Weesfietsenbeleid Sittard-Geleen

Geldend van 22-04-2010 t/m heden

Intitulé

Weesfietsenbeleid Sittard-Geleen

1. Inleiding

Een fietswrak is een fiets die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en in een verwaarloosde toestand verkeert. Een weesfiets is een fiets die op openbaar terrein gestald staat en al langere tijd niet meer is gebruikt. Met name op de fietsenstallingen op de NS-stations is veel sprake van weesfietsen. In tegenstelling tot fietswrakken zijn ze niet direct opvallend of hinderlijk, blokkeren ze de doorgang niet en ontsieren het straatbeeld niet. Op het eerste gezicht zijn weesfietsen dus vaak niet eens herkenbaar. Maar, een belangrijk nadeel hebben ze wel: ze nemen stallingscapaciteit in die soms broodnodig is voor fietsen die wél gebruikt worden.

Als rekken of klemmen bezet zijn, zetten reizigers hun fiets vaak neer op een plek die daar niet voor bedoeld is. Daardoor wordt, voornamelijk bij stations, het straatbeeld nogal eens ontsierd door grote aantallen ‘wild’ geparkeerde fietsen. Die rommeligheid bepaalt al meteen de eerste indruk van reizigers die met de trein arriveren. Dat is geen mooi visitekaartje voor de gemeente. Behalve voor de gemeente is het ook voor de NS belangrijk dat de stations er netjes en aantrekkelijk uitzien. Een rommelige aanblik kan potentiële reizigers afschrikken om van het openbaar vervoer gebruik te maken.

Het aantal weesfietsen is goed te beperken. De aanpak van de weesfiets heeft een gunstig effect: bestaande weesfietsen worden verwijderd en door de preventieve werking komen er minder nieuwe weesfietsen bij.

Ook voor diefstalpreventie is het handhaven van weesfietsen van belang omdat zodoende een minder chaotische omgeving wordt gecreëerd. Wetenschappelijk onderzoek toont namelijk aan dat een chaotische omgeving normoverschrijding stimuleert.

Dit beleid beschrijft hoe in de gemeente integraal te werk wordt gegaan om op weesfietsen te handhaven. Bij de NS-stations Sittard, Geleen Lutterade en Geleen-Oost wordt de stallingsduur beperkt. Bij het opzetten van dit beleid is het ‘Handboek Weesfietsen’ van het ministerie van Verkeer en Waterstaat als blauwdruk gebruikt.

Achtereenvolgens komen aan bod:

  • Het juridische kader. Dit hoofdstuk gaat in op de wettelijke basis van de aanpak van weesfietsen en op de formele bevoegdheden van degenen die het in de praktijk uitvoeren.

  • Het beleidsmatige kader. Aan de orde komen het huidige beleid en de taakverdeling.

  • De organisatie van de aanpak.

2. Juridisch Kader

Het verwijderen van weesfietsen gebeurt binnen wettelijke kaders. Voor de verschillende fasen in het proces zijn er juridische randvoorwaarden. Dit hoofdstuk gaat in op de juridische achtergrond en op de directe praktische consequenties die daaruit voortvloeien.

APV

Er bestaat een juridisch verschil tussen fietswrakken en weesfietsen: fietswrakken zijn fietsen die rijtechnische in onvoldoende staat van onderhoud verkeren, weesfietsen zijn de fietsen die (nog) geen fietswrak zijn, maar klaarblijkelijk aan niemand meer toebehoren. De juridisch basis wordt gevormd door artikel 5:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening.

Artikel 5:12 Overlast van fiets of bromfiets

  • 1.

    Het college kan op de weg gelegen plaatsen aanwijzen waar het in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast, of ter voorkoming van schade aan de openbare gezondheid, verboden is fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan.

  • 2.

    Het college kan openbare (brom)fietsstallingsgebieden aanwijzen waar het, in het belang van het beheer van de openbare ruimte, verboden is een fiets of bromfiets langer dan een door het college te bepalen periode onafgebroken te stallen.

  • 3.

    Het is verboden fietsen of bromfietsen die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en in een verwaarloosde toestand verkeren, op de weg te laten staan.

Lid 1 betreft foutgeparkeerd fietsen. Lid 2 maakt handhaving op weesfietsen mogelijk. Hiervoor neemt het college een aanwijzingsbesluit voor de gebieden waar dit artikel op van toepassing is en dient een maximale stallingsduur te worden vastgesteld. Binnen onderhavig beleid betreft het de fietsstalling bij de NS-stations Sittard, Geleen Lutterade en Geleen-Oost. Voorgesteld wordt een maximum stallingsduur van 28 dagen te handhaven. Het stallingstekort is niet zodanig dat een kortere stallingsduur van belang is. Daarnaast vraagt het meer opslagcapaciteit en meer inzet mensen en middelen wanneer handhaving frequenter dan 1x per maand plaatsvindt. Een langere stallingsduur, maar adequate handhaving heeft de voorkeur boven een korte stallingsduur zonder daaraan gekoppelde handhaving.

Lid 3 betreft fietswrakken. Deze kunnen zonder aanwijzingsbesluit en zonder vaststelling van overtreding opgeruimd worden omdat ze als oud ijzer worden beschouwd.

Aankondiging

De maximale stallingsduur moet worden aangekondigd bij de betreffende stallingsplaatsen. Hiertoe worden borden geplaatst op duidelijk zichtbare plaatsten. Ze bevatten de volgende elementen:

  • er geldt hier een maximale stallingsduur van 28 dagen, op grond van art. 5:12 APV;

  • fietsen die langer staan worden verwijderd;

  • informatie over verwijderde fietsen is te verkrijgen bij het fietsdepot.

Het labelen

Bij weesfietsen moet kunnen worden vastgesteld dat de maximale stallingsduur is overschreden. Hiertoe worden fietsen gelabeld. Labelen is alleen van belang bij weesfietsen, fietswrakken kunnen direct worden opgeruimd. Voor de stallingen op de NS-stations in het kader van maandelijkse weesfietsacties wordt dit gedaan door NS.

Bestuursdwang

Wanneer uit de aanwezigheid van een label blijkt dat een fiets na het verstrijken van de maximale stallingsduur onafgebroken in de stalling aanwezig is geweest, is er sprake van een overtreding. Vervolgens neemt een toezichthouder van stadstoezicht het besluit om de fiets te verwijderen, oftewel bestuursdwang toe te passen. De taak bestaat uit het vaststellen van de overtreding en het uitreiken van een beschikking. Deze beschikking kan niet worden overhandigd, omdat de eigenaar van de fiets niet bekend is. Daarom wordt dit aan de fiets bevestigd. In de beschikking staat onder meer dat de eigenaar van de fiets nog de gelegenheid krijgt om verwijdering van de fiets door de gemeente te voorkomen (zie art. 5:24 Awb). Er moeten ten minste de volgende elementen op staan:

  • de datum

  • uw fiets staat al meer dan 28 dagen onafgebroken gestald. Dat is verboden op grond van art. 5:12, lid 2 van de APV

  • daarom is besloten bestuursdwang toe te passen

  • u krijgt nog 48 uur de tijd om de fiets zelf te verwijderen;

  • na het verstrijken van deze periode wordt de fiets verwijderd op last van de gemeente.

  • Een website voor informatie.

Bezwaar

Binnen zes weken na de dagtekening van de beschikking kan de eigenaar bezwaar maken bij de gemeente Sittard-Geleen (Art. 5:26 Awb). In de praktijk zal hij de beschikking meestal niet meer onder ogen krijgen; deze wordt na de begunstigingstermijn mét de fiets verwijderd. Daarom informeren de borden bij de stalling over het verwijderen van te lang gestalde fietsen. Zij nemen de informatieve (niet de juridische) functie van de beschikking over wanneer de fiets weg is.

Bezwaar maken kan ook nog nadat de fiets is verwijderd, wanneer de eigenaar hem ophaalt in het fietsdepot. Maar dat moet wel gebeuren binnen de termijn van zes weken.

Verwijderen

Het verwijderen van de fietsen kan pas plaatsvinden na het verstrijken van de begunstigingstermijn van 48 uur. Dit gebeurt in opdracht van de aangewezen toezichthouder van Stadstoezicht. Karwei voert dit uit. KLPD of politie is aanwezig als aanspreekpunt voor burgers.

Bewaartermijn

De eigenaar van een weggehaalde fiets moet nog 13 weken de tijd hebben om zijn fiets terug te vragen (Art. 5:30 Awb). De weesfietsen worden geregistreerd en opgeslagen gedurende deze termijn in het Fietsdepot Sittard-Geleen. Fietswrakken hoeven niet voor de termijn van 13 weken bewaard te worden.

Teruggave

De teruggave van de fiets gebeurt bij het Fietsdepot Sittard-Geleen. De beschikking krijgt men mee, met een registratieformulier en een algemene toelichting. Tot 6 weken na de dagtekening van de beschikking kan men nog bezwaar maken tegen de beschikking.

Herstel

Nadat fietsen 13 weken bewaard zijn, worden ze hersteld binnen het fietsherstelproject van Karwei en mogen ze worden verkocht aan mensen die een aangifte kunnen overleggen.

Gestolen fietsen

Wanneer een weesfiets feitelijk is gestolen (wanneer niet de eigenaar maar de dief de fiets in de stalling heeft achtergelaten) zou verkoop kunnen betekenen dat de gemeente zich schuldig maakt aan heling. Om dat risico tegen te gaan wordt bij binnenkomst bij het fietsdepot gecheckt bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) of de fiets als gestolen staat geregistreerd. Wanneer een fiets niet in het RDW-bestand voorkomt, mag ervan uitgegaan worden dat de fiets niet gestolen is, en de fiets verkocht kan worden.

Er zijn gemeenten geweest die, om het risico op heling tegen te gaan, álle fietsen lieten vernietigen. Dat is op juridische gronden niet noodzakelijk, en bovendien geeft dit het risico dat het (wees)fietsenbeleid bij het publiek een negatief imago krijgt.

3. Beleidsmatig kader

Dit hoofdstuk schept het beleidsmatige kader voor de weesfietsenaanpak. Aan de orde komen het huidige beleid en de taakverdeling.

Huidig beleid

De aanpak van weesfietsen is voor twee trajecten van belang: het Fietsbeleidsplan 2009-2015 en het project Houd je Fiets! 2009-2010.

Fietsbeleidsplan 2009-2015

De gemeente Sittard-Geleen heeft voor de periode 2009-2015 een fietsbeleidsplan opgesteld. Het doel van dit plan is het aantal interne autoverplaatsingen op de korte termijn met 5% te reduceren, het aandeel fiets in de modal split te verhogen met 5% tot 2015 en 10% tot 2020 en het aantal verkeersslachtoffers onder fietsers met 25% te reduceren tot 20151. Om dit doel te bereiken wordt ingezet op het creëren van een hoogwaardig fietsnetwerk met goede stallingvoorzieningen. Het verlagen van de kans op fietsdiefstal en het verbeteren van de stallingvoorzieningen zijn als beleidsthema’s opgenomen in het beleidsplan. Ook wordt voorgesteld structureel handhavingsbeleid te voeren op de handhaving op wees- en zwerffietsen. Daarnaast zijn de volgende beslispunten vastgesteld die in het kader van het weesfietsenbeleid relevant zijn:

  • ·

    “De realisatie van voldoende fietsstallingen bij bezoekersintensieve voorzieningen in de gehele stad, zowel bewaakt als onbewaakt;

  • ·

    De realisatie van gratis bewaakte stallingen in de centra van Sittard en Geleen en bij voorkeur ook gratis bij de NS-stations;

  • ·

    Het principe dat alle stallingen voldoen aan de eisen van Fietsparkeur;

  • ·

    Het principe om invulling te geven aan de aanpak van fietsdiefstal binnen de gemeente Sittard-Geleen conform de landelijke antidiefstalcampagne van de VNG.”2

Project Houd je Fiets! 2009-2010

Het project Houd je Fiets is gestart met als doel het aantal fietsdiefstallen in Sittard-Geleen in de periode 2009-2011 terug te dringen met 13%. Het is een integraal plan, waarbij politie, NS, Prorail, Stichting Stadstoezicht, Stichting Karwei en gemeente tot een gezamenlijke aanpak komen. Het plan van aanpak is een uitvoeringsplan in het kader van het Fietsbeleidsplan 2009-2015. Er wordt een driesporenbeleid gevoerd, dat gericht is op aanpak van de situatie, de dader en het slachtoffer. Hiertoe worden de volgende maatregelen genomen:

Situatie (integraal):

  • Maandelijkse fietswrak- en weesfietsacties (van 4x per jaar naar 10x per jaar)

  • Doorgroei van ‘fietsherstelproject’ naar AFAC/Fietsdepot

  • Verhoging toezicht op stalling station Sittard

Dader (politie):

  • Extra screening fietsdieven en – helers

  • Inzet chipreaders

  • Inzet lokfiets

Slachtoffer (gemeente):

  • Publiekscampagne

De aanpak van weesfietsen draagt bij aan:

  • efficiënter en effectiever verwijderen van weesfietsen en fietswrakken;

  • minder fout gestalde fietsen, waardoor de kwaliteit en de aantrekkelijkheid van de openbare ruimte verbetert;

  • het vrijkomen van stallingscapaciteit;

  • een betere bereikbaarheid van openbare voorzieningen;

  • stimulering van het gebruik van de fiets, voor een duurzaamheidsimpuls;

  • het voorkomen van fietsdiefstal.

Verantwoordelijkheden

Gemeente Sittard-Geleen

De gemeente heeft de regierol en is verantwoordelijk voor de beleidsvorming omtrent weesfietsen. Het opruimen van weesfietsen betreft het toepassen van bestuursdwang en geschiedt op basis van de APV onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders. Het college wijst gebieden aan waar weesfietsen worden geruimd en stelt een maximale stallingsduur vast door middel van een aanwijzingsbesluit. Het nemen van het besluit tot het uitoefenen van bestuursdwang (het besluit om fietsen daadwerkelijk te verwijderen) is voorbehouden aan de gemeente. Het uitreiken van een beschikking gebeurt door een ambtenaar die gemachtigd is deze taak uit te voeren.

Daarnaast is de communicatie omtrent de weesfietsenaanpak in handen van de gemeente. Zij zorgt voor bijvoorbeeld bebording en informatie op de gemeentelijke website.

Stadstoezicht Westelijke Mijnstreek

Aangewezen toezichthouders van Stadstoezicht Westelijke Mijnstreek (SWM) zijn verantwoordelijk voor toezicht op naleving de bepalingen in de APV, waaronder de aanpak van fietswrakken en weesfietsen. Opruimen van fietsen gebeurt dan ook in opdracht of onder formeel toezicht van SWM, welke als aanspreekpunt voor burgers optreed. Ook de KLPD of de politie zal aanwezig zijn als aanspreekpunt voor burgers.

Het Karwei

Het wegknippen, opruimen, transporteren, opslaan en eventueel teruggeven of herstellen van weesfietsen gebeurt door het Karwei van Orbis GGZ. Afspraken hieromtrent zijn vastgelegd tussen BOR en het Karwei. Fietsen worden opgeslagen in het Fietsdepot Sittard-Geleen.

NS

De stationsgebieden zijn eigendom van NS. De voorpleinen met fietsstallingen zijn echter eveneens een openbare plaats, waar de APV dan ook van toepassing is. De APV vormt dan ook de basis voor het opruimen van weesfietsen. Bij maandelijkse weesfietsacties zal NS de fietsen laten labelen.

4. Organisatie

Met betrekking tot de uitvoeringsorganisatie is een onderscheid tussen incidentele fietswrakken en maandelijkse weesfietsacties op de stations van belang.

Incidentele fietswrakken

Losse fietswrakken in de gemeente kunnen worden opgeruimd door het Karwei in opdracht van zowel gemeente, politie als stadstoezicht. Weesfietsen kunnen alleen worden opgeruimd indien voor de betreffende stalling een maximale stallingsduur is ingesteld. Het betreft hier dus fietsen die op basis van artikel 5:12, lid 3 rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en in een verwaarloosde toestand verkeren. Meldingen door burgers, toezichthouders of ambtenaren komen via verschillende kanalen binnen. Tussen de betrokken actoren zijn de volgende procedureafspraken gemaakt:

  • Melding: De meldingen worden binnen de verschillende organisaties, nadat is vastgesteld dat het een wrak betreft, doorgeleid naar Karwei. Karwei krijgt de opdracht van gemeente, politie of stadstoezicht het fietswrak te verwijderen.

  • Verwijderen: Karwei haalt het wrak op. Hier hoeft geen toezichthouder bij aanwezig te zijn.

Maandelijkse opruimacties stations

In het verleden werden op de NS-stations in samenwerking met gemeente, politie, stadstoezicht, NS en Karwei per kwartaal fietswrakken geruimd. In het kader van het project Houd je Fiets is deze frequentie opgehoogd naar maandelijkse acties voor zowel fietswrakken als weesfietsen, met uitzondering van de maanden augustus en december. Een onderscheid tussen fietswrak en weesfiets is hier niet meer relevant omdat de fietsen per maand gelabeld en opgeruimd worden. Fietswrakken worden dan ook behandeld als weesfiets, maar kunnen indien noodzakelijk ook los worden verwijderd. Voor de volgende gebieden wordt een maximale stallingsduur van 28 dagen ingesteld:

  • Fietsstalling op voorplein van het NS-station Sittard

  • Fietsstalling aan de achterzijde van het NS-station Sittard

  • Fietsstalling bij het NS-station Geleen-Lutterade

  • Fietsstalling bij het NS-station Geleen-Oost

Tussen de betrokken organisaties zijn de volgende procedureafspraken gemaakt:

  • Labelen: in de week van elke laatste vrijdag van de maand voorgaande aan te maand van verwijdering laat NS de fietsen in de stallingen labelen.

  • Beschikking: Elke laatste maandag van de maand hangt een toezichthouder van stadstoezicht een bestuursrechtelijk beschikking aan de gelabelde fietsen.

  • Verwijderen: Elke laatste donderdag van de maand (na 48 uur) worden de overgebleven fietsen met een label opgeruimd door het Karwei. De toezichthouder van stadstoezicht is hierbij aanwezig als formele toezichthouder in het kader van de APV en als aanspreekpunt voor burgers. Ook zorgt hij voor registratie van de fietsen. Het verwijderen gebeurt met zo weinig mogelijk schade aan de fiets en het slot. Bij een kettingslot wordt de laatste schakel doorgeknipt, zodat het slot nog bruikbaar blijft. Het slot wordt altijd bij de fiets bewaard. Ook de beschikking blijft aan de fiets zitten, omdat er informatie op staat die in het depot geregistreerd moet worden.

Fietsdepot Sittard-Geleen

Verwijderde fietsen worden opgeslagen in het Fietsdepot Sittard-Geleen. Daar vindt registratie plaats, er gebeurt een check op diefstal, en eigenaren kunnen hun fiets daar ophalen. Door onderhavig beleid ontstaat er een continue aanvoer en afvoer van fietsen. Het aantal fietsen in het depot blijft hierdoor constant.

Registratie

Bij binnenkomst in het fietsdepot worden de fietsen gelabeld en de gegevens van de fietsen ingevoerd in een digitaal bestand. De volgende zaken worden geregistreerd:

  • registratienummer (een uniek nummer, toegekend door het fietsdepot)

  • datum van aanlevering bij het fietsdepot;

  • opslaglocatie op het fietsdepot;

  • locatie waar de fiets verwijderd is (staat op beschikking aan de fiets)

  • merk

  • framenummer

  • graveercode(s)

  • model (heren / dames)

  • tag-chip nummer

  • kleur

  • geschatte economische waarde

  • staat van onderhoud (goed / matig / slecht)

Externe communicatie

Wanneer een fiets is gestolen of verwijderd moet de eigenaar weten dat de fiets mogelijk bij het fietsdepot staat opgeslagen of is geregistreerd. Op de gemeentelijke website wordt een pagina gemaakt waar mensen die hun fiets kwijt zijn algemene informatie kunnen vinden over het fietsdepot en over het verwijderingsbeleid. Aanvullend hierop is een communicatieplan opgesteld. De term “Fietsdepot Sittard-Geleen” wordt gelanceerd en naar de burger gecommuniceerd. Onderdelen van het plan zijn bebording op de stallingen op de stations, een uithangbord bij het fietsdepot, een website op de gemeentepagina en promotiemateriaal.

Check op diefstal

Bij binnenkomst in het fietsdepot wordt gecheckt of de fietsen als gestolen geregistreerd staan. Daarvoor zijn drie redenen:

  • er wordt een bijdrage geleverd aan het anti-diefstalbeleid;

  • de fiets kan mogelijk worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaar;

  • door deze check te doen voorkomt de gemeente dat ze zich -theoretisch- aan heling schuldig zou maken wanneer de fiets uiteindelijk wordt verkocht.

De check op diefstal gebeurt met behulp van het diefstalregister van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Het diefstalregister is een bestand met framenummers van als gestolen geregistreerde fietsen. Op de website van de RDW (www.rdw.nl/fdr/Paginas/Default.aspx) kunnen framenummers één voor één worden gecheckt. Wanneer een fiets blijkt te zijn gestolen wordt door politie contact met de eigenaar gezocht.

Teruggave

De eigenaar kan de fiets bij het fietsdepot ophalen en krijgt de fiets mee op voorwaarde dat hij of zij:

  • een identiteitsbewijs toont;

  • kan bewijzen dat hij/zij eigenaar van de fiets is (bijvoorbeeld sleuteltje dat op slot past of bewijs van eigendom).

De eigenaar die zijn fiets ophaalt krijgt de beschikking mee die voor verwijdering aan de fiets is bevestigd. Er hoeft geen bedrag te worden betaald om te fiets terug te krijgen. Het vragen van een vergoeding is namelijk een verkapte manier van beboeting en werpt een drempel op voor burgers om de fiets op te komen halen.

Herstel en verkoop

Nadat de wettelijke tijdsduur van 13 weken voor opslag is verstreken en de fiets niet is opgehaald kan Karwei de fiets opknappen en verkopen. Verkoop van fietsen door Karwei kan alleen plaatsvinden aan gedupeerden van fietsdiefstal die een aangifte kunnen overleggen. Wanneer meerdere gedupeerden interesse hebben in dezelfde fiets, dan wordt deze verkocht aan de hoogstbiedende, waarbij Karwei een minimumprijs vastgesteld. Bieden geschiedt geheim en schriftelijk. Wanneer de herstelde fietsen na drie maanden na het verstrijken van de opslagtermijn niet zijn verkocht, kan Karwei de fietsen verkopen aan non-profit instellingen met maatschappelijk oogmerk. Vrije verkoop is niet toegestaan.

5. Slotbepaling

Het weesfietsenbeleid is een beleidsregel in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Op grond van het bepaalde in artikel 4:84 van de Awb moet overeenkomstig de beleidsregel worden gehandeld, tenzij toepassing van het beleid voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben, die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen (inherente afwijkingsbevoegdheid).

  • 1.

    Deze beleidsregel treedt na vaststelling in werking de dag na de dag van bekendmaking in de Trompetter.

  • 2.

    Een jaar na inwerkingtreding van het beleid wordt het beleid geëvalueerd.

  • 3.

    Deze beleidsregel wordt aangehaald als “Weesfietsenbeleid gemeente Sittard-Geleen 2010”.

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van Sittard-Geleen,

Sittard-Geleen, 13 april 2010

De burgemeester,
drs. G.J.M.Cox.
De secretaris,
mr. J.H.J.Höppener

Noot
1

Fietsbeleidsplan gemeente Sittard-Geleen 2009-2015, 2009.

Noot
2

Ibid: 57.