Regeling vervallen per 22-12-2009

Beleidsregels Wvo gedragslijn lozing bronneringswater

Geldend van 13-01-2006 t/m 21-12-2009 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2005

Intitulé

Beleidsregels Wvo gedragslijn lozing bronneringswater

Hoofdstuk 1 Inleiding

Op grond van nationale verplichtingen en eigen doelstellingen streeft Waterschap Rivierenland op termijn naar een vastgestelde waterkwaliteit in het eigen beheersgebied en een minimale emissie van verontreinigende stoffen naar rijkswater. Een van de instrumenten om dit te kunnen bereiken is het vergunningenstelsel op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo). Bedrijven moeten voor een lozing een lozingsvergunning aanvragen bij het waterschap. In de door het waterschap verleende lozingsververgunning worden voorschriften (waaronder lozingseisen) opgenomen.

Uit oogpunt van rechtsgelijkheid worden voor vergelijkbare lozingen van bepaalde bedrijfscategorieën in gelijke situaties gelijksoortige vergunningen verleend. In het beheersgebied van het waterschap bevinden zich tientallen zeefdrukkerijen. Deze zeefdrukkerijen beschikken over een gelijksoortige lozingsvergunning met gelijke verplichtingen en lozingseisen. De lozingseisen worden voornamelijk bepaald door wat het bedrijf aan maatregelen kan treffen of voorzieningen kan installeren.

Maatregelen kunnen betrekking hebben op brongerichte maatregelen, hergebruik, preventie enz. Voorzieningen kunnen betrekking hebben op bedrijfszuiveringen, afsluiters, bassins e.d. Maatregelen en voorzieningen kunnen in de loop der tijd veranderen door voortschrijdende inzichten of ontwikkelingen in de technieken. Men spreekt dan over de stand der techniek. Het beleid voor het verlenen van lozingsvergunningen op grond van de Wvo is vastgesteld in diverse beleidsnotities. Dit kunnen landelijke beleidsnotities zijn in de vorm van CIW- rapporten, waarin voor diverse bedrijfstakken beleidsaanbevelingen zijn gedaan voor Wvo-vergunningen. De Commissie Integraal Waterbeheer (CIW) is een landelijk adviesorgaan van de overheid voor het waterbeheer. Zo zijn er CIW-aanbevelingen voor o.a. galvanische bedrijven, zeefdrukkerijen, autosloperijen enz.

In het geval dat het waterschap op bepaalde punten wil afwijken van dit aangepaste beleid is dit in een beleidsnotitie van het waterschap vastgelegd. Dit is bijvoorbeeld het geval als we bepaalde lozingseisen willen afstemmen met ons handhavingsbeleid. Ook kan het zijn dat de stand der techniek zodanig is gewijzigd dat een tussentijdse aanpassing van het beleid noodzakelijk is.

Hoofdstuk 2 Integratie

Het vergunningenbeleid van de drie integratiepartners (Hoogheemraadschap Alm en Biesbosch, Hoogheemraadschap Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden en Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden) is geïnventariseerd en opgevraagd. In bijlage 1 is dit beleid weergegeven. Deze tabel is aangevuld met de richtlijnen (niet bestuurlijk vastgesteld) zoals die door de vergunningverleners van Waterschap Rivierenland worden toegepast.

  • Voor sommige beleidsonderwerpen is bij één of meer integratiepartners beleid vastgesteld. In verband met de actualiteit van het beleidsonderwerp en de noodzakelijke gelijke behandeling van de lozers kan het noodzakelijk zijn dat er vóór 1 januari 2005 een nieuw geïntegreerd beleid moeten worden vastgesteld. Uitgangspunt van dit nieuwe beleid is het huidige beleid van Waterschap Rivierenland (WSRL).

  • In andere gevallen waarbij bij één of meer integratiepartners beleid is vastgesteld, kan deze noodzaak ontbreken, omdat hiervoor niet direct per 1 januari 2005 een nieuw beleid zal worden toegepast. In die gevallen kan na 1 januari 2005 de beleidsnota worden opgesteld.

  • Ook zijn er een aantal beleidsvelden te noemen waar momenteel nog geen beleid voor gemaaktis, maar waaraan wel dringend behoeftebestaat. De urgentie hiervan is echter dusdanig dat dit beleid na 1 januari 2005 kan worden ontwikkeld en worden vastgesteld.

  • Tot slot zijn er een aantal beleidsvelden waarvoor landelijke aanbevelingen zijn opgesteld door het CIW. In een aantal gevallen hebben deze bedrijfstakstudies betrekking op bedrijfscategorieën die hier veelvuldig voorkomen. In dat geval is het wenselijk de aanbevelingen door middel vaneen bestuursbesluit integraal van toepassing te verklaren voor het beheersgebied van WSRL.

In het volgende hoofdstuk zijn enkele beleidsvelden nader omschreven.

Hoofdstuk 3 Gedragslijn lozing bronneringswater

Verzoeken voor het lozen van bronneringswater afkomstig van bouwwerken komen meerdere malen per week voor. Afstemming met de Keur is noodzakelijk. Het hoogheemraadschap Alm en Biesbosch (HAB) en het Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden (ZHEW) beschikken over een vastgesteld beleid. WSRL beschikt over interne richtlijnen. Het is noodzakelijk om op 1 januari 2005 te beschikken over een vastgesteld en geïntegreerd beleid met betrekking tot deze lozingen. Het beleid is weergegeven in bijlage 2 van dit voorstel.

(...)

(...)

Hoofdstuk 4 Consequenties t.a.v. integratie HAB, HAV en ZHEW

Ter voorbereiding op de integratie met HAB, HAV, ZHEW is het gevoerde beleid en de status daarvan geïnventariseerd bij de betrokken waterschappen.. Uit deze inventarisatie is geleken dat in elk geval voor een tweetal beleidsvelden met ingang van 1 januari 2005 nieuw beleid moet worden vastgesteld.

Het betreft het lozen van schoon bronneringswater en de uitvoering van het Lozingenbesluit huishoudelijk afvalwater.

Hoofdstuk 5 Procedure voor publicatie

Voor de inwerkingtreding van de beleidsregels bepaalt de Algemene wet bestuursrecht dat deze pasin werking treden nadat ze zijn bekendgemaakt (artikel 3:40 Awb). Bekendmaking geschiedt door kennisgeving van het besluit of van de zakelijke inhoud ervan in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad. (art. 3:42, eerste lid Awb) De periode van terinzagelegging wordt niet voorgeschreven. Voorgesteld wordt om het besluit tot vaststelling van de beleidsregels op de gebruikelijke wijze te publiceren en gedurende een redelijke termijn van vier weken ter inzage te leggen op het kantoor aan de Westluidensestraat (Waalzicht).

Hoofdstuk 6 Advies/voorstel om te besluiten

1. In te stemmen met de wijze waarop ontbrekend vergunningenbeleid wordt aangevuld en vastgesteld in de komende periode van 2 jaar. (zie bijlage 1)

2. In te stemmen met de hierboven weergegeven voorstellen voor de volgende specifieke beleidsonderdelen:

  • “Gedragslijn lozing bronneringswater” vast te stellen. (zie bijlage 2)

  • “Lozingenbeleid huishoudelijk afvalwater” vast te stellen. (zie bijlage 3)

  • Aanbevelingen van het CIW-rapport “Vrijkomend grondwater bij bodemsaneringen”, 2002

  • Aanbevelingen van het CIW-rapport “CIW-rapport “Afvalwaterproblematiek bij de oppervlaktebehandeling van materialen”, 1997

  • Aanbevelingen van het CIW-rapport Afvalwaterproblematiek boomteelt en vasteplantenteelt", 1996

3. In te stemmen met de wijze waarop eenmaal per jaar een actueel beleidsoverzicht (BOSoverzicht) met betrekking tot Vwo-vergunningverlening aan het bestuur wordt gerapporteerd met vermelding van wijzigingen en nieuwe relevante CIW rapporten. (zie bijlage 4)

4. De beleidsregels publiceren conform het bepaalde in de Algemene Wet bestuursrecht.

Bijlage 2 Regulering lozing schoon bronneringswater

Inleiding

Het lozen van bronneringswater op oppervlaktewater is vergunningplichtig op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren. Bronneringswater afkomstig van bouwactiviteiten en grote infrastructurele werken hebben nauwelijks invloed op het milieu en zijn doorgaans van korte duur. Gezien de hoge administratieve lasten en de geringe effectiviteit van Wvo vergunningverlening voor deze afvalwatercategorie gaat de voorkeur uit naar een reguleringssysteem door middel van een gedoogbeschikking in de vorm van een toestemmingsbrief. Ook met betrekking tot het waterkwantiteitsaspect is voor bepaalde lozingsituaties een vereenvoudiging van de regulering wenselijk.

Beleid

Vanaf medio 2003 wordt bij WSRL een interne richtlijn toegepast die in overleg met de cluster Wvo en de cluster Ontheffingen tot stand is gekomen. Deze geïntegreerde richtlijn is in bijgevoegde tabel schematisch weergegeven.

Schoon bronneringswater moet bij voorkeur worden geloosd op oppervlaktewater. De aanvrager is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het geloosde grondwater. Hij dient na te gaan of het grondwater onttrokken wordt van een bodem die verontreinigd is. Indien dit het geval is, moet de lozer van het bronneringswater een Wvo-vergunning aanvragen.

Riolering

Uitsluitend bij afwezigheid van geschikt oppervlaktewater kan de lozing op het gemeenteriool plaatsvinden. In dergelijke gevallen zal het cluster Waterketen controleren of de doelmatige werking van het riool niet in gevaar komt. Aan de lozing op het vuilwaterriool zijn kosten verbonden. Deze kosten zijn gebaseerd op de pompkosten en worden achteraf bij de lozer in rekening gebracht.

Afstemming met de kwantiteitskeur en verordening waterhuishouding Gelderland

Op grond van artikel 14, eerste lid sub d van de huidige Keur van het waterschap voor waterkeringen en wateren en is voor lozing op oppervlaktewater een ontheffing nodig. In de nieuwe keur die momenteel wordt voorbereid in het kader van de integratie van de diverse waterschappen wordt het eveneens expliciet verboden om zonder ontheffing te lozen op oppervlaktewater. De invloed op de waterkwantiteit onder een bepaalde afvoer is echter zeer gering. Er is gekozen voor een aantal grenzen in afvoer in relatie tot de categorie watergang (A of B). Onder de hoogste ondergrens moet wel een ontheffingsaanvraag worden ingediend, maar er wordt toestemming verleend door middel van een toestemmingsbrief. Onder de laagste ondergrens kan worden volstaan met een melding en een ontvangstbevestiging. Door de deze vereenvoudigde procedure wordt de procedure aanzienlijk vereenvoudigd.

In de situatie dat de lozing Wvo-vergunningplichtig is, wordt de procedure gecoördineerd door het cluster WVO vanwege de langere proceduretijd (7 maanden). In de overige gevallen vindt coördinatie plaats bij het cluster Ontheffingen. De toestemmingsbrief vanuit het cluster WVO met voorschriften wordt gelijktijdig met de brief van het cluster ontheffingen naar de aanvrager verzonden.

Lozingsvoorschriften

De lozingseisen die door WSRL in toestemmingsbrieven worden gebruikt zijn overeenkomstig wat landelijk gangbaar is voor dit soort lozingen. De lozingeisen zijn in overeenstemming met de kwaliteit van schoon grondwater en staan het streven naar de vastgestelde waterkwaliteitsdoelstellingen voor oppervlaktewater niet in de weg. De lozingseisen bedragen voor:

Zuurgraad: pH waarde tussen 6,5 en 9

Zuurstofgehalte: ten minste 5 mg/l

IJzergehalte: ten hoogste 4 mg/l

Onopgeloste bestanddelen: ten hoogste 100 mg/l

Bezinkbare stoffen (Imhoff): ten hoogste 0,5 ml/l

Daarnaast zullen er verplichtingen worden opgenomen ten aanzien van registratie (watermeter) en rapportage.

De gedoogbeschikkingen moeten in overeenstemming zijn met het gedoogbeleid van Waterschap Rivierenland zoals dat op 24 juni 2004 is vastgesteld door het college van dijkgraaf en heemraden.

Consequenties t.a.v. integratie HAB, HAV en ZHEW

In 1999 heeft ZHEW voor het lozen van bronneringswater gedoogbeleid vastgesteld. Als ondergrens wordt een totale afvoer van 87.500 m3 gehanteerd. Daaronder volstaat een gedoogbeschikking. ZHEW heeft geen lozingseisen vastgesteld. Het voorgestelde beleid is een verruiming van het bij ZHEW gehanteerde beleid.

Door HAB is in maart 2003 beleid vastgesteld dat reeds was afgestemd met WSRL. Het beleid van HAB komt vrijwel overeen met het hier voorgestelde beleid. Op enkele punten is het hier voorgestelde beleid een verruiming van het door HAB vastgestelde beleid. Deze verruiming heeft betrekking op het gehalte van onopgeloste bestanddelen en het ijzergehalte.

Het voorgestelde beleid kan per 1 januari 2005 in het gehele beheersgebied van WSRL worden toegepast.

Financiële consequenties

Het voorgestelde beleid is een voortzetting van het reeds toegepaste beleid en heeft geen financiële consequenties.

bijlage1integratiewvo-beleid06-01-2005.pdf (296 Kb)

bijlage4integratiewvo-beleid06-01-2005.pdf (93 Kb)