit te vallen uit school, maar middels een leer-werktraject alsnog een startkwalificatie kunnen behalen.

Voorwaarden

  • ·

    Dit instrument wordt gekoppeld aan een leer-werkbaan.

  • ·

    Er wordt alleen extra ondersteuning ingezet als de ondersteuning die reeds door de school of door de werkgever wordt geboden onvoldoende is.

Termijn

De duur van de ondersteuning is gekoppeld aan de duur van het leer-werktraject. Tijdens leer-werkstage vinden tussentijdse evaluatie plaats, daarin dient meegenomen te worden of ondersteuning nog nodig is.

Kostprijs

Persoonlijke ondersteuning (zie artikel 7).

Artikel 10 Verwervingskosten

Algemene verwervingskosten

Doel

Het vergoeden van concrete feitelijke kosten die ten laste van de persoon uit de doelgroep komen en die een belemmering vormen voor het deelnemen aan een voorziening of instrument of het uitstromen naar betaalde arbeid. Bijvoorbeeld de aanschaf van (persoonlijke) gereedschappen of kleding, zoals een overall en veiligheidsschoenen voor een timmerman.

Voorwaarden

  • ·

    Het moet gaan om aantoonbare en noodzakelijke kosten.

  • ·

    Deze kosten kunnen niet vanuit aan een andere voorziening worden vergoed.

  • ·

    Voor reiskosten voor enkele reizen < 10 kilometer worden geen vergoedingen verstrek.

  • ·

    Voor enkele reizen > 10 kilometer kunnen, mits incidenteel en noodzakelijk naar het oordeel van de werkcoach, vergoedingen worden verstrekt.

  • ·

    Voor reiskosten samenhangend met woon-werkverkeer worden in beginsel geen vergoedingen verstrekt. Voorliggende voorzieningen voor mensen met een beperking en zelfredzaamheid/inkomen van de inwoner worden verondersteld toereikend te zijn.

Termijn

Afhankelijk van de kostensoort.

Kostprijs

Afhankelijk van de feitelijke kosten, waarbij gekeken wordt naar de goedkoopst adequate oplossing.

Werkplekaanpassing

Doel

Het vergoeden van kosten voor werkplekaanpassingen die direct samenhangen met de werkplek en de arbeidsbeperking van de persoon.

Voorwaarden

  • ·

    De vergoeding kan alleen aangevraagd worden als het dienstverband ten minste 6 maanden duurt.

  • ·

    Als het gaat om een meeneembare werkvoorziening, dan moet de werknemer de vergoeding zelf aanvragen.

Termijn

Niet van toepassing.

Kostprijs

Afhankelijk van de feitelijke kosten, waarbij gekeken wordt naar de goedkoopst adequate oplossing.

Er wordt een drempelbedrag gehanteerd. Aangesloten wordt bij de normbedragen voorzieningen van UWV.

Artikel 11 Vrijlatingen inkomsten uit arbeid

Doelgroep

De persoon die behoort tot de doelgroep genoemd in artikel 31, tweede lid, onder n en r van de Participatiewet en ouder is dan 27 jaar dan wel een uitkering ontvangt op grond van de IOAW/Z, kan in aanmerking komen voor een vrijlating van inkomsten uit arbeid indien dat bijdraagt aan zijn arbeidsinschakeling.

Op verzoek

De vrijlating van inkomsten wordt, op verzoek van de uitkeringsgerechtigde, voorafgaande aan het verwerven van inkomsten uit arbeid vastgesteld. Dat betekent dat verzwegen inkomsten (als zij achteraf geconstateerd worden) niet in aanmerking kunnen komen voor de vrijlating omdat het college zich geen oordeel heeft kunnen vormen over de vraag of de inkomsten bijdragen aan de arbeidsinschakeling.

Criterium bijdragen aan de arbeidsinschakeling

De uitkeringsgerechtigde heeft in de voorafgaande twaalf maanden niet gewerkt en heeft nu werk aanvaard dat gericht is op uitstroom uit de uitkering. De termijn van twaalf maanden wordt gehanteerd omdat de werkzoekende door het verrichten van arbeid in deeltijd:

  • ·

    werkervaring opdoet;

  • ·

    went aan een arbeidsritme;

  • ·

    ervaart wat zijn mogelijkheden zijn; en

  • ·

    bij eventuele sollicitaties een gemotiveerde indruk kan maken.

Van deeltijdarbeid kan in die gevallen daarom worden gezegd dat de vrijlating van inkomsten bijdraagt aan zijn arbeidsinschakeling.

Heeft de werkzoekende echter een (recent) arbeidsverleden, dan draagt het verrichten van arbeid in deeltijd niet wezenlijk bij aan zijn arbeidsinschakeling.

Vrijlating wordt toegepast indien vanuit een uitkeringssituatie voor het eerst sprake is van inkomsten uit deeltijdwerk. Als er met de vrijlating een inkomen wordt verworven gelijk of hoger dan de toepasselijke norm, dan wordt geen vrijlating toegepast.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking onder gelijktijdige intrekking van Beleidsregels re-integratie en loonkostensubsidie gemeente Raalte, vastgesteld op 16 december 2014.

  • 2. Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels re-integratie, loonkostensubsidie en vrijlating inkomsten gemeente Raalte.

Ondertekening

Aldus vast gesteld te Raalte op 9 januari 2018,
Burgemeester en wethouders van de gemeente Raalte,
de secretaris
Karin Cornelissen
de burgemeester
Martijn Dadema