Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening Wmo-raad gemeente Raalte 2017

Geldend van 01-12-2017 t/m 31-12-2021 met terugwerkende kracht vanaf 28-09-2017

Intitulé

Verordening Wmo-raad gemeente Raalte 2017

De raad van de gemeente Raalte,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 augustus 2017

Gelet op het bepaalde in artikel 2.1.3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 2.10 Jeugdwet, artikel 84 Gemeentewet, artikel 9.6 Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Raalte en artikel 5.2 Verordening jeugdhulp gemeente Raalte;

Besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

“Verordening Wmo-raad gemeente Raalte 2017”

Artikel 1. Algemene bepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wmo: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • b.

    Gemeente: de gemeente Raalte

  • c.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Raalte

  • d.

    ingezetene: inwoner van de gemeente Raalte;

  • e.

    Wmo-raad gemeente Raalte: de raad die input en expertise ophaalt uit de samenleving van de gemeente Raalte over de Wmo en de Jeugdwet en die aan het college van B&W adviseert met betrekking tot de Wmo en de Jeugdwet.

  • f.

    gemeenteraad: de raad van de gemeente Raalte;

Artikel 2. Doelstelling en Taken WMO-raad

  • 1. De Wmo-raad heeft tot taak:

    • I.

      Het gevraagd en ongevraagd verstrekken van adviezen aan het college over het te voeren beleid op het gebied van maatschappelijke ondersteuning als bedoeld in de Wmo (dit is exclusief individuele situaties); vanuit het oogpunt van vragers naar maatschappelijke ondersteuning. Het college betrekt de Wmo-raad actief bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning als bedoeld in artikel 1.1.1 Wet maatschappelijke ondersteuning:

      • a.

        bevorderen van de sociale samenhang, de mantelzorg en vrijwilligerswerk, de toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een beperking, de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente, alsmede voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld,

      • b.

        ondersteunen van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking of met chronische psychische of psychosociale problemen zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving,

      • c.

        bieden van beschermd wonen en opvang.

    • II.

      Het gevraagd en ongevraagd verstrekken van adviezen aan het college over het te voeren beleid op het gebied van jeugdhulp als bedoeld in de Jeugdwet (dit is exclusief individuele situaties) vanuit het oogpunt van vragers naar jeugdhulp. Het college betrekt de Wmo-raad actief bij de voorbereiding van beleid betreffende jeugdhulp als bedoeld in artikel 1.1 Jeugdwet:

      • a.

        ondersteuning van en hulp en zorg, niet zijnde preventie, aan jeugdigen en hun ouders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en opheffen van of omgaan met de gevolgen van psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, opvoedingsproblemen van de ouders of adoptiegerelateerde problemen;

      • b.

        het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van jeugdigen met een somatische, verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem en die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, en

      • c.

        het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking, die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt.

    • III.

      Het actief verzamelen van relevante informatie omtrent maatschappelijke ondersteuning of jeugdhulp en de vragers naar maatschappelijke ondersteuning of jeugdhulp om de genoemde adviesfunctie zo goed mogelijk uit te kunnen voeren.

    • IV.

      Signaleren en adviseren over knelpunten en samenwerken tussen organisaties, instellingen, groeperingen en personen die in of door de gemeente te maken krijgen of willen krijgen met maatschappelijke ondersteuning of jeugdhulp.

  • 2. De Wmo-raad is niet bevoegd te adviseren over klachten, bezwaarschriften en andere zaken, voor zover die op individuele cliënten betrekking hebben. Evenmin heeft de Wmo-raad adviesrecht inzake het personeels- en organisatiebeleid van de gemeente. De Wmo-raad mag geen individuele cliënten bijstaan in rechtsprocedures inzake de Wmo.

  • 3. De Wmo-raad zorgt ervoor dat de verschillende doelgroepen voldoende vertegenwoordigd zijn, nl. Mensen met een beperking, GGZ, Mantelzorg, Ouderen, Jongeren, Vrijwilligers en Leefbaarheid.

Artikel 3. Samenstelling Wmo-raad

  • 1. De Wmo-raad bestaat uit minimaal 10 en maximaal 12 leden een onafhankelijk voorzitter.

  • 2. De leden van de Wmo-raad vertegenwoordigen alle ingezetenen van de gemeente Raalte.

  • 3. De Wmo-raad heeft een onafhankelijk voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De voorzitter wordt voorgedragen door de Wmo-raad en benoemd door het college.

  • 4. Het lidmaatschap van de Wmo-raad is onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad, het college, de (advies) commissie bezwaarschriften van de gemeente of een dienstverband bij de gemeente. Het lidmaatschap van de Wmo-raad is evenmin verenigbaar met een professionele of bestuurlijke functie bij een binnen de gemeente Raalte opererende instelling of organisatie die actief is op het gebied van de Wmo (Wmo-aanbieders) en/of Jeugd (Jeugdhulp-aanbieders).

  • 5. De Wmo-raad kan een lid van het college uitnodigen voor specifieke agendapunten in een vergadering van de Wmo-raad.

  • 6. Het college draagt zorg voor een deskundig ambtelijk ondersteuner, welke een toelichting kan geven op de te bespreken onderwerpen.

  • 7. De Wmo-raad kan desgewenst gebruik maken van de mogelijkheid om externe deskundigen te vragen om een toelichting.

Artikel 4. Benoeming en zittingsduur leden Wmo-raad

  • 1. De leden van de Wmo-raad worden door het college benoemd.

  • 2. Nieuwe leden van de Wmo-raad worden door het college benoemd op voordracht van de Wmo-raad.

  • 3. Voor elk lid wordt op dezelfde wijze een stemgerechtigde plaatsvervanger benoemd.

  • 4. De zittingsduur van de leden is maximaal vier jaar. Herbenoeming is eenmaal mogelijk voor maximaal vier jaar.

  • 5. De helft van de leden van de Wmo-raad treedt telkens gelijktijdig af en zijn meteen herkiesbaar, doch blijven in functie totdat zij zijn herbenoemd, dan wel nieuwe leden zijn benoemd. De procedure over aftreden en herbenoeming is beschreven in het huishoudelijk reglement van de Wmo-raad.

  • 6. De benoeming ter voorziening in tussentijds opengevallen plaatsen geschiedt binnen drie maanden na het ontstaan van een vacature.

  • 7. Leden kunnen tussentijds ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

  • 8. Het college kan onder opgaaf van gemotiveerde redenen een lid van de Wmo-raad schorsen, casu quo zijn lidmaatschap intrekken op verzoek van de Wmo-raad, in relatie tot het functioneren van de persoon. Het betreffende lid wordt vooraf door het college gehoord.

  • 9. De Wmo-raad kiest uit zijn midden een plaatsvervangend voorzitter, die tezamen met de voorzitter en de secretaris het (dagelijks) bestuur van de Wmo-raad vormen.

Artikel 5. Taken voorzitter en secretaris

  • 1.

    • De voorzitter heeft als taken:

    • a.

      Het fungeren als onafhankelijk en technisch voorzitter;

    • b.

      Met de secretaris het voorbereiden van de agenda voor de vergadering.

    • c.

      Het bepalen van de dag en het tijdstip van de vergadering.

    • d.

      Het leiden van de vergadering.

    • e.

      Het extern vertegenwoordigen van de Wmo-raad.

    • f.

      Het ondertekenen van correspondentie van de Wmo-raad.

    • g.

      Het onderhouden van contacten met de ambtelijke organisatie en de portefeuillehouders.

    • h.

      Het zorgdragen voor werving en selectie van nieuwe leden bij ontstane vacatures.

    Aanvullend op lid 1:

    De voorzitter:

    • i.

      Heeft affiniteit en enige bekendheid met het vakgebied;

    • j.

      Beschikt over beleidsmatig en zakelijk inzicht;

    • k.

      Heeft geen stemrecht in de Wmo-raad.

  • 2. De secretaris heeft als taken:

    • a.

      Het verrichten van administratieve werkzaamheden (verslaglegging vergadering, opstellen en versturen van agenda, opstellen van uitgaande correspondentie).

    • b.

      Het opstellen van de schriftelijke adviezen en deze mede ondertekenen. Eveneens het bewaken van de voortgang en afhandeling van de uitgebrachte adviezen.

    • c.

      Het verrichten van organisatorische werkzaamheden.

    • d.

      Het opstellen van een rooster van aftreden.

    • e.

      Heeft geen stemrecht in de Wmo-raad.

  • 3. De penningmeester heeft als taken:

    • a.

      Het beheer van de financiën, het jaarlijks opstellen van een begroting en na afloop van het jaar het opstellen van een jaarrekening.

    • b.

      Heeft stemrecht in de Wmo-raad.

Artikel 6. Ambtelijke ondersteuning Wmo-raad

  • 1. De ambtelijk ondersteuner is in dienst van de gemeente, vormt de schakel tussen de Wmo-raad en de ambtelijke organisatie en heeft administratieve, organisatorische en beleidsondersteunende taken ten behoeve van de Wmo-raad.

  • 2. De ambtelijk ondersteuner is geen lid van de Wmo-raad.

Artikel 7. Vergaderingen, middelen en faciliteiten

  • 1. De Wmo-raad vergadert minimaal vier keer per jaar of zoveel meer als waartoe hij besluit.

  • 2. De Wmo-raad stelt een huishoudelijk reglement vast, waarin de werkwijze en structuur van de Wmo-raad is geregeld. In het huishoudelijk reglement is opgenomen op welke wijze (plaatsvervangende) leden worden aangedragen en er is een rooster van aftreden opgenomen voor de leden van de Wmo-raad.

  • 3. De Wmo-raad kan alleen besluiten tot het houden van een besloten vergadering als een belang genoemd in artikel 10 van de Wob in het geding is.

  • 4. De leden ontvangen reiskostenvergoeding en voor het bijwonen van een bijeenkomst van de Wmo-raad een jaarlijkse onkostenvergoeding. De verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden regelt de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen.

Artikel 8. Besluitvorming

  • 1. De Wmo-raad kan alleen besluiten (ten aanzien van de advisering) nemen indien ten minste 2/3 van het aantal leden ter vergadering aanwezig is. De aanwezigheid blijkt uit de voor de aanvang van de vergadering getekende presentielijst.

  • 2. Alleen de aanwezige leden van de Wmo-raad hebben stemrecht. Indien een lid zich laat vertegenwoordigen door zijn/haar plaatsvervanger heeft deze stemrecht. Stemmen bij volmacht wordt uitgesloten.

  • 3. Alle besluiten (ten aanzien van de advisering) worden genomen bij gewone meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen van de op de presentielijst aanwezige leden.

  • 4. Blanco en niet-geldig uitgebrachte stemmen (ter uitsluitende beoordeling aan de voorzitter) worden geacht niet te zijn uitgebracht.

  • 5. Bij staking van stemmen over zaken, die geschiedt door handopsteken, vindt in dezelfde vergadering direct een herstemming plaats.

  • 6. Stemming over personen geschiedt schriftelijk met gesloten stembiljetten. Leidt een herstemming, ten gevolge van gelijkheid van stemmen, niet tot een besluit, dan wordt besloten door trekking van een - door de voorzitter - gemerkt lot.

  • 7. Minderheidsstandpunten kunnen worden toegevoegd aan de besluitenlijst, casu quo het voorstel/advies aan het college.

Artikel 9. Budget

  • 1. De Wmo-raad is bevoegd binnen een bij begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van haar taken.

  • 2. De Wmo-raad verantwoordt de baten en lasten van het vorige begrotingsjaar voor 1 april aan het college.

Artikel 10. informatievoorziening

  • 1. Het college draagt op verzoek van de Wmo-raad, dan wel uit eigen initiatief zorg voor goede en tijdige informatievoorziening over zaken die tot het taakgebied van de Wmo-raad behoren.

  • 2. Het college hanteert een termijn van minimaal vier weken voor het door de Wmo-raad uit te brengen advies, zodat het uit te brengen advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Met instemming van de Wmo-raad kan worden afgeweken van deze termijn.

  • 3. Van de intentie tot het wel of niet overnemen door het college van een advies van de Wmo-raad, wordt de Wmo-raad binnen een termijn van vier weken schriftelijk en met redenen omkleed op de hoogte gesteld.

  • 4. Het besluitvormende bestuursorgaan krijgt inzicht in de adviezen van de Wmo-raad.

  • 5. Indien het college besluit tot het afwijken van het advies van de Wmo-raad, wordt dit, met redenen omkleed, bij het voorstel vermeld.

Artikel 11. Slotbepalingen

  • 1. Wijziging of intrekking van deze Verordening vindt niet plaats dan nadat de Wmo-raad daarover is gehoord.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1. Deze Verordening treedt in werking op 28 september 2017.

  • 2. De Verordening voorzieningen Wmo-raad gemeente Raalte, vastgesteld 27 november 2014, wordt ingetrokken.

Artikel 13. Citeerartikel

Deze Verordening wordt aangehaald als: Verordening Wmo-raad gemeente Raalte 2017.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 28 september 2017.
de griffier
Jan Bouke Zijlstra
de voorzitter
Martijn Dadema