Regeling vervallen per 29-02-2020

Verordening, regelende de tegemoetkoming in de kosten van ondersteuning aan de in de raad vertegenwoordigde groeperingen (fracties) (Verordening Fractieondersteuning 2010)

Geldend van 19-11-2010 t/m 28-02-2020 met terugwerkende kracht vanaf 11-03-2010

Intitulé

Verordening, regelende de tegemoetkoming in de kosten van ondersteuning aan de in de raad vertegenwoordigde groeperingen (fracties) (Verordening Fractieondersteuning 2010)

De raad van de gemeente Westland;

Gelezen het voorstel van het presidium van 11 januari 2009, betreffende het vaststellen van de Verordening Fractieondersteuning 2010;

Gelet op het bepaalde in artikel 33, derde lid, van de Gemeentewet;

Besluit:

I de financiële bijdrage per fractie te verhogen met € 1.200 onbelast op jaarbasis per door de fractie aangewezen adviseur, met een maximum van 3 fractieadviseurs.

II vast te stellen de Verordening, regelende de tegemoetkoming in de kosten van ondersteuning aan de in de vertegenwoordigde groepering (fracties) (Verordening Fractieondersteuning 2010).

Verordening, regelende de tegemoetkoming in de kosten van ondersteuning aan de in de raad vertegenwoordigde groeperingen (fracties) (Verordening Fractieondersteuning 2010);

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Fractie: elke groepering in de gemeenteraad die ten tijde van het begin van een nieuwe zittingsperiode van de raad is geregistreerd overeenkomstig artikel G3 van de Kieswet of die is gevormd naar aanleiding van een mededeling van een lid van de raad overeenkomstig het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Gemeenteraad;

  • b.

    Fractieadviseur: een natuurlijk persoon welke voorkomt op de kandidatenlijst van de laatstelijk gehouden gemeenteraadsverkiezingen en door de fractie is aangewezen om als adviseur van de fractie op te treden, met een maximum van 3 adviseurs;

  • c.

    Presidium: het presidium bestaat uit diens voorzitter, zijn plaatsvervanger, de voorzitter van de raad en alle fractievoorzitters en heeft tot taak voorstellen te doen voor de procedurele, organisatorische en huishoudelijke aangelegenheden van de raad, alsmede alle zaken betreffende de vergaderingen van de raad en zijn commissies;

  • d.

    Stichting: een door de fractie ter assistentie van de fractie aangewezen stichting, welke statutair uitsluitend met de uitvoering van de fractieondersteuning zoals bedoeld in deze verordening is belast;

  • e.

    Financiële bijdrage: de subsidie waarop een fractie jaarlijks aanspraak kan maken ingevolge deze verordening.

Artikel 2

Financiële tegemoetkoming

  • 1.

    De fracties ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage voor de fractieondersteuning.

  • 2.

    Deze financiële bijdrage bestaat uit een vast deel van € 15.000 voor elke fractie. Daarnaast onvangt elke fractie een bedrag van € 1.000 per raadszetel en € 1.200 per fractieadviseur.

  • 3.

    Elk lid van een fractie ondertekent bij aanvang van de raadsperiode dan wel bij splitsing of samenvoeging van een fractie een verklaring dat hij naar evenredigheid van het aantal leden van de betreffende fractie verantwoordelijk is voor de besteding van de financiële bijdrage.

  • 4.

    Indien een lid van een fractie weigert een verklaring als bedoeld in het derde lid te tekenen, wordt de financiële bijdrage voor de betreffende fractie naar evenredigheid naar beneden bijgesteld.

  • 5.

    De fractie maakt voor de ontvangst van de financiële bijdrage en voor de uitgaven in het kader van de financiële bijdrage gebruik van één bank- of girorekening. Deze rekening wordt niet gebruikt voor andere doeleinden.

  • 6.

    Indien door de fractie een stichting is ingesteld, overlegt de stichting bij aanvang van de raadsperiode of bij wijziging gedurende de raadsperiode dan wel bij splitsing of samenvoeging van een fractie de statuten van de stichting aan de griffier. Deze onderzoekt of de statuten nog voldoen aan het bepaalde in art. 1, lid c, van deze verordening.

Artikel 3

Besteding

  • 1.

    Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken, zoals ten behoeve van:

    • a.

      personeel fractiesecretariaat;

    • b.

      vergoeding aan fractieadviseurs, die werkzaamheden voor de fractie verrichten;

    • c.

      materiële voorzieningen fractiesecretariaat;

    • d.

      overige huishoudelijke faciliteiten (zoals consumpties en lief en leed uitgaven);

    • e.

      representatie fractie;

    • f.

      communicatie fractie;

    • g.

      klassikale opleidingskosten;

    • h.

      inhuren van extern advies en expertise.

  • 2.

    De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften en leningen;

    • d.

      buitenlandse reizen;

    • e.

      uitgaven ten behoeve van raadsleden of ondernemingen of instellingen waarover raadsleden middelijk of onmiddellijk zeggenschap hebben;

    • f.

      activiteiten en middelen die verband houden met de verkiezing of herverkiezing van raadsleden;

    • g.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

    • h.

      individuele scholing aan raads- en commissieleden (hierin voorziet artikel 7 van de verordening rechtspositie raads- en commissieleden).

  • 3.

    De onbelaste vergoeding voor fractieadviseurs wordt maandelijks ter hoogte van € 100, door tussenkomst van de griffie, uitgekeerd aan de als zodanig geregistreerde personen. Ten behoeve hiervan ondertekenen de fractieadviseurs de hiervoor in bijlage A opgenomen modelverklaring. De griffie houdt ten behoeve van de fracties de administratie bij.

Artikel 4

Betaling voorschotten

  • 1.

    De financiële bijdragen worden gelijktijdig, voor 31 januari van een kalenderjaar, als voorschot op dat kalenderjaar betaalbaar gesteld.

  • 2.

    De raad kan – al dan niet op voorstel van de voorzitter van de raad – besluiten in bijzondere gevallen van het betalingsritme van de bevoorschotting af te wijken.

  • 3.

    In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden wordt het voorschot verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt wordt het voorschot verstrekt voor de overige maanden van dat jaar.

Artikel 5

Wijziging zeteltal van de fractie

  • 1.

    Indien het zeteltal van een fractie ten gevolge van verkiezingen verandert, wijzigt de financiële bijdrage

    • a.

      bij vermindering van het zeteltal: op de eerste dag van de maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt;

    • b.

      bij vermeerdering van het zeteltal: op de eerste dag van de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt.

  • 2.

    Bij splitsing van een fractie wordt de financiële bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 3.

    Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het tweede lid.

Artikel 6

Opschorting of terugstorting

  • 1.

    De fractie is verplicht de niet-bestede middelen van de tegemoetkoming in liquide vorm beschikbaar te houden.

  • 2.

    Indien een fractie in strijd handelt met het bepaalde in artikel 3, tweede lid kan de raad – al dan niet op voorstel van de voorzitter – besluiten dat de in het geding zijnde uitgaven door de fractie binnen een door de raad te bepalen termijn dienen te worden toegevoegd aan de liquide middelen van de fractie.

  • 3.

    Indien een fractie in gebreke blijft de in het geding zijnde uitgaven binnen de in het tweede lid bedoelde termijn toe te voegen aan de liquide middelen van de fractie, wordt de eerstvolgende betaling van de tegemoetkoming aan de betreffende fractie opgeschort totdat de fractie aan haar verplichtingen heeft voldaan.

  • 4.

    Indien de fractie naar het oordeel van de raad in gebreke blijft de uit deze verordening voortvloeiende verplichtingen na te leven, kan de raad besluiten de individuele leden van de fractie in rechte aan te spreken.

  • 5.

    Overtollige kasmiddelen worden alleen uitgezet bij Nederlandse financiële instellingen met minimaal een AA-rating (double A), afgegeven door twee gezaghebbende rating agencies.

  • 6.

    Indien een fractie op grond van de uitslag van de laatstgehouden verkiezing van de leden van de raad niet terugkeert in de raad, is zij verplicht een eventueel surplus (inclusief een opgebouwde reserve), na aftrek van posten in verband met reeds aangegane verplichtingen die stammen uit de afgelopen zittingsperiode – waaronder begrepen kosten die voortvloeien uit een sociaal plan voor de fractiemedewerker(s) –, binnen drie maanden terug te storten in de gemeentekas.

Artikel 7

Reserves

  • 1.

    De fractie reserveert het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage toekomend aan een fractie ter besteding door die fractie in volgende jaren.

  • 2.

    De reserve is niet groter dan 30% van de bijdrage die de fractie in het huidige kalenderjaar toekwam ingevolge artikel 2, lid 2, zulks met in begrip van de opgebouwde rente.

  • 3.

    Indien aan het einde van het kalenderjaar sprake is van een surplus, uitgaande boven de in het tweede lid vermelde percentage, wordt dit bedrag teruggestort in de gemeentekas.

  • 4.

    De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

  • 5.

    Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere.

  • 6.

    Bij splitsing van een fractie, wordt de reserve verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden, voor zover deze reserve niet meer bedraagt dan 30% van de bijdrage die de oorspronkelijke fractie in het huidige kalenderjaar ontving.

Artikel 8

Verantwoording en verslag

  • 1.

    Elke fractie legt, binnen vier maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning. In het jaar waarin de verkiezing voor de leden plaatsvindt, heeft de verantwoording over het voorgaande jaar tevens betrekking op de periode tot en met één week na de dag van de verkiezing, terwijl het verslag in dat jaar wordt ingediend voor 1 juni.

  • 2.

    De fractie maakt voor de jaarverantwoording gebruik van het verantwoordingsmodel zoals opgenomen in bijlage B bij de verordening.

  • 3.

    Controle van de jaarverantwoording vindt plaats door de accountant, belast met de controle van de jaarrekening van de gemeente.

  • 4.

    De fractie is te allen tijde verplicht aan de accountant desgevraagd inzage te verschaffen in de aan de jaarverantwoording ten grondslag liggende bescheiden. Voorts is de fractie te allentijde verplicht aan de accountant inzage te verschaffen in de administratie van de fractie.

  • 5.

    De accountant rapporteert, door tussenkomst van het presidium, aan de raad.

  • 6.

    De raad stelt na ontvangst van het advies van de accountant de bedragen vast van:

    • a.

      de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage bekostigd zijn;

    • b.

      de resterende reserve;

    • c.

      de berekende terugbetalingsverplichting indien de maximale reserve op grond van artikel 7, lid 2, lager is dan de resterende reserve.

Artikel 9

Splitsing van fractie

  • 1.

    Bij splitsing van een fractie wordt de hoogte van de toe te kennen financiële bijdrage bepaald naar evenredigheid van de aantallen bij de splitsing betrokken leden. Een eventuele resere wordt eveneens verdeeld naar evenredigheid van de aantallen bij de splitsing betrokken leden, voor zover deze reserve niet meer bedraagt dan 30% van de tegemoetkomingen die de oorspronkelijke fractie in het voorafgaande kalenderjaar ontving.

  • 2.

    De verdeling als in het eerste lid bedoeld vindt plaats per de datum waarop een van de betrokken fracties de voorzitter van de raad schriftelijk van de splitsing op de hoogte stelt.

  • 3.

    De raad kan – al dan niet op voorstel van de voorzitter – besluiten de opnieuw berekende financiële bijdrage aan de oorspronkelijke fractie gedurende maximaal een jaar te verhogen om de fractie in de gelegenheid te stellen bestaande verplichtingen af te wikkelen.

  • 4.

    Alle verplichtingen die de oorspronkelijke fractie tot de datum van de fractiesplitsing zijn aangegaan worden gedragen door de leden van de oorspronkelijke fractie, ongeacht van welke fractie zij nadien deel uitmaken.

Artikel 10

Hardheidsclausule

In alle gevallen, waarin deze verordening niet of niet genoegzaam voorziet, beslist het presidium.

Artikel 11

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 11 maart 2010 onder intrekking van de ‘Verordening op de fractieondersteuning 2006’.

Artikel 12

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de fractieondersteuning 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de gemeenteraad in zijn
openbare vergadering van 26 oktober 2010
de griffier, de voorzitter,
N.Broekema J. van der Tak

Bijlage A: Verklaring voor het kunnen verkrijgen van een maandelijkse vergoeding als fractieadviseur

Bijlage B: Jaarverantwoording voor Stichting