Landsbesluit houdende regels ter uitvoering van artikel 39, eerste lid, onderdeel a, van de Algemene landsverordening landsbelastingen Regeling ex-patriates

Geldend van 03-03-2017 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 10-10-2010

Intitulé

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 39, eerste lid, onderdeel a, van de Algemene landsverordening landsbelastingen

Algemeen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Inspecteur: de Inspecteur, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel b, onder 3°, van de Algemene landsverordening landsbelastingen;

  • b.

    ex-patriate: de werknemer die direct voorafgaand aan zijn

    tewerkstelling te Sint Maarten gedurende een

    aaneengesloten periode van tenminste vijf jaar buiten Sint

    Maarten heeft gewoond;

  • c.

    werkgever: de inhoudingsplichtige, bedoeld in artikel 4 van de

    Landsverordening op de loonbelasting;

  • d.

    overheidsmedewerker:

    • i.

      ambtenaar als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht; of,

    • ii.

      persoon werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst naarburgerlijk recht, gesloten met Land Sint Maarten, met inbegrip vaninstellingen waar openbaar onderwijs wordt gegeven.

Artikel 1a

Deze regeling is nog slechts van toepassing op overheidsmedewerkers voorzover die reeds voor inwerkingtreding van dit artikel als ex-patriates warenaangewezen.

Artikel 2

Krachtens deze regeling kunnen faciliteiten worden verleend aan de ex-patriate:

  • a.

    die over een specifieke deskundigheid beschikt op wetenschappelijk of hoger beroeps opleidingsniveau en tenminste drie jaar relevante werkervaring heeft; dan wel

  • b.

    geen wetenschappelijk- of hoger beroeps opleiding heeft genoten maar wel over ten minste vijf jaar relevante werkervaring op dat niveau beschikt en die een beloning van zijn werkgever geniet van ten minste NAf 100.000,-- per jaar;

  • c.

    wiens deskundigheid op de lokale arbeidsmarkt niet of in beperkte mate beschikbaar is.

Artikel 3

In afwijking van het bepaalde in artikel 6, eerste lid, van de Landsverordening op de loonbelasting wordt niet tot het loon van de ex-patriate gerekend de in verband met zijn dienstbetrekking genoten:

  • a.

    beloningen in natura voor zover die gezamenlijk per kalenderjaar niet meer dan NAf 25.000,-- bedragen;

  • b.

    vergoedingen ter dekking van kosten gemaakt ten behoeve van het bezoeken van scholen te Sint Maarten, alsmede gelijkwaardige onderwijsinstellingen buiten Sint Maarten, met dien verstande, dat er per kind maximaal NAf 25.000,-- per kalenderjaar buiten de belastingheffing wordt gehouden;

  • c.

    vergoedingen ter dekking van de reiskosten verbonden aan de uitzending en repatriëring van de werknemer en diens gezin tot maximaal NAf 4.000,-- voor een alleenstaande, NAf 8.000,-- voor een echtpaar en NAf 12.000,-- voor een echtpaar met kinderen;

  • d.

    vergoedingen ter dekking van de hotelkosten gedurende maximaal twee maanden na de aankomst van de werknemer te Sint Maarten met dien verstande dat de vergoedingen niet hoger zijn dan NAf 10.000,-- voor de alleenstaande werknemer, NAf 15.000,-- voor een echtpaar zonder kinderen en NAf 21.000,-- voor een echtpaar met kinderen;

  • e.

    vergoedingen ter dekking van de herinrichtingskosten bij vestiging te Sint Maarten tot een maximum van twee maanden loon met dien verstande dat het bedrag van NAf 12.000,-- niet wordt overschreden;

  • f.

    vergoedingen ter dekking van kosten verbonden met de huur van een vervoermiddel bij aankomst van de werknemer te Sint Maarten gedurende, maximaal twee maanden met dien verstande dat de vergoedingen niet meer bedragen dan NAf 2.700,-- per maand.

Artikel 4

Indien de werkgever de door de werknemer verschuldigde loon- of inkomstenbelasting voor zijn rekening neemt, vindt geen brutering van het loon plaats indien tussen de werknemer en werkgever schriftelijk een nettoloon is overeengekomen.

Artikel 5

  • 1. Op schriftelijk verzoek van de werkgever wordt de werknemer voor een periode van vijf jaar aangemerkt als ex-patriate in de zin van deze

    regeling. Het verzoek van de werkgever is mede ondertekend door de

    werknemer.

  • 2. Indien de werkgever vóór het verstrijken van de in het eerste lid

    genoemde periode aannemelijk maakt dat ten gevolge van het

    voortdurend gebrek aan specifieke deskundigheid op de arbeidsmarkt

    het noodzakelijk is dat de tewerkstelling van de ex-patriate wordt

    verlengd, kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmalig worden

    verlengd met maximaal vijf jaar.

  • 3. Het in het eerste en tweede lid bedoelde verzoek moet onder

    overlegging van een afschrift van de beschikking worden ingediend bij

    de Inspecteur.

Artikel 6

  • 1. Het in artikel 5, eerste lid, bedoelde verzoek wordt ingediend, door de

    werkgever binnen drie maanden na aanvang van de tewerkstelling van

    de ex-patriate te Sint Maarten.

  • 2. Het verzoek bevat de volgende gegevens van de werknemer:

    • a.

      zijn curriculum vitae;

    • b.

      afschriften van relevante diploma's, cijferlijsten en getuigschriften;

    • c.

      afschriften van de werk- en verblijfsvergunning voor zover het een en ander in het betreffende specifieke geval wettelijk is vereist;

    • d.

      afschrift van de arbeidsovereenkomst of ambtelijke aanstelling;

    • e.

      een overzicht van de toegekende vergoedingen en beloningen in

      natura.

  • 3 De werknemer wordt als ex-patriate aangemerkt met ingang van de

    eerste dag van zijn tewerkstelling, met dien verstande dat bij

    overschrijding van de termijn, genoemd in het eerste lid, de werknemer

    niet eerder als ex-patriate wordt aangemerkt dan met ingang van de

    eerste dag van de maand volgend op de maand waarin het verzoek is

    gedaan.

  • 4. Als bij het indienen van het verzoek de in het tweede lid, onderdeel c,

    bedoelde vergunning niet kan worden overlegd wordt, indien aan de

    overige voorwaarden is voldaan, de werknemer als ex-patriate

    aangemerkt met ingang van de eerste dag van zijn tewerkstelling voor

    een periode van een jaar.

  • 5. De periode van één jaar wordt verlengd tot en met vijf jaar indien vóór

    het verstrijken van het jaar de werk- en verblijfsvergunning aan de

    Inspecteur wordt overlegd.

Artikel 7

  • 1. Deze beschikking vindt niet langer toepassing indien de

    dienstbetrekking met de ex-patriate is beëindigd.

  • 2. De werkgever is gehouden binnen een maand na beëindiging van de

    dienstbetrekking met de ex-patriate dit kenbaar te maken aan de

    Inspecteur.

Artikel 8

Indien de ex-patriate van werkgever verandert, kan op verzoek van de nieuwe werkgever de werknemer opnieuw als ex-patriate worden aangemerkt voor het nog niet verstreken gedeelte van de in artikel 5, eerste of tweede lid, bedoelde periode mits de periode tussen de beëindiging van de oorspronkelijke dienstbetrekking en de aanvang van de opvolgende dienstbetrekking niet meer dan drie maanden bedraagt en de opvolgende werkgever kan aantonen dat de regeling op de werknemer van toepassing is geweest alsmede wie de voormalige werkgever van de werknemer is.

Artikel 9

  • 1. Deze regeling laat onverlet de formele verplichtingen en sancties

    ingevolge de Landsverordening op de loonbelasting en de

    Landsverordening op de inkomstenbelasting en de bepalingen inzake

    het inhouden en afdracht van belastingen van de Algemene

    landsverordening landsbelastingen.

  • 2. De werkgever is gehouden duidelijk gespecificeerd de bestanddelen van

    het volbelast loon aan te geven alsmede de beloningen in natura en die

    in contanten, bedoeld in artikel 3.

Artikel 10

  • 1. Met de maximale boete, bedoeld in de artikelen 19 en 21 van de

    Algemene landsverordening landsbelastingen, wordt bestraft degene

    die:

    • a.

      de verplichtingen of voorwaarden gesteld bij deze regeling geheel of gedeeltelijk niet naleeft;

    • b.

      opzettelijk onjuiste informatie verschaft met betrekking tot voor deze regeling relevante zaken;

    • c.

      nalaat inlichtingen te verschaffen die voor de uitvoering van deze regeling noodzakelijk zijn.

  • 2. Indien één of meer van de in het eerste lid genoemde feiten zich

    voordoet, worden de artikelen 3, 4, en 8 geacht nimmer van toepassing

    te zijn geweest ten aanzien van de desbetreffende werknemer.

Artikel 11

Artikel 9, eerste tot en met vierde lid, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting is, voor zover het betreft de categorie beroepskosten, niet van toepassing op de werknemer die wordt aangemerkt als een ex-patriate.

Artikel 12

[vervallen]

Artikel 13

  • 1. [vervallen]

  • 2. Aanvragen om toepassing van de Beschikking ex-patriates 1998 die zijn ingediend vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling, worden behandeld overeenkomstig de bepalingen van deze regeling, tenzij de aanvrager alsnog verzoekt de aanvraag te behandelen overeenkomstig de bepalingen van de Beschikking ex-patriates 1998.

  • 3. [vervallen]

  • 4. [vervallen]

Artikel 14

[vervallen]

Artikel 15

  • 1. [regelt de inwerkingtreding]

  • 2. Deze regeling is uitsluitend van toepassing in Sint Maarten.

Artikel 16

Deze regeling kan worden aangehaald als: Regeling ex-patriates.