Regeling vervallen per 01-01-2024

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tholen houdende regels omtrent de verlening van mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de Regionale uitvoeringsdienst Zeeland (Mandaatbesluit RUD Zeeland 2019 / gemeente Tholen)

Geldend van 01-10-2019 t/m 31-12-2023

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tholen houdende regels omtrent de verlening van mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de Regionale uitvoeringsdienst Zeeland (Mandaatbesluit RUD Zeeland 2019 / gemeente Tholen)

Het college van burgemeester en wethouders

Gelet op:

  • -

    afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet milieubeheer, de Wet bodembescherming, de Wet geluidhinder, de Waterwet, de Wet ammoniak en veehouderij, de Wet natuurbescherming, de Gemeentewet, de Provinciewet, de Algemene wet bestuursrecht, de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, de Wet openbaarheid van bestuur, de Wet luchtvaart, de Woningwet, de Ontgrondingenwet, de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden, de Wet explosieven civiel gebruik, de Omgevingsverordening Zeeland , de Luchtvaartverordening en de daarbij behorende uitvoeringsbesluiten, circulaires en regelingen, en

  • -

    artikel 10 van de Gemeenschappelijke regeling Regionale uitvoeringsdienst Zeeland;

besluit vast te stellen het navolgende Mandaatbesluit RUD Zeeland 2019 / gemeente Tholen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit en daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van burgemeester en wethouders van gemeente Tholen;

  • b.

    dienstverleningsovereenkomst: de overeenkomst als bedoeld in artikel 34 van de Gemeenschappelijke regeling Regionale uitvoeringsdienst Zeeland;

  • c.

    directeur: de directeur van de Regionale uitvoeringsdienst Zeeland, bedoeld in artikel 1, onder f, van de Gemeenschappelijke regeling Regionale uitvoeringsdienst Zeeland;

  • d.

    gemeente: de gemeente Tholen;

  • e.

    mandaat: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders besluiten, in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht, te nemen;

  • f.

    machtiging: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • g.

    schriftelijk: ten behoeve van dit besluit wordt daaronder mede verstaan per e-mail en per fax, en

  • h.

    volmacht: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

Artikel 2 Mandaat en ondermandaat

  • 1. Aan de directeur wordt mandaat verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende mandaatlijst.

  • 2. De directeur kan de bevoegdheden genoemd in lid 1, in ondermandaat opdragen aan personen die onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam zijn, tenzij dat ten aanzien van een concreet mandaat in de mandaatlijst uitdrukkelijk is uitgesloten.

  • 3. In geval van afwezigheid of ontstentenis van de directeur worden zijn bevoegdheden door zijn plaatsvervanger uitgeoefend.

  • 4. De bevoegdheden, bedoeld in het eerste lid, behelzen niet de bevoegdheid te beslissen op bezwaarschriften, bedoeld in artikel 6:4, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 5. De bevoegdheden, bedoeld in het eerste lid, behelzen niet de bevoegdheid te besluiten tot de intrekking van een vergunning overeenkomstig artikel 5.19 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 6. De bevoegdheden, bedoeld in het eerste lid, behelzen niet de bevoegdheden die bij de bij dit besluit behorende mandaatlijst uitdrukkelijk zijn uitgezonderd.

Artikel 3 Kaders uitoefening bevoegdheden

  • 1. Een ieder aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat of ondermandaat is verleend houdt bij de uitoefening van de aan hen opgedragen bevoegdheden rekening met de relevante door de gemeenteraad vastgestelde kaders alsmede het door het college vastgestelde beleid.

  • 2. Een ieder aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat of ondermandaat is verleend past de algemene dan wel specifieke instructies als bedoeld in artikel 10:6 Algemene wet bestuursrecht van het college betreffende de gemandateerde bevoegdheden toe.

  • 3. Het college zorgt ervoor dat de directeur over alle benodigde informatie noodzakelijk voor de uitvoering van het in het eerste lid bepaalde kan beschikken. De directeur zorgt ervoor dat de door hem/haar gemandateerden tevens kunnen beschikken over deze informatie.

  • 4. Het college treedt bij voorgenomen nieuw beleid of beleidswijzigingen in overleg met de directeur over uitvoeringsaspecten indien dat beleid raakt aan de taken en bevoegdheden die de Regionale uitvoeringsdienst Zeeland uitvoert.

  • 5. De directeur treedt in overleg met het college indien hij/zij het noodzakelijk acht af te wijken van de in het eerste lid bedoelde kaders of beleid.

Artikel 4 Informatieplicht

  • 1. De directeur informeert het college over alle ingekomen aanvragen en verzoekschriften en alle door de Regionale uitvoeringsdienst Zeeland geconstateerde overtredingen die betrekking hebben op de overeenkomstig artikel 2 gemandateerde bevoegdheden.

  • 2. Onverminderd het eerste lid informeert een ieder aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat of ondermandaat is verleend het college schriftelijk bij de toepassing van de procedures bedoeld in afdeling 3.4, artikel 4:7 en 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 3. Onverminderd het eerste en derde lid heeft een ieder aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat of ondermandaat is verleend een voorafgaande informatieplicht en een signaleringsplicht jegens het college indien de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid voor het college gelet op de inhoud van het besluit, de geadresseerde of de politieke gevoelens in de gemeenteraad of de samenleving naar verwachting politieke en maatschappelijke gevolgen zal hebben of indien een besluit tot consequentie kan hebben dat de gemeente aansprakelijk zal worden gesteld of anderszins in rechte zal worden aangesproken. In de gevallen bedoeld in de vorige volzin verschaft de directeur alle benodigde informatie en voert overleg met het college alvorens de bevoegdheden als bedoeld in artikel 2 uit te oefenen.

  • 4. De directeur en het college overleggen regelmatig over de planning, de aantallen en de kwaliteit van de bij of krachtens dit besluit in mandaat te nemen en reeds genomen besluiten.

Artikel 5 Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover van toepassing en in verband met de activiteiten waarvoor mandaat wordt verleend, met mandaat gelijkgesteld:

  • a)

    de verlening van volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, en

  • b)

    de machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 6 Ondertekening

  • 1. Een besluit in mandaat dan wel ondermandaat overeenkomstig artikel 2, wordt als volgt ondertekend.

    Het college van burgemeester en wethouders van Tholen,

    namens dezen,

    gevolgd door:

    • -

      de handtekening;

    • -

      de naam van de (onder)gemandateerde, en

    • -

      de functieaanduiding.

  • 2. Indien er gebruik wordt gemaakt van volmacht en machtiging overeenkomstig artikel 6, luidt de ondertekening:

    De gemeente Tholen,

    namens dezen,

    gevolgd door:

    • -

      de handtekening;

    • -

      de naam van de (onder)gemandateerde, en

    • -

      de functieaanduiding.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 2019.

  • 2. Met ingang van de in lid 1 bedoelde datum van inwerkingtreding wordt het Mandaatbesluit RUD Zeeland 2014 / gemeente Tholen ingetrokken.

  • 3. Dit besluit wordt aangehaald als Mandaatbesluit RUD Zeeland 2019 / gemeente Tholen

Ondertekening

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tholen op 24 september 2019.

wg

De burgemeester

G.J. van de Velde – de Wilde

wg

De secretaris

S. Nieuwkoop

Bijlage 1 MANDAATLIJST Gemeente Tholen voor RUD Zeeland 2019

Algemeen

BEVOEGDHEDEN/BESLUITEN

VOORWAARDEN EN REIKWIJDTE (INSTRUCTIES)

OPMERKING

A01

Besluiten inzake bestuursrechtelijke procedures.

 

Omvat: Advisering / Proceshandelingen in bestuursrechtelijke procedures zoals het opstellen van verweerschriften en het voeren van verweer in opdracht van het college.

 

 

A02

Besluiten op grond van:

  • a.

    art. 4:5 en 4:6 Awb (vereenvoudigde wijze van afdoen en afdoen herhaalde aanvraag);

  • b.

    afdeling 4.1.3 Awb (opschorten beslistermijn);

  • c.

    art. 4:15, 4:17 en 4:18 Awb (besluiten over dwangsommen bij niet tijdig beslissen);

  • d.

    titel 4.4 Awb (bestuursrechtelijke geldschulden) m.u.v. afdeling 4.4.4 Awb (aanmaning en invordering bij dwangbevel);

  • e.

    art. 8:51a, 8:51b, 8:51c, 8:80a en 8:80b Awb (bestuurlijke lus en tussenuitspraak).

         

 

A03

De voorbereiding van besluiten met gebruikmaking van Afdeling 3.4 Awb, Afdeling 3.6 Awb en Titel 4.1 Awb

 

 

A04

Behandelen van correspondentie van uitsluitend uitvoerende en/of informatieve aard betrekking hebbende op de gemandateerde bevoegdheden.

 

 

A05

Machtiging om burgemeester en wethouders door medewerkers of externe adviseurs te vertegenwoordigen in bestuursrechtelijke procedures in bezwaar, (hoger) beroep en wanneer er een verzoek om voorlopige voorziening(en) wordt behandeld.

 

 

A06

Het vragen van advies op basis van de Wet Bibob en het maken van afspraken naar aanleiding van het uitgebrachte advies (art. 9).

   

 

A07

Besluiten op een verzoek om (milieu)informatie op grond van de Wob.

 

De directeur kan hiermee dus ook WOB besluiten gericht aan het college afhandelen.

A08

Aanbesteden werken, leveringen en diensten.

 

 

Vergunningen

BEVOEGDHEDEN/BESLUITEN

VOORWAARDEN EN REIKWIJDTE (INSTRUCTIES)

OPMERKING

 

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

 

 

V01

Besluiten en/of handelingen inzake vergunningverlening bij of krachtens de Wabo.

 

Besluiten en/of handelingen inzake het stellen van nadere voorwaarden na een gebruiksmelding brandveilig gebruik op grond van het Bouwbesluit.

 

Besluiten en/of handelingen inzake het stellen van nadere voorwaarden na een sloopmelding op grond van het Bouwbesluit.

 

Besluiten en/of handelingen inzake het toestaan van een gelijkwaardige oplossing op grond van het Bouwbesluit.

 

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit

  • -

    Besluit

 

Geldt niet voor besluiten op grond van:

  • -

    art. 3.1 Bor of indien anderszins sprake is van een provinciaal ruimtelijke belang

  • -

    art. 3 Wet Bibob

De mandaatverlening betreft de taken en bevoegdheden die binnen het belang van de Gemeenschappelijke regeling Regionale uitvoeringsdienst Zeeland vallen overeenkomstig artikel 2 (Belang) van de gemeenschappelijke regeling; een en ander als bedoeld in artikel 31 (Mandaatverlening) van de Gemeenschappelijke regeling.

V02

Besluiten en/of handelingen op grond van de Wabo tot of in verband met het afgeven

of weigeren van:

  • -

    een wettelijk advies op grond van art. 2.26, Wabo;

  • -

    een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) op grond van art. 2.27 of 2.28 Wabo,

aan het bevoegd gezag voor een onderdeel van de omgevingsvergunning, behoudens besluiten op grond van de art. 6.5, vierde lid, en 6.6, eerste lid, Besluit omgevingsrecht.

Betreft:

  • a.

    opstellen en afgeven van één of meer vvgb en/of wettelijk verplichte adviezen aan het bevoegd gezag voor de omgevingsvergunning, behoudens als het wettelijk verplicht advies uitsluitend betrekking heeft op een provinciale weg.

  • b.

    verzoek aan de gemeente tot wijziging of intrekking van een door de gemeente afgegeven omgevingsvergunning voor zover dit verzoek betrekking heeft op één of meerdere provinciale taken, behoudens als deze taak uitsluitend betrekking heeft op het provinciale wegbeheer.

Daaronder vallen zowel de vvgb voor één onderdeel van de omgevingsvergunning als de vvgb voor het totaal van de onderdelen van de omgevingsvergunning.

 

 

V03

Uitbrengen advies met het oog op de samenhang tussen de omgevingsvergunning en de vergunning o.g.v. de Waterwet (art. 6.27).

 

 

V04

Het nemen van besluiten over, op grond van vergunningvoorschriften, te overleggen meldingen, rapportages e.d.

 

 

 

Wet milieubeheer

 

 

V05

Besluiten en/of handelingen bij of krachtens paragraaf 2.1 en Hoofdstuk 8, 10, 13, 14, 16, 19 en 21 Wet milieubeheer.

Betreft:

  • -

    procedurestappen

  • -

    ontwerpbesluit of conceptbesluit

  • -

    besluit

  • -

    uitbrengen van advies

  • -

    verstrekken van gegevens

 

De mandaatverlening betreft de taken en bevoegdheden die binnen het belang van de Gemeenschappelijke regeling Regionale uitvoeringsdienst Zeeland vallen overeenkomstig artikel 2 (Belang) van de gemeenschappelijke regeling; een en ander als bedoeld in artikel 31 (Mandaatverlening) van de Gemeenschappelijke regeling.

V06

Besluiten en/of handelingen in het kader van de Milieu-effectrapportage (bij of krachtens Hoofdstuk 7 Wet Milieubeheer).

Betreft:

  • -

    procedurestappen

  • -

    advies reikwijdte en detailniveau MER

  • -

    besluit MER-beoordeling

  • -

    aanvaardbaarheidsverklaring (op grond van overgangsregels)

 

 

V07

Besluiten en/of handelingen inzake maatwerkvoorschriften op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer.

 

 

V08

Besluiten en/of handelingen op grond van het Besluit stortplaatsen en stortverboden Afvalstoffen.

Betreft het verlenen van ontheffing voor bepaalde afvalstoffen

 

V09

Besluiten en/of handelingen op grond van het Vuurwerkbesluit.

Procedurestappen vuurwerkevenement

  • -

    behandelen aanvraag ontbrandingstoestemming / nemen besluit / intrekking aanvraag of besluit (artikel 3B.3)

  • -

    behandelen aanvraag ontbrandingsmelding / intrekking ontbrandingsmelding (artikel 3B.4) 

Procedurestappen inrichting opslag consumentenvuurwerk:

  • -

    behandeling melding Vuurwerkbesluit (art. 2.2.4)

 

 

Wet luchtvaart

 

 

V10

Besluiten en/of handelingen bij of krachtens de Wet luchtvaart en de Luchtvaart Verordening Zeeland inzake:

  • -

    de voorbereiding van besluiten op een aanvraag om dan wel een (ambtshalve) wijziging of een omzetting van een luchthavenbesluit en een luchthavenregeling

  • -

    inzake de verlening of weigering van ontheffingen voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik o.g.v art. 8a.51 van de Wet luchtvaart

Betreft:

  • -

    Procedurestappen (luchthavenbesluiten en –regelingen en TUG-ontheffing)

  • -

    Ontwerpbesluiten (luchthavenbesluiten en –regelingen)

Omvat mede:

  • -

    Vaststellen aanvraagformulier

  • -

    overleg met de burgemeester (art. 35 Regeling tijdelijk gebruik luchthavens en andere terreinen;

  • -

    goedkeuring formatrapportages luchthavenbesluiten en – regelingen;

  • -

    aanvraag bij min. IenW voor verklaring veilig gebruik luchtruim (art. 8.49 Wet luchtvaart).

 

 

V11

Besluiten en/of handelingen ten behoeve van het luchthavenbesluit:

  • -

    art. 8.47 juncto art. 8.9, derde lid (verlenen verklaring van geen bezwaar)

  • -

    art. 8.47 juncto art. 8.12, derde lid (verlenen ontheffing bij verbod tot oprichten of plaatsen objecten ism luchthavenbesluit

 

 

V12

Geven van advies over vaststelling luchtverkeersroutes en procedures aan ministerie ingevolge art. 8.50, eerste lid

 

 

V13

Jaarlijks verslag uitbrengen aan provinciale staten over milieu-aspecten en externe veiligheidsaspecten vanwege het luchthavenluchtverkeer voor zowel luchthavenbesluiten en luchthavenregelingen (art. 8.55, eerste lid onder a. en art.8.65)

 

 

 

V14

Voeren overleg met ministerie bij luchthavenbesluit militair vliegveld ingevolge art. 10.18.

 

 

 

Wet geluidhinder

 

 

V15

Besluiten en/of handelingen bij of krachtens de Wet geluidhinder:

  • -

    Op grond van artikel 110a, zevende lid voor het vaststellen van hogere waarden genoemd in Hoofdstuk V Zones rond industrieterreinen en Hoofdstuk VI Zones langs wegen;

  • -

    Hoofdstuk V, afdeling 3 overige voorschriften: het afwijken van hogere waarden ingevolge artikel 65 en 66;

  • -

    Hoofdstuk VIIIA Hogere waarde en onderzoeksbepalingen

    • art. 110i, eerste lid, juncto afdeling 2 van titel 1 van boek 3 BW;

    • art. 110i, tweede lid (indien een besluit als bedoeld in art. 110i, eerste lid, ingevolge een besluit of uitspraak in rechte is ingetrokken of gewijzigd of anderszins zijn waarde heeft verloren)

 

Betreft:

  • -

    zowel ambtshalve besluiten als besluiten op verzoek;

  • -

    procedurestappen

  • -

    ontwerpbesluit/conceptbesluit

  • -

    besluit en besluiten inzake de ontvankelijkheid.

 

 

Omgevingsverordening Zeeland

 

 

V16

Besluiten en/of handelingen op grond van paragraaf 3.2.3, 3.3.4, 3.3.5, 3.3.6, 3.4.4, afdeling 3.5 en afdeling 3.6 van de Omgevingsverordening Zeeland

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit/conceptbesluit

  • -

    Besluit

 

 

Waterwet

 

 

V17

Besluiten en of handelingen inzake vergunningverlening bij of krachtens de Waterwet en hoofdstuk 4 van de Omgevingsverordening Zeeland voor zover het betreft onttrekking en infiltratie van grondwater

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit

  • -

    Besluit

 

 

V18

Het nemen van besluiten en het voeren van correspondentie op grond van vergunningvoorschriften, te overleggen meldingen, rapportages e.d.

 

 

 

Ontgrondingenwet

 

 

V19

Besluiten en of handelingen inzake vergunningverlening bij of krachtens de Ontgrondingwet en hoofdstuk 9 van de Omgevingsverordening Zeeland

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit

  • -

    Besluit

 

 

V20

Het nemen van besluiten en het voeren van correspondentie op grond van vergunningvoorschriften, te overleggen meldingen, rapportages e.d.

 

 

 

Wet explosieven voor civiel gebruik

 

 

V21

Besluiten en of handelingen inzake vergunningverlening zoals bedoeld in hoofdstuk 3, paragraaf 1. Vergunning en toestemming van de Wet explosieven voor civiel gebruik.

 

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit

  • -

    Besluit

 

 

Asbesttaken

 

 

V22

Besluiten en/of handelingen inzake de uitvoering van asbesttaken bij of krachtens het Asbestverwijderingsbesluit, het Bouwbesluit, de Wet milieubeheer, de Woningwet en de Wabo.

Betreft: 

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit of conceptbesluit

  • -

    Besluit

  • -

    Uitbrengen van advies

  • -

    Verstrekken van gegevens

 

Bodemsanering

BEVOEGDHEDEN/BESLUITEN

VOORWAARDEN EN REIKWIJDTE (INSTRUCTIES)

OPMERKING

 

Wet bodembescherming

 

 

BS01

Besluiten en handelingen bij of krachtens hoofdstuk IV, paragraaf 1. Algemeen en paragraaf 3. Saneringen: Wet bodembescherming (nieuwe en oude gevallen van verontreiniging)

a. procedurestappen

b. ontwerpbesluiten

c. besluiten

Omvat niet de besluiten tot de inzet van het bevelsinstrumentarium (wel alle procedure stappen).

   

Art. 50, eerste lid Wbb kan niet in ondermandaat worden gegeven.

 

BS02

Het voorbereiden en uitvoeren van besluiten op grond van art. 43, 55b en 74 Wbb, met betrekking tot de inzet van het bevelsinstrumentarium.

Omvat niet de besluiten tot de inzet van het bevelsinstrumentarium.

 

BS03

Het voorbereiden en uitvoeren van besluiten op grond van art. 70, 71 en 72 Wbb (gedogen van onderzoek en inzet middelen).

Omvat niet de besluiten tot het gedogen van onderzoek en inzet middelen.

 

 

Besluit Verbond/BSB

 

 

BS04

Besluiten en handelingen in het kader van de uitvoering van het besluit Verbond c.q. Bsb-operatie met uitzondering van de in BS07 bedoelde besluiten.

 

 

BS05

Voorbereiden van de ontwerpaanwijzing ex. Besluit verplicht bodemonderzoek bedrijfsterreinen op grond van verkennend onderzoek van art. 4 Besluit Verbond en het uitvoering geven van de aanwijzing.

Omvat niet de aanwijzing.

 

 

Besluit financiële bepalingen bodemsanering

 

 

BS06

Besluiten en handelingen inzake subsidieverlening en vaststelling voor de sanering van bedrijfsterreinen bij of krachtens hoofdstuk 3 van het Besluit financiële bepalingen bodemsanering juncto artikel 76j Wbb.

Betreft:

  • -

    procedurestappen

  • -

    ontwerpbesluit/conceptbesluit

  • -

    besluit

omvat ook handelingen inzake:

  • -

    het verstrekken van een voorschot

  • -

    het Ouderdomsprotocol

  • -

    indienen aanvraag/melding bij de minister

  • -

    laten stellen van financiële zekerheid

 

 

Besluit uniforme saneringen en Regeling uniforme saneringen

 

 

BS07

Besluiten en handelingen op grond van het Besluit uniforme saneringen (BUS) en de Regeling uniforme saneringen (RUS) in het kader van uit te voeren uniforme saneringen

 

 

 

Overige Wet bodembescherming

 

 

BS08

Besluiten op grond van de Wet bodembescherming in het kader van

de nazorg van gesaneerde bodemsaneringslocaties

Betreft:

  • meldingen en adviesaanvragen

  • verzoek om toestemming voor bodemonderzoek, monitoring en nazorgmaatregelen

  • aanmeldingen schademelding bij verzekeraar of schade-expert.

 

 

BS09

Gegevens verstrekken dan wel opvragen ingevolge art.87a, eerste en derde lid en art. 92b en ad hoc op verzoek van het ministerie over gegevens in het kader van de Wet bodembescherming.

 

 

BS10

Correspondentie in het kader van de voorbereiding en uitvoering van bodemonderzoeken en saneringen in opdracht van het bevoegd gezag (inclusief bodemsaneringsovereenkomsten en opdrachtverlening)

Betreft ook het in opdracht van de provincie indienen van meldingen ingevolge hoofdstuk IV, paragraaf 1. Algemeen en paragraaf 3. Saneringen: Wet bodembescherming.

 

Overige bodemzaken (gemeenten)

 

 

 

BS11

Correspondentie in het kader van en de afhandeling van bodemzaken

Betreft de volgende gemeentelijke aangelegenheden:

  • -

    beoordeling bodemonderzoeken

  • -

    advisering

  • -

    informatieverstrekking

  • -

    beoordeling saneringen(plannen)

  • -

    beoordeling evaluatierapporten

BS12

Initiëren van bodemonderzoeken

Betreft het vragen om offertes en het sluiten van opdrachtovereenkomsten.

Handhaving

BEVOEGDHEDEN/BESLUITEN

VOORWAARDEN EN REIKWIJDTE (INSTRUCTIES)

OPMERKING

H01

Het aanwijzen van ambtenaren belast met het houden van toezicht

Betreft toezicht op naleving bij of krachtens de:

  • -

    Wabo

  • -

    Ontgrondingenwet

  • -

    Omgevingsverordening Zeeland

  • -

    Whvbz

  • -

    Waterwet

  • -

    Woningwet

  • -

    Wet ruimtelijke ordening

  • -

    Wet Natuurbescherming

  • -

    Wet geluidhinder

  • -

    Wet inzake de luchtverontreiniging

  • -

    Wet bodembescherming

  • -

    Wet milieubeheer

  • -

    Luchtvaartverordening Zeeland

  • -

    Wet luchtvaart

  • -

    Waterwet

  • -

    Asbestverwijderingsbesluit 2005

 

 

H02

Het voeren van correspondentie in het kader van toezicht en handhaving, waaronder in ieder geval begrepen:

  • a.

    een bezoekbevestigingsbrief

  • b.

    een voorwaarschuwingsbrief / formele waarschuwing

  • c.

    een vooraankondiging last onder bestuursdwang of last onder dwangsom (hoorbrief)

Betreft de onder H01 genoemde wetten.

 

H03

Besluiten tot het vaststellen van gedoogbeschikkingen

Betreft de onder H01 genoemde wetten.

 

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit/conceptbesluit

  • -

    Besluit

 

H04

Het naar aanleiding van de kenbaar gemaakte zienswijze(n) afzien van bestuurlijk optreden

Betreft de onder H01 genoemde wetten.

 

H05

Besluiten en/of handelingen op grond van Titel 5.3 en Titel 5.4 Awb (herstelsancties en bestuurlijke boete) met uitzondering van:

het invorderen van dwangsommen;

 

Betreft de onder H01 genoemde wetten.

 

Omvat tevens besluiten en (feitelijke) handelingen ter voorbereiding en uitvoering van deze besluiten inclusief het terstond toepassen van bestuursdwang conform artikel 5:31, tweede lid Awb door de toezichthouder.

 

NB. De besluiten die in dit mandaat expliciet zijn uitgezonderd, vallen onder H07.

 

De uitzonderingsgrond (‘het invorderen van dwangsommen’) heeft enkel betrekking op de financiële handelingen bij het invorderen van dwangsommen. Het voornemen van de invorderingsbeschikking en de invorderingsbeschikking behoren niet tot de financiële handelingen.

 

Bij controle vuurwerkevenementen geldt dat als een toezichthouder gebruik maakt van het ‘mandaat spoedeisend optreden bij vuurwerkevenementen’ de toezichthouder dit doet conform de bij dit mandaat horende ‘instructies voor toezichthouders toepassing bestuursdwang bij vuurwerkevenementen’

 

H06

Besluit tot:

  • a.

    starten van verhaalsprocedure voor kosten bestuursdwang (inclusief conservatoir beslag) of het afzien van kostenverhaal;

  • b.

    vaststellen van de hoogte van de verschuldigde kosten in verband met het toepassen van bestuursdwang (art. 5:25 lid 6 Awb);

  • c.

    invordering dwangsom, restitutie van te veel betaalde dwangsombedragen, vermindering of het afzien van invordering van de dwangsom;

  • d.

    het treffen van een betalingsregeling in het kader van de onder a. genoemde verhaalsprocedure, of in het kader van de inning van verbeurde dwangsommen

  • e.

    beslaglegging in het kader van executie van een dwangbevel, met betrekking tot een dwangsombesluit

  • f.

    inroepen retentierecht

Betreft de onder H01 genoemde wetten.

 

H07

Besluit:

  • a.

    op verzoek om ontheffing op grond van art. 5 Whvbz

  • b.

    tot het stellen van nadere voorschriften als bedoeld in art. 7 Whvbz

  • c.

    inzake instellen / uitbrengen en opheffen / intrekken zwemverbod / sluiting van een badinrichting of negatief zwemadvies op grond van art. 11 en art. 11a Whvbz

  • d.

    verrichten van onderzoek op grond van art. 12, eerste lid, art. 2a, zevende lid en art. 37 Bhvbz

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Conceptbesluit

  • -

    Besluit

 

H08

Besluiten op verzoeken van derden om bestuursrechtelijk/handhavend op te treden

Betreft de onder H01 genoemde wetten.

 

H09

Het beoordelen van milieuverslagen, overeenkomstig de bij of krachtens titel 12.3 Wm gestelde regels

 

 

H10

Het nemen van besluiten op grond van hoofdstuk 17 Wm inzake maatregelen bij een ongewoon voorval

 

 

H11

Het indienen van een aanvraag op grond van het Besluit

buitengewoon opsporingsambtenaar

 

De mandaatverlening betreft de taken en bevoegdheden die binnen het belang van de Gemeenschappelijke regeling Regionale uitvoeringsdienst Zeeland vallen overeenkomstig artikel 2 (Belang) van de gemeenschappelijke regeling; een en ander als bedoeld in artikel 31 (Mandaatverlening) van de Gemeenschappelijke regeling.

H12

Besluiten bij of krachtens de Wet luchtvaart:

  • -

    voorschrijven maatregelen bij overschrijden grenswaarde opgenomen in een luchthavenbesluit of luchthavenregeling (art. 8.45, eerste lid en art. 8.64, eerste lid)

  • -

    intrekken of matigen van de maatregel bij luchthaven besluit en luchthavenregeling inclusief in de gelegenheid stellen zienswijze kenbaar te maken(art. 8.45, tweede lid juncto art. 8.22, derde lid en art. 8.64)

  • -

    vrijstelling verlenen van een regel in het luchthavenbesluit of luchthavenregeling (art. 8.46, eerste lid onder a en art. 8.64, zesde lid)

  • -

    een in een luchthavenbesluit of luchthavenregeling vastgelegde grenswaarde voor geluid vervangen voor een andere grenswaarde (art. 8.46, eerste lid onder b en art. 8.64, zesde lid)

  • -

    verlenen ontheffing (artikel 8a.50b) van een regel die met het oog op de geluidsbelasting in een luchthavenbesluit en of luchthavenregeling is opgenomen

  • -

    opleggen van een bestuurlijke boete ingevolge artikel 11.23.

 

Betreft:

  • -

    Procedurestappen

  • -

    Ontwerpbesluit/conceptbesluit

  • -

    Besluit.

 

H13

Besluiten op grond van art. 30, 32 en 33 Wbb, met betrekking tot het treffen van maatregelen bij ongewone voorvallen

Betreft ook alle procedurestappen.

Omvat ook het opleggen van bevelen indien overleg met de gedeputeerde heeft plaatsgevonden

 

H14

Het uitvoeren van maatregelen bij ongewone voorvallen als bedoeld

in de art. 30, 32 en 33 Wbb, die zijn genomen met behulp van

BS02

Omvat niet de besluiten tot het nemen van maatregelen bij

ongewone voorvallen als bedoeld in de art. 30, 32 en 33, Wbb

 

H15

Besluiten en/of handelingen inzake de uitvoering van asbesttaken bij of krachtens het Asbestverwijderingsbesluit, de Arbeidsomstandighedenregeling, het Bouwbesluit, de Wet milieubeheer, Woningwet en Wabo.

Betreft:

  • -

    procedurestappen

  • -

    ontwerpbesluit of conceptbesluit

  • -

    besluit

  • -

    uitbrengen van advies

  • -

    verstrekken van gegevens

  • -

    melden misstanden aan CKI en het bevoegd gezag informeren

Omvat tevens het uitvoeren van spoedeisend optreden door toezichthouders.

 

Bijlage A Lijst van afkortingen

  • AmvB: Algemene Maatregel van Bestuur

  • Art.: Artikel

  • Awb: Algemene wet bestuursrecht

  • BenW: Burgemeester en Wethouders

  • Bgs: Besluit geluidproductie sportmotoren

  • Bhvbz: Besluit hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden

  • Bibob: Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur

  • Bor: Besluit omgevingsrecht

  • Brzo: Besluit risico's zware ongevallen 1999

  • BSB: Bodemsanering bedrijfsterreinen

  • Bssa: Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen

  • BW: Burgerlijk Wetboek

  • GS: Gedeputeerde Staten

  • IPPC-richtlijn: Europese Richtlijn (2008/1/EG).

  • MER: Milieu Effect Rapportage

  • Min. IenW: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

  • Ontgr.wet: Ontgrondingenwet

  • PS: Provinciale Staten

  • RIE: Richtlijn Industriële Emissies (2010/75/EU)

  • TUG: Tijdelijk en Uitzonderlijk Gebruik

  • Vvgb: Verklaring van geen bedenkingen

  • Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

  • Wbb: Wet bodembescherming

  • Wgh: Wet geluidhinder

  • Whbvz: Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden

  • Wm: Wet milieubeheer

  • Wob: Wet openbaarheid van bestuur

  • Wro: Wet ruimtelijke ordening