Mandaatregeling en mandaatregister

Geldend van 11-02-2015 t/m heden

Intitulé

Mandaatregeling en mandaatregister

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Sint-Michielsgestel, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft, gelet op het bepaalde in artikel 171, tweede lid van de Gemeentewet en afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

overwegende dat het in het belang van efficiënte bedrijfsvoering voorkeur verdient om bepaalde bevoegdheden op te dragen aan ambtelijke medewerkers van de gemeente Sint-Michielsgestel;

overwegende dat in het kader van de samenwerking met de gemeente Haaren, waarbij door de gemeente Haaren de werkzaamheden op het gebied van personeelszaken worden verricht, het wenstelijk is om de ondertekeningsbevoegdheid ten aanzien van beschikkingen betreffende personeelszaken wordt opgedragen aan het college van burgemeester en wethouders van Haaren;

overwegende dat het daarbij tevens wenselijk is dat deze bevoegdheid kan worden ondergemandateerd aan het hoofd van de afdeling personeelszaken;

b e s l u i t e n :

  • 1.

    in te trekken de mandaatlijst van februari 2010, laatstelijk gewijzigd bij besluit van maart 2012;

  • 2.

    in te trekken het vertegenwoordigingsmandaat, vastgesteld op 8 juni 2009 en laatstelijk gewijzigd op 4 oktober 2011;

  • 3.

    de uitoefening van de bevoegdheden die staan vermeld in de bij dit besluit behorende register ter verlenen aan de daarin genoemde functionarissen onder de daarbij vermelde specifieke bepalingen;

  • 4.

    ten aanzien van de uitoefening van de in dit besluit bedoelde mandaten, volmachten en machtigingen een aantal hieronder volgende algemene bepalingen vast te stellen.

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt een aantal begrippen gehanteerd, waaronder het volgende wordt verstaan:

  • -

    Mandaat: mandaat is volgens artikel 10:1 Awb de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of enig ander persoon of college met openbaar gezag bekleed) een besluit te nemen. Dit laatste is volgens artikel 1:3 Awb een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling, gericht dus op rechtsgevolg, bijvoorbeeld het afgeven van vergunningen en ontheffingen op grond van de algemene plaatselijke verordening. Kenmerk van mandaat is dat de bevoegdheid niet overgaat, maar in naam van de mandans wordt uitgeoefend. De mandans blijft dan ook verantwoordelijk voor de uitoefening van de bevoegdheid. Mandaat is eigenlijk de publiekrechtelijke tegenhanger van de volmacht uit het privaatrecht.

  • -

    Volmacht: volmacht heeft betrekking op het besluiten tot en het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen in naam van het bestuursorgaan bijvoorbeeld het sluiten van een overeenkomst. Artikel 10:12 Awb verklaart de hele afdeling 10.1.1 over mandaat van de Awb van overeenkomstige toepassing op de volmacht.

  • -

    Machtiging: hiervan is sprake bij het verrichten van feitelijke handelingen. Dit zijn weer handelingen die geen privaatrechtelijke rechtshandelingen zijn of geen besluiten zijn in de zin van artikel 1:3 Awb. Feitelijke handelingen zijn bijvoorbeeld het verstrekken van informatie, het vragen van inlichtingen, het uitbrengen van advies of het afsluiten van een straat. Artikel 10:12 Awb verklaart de hele afdeling 10.1.1 over mandaat van de Awb van overeenkomstige toepassing op de machtiging.

  • -

    Mandaatregister: een overzicht met beschrijving van de onderwerpen en bevoegdheden waarvoor mandaat, volmacht of machtiging wordt verleend.

Algemeen

Het college: het college van burgemeester en wethouders van Sint-Michielsgestel:

  • A.

    Ten aanzien van mandaat:

    • a.

      Mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (de mandans) een besluit te nemen in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

    • b.

      Mandans: degene die het mandaat verleent.

    • c.

      Mandataris: degene die het mandaat ontvangt.

  • B.

    Ten aanzien van volmacht:

    • a.

      Volmacht: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (de volmachtgever) te besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen en deze te verrichten.

    • b.

      Volmachtgever: degene die de volmacht verleent.

    • c.

      Gevolmachtigde: degene die de volmacht ontvangt.

  • C.

    Ten aanzien van machtiging:

    • a.

      Machtiging: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (de machtigingverlener) feitelijke handelingen te verrichten.

    • b.

      Machtigingverlener: degene die de machtiging verleent.

    • c.

      Gemachtigde: degene die de machtiging ontvangt.

Artikel 2: Algemeen

  • 1. Het college en de burgemeester kunnen mandaat, volmacht of machtiging verlenen aan de volgende mandatarissen, gevolmachtigden of gemachtigden: wethouders, gemeentesecretaris / algemeen directeur, loco-secretaris / adjunct directeur, afdelingshoofden, clustercoördinatoren, taakhouders of budgethouders, projectleiders en voor de uitvoering van een taak speciaal aangewezen medewerkers. Er kan ook mandaat, volmacht of machtiging worden verleend aan personen die niet in een ondergeschikte positie tegenover de mandans, volmachtgever of machtigingverlener verkeren. Bij mandaat aan een afdelingshoofd wordt het hoofd van de afdeling bedoeld van de afdeling die aan het begin van het hoofdstuk in het mandaatregister genoemd wordt. In het hoofdstuk “Algemeen” wordt met afdelingshoofd alle hoofden van alle afdelingen bedoeld.

  • 2. Bij de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in het register wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens wetten, besluiten, verordeningen, regelingen, aanwijzingen en richtlijnen, hoe ook genaamd, van Europese, rijks-, provinciale en gemeentelijke wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.

Artikel 3: Bevoegde personen bij mandaatverlening

  • 1. Het aan een bepaalde functionaris opgedragen mandaat, volmacht of machtiging wordt geacht eveneens opgedragen te zijn aan diens leidinggevende en aan de door het college als zodanig benoemde plaatsvervanger. Daarnaast kunnen afdelingshoofden horizontaal worden vervangen door een hoofd van een andere afdeling.

  • 2. Indien een bevoegdheid is uitgeoefend door een plaatsvervanger, dient dit in de ondertekening tot uitdrukking te worden gebracht door gebruikmaking van de woorden "bij afwezigheid" of "plv (plaatsvervanger)".

  • 3. Indien een bevoegdheid aan een externe functionaris wordt gemandateerd wordt daarmee het mandaat eveneens geacht te zijn opgedragen aan het hoofd van de betrokken functionele afdeling binnen de gemeentelijke organisatie.

Artikel 4: Grenzen aan mandaat, volmacht of machtiging

  • 1. Een in mandaat-, volmacht- of machtigingverhouding te nemen besluit dient vooraf aan het college c.q. de burgemeester te worden voorgelegd, indien:

    • a.

      het besluit leidt tot afwijking van of aanvulling op het tot dan toe gevoerde beleid;

    • b.

      het besluit niet past binnen de daartoe bestemde budgetten;

    • c.

      de betrokken portefeuillehouder of de burgemeester dit kenbaar heeft gemaakt;

    • d.

      bij het besluit meerdere wethouders betrokken zijn;

    • e.

      bij betrokkenheid van meerdere afdelingen één van de afdelingen over het te nemen besluit een afwijkend of negatief advies heeft uitgebracht;

    • f.

      voorzienbaar is, dat het besluit politiek gevoelige en/of publicitaire consequenties heeft of het een besluit is dat strategisch van belang is;

    • g.

      er persoonlijke betrokkenheid van de mandataris, gevolmachtigde of gemachtigde bij het te nemen besluit bestaat;

    • h.

      artikel 169, vierde lid van de Gemeentewet van toepassing is; of indien de mandataris, gevolmachtigde of gemachtigde enige twijfel koestert of zulks het geval is.

  • 2. Ingeval de mandataris, gevolmachtigde of gemachtigde op basis van het bepaalde in het eerste lid een te nemen besluit voorlegt aan het college c.q. de burgemeester, nemen deze bestuursorganen het besluit zelf of geven de condities, waaronder de mandataris, gevolmachtigde of gemachtigde gebruik mag maken van zijn bevoegdheid, zulks onverminderd het bepaalde in het vierde lid.

  • 3. Ingeval artikel 169, vierde lid van de Gemeentewet van toepassing is neemt het college het besluit zelf.

  • 4. Indien door de mandataris wordt gehandeld in strijd met het bepaalde in het eerste lid van dit artikel, doet dit niets af aan de rechtsgeldigheid van het in mandaat genomen besluit, met uitzondering van het besluit dat is genomen in strijd met het eerste lid onder g van dit artikel.

Artikel 5: Reikwijdte mandaat-, volmacht- of machtigingverstrekking

  • 1. Indien het college c.q. de burgemeester mandaat, volmacht of machtiging verleent ten aanzien van de uitvoering van een bevoegdheid, geschiedt deze verlening in de ruimste zin des woord, onverminderd het bepaalde in het tweede lid van artikel 2. Naast het nemen van besluiten in positieve of negatieve zin wordt hieronder dan ook mede verstaan:

    • a.

      Het nemen van alle voorbereidende besluiten cq ontwerpbesluiten;

    • b.

      Het geven van inlichtingen c.q. houden van voorlichtingsbijeenkomsten;

    • c.

      Het uitreiken van een gespecificeerd bewijs van ontvangst e.d.;

    • d.

      Het vaststellen van formulieren voor het indienen van aanvragen e.d.;

    • e.

      Verdagen en/of uitstellen;

    • f.

      Verzoeken om aanvullende informatie;

    • g.

      Het voeren van correspondentie, die direct te maken heeft met de opgedragen taken;

    • h.

      Het stellen van nadere voorwaarden;

    • i.

      Het toekennen van bedragen in termijnen;

    • j.

      Het toekennen van voorschotten;

    • k.

      Het afleggen van verantwoording aan het rijk;

    • l.

      Het bekend maken van besluiten/beschikkingen, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

    • m.

      Het toezenden van besluiten/beschikkingen, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

    • n.

      Alle andere besluiten die genomen moeten worden en alle andere handelingen die moeten worden verricht binnen het kader van de uitvoering van de verleende bevoegdheid.

  • 2. Correspondentie in het kader van de voorbereiding en/of uitvoering van door het gemeentebestuur te nemen/genomen besluiten, kortom alle gewone correspondentie die geen rechtsgevolgen heeft, kan de ambtenaar zelf (in eigen naam) ondertekenen, tenzij in dit besluit anders is geregeld. Tevens is de ambtenaar bevoegd tot algemene voorbereidingshandelingen die geen besluit opleveren. Dit is inherent aan de uitoefening van de functie van de betreffende ambtenaar. Onder algemene correspondentie en algemene handelingen worden bijvoorbeeld verstaan:

    • a.

      Het schriftelijk verstrekken en toezenden van gegevens en informatie;

    • b.

      Het opvragen van inlichtingen, bescheiden en kosteloze adviezen aan derden;

    • c.

      Het versturen van uitnodigingen voor een hoorzitting niet zijnde een hoorzitting voor de commissie rechtsbescherming;

    • d.

      Het horen van belanghebbenden tijdens een hoorzitting;

    • e.

      Kennisgeving ter inzage legging besluit/aanvraag;

    • f.

      Het uitreiken van een algemeen bewijs van ontvangst;

    • g.

      Het toezenden/doorzenden van besluiten/beschikkingen aan instanties, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

    • h.

      Het bekend maken van besluiten;

    • i.

      Verzoeken om aanvullende informatie;

    • j.

      Geven van algemene informatie, geen besluiten zijnde;

    • k.

      Uitvoeren van de doorzendplicht.

  • 3. Waar volmacht is verleend tot het besluiten en verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling aan een gevolmachtigde wordt daarmee ook de bevoegdheid verleend tot bewaking van uitvoering van die rechtshandeling, waartoe worden gerekend ingebrekestelling, ontbinding, vorderen van nakoming, opzegging van een overeenkomst en alle andere besluiten, die hiermee verband (kunnen) houden.

Artikel 6: Ondertekening

  • 1. Daar waar door het college c.q. de burgemeester een bevoegdheid is verleend tot het nemen van een besluit, wordt tevens de bevoegdheid tot ondertekening verleend, voor zover dit niet wettelijk is uitgesloten.

  • 2. In de ondertekening dient tot uitdrukking te worden gebracht, dat het besluit is genomen krachtens (onder)mandaat, volmacht of machtiging. Hierbij wordt de volgende formulering aangehouden: “Het college van burgemeester en wethouders c.q. de burgemeester, namens hem” en dan “de functie en naam van de mandataris, gevolmachtigde of gemachtigde”.

  • 3. Indien een bevoegdheid is uitgeoefend door een plaatsvervanger, dient dit in de ondertekening tot uitdrukking te worden gebracht door gebruikmaking van de woorden "bij afwezigheid" of "plv (plaatsvervanger)".

Artikel 7: Vertegenwoordiging en procesbesluiten

  • 1. Aan de afdelingshoofden, ieder voor zover het hun afdeling betreft, wordt de bevoegdheid verleend tot het instellen van gerechtelijke middelen, waaronder begrepen verhaals- en incassoprocedures, het nemen van procesbesluiten en het aanspannen van civielrechtelijke procedures. Tevens wordt aan de afdelingshoofden de bevoegdheid verleend tot het voeren van verweer in administratiefrechtelijke, strafrechtelijke en civielrechtelijke procedures.

  • 2. Aan de afdelingshoofden, ieder voor zover het hun afdeling betreft, wordt de bevoegdheid verleend tot het aanspannen van administratiefrechtelijke procedures en het daarbij voeren van verweer in administratiefrechtelijke procedures.

  • 3. De afdelingshoofden en de medewerkers wordt daarbij de bevoegdheid verleend tot het verrichten van alle proceshandelingen, die het belang van de gemeente dienen.

  • 4. De afdelingshoofden, ieder voor zover het hun eigen afdeling betreft, wordt de bevoegdheid verleend om bij geschillen te besluiten tot het volgen, uitvoeren en bewaken van een mediationtraject.

  • 5. Aan de afdelingshoofden wordt de bevoegdheid verleend tot het doen van aangifte, indien aan de gemeente schade is veroorzaakt, het verhalen van die schades op de veroorzaker daarvan, waaronder begrepen het desgewenst voegen in eventuele strafrechtelijke procedures.

  • 6. De afdelingshoofden zijn bevoegd bovengenoemde bevoegdheden op te dragen aan hun medewerkers. Het bepaalde in artikel 8 is hierop van toepassing.

Artikel 8: Ondermandaat, -volmacht of -machtiging

  • 1. Afdelingshoofden zijn bevoegd om de uitoefening van aan hen volgens het mandaatregister opgedragen bevoegdheden op te dragen aan medewerkers van hun afdeling.

  • 2. Ondermandaat en het doorgeven van volmacht of machtiging geschiedt bij schriftelijk besluit van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingsverkrijger.

  • 3. Van het verlenen van ondermandaat en het doorgeven van volmacht of machtiging wordt het college van burgemeester en wethouders in kennis gesteld.

  • 4. Voorschriften verbonden aan het mandaat blijven onverminderd van toepassing op de uitoefening in ondermandaat. Daarnaast kunnen bij het verlenen van het ondermandaat nadere voorschriften of instructies worden verbonden.

Artikel 9: Aanhaling en inwerkingtreding

  • 1. Dit besluit wordt aangehaald als de “Algemene Mandaat-, Volmacht- en Machtigingregeling 2013”.

  • 2. Het besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking.

  • 3. Het “Algemeen mandaatbesluit” vastgesteld op 2 maart 2010 wordt ingetrokken.

  • 4. Het vertegenwoordigingsmandaat, vastgesteld op 4 oktober 2011 wordt hierbij ingetrokken.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van het college van 17 september 2013.
Vastgesteld door de burgemeester op 17 september 2013.
Het college en de burgemeester voornoemd,
de gemeentesecretaris,
drs. D. van Deurzen
de burgemeester,
mr. J.C.M. Pommer

Bijlage Mandaatregister

Mandaatregister (5e wijziging)

Toelichting

Deze regeling beoogt het gehele gebied van mandaat, volmacht en machtiging te bestrijken. Hierdoor is het niet langer nodig is om in verschillende regelingen de mandaatfiguur verder uit te werken. De voordelen hiervan zijn evident:

  • -

    op één plaats is alle informatie bijeengebracht dus je hoeft niet verder te zoeken;

  • -

    uit een oogpunt van rechtszekerheid: er kunnen geen tegenstrijdige regelingen meer zijn;

  • -

    verbetering van de efficiëncy: er hoeft maar één regeling actueel te worden gehouden.

Toelichting artikelsgewijs

Artikel 1

Dit artikel spreekt voor zich. Algemene begrippen worden beschreven.

Artikel 2

Lid 1

Het eerste lid geeft aan welke functionarissen een bevoegdheid kan worden verleend. Ook aan functionarissen die niet ondergeschikt zijn aan de gemeente als werkgever kan worden gemandateerd.

Lid 2

Het tweede lid spreekt voor zich. De mandataris zal zich bij de uitoefening van de bevoegdheden moeten houden aan bijvoorbeeld het gemeentelijke inkoop- en aanbestedingsbeleid, de geldende APV of geldend beleid met betrekking tot subsidieverstrekkingen. Ook mag hij natuurlijk niet in strijd handelen met Europese, nationale, provinciale en gemeentelijke wetgeving, waaronder begrepen strijd met regelgeving van andere bestuursorganen zoals bijvoorbeeld waterschappen, en de daarbij behorende jurisprudentie.

Artikel 3

In dit artikel wordt geregeld dat bij afwezigheid van gemandateerde functionarissen de direct leidinggevende of de plaatsvervanger van de functionaris in ieder geval ook bevoegd zijn de betreffende besluiten af te doen. Met betrekking tot de plaatsvervangers dient het college een lijst vast te stellen waarop de functionarissen en hun plaatsvervangers met name genoemd worden.

Artikel 4

Lid 1

Dit artikel geeft de belangrijkste randvoorwaarden aan voor het uitoefenen van de verleende bevoegdheid. Deze voorwaarden zijn limitatief. De situaties worden beschreven waarin teruggekoppeld moet worden naar het college of de burgemeester. Opgemerkt wordt dat het criterium als bedoeld onder f niet 100% waterdicht zal zijn. De voorzienbaarheid is namelijk een subjectief criterium. Bovendien hoeft een besluit op het moment van het nemen daarvan nog geen politieke of publicitaire consequenties te hebben, maar kunnen die consequenties in de loop der tijd ontstaan. Een voorbeeld van persoonlijke betrokkenheid als bedoeld onder g doet zich bijvoorbeeld voor als de mandataris een vergunning aanvraagt voor het kappen van een eigen boom.

Lid 2

In het tweede lid zijn de gevolgen neergelegd van de situatie, die zich voordoet in het eerste lid bijvoorbeeld: de mandans neemt dan zelf het besluit of laat de bevoegdheid aan de mandataris al dan niet onder oplegging van nadere instructies.

Lid 3

In artikel 169, vierde lid van de Gemeentewet is opgenomen, dat het college de raad vooraf inlichtingen moet verstrekken over de uitoefening van onder andere de bevoegdheden als opgenomen in artikel 160, eerste lid onder e (besluiten tot en verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen) en onder f (voeren van rechtsgedingen), indien de raad daarom verzoekt of indien de uitoefening van die bevoegdheid ingrijpende gevolgen kan hebben voor de gemeente. Voorts is in dat artikel bepaald, dat in het laatste geval het college geen besluit neemt dan nadat de raad zijn wensen en bedenkingen ter zake ter kennis van het college heeft kunnen brengen. Een en ander laat weinig ruimte om de bevoegdheid over te dragen. Vandaar de inhoud van de redactie van het derde lid.

Lid 4

Het vierde lid maakt duidelijk, dat in het eerste lid wordt gedoeld op een terugkoppelingsplicht van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger. Deze terugkoppelingsplicht betreft een interne kwestie, die niet naar buiten werkt. Het zegt namelijk niets over de bevoegdheidstoedeling an sich. Daarmee wordt voorkomen, dat het niet voldoen aan de terugkoppelingsverplichting voor vervelende, gerechtelijke procedures kan zorgen. De uitzondering aan het slot van dit lid is vanzelfsprekend.

Artikel 5

Lid 1

Voor de duidelijkheid is in dit artikel bepaald, dat het verlenen van een bevoegdheid niet alleen betreft het nemen van een besluit, bijvoorbeeld het beslissen op een aanvraag om subsidie, of het besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen of het verrichten van een feitelijke handelingen, maar dat daaronder ook vallen het voeren van correspondentie en alle andere voorbereidingshandelingen die worden verricht in de aanloop tot de totstandkoming van het besluit, de privaatrechtelijke rechtshandeling of de feitelijke handeling en de afhandeling daarvan, bijvoorbeeld het afleggen van verantwoording aan het rijk bij de besteding van overheidsgelden. Voor de duidelijkheid zei opgemerkt, dat hieronder tevens valt het besluit om bijvoorbeeld een vergunning te weigeren, een beschikking niet te nemen of de overeenkomst niet aan te gaan dan wel de informatie niet te verstrekken.

Lid 2

Het verrichten van algemene voorbereidingshandelingen en het verstrekken van informatie etc. bij niet gemandateerde bevoegdheden, wordt geacht te behoren tot de reguliere taakuitoefening van de betrokken ambtenaren, voorzover daar geen publiekrechtelijke of privaatrechtelijke binding uit voort vloeit.

Artikel 6

Deze regeling voorziet in ondertekeningsmandaat.

Artikel 7

Deze regeling vervangt het vertegenwoordigingsmandaat. Ten aanzien van procesvertegenwoordiging voorziet het mandaat in de mogelijkheid tot het verlenen van ondermandaat.

Artikel 8

Afdelingshoofden zijn bevoegd om de uitoefening van aan hen opgedragen taken op te dragen aan medewerkers van de afdeling.

Het college wordt geïnformeerd over de doormandatering van bepaalde bevoegdheden.

Bij het doormandateren kan een afdelingshoofd nadere instructies geven over de wijze waarop de bevoegdheid dient te worden uitgeoefend.

Artikel 9

Het nieuwe mandaatbesluit dient conform de bepalingen in de Algemene wet bestuursrecht openbaar bekend te worden gemaakt.