Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het College 2016

Geldend van 10-03-2016 t/m heden

Intitulé

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het College 2016

Het college van burgemeester en wethouders van Weert;

gelet op artikel 52 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen het:

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van hetCollege 2016

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

  • 1. Het college regelt de verdeling van zijn werkzaamheden.

  • 2. Het college regelt de onderlinge vervanging in geval van afwezigheid van één van de wethouders.

  • 3. Het college regelt de vervanging van de burgemeester in geval van diens afwezigheid.

  • 4. Een lid van het college dat verhinderd is zijn activiteiten uit te oefenen, geeft daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan de secretaris.

Artikel 2 Vergaderingen

  • 1. Het college vergadert in de regel eenmaal per week op een in onderling overleg vast te stellen dag en tijdstip en voorts zo dikwijls de voorzitter of een wethouder het nodig acht.

  • 2. Indien een wethouder een extra vergadering nodig acht, verzoekt hij onder opgave van redenen aan de voorzitter deze bijeen te roepen. De secretaris zorgt na overleg met de voorzitter voor een oproep voor deze vergadering – onder vermelding van de te bespreken onderwerpen – die zo snel mogelijk op een in de gemeente gebruikelijke wijze aan de leden van het college wordt toegezonden.

  • 3. De vergaderingen worden als regel in het stadhuis gehouden en vinden met gesloten deuren plaats.

  • 4. Het college kan van het derde lid afwijken indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven.

  • 5. De secretaris neemt deel aan de beraadslagingen.

  • 6. Het college kan besluiten dat anderen dan de leden en de secretaris deelnemen aan de beraadslaging.

  • 7. Op degene, die op grond van dit artikel is toegelaten deel te nemen aan de beraadslaging, zijn de bepalingen van dit reglement zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

  • 8. Het college kan een niet-lid, dat daartoe de wens te kennen heeft gegeven of door het college is uitgenodigd, in de gelegenheid stellen zijn opvattingen over een aangelegenheid in een collegevergadering kenbaar te maken.

Artikel 3 Verhindering

  • 1. Wanneer een lid verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij of zij daarvan kennis aan de secretaris.

  • 2. Wanneer de secretaris verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de voorzitter, alsmede aan degene die de secretaris vervangt.

Artikel 4 Agenda en vergaderstukken

  • 1. Voor elke vergadering wordt een agenda samengesteld, de openbare en de niet-openbare agenda, die in de regel op de maandag voorafgaand aan de vergadering aan de leden van het college wordt toegezonden, vergezeld van de bijbehorende stukken.

  • 2. De stukken voor de vergadering worden uiterlijk de donderdag daaraan voorafgaand, voor 12.00 uur, aangeboden aan de secretaris. Bij uitzondering is het indienen van stukken voor de vergadering na dit tijdstip mogelijk, dat ter beoordeling van de secretaris.

  • 3. De secretaris bepaalt welke stukken op welke agenda worden geplaatst.

  • 4. Stukken met een vertrouwelijk karakter ( kabinetszaken) – ter beoordeling van de secretaris – worden niet op de agenda geplaatst.

  • 5. Stukken die zijn aan te merken als de in artikel 8 bedoelde parafenbesluiten worden tijdens de vergadering in principe niet meer besproken.

Artikel 5 Ambtelijke ondersteuning

De secretaris draagt zorg voor al hetgeen binnen de hem opgedragen taak nodig is in het

belang van een vlot verloop van de vergadering van het college.

Artikel 6 Stemmingen

  • 1. Indien geen van de leden van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 2. Indien een lid van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt mondeling gestemd, tenzij het derde lid wordt toegepast.

  • 3.

    • a.

      Indien een lid van het college dat verlangt, wordt bij het nemen van een besluit over een benoeming, voordracht of aanbeveling van personen gestemd bij gesloten en ongetekende briefjes.

    • b.

      Indien daarbij de stemming beperkt is tot een persoon en de stemmen staken,beslist het lot.

    • c.

      Indien in de overige gevallen bij een eerste stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een tweede stemming plaats tussen de twee personen die bij de eerste stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij die eerste stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de tweede stemming zal plaatshebben. Indien bij de tussenstemming of bij de tweede stemming de stemmen staken, beslist het lot.

Artikel 7 Besluiten in een collegevergadering

  • 1. Een besluit komt, met inachtneming van artikel 6, tot stand in een collegevergadering, waarvoor worden geagendeerd de ambtelijke adviezen die door één of meer collegeleden buiten de vergadering voor ‘nader bespreken’ zijn geparafeerd of waarvoor de secretaris bespreking adviseert.

  • 2. De secretaris draagt zorg voor de formulering van de door het college genomen besluiten, in de vorm van een besluitenlijst. Hij kan zich daarvoor laten bijstaan.

  • 3. Er is een openbare en een niet-openbare besluitenlijst. Daarnaast houdt de secretaris een aparte besluitenlijst bij met besluiten over stukken met een vertrouwelijk karakter (de kabinetslijst). Deze wordt centraal (vertrouwelijk) gearchiveerd.

  • 4. De openbare besluitenlijst bevat ten minste:

    • a.

      de namen van de aan- en afwezige leden;

    • b.

      de namen van de andere personen, die hebben deelgenomen aan de beraadslaging;

    • c.

      een vermelding van de zaken die relevant zijn voor de besluitvorming;

    • d.

      een formulering van de door het college genomen besluiten.

  • 5. Stemverhoudingen en minderheidsstandpunten worden alleen vermeld als een lid van hetcollege daarom vraagt.

  • 6. De openbare besluitenlijst en de achterliggende stukken worden zo spoedig mogelijk op degebruikelijke wijze openbaar gemaakt en toegezonden aan de griffier, die zorg draagt voor de informatie richting leden van de raad. De niet-openbare besluitenlijst wordt zo spoedig mogelijk toegezonden aan de griffier.

  • 7. De besluitenlijst(en) wordt (worden) in de eerstvolgende vergadering vastgesteld.

  • 8. De secretaris zorgt dat een niet-openbaar besluit, na een verzoek van de griffier om inzage door een van de leden van de raad, bij de griffier ter inzage ligt.

Artikel 8 Parafenbesluiten

  • 1. Een parafenbesluit is een besluit dat buiten de collegevergadering tot stand komt door middel van een collegevoorstel waarop binnen een circulatietermijn van 2 werkdagen door geen van de collegeleden is aangegeven dat bespreking in een vergadering is gewenst en dat binnen die circulatietermijn voor ‘akkoord’ is geparafeerd en waarbij aan het beslis quorum is voldaan.

  • 2. Direct na het plaatsen van de laatste paraaf dateert de secretaris het parafenbesluit.

  • 3. Het parafenbesluit wordt geacht te zijn genomen op de datum van de dagtekening van de secretaris.

  • 4. Er is een openbare en een niet-openbare besluitenlijst voor parafenbesluiten.

  • 5. Een parafenbesluit wordt na de eerstvolgende reguliere collegevergadering op de gebruikelijke wijze openbaar gemaakt, samen met de openbare besluiten van de betreffende collegevergadering.

  • 6. De secretaris zorgt dat een niet-openbaar parafenbesluit, na een verzoek van de griffier om inzage door een van de leden van de raad, bij de griffier ter inzage ligt.

Artikel 9 Uitleg reglement

In gevallen waarin dit reglement niet voorziet of in het geval dat enige bepaling voor verschillende uitleg vatbaar blijkt te zijn, beslist het college.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking op 10 maart 2016. Op dat moment vervalt het op 1 december 2015 vastgestelde reglement.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 1 maart 2016.
De secretaris, de burgemeester,
Dit reglement is op 1 maart 2016 aan de gemeenteraad medegedeeld (middels raadsinformatiebrief).

Toelichting op het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het College van de gemeente Weert

TOELICHTING

Artikel 1

In dit artikel wordt een onderwerp geregeld, dat aan de orde zal zijn in de eerste vergadering van het college na de raadsvergadering, waarin de wethouders zijn benoemd.

Ten overvloede wordt er op gewezen, dat het college als geheel verantwoordelijkheid draagt voor de opgedragen taken ondanks de portefeuilleverdeling en het eventueel gebruik maken van de mogelijkheid, die in artikel 168 van de Gemeentewet wordt geboden ten aanzien van mandatering aan individuele leden van het college.

Artikel 2

Met betrekking tot dag, tijdstip en plaats van de vergadering is gekozen voor een algemene flexibele formulering, waardoor de mogelijkheid bestaat in bijzondere gevallen af te wijken van de gangbare situatie.

Uit het tweede deel van het eerste lid en het tweede lid volgt, dat de burgemeester, als voorzitter van het college, en ook een lid van het college er voor kunnen zorgen, dat een extra vergadering wordt gehouden. De formulering van het bepaalde in het tweede lid betekent overigens niet, dat de burgemeester de bevoegdheid zou toekomen een extra vergadering tegen te houden. De imperatieve formulering van het eerste lid staat daaraan in de weg.

Verder regelt dit artikel het deelnemen aan de beraadslaging door de gemeentesecretaris en anderen. Dit kunnen derden/ deskundigen zijn, en ook ambtenaren. Uiteraard zijn de bepalingen van het reglement in dat geval ook op betrokkenen van toepassing.

Ingevolge artikel 54 van de Gemeentewet is de hoofdregel dat met gesloten deuren wordt vergaderd. Het college kan daar echter zelf van afwijken. In dit artikel wordt dit dan ook uitdrukkelijk aan het college overgelaten. Ten aanzien van het vergaderquorum is artikel 56 Gemeentewet van toepassing.

Artikel 3

Dit artikel is naast een vastlegging van de procedure ook van belang om wellicht al voorafgaand aan de vergadering te kunnen constateren dat het benodigde quorum voor besluitvorming niet gehaald wordt (artikel 56 Gemeentewet). De voorzitter kan dan een nieuwe vergadering beleggen.

Artikel 4, 5, 7 en 8

De rol van de gemeentesecretaris bij collegevergaderingen wordt in de artikelen 103 tot en met 105 van de Gemeentewet aangegeven. Nadere uitwerking van de taken van de gemeentesecretaris vindt enerzijds plaats in dit reglement en anderzijds bijvoorbeeld in de instructie voor de gemeentesecretaris 2013.

Indiening van de stukken gebeurt bij de secretaris, die aan de hand van kwaliteit, compleetheid en gevolgde procedure bepaalt of de stukken op de agenda worden geplaatst. Indiening dient in de regel de donderdag voor de vergadering plaats te vinden, zodat er voldoende tijd is voor beoordeling, eventuele bijstelling en agendering.

In artikel 4, vierde lid is bepaald dat vertrouwelijke stukken (kabinetszaken) niet op de agenda worden geplaatst. De steller van een stuk kan aangeven of een stuk naar zijn mening vertrouwelijk is, maar de uiteindelijke beoordeling van de vraag of een stuk vertrouwelijk is berust bij de secretaris.

Overeenkomstig de notitie uit 2003 waarin richtlijnen zijn geformuleerd voor het hanteren van de actieve informatieplicht van het college hanteert het college drie besluitenlijsten betreffende zijn vergadering:

  • 1.

    een openbare besluitenlijst: hierop worden in principe alle collegebesluiten vermeld.

  • 2a.

    een niet-openbare besluitenlijst: conform artikel 60 lid 3 van de Gemeentewet worden hierop de aangelegenheden geplaatst, ten aanzien waarvan het college op basis van artikel 55 Gemeentewet geheimhouding heeft opgelegd (stukken, die ter bespreking of besluitvorming zijn voorgelegd aan het college) of ten aanzien waarvan openbaarmaking in strijd is met het openbaar belang. De niet-openbare besluitenlijst wordt vervolgens onder geheimhouding aan de leden van de raad verstrekt. Op grond van artikel 25 Gemeentewet kan door het college geheimhouding aan de raad worden opgelegd in de gevallen, als bedoeld in artikel 10 van de WOB. Het gaat daarbij om stukken, die aan de raad worden overgelegd; dit zijn veelal stukken die zijn gericht aan of vallen onder de (beslissings-)bevoegdheid van de raad. De term ´openbaar belang´ is een tamelijk zware term. Het is niet goed voorstelbaar, dat er gevallen zullen zijn, die niet onder artikel 10 WOB vallen en wel onder bedoelde term. In de meeste gevallen kan de informatie derhalve onder het opleggen van geheimhouding aan de raad worden verstrekt.

  • 2b.

    een niet-openbare besluitenlijst: de kabinetslijst: hierop worden uitsluitend gezet de interne personele aangelegenheden, voor zover zij individuele personen betreffen, bedrijfsvoering aspecten op personen gericht, alsmede het verlenen van koninklijke onderscheidingen en erepenningen.

 

In artikel 7, derde lid, is aangegeven dat er een openbare besluitenlijst is en een niet-openbare besluitenlijst. De openbare besluitenlijst wordt intern en extern verspreid. De niet-openbare besluitenlijst wordt slechts intern verspreid. Daarnaast houdt de secretaris een aparte besluitenlijst bij met besluiten over stukken met een vertrouwelijk karakter (de kabinetslijst) . Deze besluitenlijst wordt niet verspreid.

 

Rekening houdend met transparantie enerzijds en respect voor privacy en rechtspositie van medewerkers anderzijds wordt in de niet-openbare besluitenlijst inzicht gegeven in de aard van de kabinetszaken. In de vorm van een mededeling dat bijvoorbeeld is besloten over de toekenning van een koninklijke onderscheiding of de afdoening van een bezwaarschrift van een medewerker tegen een beoordeling.

 

In artikel 7, zesde lid, is aangegeven dat de openbare besluitenlijst en de achterliggende stukken zo spoedig mogelijk op de gebruikelijke wijze openbaar wordt gemaakt. Dit gebeurt in de regel op de eerste woensdag na de collegevergadering waarin de besluiten zijn genomen.

 

Zowel de besluitenlijst als de achterliggende openbare stukken (collegeadviezen, raadsvoorstellen en bijlagen) worden actief openbaar gemaakt door middel van publicatie op de website van de gemeente. Stukken die informatie bevatten die niet openbaar is (uitzonderingsgronden Wob) worden niet gepubliceerd of de niet openbare informatie wordt verwijderd voor openbaarmaking.

 

Kennisneming van de stukken door de collegeleden gebeurt digitaal. De collegeleden geven aan of zij bespreking in de vergadering nodig vinden.

 

Het college geeft in dit Reglement de twee manieren aan waarop een collegebesluit tot stand kan komen:

  • 1)

    Binnen de collegevergadering (artikel 7)

  • 2)

    Buiten de collegevergadering via een parafenbesluit (artikel 8)

 

Met inachtneming van artikel 8, eerste lid vindt in principe geen bespreking meer plaats in de vergadering van stukken die voor akkoord zijn geparafeerd (parafenbesluit).

 

Wanneer een collegevoorstel vóór het in artikel 4, tweede lid, bedoelde tijdstip is aangeleverd en door minimaal twee collegeleden voor ‘akkoord’ wordt geparafeerd en geen van de collegeleden heeft aangegeven dat bespreking in een vergadering gewenst is, komt het parafenbesluit tot stand. De datum van het besluit is dan de datum waarop de laatste paraaf is gezet.

 

Wordt niet door het beslisquorum voor ‘akkoord’ geparafeerd of wordt om bespreking van het collegevoorstel gevraagd dan is het parafenbesluit niet tot stand gekomen en wordt het voorstel op de eerstvolgende collegevergadering als agendapunt opgenomen.

 

Een collegelid kan niet meer dan één paraaf op een besluit zetten, ook niet wanneer hij een ander collegelid vervangt (wanneer bijvoorbeeld een wethouder ook fungeert als locoburgemeester kan hij niet in beide rollen paraferen). Om aan het quorum te kunnen voldoen moet er dan ook sprake zijn van de parafen van twee verschillende collegeleden.

 

Op grond van artikel 60 van de Gemeentewet kan de raad regelen van welke beslissingen van het college kennisgeving aan de raad moet worden gedaan. Omdat de openbare besluitenlijst openbaar wordt gemaakt dient de indeling van de verslaglegging daar op afgestemd te zijn. Op de openbare besluitenlijst van de gemeente Weert wordt in dat kader onderscheid gemaakt in besluiten in de collegevergadering en parafenbesluiten.

  

Artikel 6 Stemmingen

Gelet op het feit, dat in de praktijk slechts zelden wordt gestemd, is in dit artikel het strikt noodzakelijke over stemmingen opgenomen. De regeling komt er op neer, dat in principe alleen wordt gestemd als één van de leden dat wenst. In dat geval vindt mondelinge stemming plaats.

 

Artikel 9

Dit artikel is opgenomen om onvoorziene omstandigheden het hoofd te bieden.

 

Artikel 10

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.