Beleid aanwijzen belastingschuldige watersysteemheffing en de zuiveringsheffing / de verontreinigingsheffing woonruimten

Geldend van 17-02-2009 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2009

Intitulé

BELEID AANWIJZEN BELASTINGSCHULDIGE WATERSYSTEEMHEFFING EN DE

Inleiding

De belastingplicht voor de waterschapsbelastingen is geregeld in de belastingverordeningen van het waterschap. Het is mogelijk dat er meerdere belastingplichtigen zijn. De aanslag kan dan op naam van een van hen worden gesteld (artikel 142 Waterschapswet, artikel 2, lid 2, letter a en artikel 12 Verordening watersysteemheffing Brabantse Delta 2009, artikel 3, lid 3, letter a Verordeningen verontreinigingsheffing en zuiveringsheffing waterschap Brabantse Delta 2009). Degene aan wie de aanslag is opgelegd wordt aangemerkt als de belastingschuldige en deze is verplicht de gehele aanslag te betalen. Wettelijk heeft de belastingschuldige het recht om hetgeen hij/zij meer heeft voldaan dan overeenstemt met zijn belastingplicht te verhalen op de andere belastingplichtigen naar evenredigheid van ieders belastingplicht. Om zo efficiënt mogelijk en tegen de laagste kosten de belasting in te vorderen worden de aanslagen waterschapbelastingen, voor zover mogelijk, op een aanslagbiljet gecombineerd. Dit betekent dat, voor zover mogelijk, wordt gekozen voor één belastingschuldige voor de aanslagen waterschapbelastingen (de watersysteemheffing en de zuiveringsheffing/de verontreinigingsheffing voor woonruimten). Deze publicatie geeft inzicht in de wijze waarop deze keuze tot stand komt.

1.Heffingsplichtigen gebouwd/ongebouwd/natuurterreinen watersysteemheffing

Volgens de wet is degene die op 1 januari van enig jaar als eigenaar in de kadastrale registratie is vermeld belastingplichtig voor de watersysteemheffing gebouwd/ongebouwd/natuurterreinen tenzij het tegendeel is gebleken. Een onroerende zaak kan meerdere eigenaren hebben. De eerstgenoemde eigenaar in de kadastrale registratie wordt voor de watersysteemheffing gebouwd/ongebouwd/natuurterreinen als belastingschuldige aangemerkt. Als sprake is van genothebbenden krachtens beperkt recht van een onroerende zaak wordt als belastingschuldige aangemerkt degene die ingevolge artikel 2, lid 4, Verordening watersysteemheffing heffingsplichtig is en bij meerdere beperkte rechten degene die ingevolge artikel 2, lid 5, van deze verordening voorrang heeft.

Indien deze belastingschuldige tevens op een adres in het beheersgebied woonachtig is, zal ook de aanslag zuiveringshefing/verontreinigingsheffing woonruimten en de aanslag watersysteemheffing ingezetenen van dit adres op zijn/haar naam worden gesteld.

Indien de eigenaar geen gebruiker is van een onroerende zaak geldt voor de zuiveringsheffing/de verontreinigingsheffing van deze onroerende zaak de selectie voor de woonruimten zoals vermeld onder 2.

2.De zuiveringsheffing of de verontreinigingsheffing woonruimten

De aanslagen zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing worden op naam van de gebruiker van de woonruimte gesteld (artikel 3, lid 2, letter a van de Verordeningen zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing waterschap Brabantse Delta 2009). Indien er meerdere gebruikers van één woonruimte zijn wordt de aanslag op naam van één van de gebruikers gesteld. Daartoe dient een keuze te worden gemaakt uit de meerdere gebruikers van de woonruimte.

Uitgangspunten aanwijzen heffingsplichtige uit meerdere gebruikers

De heffingsplichtige wordt geselecteerd met behulp van een geautomatiseerde prioriteitsstelling.

Bij gelijke prioriteit is de oudste in leeftijd altijd de heffingsplichtige.

Bij niet-gelijktijdige vestiging op een adres verandert de heffingsplichtige niet.

De prioriteitsstelling is als volgt:

Prioriteit

Geslacht

Burgerlijke staat

1

Man

Gehuwd

2

Man

Weduwnaar

3

Man

Gescheiden

4

Vrouw

Gehuwd

5

Vrouw

Weduwe

6

Vrouw

Gescheiden

7

Man

Ongehuwd

8

Vrouw

Ongehuwd

Aan de bovenstaande tabel kunnen de volgende voorbeelden worden ontleend:

  • a)

    Man en vrouw met elkaar gehuwd, met of zonder kinderen:

  • Heffingsplichtige: de man.

  • Toelichting: uit de tabel blijkt dat de man prioriteit 1 heeft en de vrouw prioriteit 4.

  • b)

    Man en vrouw, beiden ongehuwd, samenwonend, met of zonder kinderen:

  • Heffingsplichtige: de man.

  • Toelichting: uit de tabel blijkt dat de man prioriteit 7 heeft en de vrouw prioriteit 8.

  • c)

    2 mannen of 2 vrouwen zijn woonachtig op hetzelfde adres:

  • Bij gelijktijdige vestiging: de oudste in leeftijd.

  • Overig: heffingsplicht wijzigt niet.

  • d)

    2 gezinnen op hetzelfde adres (één woonruimte):

  • Bij gelijktijdige vestiging: de oudste man.

  • Overig: heffingsplicht wijzigt niet.

  • e)

    Weduwnaar of gescheiden man met kinderen:

  • Heffingsplichtig: de man (heeft prioriteit 2 respectievelijk 3).

  • f)

    Gescheiden man woont samen met gescheiden vrouw:

  • Bij gelijktijdige vestiging: de man.

  • Overig: heffingsplicht wijzigt niet.

  • Toelichting: de man heeft prioriteit 3 en de vrouw prioriteit 6.

Dit overzicht is niet volledig doch is bedoeld om de regeling ten aanzien van de aanwijzing van

heffingsplichtigen toe te lichten.

3.Heffingsplichtigen watersysteemheffing ingezetenen

De aanslagen worden gesteld ten name van degene, die ook is aangewezen voor de zuiveringsheffing/de

verontreinigingsheffing woonruimten.

Aanwijzing op verzoek

Binnen het gegeven wettelijk kader dient de mogelijkheid geboden te worden om op verzoek de

tenaamstelling van de aanslag te wijzigen. Randvoorwaarden daartoe zijn:

  • 1.

    de aanvankelijke en de nieuwe belastingschuldige moeten met de wijziging instemmen;

  • 2.

    door de wijziging moeten de invorderingsmogelijkheden niet afnemen.

Dit besluit is van toepassing op de aanslagen watersysteemheffing, zuiveringsheffing en

verontreinigingsheffing woonruimten 2009 en latere jaren.

Het besluit van het Dagelijks Bestuur d.d. 19 april 2004 is met ingang van 1 januari 2009 ingetrokken met

dien verstande dat het besluit van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2009

hebben voorgedaan.