Wegsleepregeling Renswoude 2015

Geldend van 07-05-2015 t/m 07-11-2019

Intitulé

Wegsleepregeling Renswoude 2015

Wegsleepregeling gemeente Renswouude 2015

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

  • b.

    Wet: de Wegenverkeerswet 1994;

  • c.

    Besluit: het Besluit wegslepen van voertuigen, op grond van artikel 173 van de wet;

  • d.

    Voertuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, onder a1 RVV 1990;

  • e.

    Motorrijtuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder c van de wet:

  • f.

    Aanhangwagen: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder d van de wet:

  • g.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van Renswoude.

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c. van de wet worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente Renswoude aangewezen voor zover ze behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.

Artikel 3 Plaats bewaring voertuigen en openingstijden

  • 1. 1.Als plaats van bewaring van voertuigen wordt aangewezen de opslagterreinen van Hoogenraad b.v. Bergings- Kraan- en Transportbedrijf, Rijksstraatweg 204 te Leersum

  • 2. De openingstijden van de in het eerste lid bedoelde bewaarplaatsen worden nader door het college vastgesteld.

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen

1.Bij het vaststellen van de kosten verbonden aan de toepassing van bestuursdwang, kunnen als directe kosten in aanmerking worden genomen de voor de overbrenging, onderscheidenlijk de bewaring aan de gemeente in rekening gebrachte kosten (conform artikel 12, 13, 14 en 15 Besluit wegslepen van voertuigen) en de kosten van verzekering ter dekking van de aansprakelijkheid voor schade als bedoeld in artikel 172, achtste lid, van de wet.

  • 2.

    Ingeval van toepassing van artikel 171, eerste lid, onderdeel b, van de wet kunnen als directe kosten tevens in aanmerking worden genomen de personele en materiële kosten, verbonden aan de bekendmaking van de beschikking, waaronder begrepen de kosten ter opsporing van degene aan wie de beschikking wordt bekendgemaakt.

  • 3.

    In geval artikel 5:30 van de Algemene wet bestuursrecht overeenkomstige wijze wordt toegepast kunnen als directe kosten tevens in aanmerking worden genomen de personele en materiële kosten van verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging, waaronder begrepen de kosten van taxatie van het voertuig.

  • 4.

    Het vaststellen van de tarieven voor deze dienst (welke niet vallen onder artikel 229 Gemeentewet) is een privaatrechtelijk besluit. Dergelijke besluiten zijn een bevoegdheid van het college (eerste lid, letter e artikel 160 Gemeentewet)

  • 5.

    Bij de vaststelling van de kosten, verbonden aan de toepassing van bestuursdwang, kunnen indirecte kosten tot ten hoogste 15% van de directe in aanmerking genomen kosten in aanmerking worden genomen.

Artikel 5 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen en aanhangwagens in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat.

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, zoals bedoeld in artikel 130, vierde lid, 164, zevende lid en 174, eerste lid van de wet, zijn artikel 1, 3 en 4 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking en kan worden aangehaald als “Wegsleepregeling gemeente Renswoude”.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Renswouded.d. 14 april 2015.

de griffier, de voorzitter,

Toelichting

Algemeen

Met ingang van 2002 is de Wet van 21 februari 1997, houdende wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), ook wel wijziging van de wegsleepregeling, en het bijbehorende Besluit wegslepen van voertuigen, in werking getreden.

Met deze wijziging is het aantal situaties uitgebreid waarin gebruik mag worden gemaakt van de wegsleepregeling. Het voorkomen van één van die situaties betekent niet automatisch dat gebruik mag worden gemaakt van die regeling. Degene die met de uitvoering ervan is belast moet per geval namelijk nagaan of in dat specifieke geval het wegslepen van het betreffende voertuig absoluut noodzakelijk is. Als het wegslepen niet urgent is kan worden volstaan met het opmaken van een proces-verbaal door een opsporingsambtenaar.

Het uitvoeren van de wegsleepregeling is een bevoegdheid van het College van Burgemeester en wethouders. Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de Algemene wet bestuursrecht (Awb) staan de algemene regels voor toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. In de WVW 1994 wordt een aantal bepalingen uit de Awb niet van toepassing verklaard. Tegen besluiten tot het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.

Wanneer een voertuig fout geparkeerd staat en wegsleepwaardig is, zijn er in principe twee naast elkaar bestaande manieren om hiertegen op te treden. Allereerst het opmaken van een proces-verbaal door gemeentelijk toezicht/politie/justitie, op grond van de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften (Wet Mulder). Daarnaast het uitvoeren van bestuursdwang, in de vorm van het (laten) wegslepen en bewaren van het voertuig, door het college van Burgemeester en wethouders. Het opmaken van een proces-verbaal op grond van de Wet Mulder is niet (meer) vereist, maar kan wel samengaan. Als alleen gebruik wordt gemaakt van de bestuursdwang-mogelijkheid dan moet de geconstateerde parkeerovertreding goed worden vastgelegd in een schriftelijk document dat vergezeld gaat van foto’s e.d. In het geval dat gebruik wordt gemaakt van proces-verbaal en bestuursdwang is een eventueel sepot, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging door justitie, respectievelijk de rechter, naar aanleiding van het proces-verbaal, niet zonder meer een reden om ook de kosten van bestuursdwang aan de burger terug te betalen. Het college maakt binnen het kader van een eventuele bezwaarprocedure namelijk een eigen afweging.

Op grond van artikel 170, lid 1 van de WVW 1994 kunnen voertuigen waarmee een verkeersregel wordt overtreden en waarvan verwijdering noodzakelijk is in verband met het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer of het vrijhouden van aangewezen weggedeelten en wegen zonder meer worden weggesleept. In de artikelsgewijze toelichting is aangegeven welke situaties daartoe in ieder geval kunnen worden gerekend.

Overigens is artikel 170, lid zes van de WVW 1994 hier ook van belang. Daarin staat dat een voertuig niet kan worden weggesleept als de rechthebbende het voertuig verwijdert voordat met de overbrenging wordt begonnen. In de wet wordt niet exact aangegeven wanneer sprake is van situaties waarin met de overbrenging wordt begonnen, maar in de praktijk wordt ervan uitgegaan dat pas met de overbrenging wordt begonnen wanneer het voertuig zich in de takels van het wegsleepvoertuig bevindt. Indien de rechthebbende zich eerder bij zijn voertuig meldt, mag het voertuig niet meer worden weggesleept. Wel zal de rechthebbende dan alle aan de overbrenging verbonden kosten moeten vergoeden, waarbij met name kan worden gedacht aan voorrijkosten van het sleepvoertuig en administratieve kosten.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

In deze bepaling zijn begrippen omschreven die diverse malen in de verordening voorkomen. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit geldende wetgeving. Het begrip “voertuig”, zoals in artikel 1 RVV 1990 is omschreven,

is ruim. Hieronder vallen niet alleen motorvoertuigen, maar ook fietsen en bromfietsen, invalidenvoertuigen, trams en wagens. Al deze voertuigen vallen dus onder de werking van deze wegsleepverordening. Het begrip motorrijtuig en aanhangwagen is apart omschreven, omdat artikel 5 van de wegsleepregeling alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.

Artikel 2

Zoals hiervoor in het algemene deel van de toelichting is gememoreerd, is de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet zelf geregeld. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer hoeven geen wegen en weggedeelten te worden aangewezen. Van deze bevoegdheid kan op alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente gebruik worden gemaakt.

Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten kunnen op grond van artikel 170, eerste lid, aanhef en onder c, en artikel 173, tweede lid, aanhef en onder c WVW 1994 bij gemeentelijke verordening wegen en weggedeelten worden aangewezen. Middels deze bepaling worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen. In artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen is nader aangegeven om welke soorten van wegen en weggedeelten het kan gaan.

Artikel 3

De inhoud van deze bepaling spreekt voor zich. Vanwege de redactie van artikel 173, tweede lid WW 1994 moet(en) plaats(en) van bewaring van voertuigen door de gemeenteraad worden aangewezen.

Delegatie daarvan aan het college is niet mogelijk. In onvoorziene omstandigheden kan de burgemeester, op grond van zijn bijzondere bevoegdheden ter handhaving van de openbare orde, tijdelijk ook andere terreinen aanwijzen als plaats van bewaring van voertuigen. De openingstijden kunnen wel nader door het college worden vastgesteld, omdat ze niet expliciet genoemd zijn in artikel 173 WW 1994. Als ze in de verordening opgenomen zouden zijn zou dat minder flexibel zijn. De gekozen locatie van de bewaarplaats is goed bereikbaar, ook met het openbaar vervoer, voor de mensen die met de wegsleepregeling te maken krijgen. De openingstijden zijn ruim gekozen. Openstelling van de bewaarplaats alleen gedurende werkdagen is niet genoeg, omdat iemand hierdoor onevenredige schade kan lijden die mogelijk op de gemeente wordt verhaald.

Artikel 4

In de artikelen 12, 13, 14 en 15 van het Besluit wegslepen van voertuigen is geregeld welke kostensoorten, die verbonden zijn aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen,

in rekening kunnen worden gebracht bij de overtreder. Het gaat dan niet alleen om personele en materiële kosten die direct verband houden met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten die verbonden zijn aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering e.d. In de wegsleepregeling kan en is volstaan met een uitsplitsing van de kosten die verbonden zijn aan het wegslepen van voertuigen enerzijds en de bewaring van deze voertuigen anderzijds.

Artikel 5

Naast de in artikel 170, eerste lid WVW 1994 bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een voertuig te laten wegslepen en

in bewaring laten stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:

  • 1.

    het niet afgeven van zijn rijbewijs, wanneer dit is ingevorderd, omdat iemand zijn motorrijtuig heeft bestuurd terwijl hij onder invloed was van drogerende stoffen of alcohol en dergelijke (zie art. 130 en 164 WVW 1994);

  • 2.

    de situatie dat een motorrijtuig of aanhangwagen niet beschikt over een behoorlijk zichtbare kentekenplaat terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het “knoeien” met kentekens in geval van (auto)diefstal.

Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid WVW 1994, waarin de bestuursbevoegdheid is geregeld, is dan ook niet van toepassing in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt. Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit hoofdstuk X Bestuursdwang van de WVW 1994 (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. Het is raadzaam om ook in de wegsleepverordening de artikelen over de bewaarplaats(en) van voertuigen en openingstijden (art. 3) en de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (art. 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing te verklaren.

Artikel 6

Deze bepaling spreekt voor zich.