Regeling vervallen per 01-01-2023

Verordening lijkbezorgingsrechten

Geldend van 22-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening lijkbezorgingsrechten

De raad van de gemeente Vught;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2006;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

"Verordening lijkbezorgingsrechten"

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de algemene begraafplaats te Vught;

  • b.

    graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen begraven en begraven houden van lijken;

  • c.

    urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • d.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • e.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten worden geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt bekendgemaakt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan degene die rechten verschuldigd is.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld

De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 8 Termijnen van betaling

De rechten moeten worden voldaan binnen 30 dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving als bedoeld in artikel 6.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De 'Verordening Lijkbezorgingsrechten 2006' van 15 december 2005, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten’.

Ondertekening

Aldus besloten door de Raad van de gemeente Vught in zijn openbare vergadering van 19 december 2013.

de griffier,

Mw. K.I. Goossens

de voorzitter,

R.J. van de Mortel

Tarieventabel 2019 behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten

 

Hoofdstuk 1. Verlenen van rechten

 

 

 

 

 

 

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:

 

 

1.1.1

Voor het lijk van een persoon van 12 jaar of ouder, voor een periode van 20 jaar

1.462,00

1.1.2

Voor het lijk van een persoon van jonger dan 12 jaar, doch ouder dan één jaar, voor een periode van 20 jaar

947,00

1.1.3

Voor het lijk van een persoon van jonger dan één jaar, voor een periode van 20 jaar

 463,00

1.1.4.1

Voor het verlengen met een periode van 10 jaar van het uitsluitend recht op een graf van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven:

 713,00

1.1.4.2

Voor het verlengen met een periode van 10 jaar van het uitsluitend recht op een graf van een persoon van jonger dan 12 jaar, doch ouder dan één jaar wordt geheven:

 455,00

1.1.4.3

Voor het verlengen met een periode van 10 jaar van het uitsluitend recht op een graf van een persoon van jonger dan één jaar wordt geheven:

 226,00

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:

 

 

1.2.1

Voor een periode van 20 jaar

 851,00

1.2.2

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een urnengraf met een periode van 10 jaar wordt geheven:

 289,00

 

Hoofdstuk 2. Begraven

 

 

 

 

 

 

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven:

 730,00

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven:

 178,00

2.3

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven:

 354,00

2.4

Voor het reserveren van een graf voor een periode van 10 jaar wordt geheven:

 712,00

2.5

Voor het verlengen van de reservering van een graf met een periode van 10 jaar wordt geheven:

 218,00

 

Hoofdstuk 3. Bijzetten van asbussen en urnen

 

 

 

 

 

 

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

 

 

3.1.1

3.1.2

In een graf

In een urnengraf

 257,00

77,00

 

Hoofdstuk 4. Grafbedekking en onderhoud

 

 

 

 

 

 

4.1

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een graf wordt geheven per

graf:

 

 

4.1.1

Voor een graf voor een periode van 20 jaar, gelijk aan de periode van het uitsluitend recht op het graf:

 1.462,00

4.1.2

Voor een graf voor een periode van 10 jaar, volgende op de periode onder 4.1.1:

 730,00

4.1.3

Voor een graf waarin één of meer urnen zijn geplaatst voor een periode van 20 jaar, gelijk aan de periode van het uitsluitend recht op het graf:

 851,00

4.1.4

Voor een graf waarin één of meer urnen zijn geplaatst voor een periode van 10 jaar, volgende op de periode onder 4.1.3:

 299,00

4.1.5

Voor het verlenen van toestemming tot het plaatsen van een enkel gedenkteken:

 90,00

4.1.6

Voor het verlenen van toestemming tot het plaatsen van een dubbel gedenkteken:

 179,00

 

Hoofdstuk 5. Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen

 

 

 

 

 

 

5.1

Voor het inschrijven en overboeken van graven in een daartoe bestemd register wordt geheven:

7,50

5.1.1

Voor het inschrijven en overboeken van urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven:

 7,50

 

Hoofdstuk 6. Opgraven

 

 

 

 

 

 

6.1

Voor het opgraven van een lijk of de overblijfselen van een lijk wordt geheven

 712,00

6.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in een ander graf worden de tarieven geheven genoemd in hoofdstuk 2.

 

 

6.3

Voor het na opgraven weer begraven in hetzelfde graf worden geen rechten geheven.

 

 

6.4

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus of urn uit een graf wordt geheven

 322,00

6.5

Voor het weer terugplaatsen van de asbus of urn in een ander graf wordt geheven

 211,00

6.6

Voor het weer terugplaatsen van de asbus of urn in hetzelfde graf worden geen rechten geheven.

 

 

 

Hoofdstuk 7. Overige heffingen

 

 

 

 

 

 

7.1

Voor het éénmaal luiden van de klok wordt geheven per kwartier

 23,00

7.2

Voor het tweemaal luiden van de klok, telkens een kwartier, wordt geheven:

 75,00

7.3

Voor het driemaal luiden van de klok, telkens een kwartier, wordt geheven:

 107,00