Beleid gebruik openbare ruimte voor winkeluitstallingen, reclameborden, voorwerpen en terrassen.

Geldend van 28-11-2012 t/m heden

Intitulé

Beleid gebruik openbare ruimte voor winkeluitstallingen, reclameborden, voorwerpen en terrassen.

Inleiding

In de gemeente wordt openbare ruimte gebruikt voor de uitstalling van winkelgoederen, het plaatsen van reclameborden bij winkels en voor terrassen, alsmede voor het hebben van luifels en balkons boven gemeente-eigendommen. Ook zijn vergunning verleend voor kabels en leidingen voor particuliere bedrijven. Het beleid is in 2006 geharmonieerd. Sindsdien zijn er in 2008, 2009 en 2010 wijzigingen van de APV doorgevoerd. In 2009 zijn veel zaken gedereguleerd. Bij de herziening van de APV 2010 is een groot deel van deregulering terug gedraaid. In 2012 is een verzoek ingekomen om het uitstalbeleid voor het winkelerf iets te versoepelen. De tot nu toe gehanteerde uitstallingsruimte in het winkelerf is in sommige situaties erg beperkt. Door het feit dat het winkelerf grotendeels voetgangersgebied is geworden kan aan deze wens tegemoet gekomen worden. Verder zijn in deze notitie ook de actuele recognitiebedragen ingevoerd, zoals die onlangs in een afzonderlijk besluit zijn vastgesteld.

Wettelijke bepalingen

Artikel 2.10 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2010, 3 e wijziging, luidt als volgt:

Artikel 2:10 Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie ervan.

  • 1.

    Het is verboden de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie ervan, als:

    • a.

      het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

    • b.

      het beoogde gebruik hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand.

  • 2.

    Het bevoegd bestuursorgaan kan in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving nadere regels stellen ten aanzien van terrassen en uitstallingen, verwijzingsborden en reclame-uitingen.

  • 3.

    Het bevoegd bestuursorgaan kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 4.

    Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het in het eerste lid bedoelde gebruik, voor zover dit een activiteit betreft als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j. of onder k. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 5.

    Het verbod in dit artikel geldt niet voor:

    • a.

      evenementen als bedoeld in artikel 2:24;

    • b.

      standplaatsen als bedoeld in artikel 5:17.

  • 6.

    Het verbod in het eerste lid geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatwerken, artikel 5 van de Wegenverkeerswet, of het Provinciaal wegenreglement.

Wat wordt onder het begrip openbare weg of weggedeelten verstaan

In de A.P.V. wordt verstaan dan wel mede verstaan onder: Weg: de weg, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de Wegenverkeerswet 1994.

De eigendomssituatie doet daarin niet ter zake. Ook particulier eigendom kan behoren tot de openbare weg. In veel gevallen, met name in het centrum van de kernen, is daarvan sprake.

Reikwijdte van de notitie

Deze notitie heeft uitsluitend betrekking op winkeluitstallingen, (winkel)reclameborden, voorwerpen op, aan of boven de openbare weg met een permanent karakter en terrassen. Bij voorwerpen op of aan de openbare weg moet gedacht worden aan kabels en leiding onder de grond en aan luifels aan bouwwerken die boven gemeentegrond hangen.

Deze notitie heeft geen betrekking op tijdelijke aankondigingborden voor evenementen. Daarvoor is een afzonderlijk beleid vastgesteld.

Doelstelling van de notitie

De doelstelling is om in het belang van de openbare orde en veiligheid regels te stellen voor het gebruik van openbare ruimte. Ook voorziet de regeling in een recognitieregeling. De recognitie is een vergoeding voor het gebruik van gemeente-eigendommen en dient ter erkenning van het eigendomsrecht.

Gebiedsindeling voor het vaststellen van beleidsregels

Omdat niet alle gebieden van de openbare ruimte op dezelfde wijze zijn ingericht, kunnen in de verschillende gebieden niet overal dezelfde regels worden toegepast. Daarom is het noodzakelijk dat de gebieden worden gecategoriseerd, zodat per categorie zoveel mogelijk hetzelfde beleid kan worden gevoerd.

Voor te stellen gebieden

De volgende openbare gebieden kunnen onderverdeeld worden in:

  • 1.

    De gebieden waar een verhoogd trottoir of een als zodanig herkenbaar voetpad aanwezig is. Dit kunnen zowel gebieden zijn die in Holten, Dijkerhoek of Rijssen liggen.

  • 2.

    De specifieke winkelgebieden waar de ruimtelijke omgeving verschillend is ingericht. Het betref hier verschillende gebieden:

    • a.

      Winkelerf Haarstraat, Schild, Grotestraat in Rijssen

    • b.

      Winkelerf Elsenerstraat, Rozengaarde (Europaplein), Bouwstraat in Rijssen

    • c.

      Winkelerf omgeving winkelcentrum De Hoge Wal (Hogepad en Walstraat) in Rijssen

    • d.

      Winkelerf Enterstraat in Rijssen

    • e.

      Openbare ruimte winkelcentrum Braakmanslanden in Rijssen

    • f.

      Openbare ruimte Smidsbelt, Kerkstraat in Holten

  • 3.

    De overige gebieden, zoals de industrieterreinen en de wegen buiten de bebouwde kommen.

De vast te stellen beleidslijnen moeten betrekking hebben op de belangen die vermeld zijn in artikel 2.1.5.1. van de A.P.V

A Vaststellen algemene voorwaarden

Zoals aangegeven is er een verschil tussen een winkeluitstalling, een reclamebord of een terras. Er zijn richtlijnen/voorschriften die in alle situaties van toepassing zijn.

Voorschriften:

  • 1.

    Winkeluitstallingen en reclameborden worden alleen toegestaan voor of naast de gevel van het pand waarin de betreffende bedrijfsmatige handelingen worden verricht.

Toelichting: Er moet en directe relatie zijn tussen de te plaatsen objecten en het pand waar de betreffende bedrijfsmatige activiteiten worden uitgeoefend. Buren of andere belanghebbenden mogen geen overlast ondervinden van uitstallingen, reclameborden of terrassen. Wanneer een winkelpand ook aan de achterzijde aan een openbare weg grenst, zien we vaak dat daar ook borden worden geplaatst. Dit geeft vaak een rommelige indruk. In deze situatie achten wij het gewenst dat aan de achterzijde geen borden of uitstallingen mogen worden geplaatst op de openbare weg.

  • 2.

    Er moet een vrije doorgang voor voetgangers van ten minste 1,80 meter beschikbaar blijven op het uitsluitend voor voetgangers bestemde weggedeelte. Indien de uitstalling op voor voetgangers bestemd gebied uitgestald staat, dient ten behoeve van de doorgang van hulpverlenings-voertuigen een vrije ruimte van 4,50 meter beschikbaar te blijven.

Toelichting: Voetgangers moeten vrij gebruik kunnen maken van het voetgangersgedeelte. 1,80 meter is een minimum norm. Voorkomen moet worden dat voetgangers gedwongen worden over de rijbaan te lopen. In bestaande vergunningen is in het verleden ook een norm van 1,50 m toegepast. Naar aanleiding van een inspraakreactie van het Gehandicaptenplatform wordt de norm op 1,80 m gesteld voor nieuw te verlenen vergunningen. De norm van een vrije voetgangersruimte geldt nu voor nieuw uit te geven vergunningen. Bestaande rechten blijven als overgangsrecht gehandhaafd zolang de bestaande vergunning gebruikt kan worden. Wanneer er uitsluitend een voor voetgangers bestemd gedeelte is, moet er in ieder geval ten behoeve van de hulpverleningsvoertuigen een vrije ruimte van 4,50 meter beschikbaar blijven.

  • 3.

    De voorwerpen mogen niet op de rijbaan voor het verkeer worden geplaatst.

Deze voorwaarde spreekt voor zich en is gesteld in het belang van de verkeersveiligheid. De rijbaan moet ook te allen tijde vrij blijven ten behoeve van de doorgang van de hulpdiensten.

  • 4.

    De voorwerpen mogen niet op voor parkeren bestemde weggedeeltes worden geplaatst.

Deze voorwaarde is noodzakelijk om de beoogde parkeergelegenheid beschikbaar te houden voor het doel waarvoor ze zijn gerealiseerd.

  • 5.

    Plaatsing van voorwerpen in of op gemeentelijk plantsoenen wordt niet toegestaan.

Plaatsing van reclameborden en uitstallingen op het gemeentelijk plantsoen is niet gewenst uit oogpunt van redelijke eisen van welstand. Bovendien belemmert de aanwezigheid van voorwerpen op of in het gemeentelijk plantsoen een doelmatig beheer en onderhoud. Dit geldt vooral voor grasperkjes, die in de zomer gemaaid moeten worden.

  • 6.

    De losse voorwerpen mogen alleen op de openbare weg staan tijdens de openingstijden van de winkel.

Buiten de winkeltijden is er veelal geen beheer over de vaak losse voorwerpen. Daarom is het noodzakelijk dat na winkelsluiting de goederen en voorwerpen van de openbare weg worden verwijderd en binnen worden gezet.

  • 7.

    Maximum aantal reclameborden

Er wordt 1 reclamebord (stoepbord of reclamestandaard), per winkel toegestaan, met een maximale oppervlakte van 1 m2, een en ander met in achtneming van een maximale hoogte van 1,50 meter en een maximale breedte van 1,00 meter per bord.

  • 8.

    Voorwerpen mogen de toegang tot winkels niet belemmeren.

Voorwerpen op de weg moeten zo opgesteld worden dat voetgangers en rolstoelgebruikers vanaf de openbare weg gemakkelijk toegang kunnen krijgen tot de winkel of horecagelegenheid. Dit betekent dat er geen voorwerpen of uitstallingen voor de winkeldeur mogen worden geplaatst.

Hieronder volgt een beschrijving van de specifieke gebieden en de daarbij behorende voorschriften:

B Eisen aan voorwerpen in de openbare ruimte met verhoogd trottoir of als zodanig aangegeven voetpad

Aan de volgende eisen moet worden voldaan, wil de gemeente ontheffing verlenen aan het plaatsen van een voorwerp op het voor voetgangers bestemde weggedeelte:

  • 1.

    De voorwerpen moeten voor de voorgevel of naast de zijgevel worden geplaatst.

  • 2.

    Er moet op het trottoir of op het als zodanig herkenbare voetpad een vrije ruimte voor voetgangers overblijven van tenminste 1,80 meter. Voor bestaande vergunning geldt overgangsrecht (zie hiervoor).

C Specifieke eisen voor de afzonderlijke winkelgebieden waar geen verhoogd trottoir is.

Voetgangersgebied Haarstraat, Schild, Grotestraat en winkelgebied Elsenerstraat, Kerkstraat, Rozengaarde in Rijssen

  • 1.

    De grijze strook aansluitend aan de gevels van de panden mag gebruikt worden voor uitstallingen.

  • 2.

    Voorwerpen mogen ook uitgestald worden voor of naast de winkel tot maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, met dien verstande dat geen uitstallingen mogen worden geplaatst op de rijbaan (zogenaamde rijloper). De rijloper is de middelste baan in het winkelerf

  • 3.

    Voor terrassen geldt dat deze mogen worden ingericht voor het horecapand op het niet voor rijverkeer bestemde gedeelte.

Winkelgebied Bouwstraat Walstraat en Enterstraat in Rijssen

  • 1.

    De grijze strook aansluitend aan de gevels van de panden mag gebruikt worden voor uitstallingen.

  • 2.

    Voorwerpen mogen ook uitgestald worden voor of naast de winkel tot maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, mits er voor voetgangers een vrije ruimte van 1,80 meter beschikbaar blijft buiten de rijbaan.

  • 3.

    Voor terrassen geldt dat deze mogen worden ingericht voor het horecapand op het niet voor rijverkeer bestemde gedeelte.

In deze straten kan in veel gevallen slechts beperkt uitgestald worden, omdat anders niet voldaan wordt aan de vrije ruimte voor voetgangers. In de Bouwstraat houdt dit in alle gevallen in dat slechts op de grijze strook uitstallingen mogen worden geplaatst. In de Walstraat en de Enterstraat kan – afhankelijk van de situatie voor voetgangers - veelal wel - tot 1,50 meter benut worden voor uitstallingen

De norm van 1,80 meter afstand tot de rijbaan/rijloper is noodzakelijk om de voetganger niet in de problemen te brengen. Ter plaatse maakt het gemotoriseerde verkeer gebruik van de rijbaan/rijloper.

Winkelerf omgeving De Hoge Wal zijde Hogepad in Rijssen

  • 1.

    De grijze strook aansluitend aan de gevels van de panden mag gebruikt worden voor uitstallingen.

  • 2.

    Uitstallingen maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, met dien verstand dat er ten minste 1,80 meter ruimte overblijft voor voetgangers.

  • 3.

    Voor terrassen geldt alleen de eis dat ten minste 1,80 meter vrije ruimte beschikbaar blijft voor voetgangers. De overige ruimte voor de gevel mag opgevuld worden. Voor het terras behorende bij het horecabedrijf is een afzonderlijke vergunning verleend.

Winkelcentrum Braakmanslanden in Rijssen

  • 1.

    Maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, met dien verstand dat er ten minste 1,80 meter ruimte overblijft voor voetgangers.

  • 2.

    Voor één terras is een afzonderlijke vergunning verleend.

Openbare ruimte De Smidsbelt en Kerkstraat in Holten

  • 1.

    Maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, mits de afstand tot de rijloper (gedeelte bestemd voor rijverkeer) ten minste 1,80 meter bedraagt.

  • 2.

    Voor terrassen geldt alleen de eis dat ten minste 1,80 meter vrije ruimte beschikbaar blijft voor voetgangers. De overige ruimte voor de gevel mag opgevuld worden.

D Gebruik openbare grond op industrieterreinen en buiten de bebouwde kom

Op industrieterreinen wordt geen medewerking verleend voor het plaatsen van voorwerpen op de openbare weg. Veelal is er voldoende ruimte om op eigen terrein aanduidingen en of reclame-uitingen te realiseren. Het “schoonhouden” van de openbare ruimte op het industrieterrein komt de beeldkwaliteit van het industrieterrein ten goede. Wel wordt in noodzakelijke gevallen medewerking verleend voor het leggen van een kabel of buis in gemeentegrond. Ook in het buitengebied wordt geen medewerking verleend aan het plaatsen van voorwerpen op de openbare weg. Daar waar behoefte is aan voorwerpen of aanduidingen dient dit op eigen terrein plaats te vinden.

In één situatie is wel medewerking verleend, namelijk voor Landal Greenparks ten behoeve van de interne bewegwijzering van het complex.

E Uitzonderingen op het beleid

Het vast te stellen beleid voor het plaatsen van voorwerpen op de openbare weg is niet van toepassing in de volgende situaties:

  • .

    het plaatsen van lichtmastreclame in opdracht van de gemeente;

  • .

    het plaatsen van reclameposters in de abri’s door Viacom;

  • .

    het plaatsen van bewegwijzering en andere aanduidingen of voorwerpen door of vanwege de overheid aangebracht.

  • .

    Het kortstondige plaatsen van afvalcontainers die ter lediging worden aangeboden overeenkomstig de bepaling van de Afvalstoffenverordening.

F Administratieve wijze van uitvoering van het geharmoniseerde beleid

In de notitie onderscheiden we bij gebruik van gemeente-eigendommen de volgende zaken:

  • 1.

    uitstallingen van winkelwaar

  • 2.

    verwijderbare reclamestandaards en reclameborden

  • 3.

    vaste met de grond verbonden voorwerpen, zoals luifels, balkons, kabels, leidingen en reclamezuilen

  • 4.

    horecaterrassen, al dan niet met parasols en windschermen

1. Uitstallingen van winkelwaar

Voorgesteld wordt om hiervoor geen afzonderlijke ontheffing te vereisen, mits het uitstallen van de winkelwaar voldoet aan de algemene en de locatiegebonden voorschriften, zoals hiervoor in de notitie is beschreven. De handhaving dient dan ook getoetst te worden aan de algemene en de locatiegebonden voorschriften. Wanneer een winkelier zich niet houdt aan deze voorschriften, handelt hij of zij zonder vergunning en derhalve in strijd met de A.P.V. Er kan dan handhavend worden opgetreden. Deze systematiek is min of meer een gedoogsystematiek. Er wordt geen vergunning verlangd, mits te betrokkene voldoet aan de vastgestelde algemene richtlijn/voorschriften. Dit voorkomt veel administratieve rompslomp. Bovendien is het uitstallen van winkelgoederen op zich een positief gebeuren dat de sfeer in het winkelcentrum of bij winkels verhoogt. Daartegen behoeft geen bezwaar te bestaan.

2. Verwijderbare reclamestandaards en reclameborden

Reclamestandaards en –borden bieden vaak een minder fraai beeld in de winkelomgeving. Deze moeten zoveel mogelijk geweerd worden. Daarom wordt voorgesteld dat voor het plaatsen van verwijderbare reclamestandaard en –borden wel een uitdrukkelijke vergunning wordt vereist. Daaraan gekoppeld is een financiële vergoeding (recognitie), waarop later in deze notitie wordt ingegaan.

3. Vaste met de grond verbonden voorwerpen

Hiervoor dient onverkort de vergunningplicht van toepassing te blijven.

4. Horecaterrassen

Hiervoor is naast een APV-vergunning ook een vergunning ingevolge de Drank- en horecawet nodig. Deze vergunningensystematiek blijft ongewijzigd.

G Financiële vergoeding voor gebruik gemeente-eigendom ter erkenning van het eigendomsrecht (recognities)

Situatie Rijssen

Ter erkenning van het eigendomsrecht worden contractuele bijdragen of recognities in rekening gebracht bij bedrijven en particulieren die eigendommen op, in of boven gemeentegrond hebben. De huidige bijdragen recognities kunnen als volgt gerubriceerd worden:

a. recognities ten behoeve van zakenpanden/zakelijk gebruik buiten het winkelerf

Hiervoor wordt een jaarlijks bedrag van € 45,38 (f. 100,00) in rekening gebracht. De onderwerpen die hier onder vallen variëren van een luifel of balkon boven, een kabel of leiding in, tot het uitstallen van goederen of het plaatsen van een reclamestandaard op gemeentegrond. Voor terrassen buiten het winkelerf wordt ook deze vergoeding gevraagd.

b. recognitie/bijdragen ten behoeve van zakenpanden/zakelijk gebruik in het winkelerf

Het winkelerf omvat Haarstraat, Schild en Grotestraat in Rijssen.

De volgende bijdragen worden in rekening gebracht:

  • 1.

    voor het hebben van een luifel die geen steunpunt in gemeentegrond heeft: een recognitie van € 50,- per jaar (was tot en met 2012 € 0,45 per jaar);

  • 2.

    voor het hebben van een luifel, die wel een steunpunt in gemeentegrond heeft, is een notariële akte opgemaakt en is opstalrecht verleend. Contractueel is overeengekomen dat de bijdrage € 0,45 (f. 1,-) per jaar bedraagt (aktes opgemaakt in 1981 in kader luifelplan winkelerf); deze tarieven zijn per 2013 verhoogd naar € 50,- per jaar.

  • 3.

    voor het uitstallen van goederen geldt dat hiervoor in het winkelerf geen recognitie in rekening wordt gebracht; het uitstallen van goederen is bij algemene ontheffing geregeld en geldt onder bepaalde voorwaarden. In 1981 is dit zo geregeld, omdat de winkeliers zouden zorgen voor verzorging van de groenvoorzieningen in het winkelerf en in de winterperiode het erf sneeuwvrij zouden houden. Voor terrassen in het winkelerf wordt geen vergoeding gevraagd.

c. Recognities particulieren

Aan particulieren wordt een bedrag van € 11,34 in rekening gebracht. Er zijn slechts enkele situaties bekend. In 2013 wordt dir bedrag € 25,- per jaar.

Situatie in Holten

In Holten worden aan 3 horecaondernemers een bedrag van € 4,54 in rekening gebracht voor gebruik van gemeentegrond als terras (Poon Chu Po, Kamphuis en Nijkamp). Verder wordt aan Landal Greenparks een bedrag van € 45,38 in rekening gebracht voor het hebben van interne bewegwijzeringborden op openbare grond. Alle bedragen zijn per 2013 vastgesteld op € 50,-.

H Gebruik gemeentegrond ten behoeve van opslag bouwmaterialen

Dit is via de tarievennota geharmoniseerd. De kosten bedragen € 4,20 per m² per maand bij gebruik van meer dan 20 m². Bij ingebruikname van minder dan 20 m² zijn geen kosten verschuldigd. Deze regeling wordt in de hele gemeente toegepast. De bedragen worden jaarlijks aangepast.

Bestaande tarieven recognities vanaf 2013

De tarieven zijn in 2006 geharmoniseerd. In 2012 zijn aanpassingen voor de tarieven doorgevoerd met ingang van 2013

De volgende tarieven zijn verschuldigd voor het gebruik van openbare gemeentegrond:

  • .

    Winkeluitstallingen: geen vergoeding verschuldigd

  • .

    Losse reclameborden of -standaards: € 50,- per reclamebord of –standaard per jaar

  • .

    Vaste met de grond of onroerende zaak verbonden voorwerpen, zoals luifels, balkons, vlaggenmasten en kabels en leidingen en andere bouwkundige voorzieningen en afvalcontainers in- op of boven gemeentegrond, voor zakelijk gebruik: € 50,- per jaar;

  • .

    Luifels boven gemeentegrond in het winkelerf Rijssen overeenkomstig bestaande overeenkomst of contract gewijzigd van € 0,45 naar € 50,- per jaar;

  • .

    Luifels en balkons boven gemeentegrond voor particulier gebruik gewijzigd van € 11,- naar € 25,- per jaar.

  • .

    Terrassen bij horecabedrijven op gemeentegrond € 50,- per jaar.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Rijssen-Holten op 22 oktober 2012
secretaris, burgemeester,