Regeling vervallen per 01-01-2020

Verlofregeling

Geldend van 19-06-2015 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2015

Intitulé

Verlofregeling

Verlofregeling

Verlofregeling

Inhoudsopgave

  • Artikel 1 Begripsbepalingen

  • Artikel 2 Basis vakantieverlof

  • Artikel 3 Vermeerdering vakantieverlof

  • Artikel 4 Lokale feestdagen

  • Artikel 5 leeftijdsverlof

  • Artikel 6 Opname verlof

  • Artikel 7 Vakantieopname

  • Artikel 8 Verlofstuwmeer

  • Artikel 9 Overgangsrecht

  • Artikel 10 Onvoorziene gevallen

  • Artikel 11 Citeertitel en inwerkingtreding

  • Leeswijzer nieuwe verlofregeling

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    Deeltijd betrekking: De betrekking zoals bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onderdeel mm CAR-UWO

  • b

    Medewerker: De ambtenaar bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onderdeel a CAR-UWO.

  • c

    Volledige betrekking: De betrekking zoals bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onderdeel k CAR-UWO.

  • d

    Werkgever: Het bevoegd gezag van de gemeente Scherpenzeel.

Artikel 2 Basis vakantieverlof

Lid 1

Een medewerker met een volledige betrekking heeft overeenkomstig artikel 6:2 CAR-UWO ten minste recht op 172,8 uren.

Lid 2

Alle op grond van deze regeling eventueel toe te wijzen verlofrechten worden berekend aan de voor de medewerker geldende deeltijdfactor.

Lid 3

Een medewerker die gedurende het kalenderjaar wordt aangesteld of ontslagen heeft overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:2:3, eerste lid CAR-UWO naar rato van het aantal gewerkte maanden recht op vakantieverlof.

Artikel 3 Vermeerdering vakantieverlof

Lid 1

Het basisverlof zoals bedoeld in het eerste lid van artikel 2 kan voor medewerkers met een onregelmatigheidstoeslag en die regelmatig en in belangrijke mate op onregelmatige uren werken overeenkomstig artikel 6:2:1, vierde lid CAR-UWO worden verhoogd met 14,4 uur.

Lid 2

De medewerker kan overeenkomstig artikel 6:2, tweede lid CAR-UWO een verzoek indienen om in een daaropvolgend jaar 50,4 uur meer te werken. Deze uren worden toegevoegd aan het vakantieverlof.

Lid 3

De medewerker kan overeenkomstig artikel 4a:2, eerste lid CAR-UWO in november van enig jaar een verzoek indienen om in een daaropvolgend jaar maximaal 72 uur (bovenwettelijke) vakantie-uren te kopen. Voor ieder vakantie-uur wordt een vergoeding ingehouden overeenkomend met de hoogte van het salaris per uur dat hij geniet bij aanvang van het kalenderjaar waarop het verzoek betrekking heeft.

Lid 4

De bedoelde vermeerdering in het tweede en derde lid tezamen is maximaal 72 uur per jaar.

Artikel 4 Lokale feestdagen

Naast de landelijke feestdagen (nieuwjaarsdag, 2e Paasdag, Koningsdag, Hemelvaartsdag, 2e Pinksterdag en beide Kerstdagen) gelden voor de gemeente Scherpenzeel de volgende dagen als feestdag: Goede Vrijdag en 5 mei.

Artikel 5 leeftijdsverlof

Lid 1

Voor de ambtenaar die vóór 1 april 2015 in dienst is getreden bij de gemeente Scherpenzeel wordt het volgens artikel 2 vastgestelde aantal vakantiedagen verhoogd:

  • a

    met 7,2 uur met ingang van het kalenderjaar waarin de leeftijd van 35 jaar wordt bereikt;

  • b

    met 14,4 uur met ingang van het kalenderjaar waarin de leeftijd van 45 jaar wordt bereikt. Deze uren komen bovenop de uren zoals bedoeld in lid 1a;

  • c

    met 14,4 uur met ingang van het kalenderjaar waarin de leeftijd van 55 jaar wordt bereikt. Deze uren komen bovenop de uren zoals bedoeld in lid 1a en 1b.

Lid 2

Voor de ambtenaar die op of na 1 april 2015 in dienst is getreden bij de gemeente Scherpenzeel wordt het volgens artikel 2 vastgestelde aantal vakantiedagen verhoogd:

  • a

    met 7,2 uur met ingang van het kalenderjaar waarin de leeftijd van 45 jaar wordt bereikt;

  • b

    met 7,2 uur met ingang van het kalenderjaar waarin de leeftijd van 50 jaar wordt bereikt. Deze uren komen bovenop de uren zoals bedoeld in lid 2a;

  • c

    met 7,2 uur met ingang van het kalenderjaar waarin de leeftijd van 55 jaar wordt bereikt. Deze uren komen bovenop de uren zoals bedoeld in lid 2a en 2b.

Artikel 6 Opname verlof

Lid 1

Voor de berekening van het aantal vakantiedagen wordt één werkdag bij een volledige betrekking gelijk gesteld aan 7,2 vakantie-uren.

Lid 2

In afwijking van het bepaalde in het voornoemde lid wordt bij het opnemen van vakantieverlof het aantal vakantie-uren afgeschreven, dat de medewerker op de betreffende dag(en) feitelijk zou moeten werken. Hierbij wordt gekeken naar het rooster of de vastgelegde basisafspraken tussen leidinggevende en medewerker.

Artikel 7 Vakantieopname

Bij het toekennen van vakantie wordt, voor zover de belangen van de dienst en die van de andere medewerkers dit toelaten, zoveel mogelijk rekening gehouden met de wensen van de medewerker.

Artikel 8 Verlofstuwmeer

De leidinggevende van de medewerker maakt afspraken met de medewerker in verband met het inplannen van opname van vakantie-uren, indien er sprake is van een verlofstuwmeer .

Artikel 9 Overgangsrecht

De ambtenaar die op 31 maart 2015 recht heeft op een hoger basis vakantieverlof dan de ambtenaar op grond van artikel 2 krijgt toegekend, behoudt dit recht.

Artikel 10 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 11 Citeertitel en inwerkingtreding

Lid 1

Deze regeling treedt in werking op 1 april 2015 en kan worden aangehaald als “Verlofregeling gemeente Scherpenzeel 2015”.

Lid 2

De “Regeling voor variabele werktijden en bijzondere verlofsituaties” en de “Regeling vakantieverlof Scherpenzeel 2007” worden ingetrokken met ingang van de datum inwerkingtreding van de “Verlofregeling gemeente Scherpenzeel 2015”.

Lid 3

De Verlofregeling gemeente Scherpenzeel 2015 is vastgesteld door het College d.d. XXX 2015.

Lid 4

De Ondernemingsraad gemeente Scherpenzeel heeft op XXX haar instemming gegeven aan de Verlofregeling gemeente Scherpenzeel 2015.

Lid 5

De Werkgeverscommissie van de Gemeenteraad / Gemeenteraad heeft op XXX de Verlofregeling gemeente Scherpenzeel 2015 vastgesteld.

Leeswijzer nieuwe verlofregeling

Aanleiding

De verlofregeling is herschreven naar aanleiding van de LOGA-circulaire (ECCVA/U201300476) van 4 juli 2013 aangaande de flexibilisering van de werktijden. Deze flexibilisering brengt met zich mee dat er voor de meeste medewerkers meer ruimte komt om gedurende een jaar te wisselen in arbeidstijden en arbeidspatroon. Hierdoor neemt de noodzaak toe om bij de opname van verlof te kijken naar de dan geldende afspraken. Het onderstaande model voorziet hier in artikel 6 tweede lid in.

Achtergrond

Op grond van artikel 6:2:1 CAR-UWO is de gemeente verplicht om een vakantie- of verlofregeling te hebben. De kaders hiervoor worden met name in hoofdstuk 6 en 4a van de CAR-UWO verwoord. In deze regeling is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de bepalingen van de CAR-UWO. In de regeling wordt dan ook frequent verwezen naar de CAR-UWO. Letterlijke teksten van de CAR-UWO zijn alleen overgenomen wanneer dit voor de leesbaarheid van de regeling noodzakelijk is.

Uitleg bij gemaakte keuzes

Hieronder gaan we in op de ratio van verschillende bepalingen in de verlofregeling.

Artikel 2 Basis vakantieverlof

Wij willen geen onderscheid maken naar arbeidsverleden, daarom is diensttijd geen criterium (meer) in de verlofregeling. Op basis van artikel 10 van de regeling behouden de (huidige) medewerkers hun oude verlofrechten.

Artikel 3 Vermeerdering vakantieverlof

Artikel 3 benoemt de redenen waarom een medewerker een hoger verlofrecht kan hebben. Deze redenen kennen een grondslag in de CAR-UWO. De medewerker kan in overeenstemming met artikel 6:2, tweede lid CAR-UWO een verzoek indienen om in een daaropvolgend jaar maximaal 50,4 uur meer te werken. Deze meer te werken uren worden omgezet in verlofuren. Daarnaast kan de medewerker in overeenstemming met artikel 4a:2, eerste lid CAR-UWO in november van enig jaar een verzoek indienen om in een daaropvolgend jaar maximaal 72 uur vakantie-uren te kopen.

De medewerker zou wanneer hij van beide mogelijkheden gebruik maakt, (50,4 + 72) 122,4 uur extra verlof kunnen verkrijgen. In de regeling is ervoor gekozen om dit gelet op het vermijden van verlofstuwmeren te maximeren op 72 uur.

Artikel 4 Lokale feestdagen

Dit artikel geeft de mogelijkheid om lokale feestdagen aan te wijzen. Het vastleggen van de lokale feestdagen heeft tot gevolg dat het aantal werkbare uren op jaarbasis daalt. De lokale feestdagen worden volgens de berekeningsmethodiek als aangegeven in de toelichting op artikel 1:1, sub j van de CAR-UWO in mindering gebracht op de maximale arbeidsduur van 1836 uur per jaar voor medewerkers in een volledige betrekking.

Artikel 5 Leeftijdsverlof

Leeftijdsverlof- en diensttijdverlofdagen zijn in principe niet toegestaan op grond van de Wet Gelijke Behandeling. Het toekennen van leeftijdsverlof- en diensttijdverlofdagen op grond van volbrachte diensttijd of bereikte leeftijd, dan wel van beide wordt beschouwd als leeftijdsdiscriminatie. Echter het toekennen van leeftijdsverlofdagen kan wel in het kader van levensfasebewust personeelsbeleid. Vooralsnog is dit levensfasebewust personeelsbeleid nog niet ontwikkeld. Daarom is nog steeds leeftijdsverlof in deze regeling opgenomen.

In de brief van het Landelijk overleg gemeentelijke arbeidsvoorwaarden van 4 maart 1996, ARZ/601519, Lbr. 96/51 - CvA 96/06 zijn de Loga-partijen zijn overeengekomen het lokale overleg te adviseren om voor nieuw in dienst tredend personeel, twee leeftijdsverlofdagen (ofwel 14,4 uur) te laten vervallen. Kennelijk is dit verzuimd om door te voeren in de lokale regelgeving. In deze regeling wordt deze afspraak alsnog gerealiseerd.

Artikel 6 Opname verlof

Dit artikel zet de kaders voor de administratieve afspraken over de opname van verlof. Zoals reeds in de inleiding aangehaald, komt er voor de meeste medewerkers meer ruimte om gedurende een jaar te wisselen in arbeidstijden en arbeidspatroon. Hierdoor neemt de noodzaak toe om bij de opname van verlof te kijken naar de dan geldende afspraken. In het onderstaande model is dit verwoord in artikel 6, tweede lid.

Artikel 8 Verlofstuwmeer

Om te voorkomen dat er verlofstuwmeren ontstaan is het van belang om tijdig te sturen op planning van verlofopname. Dit artikel voorziet hierin.

Vergelijking "Regeling voor variabele werktijden en bijzondere verlofsituaties”

Artikel 1 Tijden

De bedrijfstijden horen niet thuis in een verlofregeling maar in een organisatieregeling. Verplichte aanvangs- of eindtijden duidt op roosterdiensten en die zijn opgenomen in de werktijdenregeling.

Artikel 2 Pauze

Pauze wordt beschreven in artikel 4 lid 4 WTR.

Artikel 4 Bandbreedte

Wordt beschreven in artikel 3 WTR.

Artikel 5 Registratie en verlof

Is gewijzigd opgenomen in artikel 5 WTR.

Artikel 6 Bijzondere verlofsituaties

Deze zijn met uitzondering van verlof voor opleiding en bij overlijden, opgenomen in de WTR.

Artikel 7 Thuiswerken

Gewijzigd opgenomen in de WTR.

Artikel 8 Avondvergaderingen

Opgenomen in de WTR. Beperking overwerkvergoeding t/m schaal 9 is opgenomen in artikel 18 Bezoldigingsverordening.

Artikel 11 Afwijkende bepaling

Dit is opgenomen in artikel 10 van de nieuwe verlofregeling.

Artikel 12 Parttimers

Dit is opgenomen in artikel 2 lid 2 van de nieuwe verlofregeling.

Vergelijking "Regeling vakantieverlof Scherpenzeel 2007”

Artikel 1

Gewijzigd opgenomen in de nieuwe verlofregeling.

Artikel 2

Dit is opgenomen in artikel 2 lid 2 van de nieuwe verlofregeling.

Artikel 3

Gewijzigd opgenomen in artikel 5 van de nieuwe verlofregeling.

Artikel 4 en 5

Overgenomen in de nieuwe verlofregeling.

Artikel 6

Overgenomen in artikel 9 van de nieuwe verlofregeling.