Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne houdende regels omtrent vergoeding reiskosten woon-werkverkeer (Vergoedingsregeling reiskosten woon-werkverkeer)

Geldend van 01-01-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne houdende regels omtrent vergoeding reiskosten woon-werkverkeer (Vergoedingsregeling reiskosten woon-werkverkeer)

Artikel 1

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

medewerker:

de werknemer zoals bedoeld in artikel 1.1 cao gemeenten.

rooster:

de voor de ambtenaar in een patroon opgenomen verdeling van de feitelijke arbeidsduur over een bepaalde week.

aantal reisdagen:

de volgens het vastgestelde rooster van de ambtenaar te reizen dagen in een bepaalde week.

reisafstand:

de afstand van deur tot deur, gemeten langs de meest gebruikelijke weg voor het vervoermiddel dat de werknemer gebruikt.

woongebied:

Voorne-Putten .

eigen bijdrage:

het bedrag dat de medewerker te allen tijde voor eigen rekening moet nemen.

Artikel 2

De medewerker heeft aanspraak op een tegemoet¬koming in de kosten voor het dagelijks reizen tussen de woning en arbeidsplaats, indien de te reizen afstand meer dan 10 kilometer enkele reisafstand bedraagt.

Artikel 3

  • 1. De tegemoetkoming in reiskosten als bedoeld in artikel 2 van deze regeling, is indien daad-werkelijk en aantoonbaar met het openbaar vervoer wordt gereisd, gelijk aan de kosten van het openbaar vervoer naar de laagste klasse met inachtneming van het hierna gestelde.

  • 2.

    • a.

      Indien wordt gereisd met de eigen auto/motorfiets is de tegemoetkoming in de reiskosten gelijk aan € 0,14 per afgelegde kilometer;

    • b.

      indien wordt gereisd met de eigen bromfiets is de tegemoetkoming in de reiskosten gelijk aan € 0,09 per kilometer;

    • c.

      indien wordt gereisd met de eigen fiets is de tegemoetkoming in de reiskosten gelijk aan € 0,05 per kilometer.

  • 2. De tegemoetkomingen in de leden 1 en 2 van dit artikel, worden vergoed tot een maximum bedrag van € 161,77 per maand.

  • 3. De tegemoetkomingen in de leden 1 en 2 van dit artikel worden verminderd met een eigen bijdrage van € 49,93 per maand en mogen na aftrek van dit bedrag het maximumbedrag genoemd in het vorige lid niet te boven gaan. In afwijking tot het vorenstaande wordt echter de eigen bijdrage voor het reizen met de eigen bromfiets gesteld op 50% van het in de vorige alinea van dit lid genoemd bedrag, terwijl de eigen bijdrage voor het reizen met de eigen fiets nihil bedraagt.

  • 4. Voor medewerkers, die minder dan 5 dagen per week reizen, worden de bedragen genoemd in de leden 3 en 4 van dit artikel, afhankelijk van het aantal te reizen dagen, berekend naar evenredigheid.

  • 5. De tegemoetkoming, bedoeld in lid 1 van dit artikel bestaat voor medewerkers die per week vier of meer dagen plegen te reizen, uit het jaarlijks éénmalig verstrekken van een vergoe-ding voor de aanschaf van een jaarabonnement voor de te reizen afstand.Ingeval een medewerker met ontslag gaat voor afloop van het jaarabonnement, zal verrekening plaatsvinden ter grootte van het bedrag dat door desbetreffende vervoerder wordt gerestitueerd.In de andere gevallen wordt de vergoeding op declaratiebasis, onder overlegging van de gebruikte vervoersbewijzen, achteraf uitbetaald.

  • 6. De tegemoetkoming, bedoeld in lid 2 van dit artikel wordt als een vaste vergoeding per maand uitbetaald. De vergoeding wordt, ter compensatie van het niet reizen op vakantie- en feestdagen, berekend over een periode van 45 weken en verdeeld over 12 maanden.

  • 7. De vaste vergoeding als bedoeld in het vorige lid wordt stopgezet wanneer sprake is van volledige afwezigheid wegens ziekte voor een periode langer dan vier weken; bij gedeeltelijke afwezigheid wegens ziekte voor een periode langer dan vier weken zal de vergoeding (zonodig) overeenkomstig het dan geldend aantal reisdagen worden aangepast.

  • 8. In het geval de tegemoetkomingen bedoeld in de leden 1 en 2 van dit artikel € 2,27 of minder per maand bedragen, dan worden deze bedragen niet vergoed.

Artikel 4

Het werkrooster van de medewerker bepaalt het aantal reisdagen waarover de tegemoetkoming wordt verstrekt.

Artikel 5

  • 1. De medewerker, die na indiensttreding verhuist naar een andere woning en daarmee de afstand tot de werkplek vergroot, ontvangt vanaf de eerste dag volgend op de maand waarin is verhuisd een tegemoetkoming voor de nieuwe afstand met inachtneming van artikel 2 van deze regeling;

  • 2. De medewerker, die na indiensttreding verhuist naar een andere woning en daarmee de afstand tot de werkplek verkleint, ontvangt vanaf de eerste dag volgend op de maand waarin is verhuisd, een tegemoetkoming voor de nieuwe afstand met inachtneming van artikel 2 van deze regeling.

Artikel 6

  • 1. Medewerkers die aantoonbaar gedurende gemiddeld 3 dagen per week of te wel minimaal 135 dagen per jaar over een enkele reisafstand van meer dan 5 km tussen de woning en de arbeidsplaats met de eigen fiets hebben gereisd en niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming op grond van artikel 3, ontvangen daarvoor jaarlijks een éénmalige bijdrage van € 90,76.

  • 2. In gevallen, waarin het dienstverband in de loop van een kalenderjaar is gestart of beëindigd, worden het in het eerste lid vermelde aantal dagen waarop minimaal dient te worden gereisd, en de éénmalige bijdrage, berekend naar rato van het aantal werk- dagen in dat kalenderjaar.

Artikel 7

Voor gevallen waarin deze regeling niet naar billijkheid voorziet, kunnen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling treffen.

Artikel 9

  • 1. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2010 en kan worden aangehaald als de ‘Vergoedingsregeling reiskosten woon-werkverkeer ’.

  • 2. De ‘Vergoedingsregeling reiskosten woon-werkverkeer niet-verhuisplichtigen’ tot en met de 6e wijziging wordt met ingang van 1 januari 2010 ingetrokken.

Ondertekening

Rockanje, 12 januari 2010

Burgemeester en wethouders van Westvoorne,

secretaris,

mr. J.M.C. Postema

burgemeester,

P.E. de Jong