Regionaal Meldpunt en Coördinatiepunt (RMC) Voortijdig Schoolverlaters

Geldend van 03-01-2012 t/m heden

Intitulé

Regionaal Meldpunt en Coördinatiepunt (RMC) Voortijdig Schoolverlaters

Regionaal Meldpunt (RMC)

Activiteitenplan 2012

Regionaal Meldpunt en Coördinatiepunt (RMC) Voortijdig Schoolverlaters

Subregio Utrecht Zuidoost

Gemeenten : Bunnik, de Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist

Lea Luijten

RMC coördinator

Samenvatting

Het RMC subregio Utrecht Zuidoost dient een activiteitenplan op te stellen waarin staat aangegeven welke acties ondernomen worden om het aantal voortijdig schoolverlaters te verminderen.

Het RMC en diverse scholen hebben met het ministerie een convenant afgesloten. Afspraak is dat eind schooljaar 2010-2011 er een reductie is van 30% van het aantal nieuwe vsv-ers ten opzichte van het schooljaar 2005-2006. Op basis van de gegevens van het ministerie (Dienst Uitvoering Onderwijs) heeft de subregio de target van 30% niet gehaald. Er is slechts een reductie van 17%. In totaal is het aantal voortijdig schoolverlaters feitelijk 494 en procentueel 3,3%. Kanttekening: gegevens van DUO zijn vervuild, waardoor deze niet overeenkomen met de praktijk. Inmiddels is het ministerie bezig dit probleem aan te pakken.

De RMC subregio Utrecht Zuidoost is een onderdeel van de RMC regio 19. Binnen deze regio vindt periodiek overleg plaats op beleidsmatig (kerngroep) en bestuurlijk (stuurgroep) niveau. De RMC regio 19 heeft met de scholen (MBO, VO en de samenwerkingsverbanden VO) is een werkplan opgesteld. Op basis van de resultaten van voorgaande jaren zijn zes speerpunten gekozen: De subregio voert deze speerpunten ook uit en heeft daarop een aanvulling gemaakt specifiek gericht op de vijf UZO gemeenten. Schematisch ziet dit er als volgt uit:

regionaal

Aanvullingen door subregio Utrecht Zuidoost

Registratie: verzuim en uitval 100% in beeld

Onderzoek naar oorzaken schooluitval VO

Registratie gemeenten

Kwaliteit aan de basis: professionalisering van leerplicht/RMC

Spreekuren op scholen

Verzuimprotocol

Scholing

Zorg in en om de school: begeleiden en opvang, signaleren en doorverwijzen

Optimaliseren samenwerking SWV VO en PO en het CJG

Onderzoek overheveling taken RZT+

Participatie thuiszitterstafel

Preventie door het geven van voorlichting aan het primair en voortgezet onderwijs

Soepele overgang: van school naar school, van school naar werk en van werk naar school

Participatie project warme overdracht

Heroriëntatie jongerenloket

ROC in het jongerenloket

Alternatief voor Web project

aansluiting CJG

Project doelgroep 18+

overstap Vmbo –MBO

Monitoring: cijfers en resultaten in beeld

sturen op cijfers

onderzoek op individueel niveau naar uitschrijvingen zonder startkwalificatie

begeleiden en volgen van ‘echte voortijdig schoolverlaters’

Wie doet wat: helderheid over processen, rollen en verantwoordelijkheden

integrale benadering voortijdig schoolverlaten met regionaal arbeidsmarktbeleid en participatie

afstemming andere subregio’s RMC regio 19

Voor de uitvoering van de subregionale acties is een bedrag van 160.00 beschikbaar voor reguliere activiteiten en 160.000 voor de uitvoering van de kwalificatieplicht.

Inleiding

Doel van het activiteitenplan

Het RMC subregio Utrecht Zuidoost dient een activiteitenplan op te stellen waarin staat aangegeven welke acties ondernomen worden om het aantal voortijdig schoolverlaters te verminderen.

Middelen

Om de activiteiten uit te voeren ontvangt het RMC UZO van het ministerie, via de gemeente Utrecht, subsidie. Het betreft subsidie voor reguliere activiteiten en subsidie voor de uitvoering van de kwalificatieplicht. Daarnaast wordt in regio RMC 19 verband gezamenlijke met gemeenten en scholen activiteiten uitgevoerd met convenantmiddelen. In dit document staat hoe de middelen worden ingezet.

Leeswijzer

Subregionale activiteiten kunnen niet los gezien worden van landelijke en regionale afspraken, beleid en acties. Om het activiteitenplan van de subregio in perspectief te kunnen plaatsen wordt in hoofdstuk 1 ingegaan op de landelijke afspraken en in hoofdstuk 2 op de regionale acties. Hoofdstuk 3 betreft de specifieke acties van de subregio en is daarmee de kern van het activiteitenplan. Het plan sluit af met de begroting in hoofdstuk 4.

1.Landelijk

Targets

Het RMC en diverse scholen hebben met het ministerie een convenant afgesloten. Afspraak is dat eind schooljaar 2010-2011 er een reductie is van 30% van het aantal nieuwe vsv-ers ten opzichte van het schooljaar 2005-2006. In bijlage 1 staan de resultaten van het schooljaar 2009-2010. Op basis van de gegevens van het ministerie (Dienst Uitvoering Onderwijs) heeft de subregio de target van 30% niet gehaald. Er is slechts een reductie van 17%. In totaal is het aantal voortijdig schoolverlaters feitelijk 494 en procentueel 3,3%.

Kanttekening

De cijfers van het ministerie zijn echter ‘vervuild’ omdat particuliere en scholen voor speciaal onderwijs nog niet zijn meegenomen in de cijfers. De subregio heeft een analyse van de cijfers gemaakt en komt tot de conclusie dat de targets wel behaald zouden zijn als er geen sprake was van vervuiling. Hierover is een brief uitgegaan naar het ministerie. Belangrijkste reactie op de brief is dat het ministerie die nu nog niet registreren via DUO dit vanaf huidig schooljaar grotendeels wel doen. Zij verwacht niet dit schooljaar maar komend schooljaar dat alle scholen registreren via DUO waardoor vervuilingprobleem is opgelost.

Samenwerking

Maandelijks is overleg met het ministerie, centrumgemeenten van de RMC subregio’s en scholen. Hierin worden cijfers besproken en afspraken gemaakt. Scholen en gemeenten hebben gezamenlijk een werkplan opgesteld waarin de activiteiten voor het komend schooljaar staan vermeld. Een samenvatting van dit plan staat in hoofdstuk 2.

2. Regionaal

Positionering subregio Utrecht Zuidoost

De subregio Utrecht Zuidoost is samen met de subregio Utrecht Zuid, Westelijk Weidegebied en Stad Utrecht de RMC regio 19. Aangezien vermindering van voortijdig schoolverlaten niet alleen een gemeentelijke taak is, is nauwe samenwerking met de scholen. Maandelijks is overleg (kerngroep) tussen de centrumgemeenten van de subregio’s, de scholen en het ministerie. Zij bespreken de voortgang van de activiteiten, de resultaten en ontwikkelen nieuw beleid. Eens per kwartaal worden in de stuurgroep RMC besluiten genomen over de activiteiten. De gemeente Zeist is de centrumgemeente van de subregio Utrecht Zuidoost. Bijlage 6 en 7 bevat een weergave van de structuur en de opsomming van taken en verantwoordelijkheden van scholen en gemeenten.

Speerpunten

Gezamenlijk met de scholen (MBO, VO en de samenwerkingsverbanden VO) is een werkplan opgesteld. Op basis van de resultaten van voorgaande jaren zijn zes speerpunten gekozen: registratie, kwaliteit aan de basis, zorg in en om de school, soepele overgang, monitoring en ‘wie doet wat’.

Inhoud van het werkplan en reactie ministerie

Onderstaande tekst is de samenvatting van het werkplan van de RMC regio 19. Aangezien dit plan al in een eerder stadium is vastgesteld, zijn enkele data gepasseerd. In het kader van de zuiverheid is gekozen om toch de exacte tekst te hanteren. Dit werkplan is positief ontvangen door het ministerie van OC&W.

1. Registratie op orde: verzuim en uitval 100% in beeld

·Met ingang van maart 2011 vinden maandelijks gesprekken plaats tussen leerplicht/RMC en de programmamanagers/beleidsmedewerkers vsv van de ROC’s om alle (dreigende) uitschrijvingen tot 18 jaar en alle uitschrijvingen zonder startkwalificatie te analyseren op achtergrond.

Voor iedere jongere moet in beeld zijn:

  • -

    wat de reden is voor uitval

  • -

    welke acties het ROC heeft ondernomen

  • -

    of er relevante achtergrondkenmerken zijn in de schoolloopbaan van de jongere

  • -

    wat de status is van bespreking met samenwerkingspartners en wat de status is van begeleiding

De leerplichtambtenaar/schoolcontactpersoon levert hiervoor de informatie. Gemeenten en scholen garanderen de benodigde capaciteit voor deze gesprekken en de verslaglegging daarvan.

·Met ingang van augustus 2011 leveren contactgemeente en ROC’s maandelijks een gezamenlijke regionale analyse van uitschrijvingen en verzuimmeldingen. Als de analyse daar aanleiding toe geeft, vraagt de kerngroep aan MBO-instellingen en gemeenten welke verbeteracties ondernomen

gaan worden om de doelstelling (verzuim en uitval 100% in beeld) te behalen. Voor deze acties worden afspraken gemaakt over het gewenste resultaat en het tijdpad waarbinnen de verbeteringen gerealiseerd moeten zijn.

  • ·

    Met ingang van november 2011vindt driemaandelijks bespreking in de stuurgroep plaats van de regionale analyse en de voortgang op de verbeteracties.

  • ·

    De opbrengsten van het project ‘leerplicht in het MBO’ worden in 2011 en 2012vertaald naar de reguliere werkzaamheden van leerplichtmedewerkers MBO.

2. Kwaliteit aan de basis: professionalisering van leerplicht/RMC

  • ·

    In 2011wordt regionalisering van de leerplicht in subregio’s verder onderzocht. In 2011 en 2012 wordt de registratie geoptimaliseerd door het stroomlijnen van werkprocessen, scholing van medewerkers en het (door)ontwikkelen van effectieve instrumenten.

  • ·

    De professionalisering van de RMC trajectbegeleiding wordt in 2011 en 2012 gecontinueerd. Er is een ondersteuningsaanbod beschikbaar voor het werkveld. Alle RMC medewerkers zijn in 2012 geschoold in de regionaal afgesproken methodiek van handelen.

3. Zorg in en om de school: begeleiding en opvang, signaleren en doorverwijzen

  • ·

    In juni 2011 wordt het eindadvies van Zios MBO besproken met de opdrachtgevers. Bij positief besluit over een vervolg wordt de verdere uitvoering onder regie van de stuurgroep jeugd en zorg gebracht, onder leiding van de directeur DMO. Hierbij wordt ook de verbinding gelegd met het voortgezet onderwijs in de regio en met de subregio’s.

  • ·

    In september 2011 zijn de monitorrapportages van het KBA naar de achtergrond van VSV op beide ROC’s gereed. Deze rapportages vormen de opmaat voor een verkenning van opvang- en begeleidingsmogelijkheden voor overbelaste jongeren in en om het reguliere onderwijs.

  • ·

    In het najaar van 2011 maakt de werkgroep plusvoorziening een contourenschets van een regionale plusvoorziening voor VO/MBO. Deze schets vormt de aftrap voor een brede oriëntatie op de wenselijkheid en mogelijkheid van een dergelijke voorziening en op alternatieve maatregelen voor overbelaste jongeren. De werkgroep verwerkt de opbrengst hiervan in een startdocument dat in begin 2012 in de stuurgroep RMC wordt besproken, waarna besluitvorming plaatsvindt.

  • ·

    In het najaar van 2011 wordt onderzocht in hoeverre de opbrengsten van Zios MBO en de ontwikkelingen rond Passend onderwijslokaal/regionaal kunnen worden doorontwikkeld tot nieuwe werkwijzen in de zorg voor de jeugd.

4. Soepele overgang: van school naar school, van school naar werk en van werk naar school

  • ·

    In juni 2011 is de samenwerkingsovereenkomst geformaliseerd. In augustus 2011 wordt besproken op welke wijze de implementatie van afspraken met de jongerenloketten en de leerwerkloketten in de RMC-regio het beste kan worden ingevuld.

  • ·

    Het project Aanmelding in beeld wordt regulier na ondertekening van een samenwerkingsovereenkomst voor 1 november 2011.Op alle ROC’s is de aanmelding voor eindexamenleerlingen vervroegd naar 1 april.

  • ·

    De registratie van warme overdracht is in 2011 regionaal ondergebracht bij Aanmelding in beeld. In het najaar van 2011 wordt uitbreiding naar VSO/PO onderzocht en mogelijk in 2012 doorgevoerd.

  • ·

    Projecten gericht op het verbeteren van de loopbaanoriëntatie en het versterken van de aansluiting VO-MBO, zoals oriëntatiedagen, sectorweek en doe- en meeloopdagen,en de aansluiting MBO-MBO worden in 2011 en 2012in afstemming met het Platform Midden Nederland gecontinueerd.

  • ·

    In het najaar van 2011 wordt onderzocht of verbreding van heroriëntatieprogramma’s die in juli worden aangeboden om piekuitval tegen te gaan, wenselijk en mogelijk is.

  • ·

    In het najaar van 2011 wordt onderzocht of en hoe de zij-instroom in de regio in beeld kan worden gebracht. Parallel aan dit traject wordt in het najaar van 2011 verkend welke (aanvullende) regionale afspraken nodig zijn voor de inschrijving, intake, overdracht van informatie en begeleiding van zij-instromers nodig zijn.

  • ·

    In 2011 en 2012 worden activiteiten ontplooid om werkgevers die jongeren zonder startkwalificatie in dienst hebben bewust te maken van het belang van een startkwalificatie en met hen de mogelijkheden van combinaties van leren en werken te verkennen. Het Platform Midden Nederland speelt hierin een coördinerende rol.

5. Monitoring: cijfers en resultaten in beeld

  • ·

    De regiomonitor wordt in 2011 en 2012 gecontinueerd.

  • ·

    Eind 2011worden de 18-plussers en de zij-instromers als specifieke doelgroepen opgenomen in de regiomonitor.

  • ·

    In oktober 2012 zijn de monitorrapportages naar de achtergrond van vsv in schooljaar 2011-2012 op beide ROC’s gereed.

6. Wie doet wat: helderheid over processen, rollen en verantwoordelijkheden

  • ·

    In 2011en 2012 wordt voortgang en evaluatie van de regionale samenwerking een vast agendapunt van het overleg van kerngroep en stuurgroep. Zowel op bestuurlijk als op uitvoerend niveau is openheid en vertrouwen het uitgangspunt voor samenwerking. Knelpunten of onduidelijkheden in de samenwerking worden via de maandelijkse gesprekken of in regulier overleg ingebracht en zo mogelijk opgelost.

  • ·

    In 2011 en 2012 gebruiken gemeenten, VO-scholen en MBO-instellingen intercollegiale consultatie om kennis en ervaringen uit te wisselen en de uitvoeringspraktijk en het beleid te versterken. Deze consultatie kan worden gekoppeld aan de maandelijkse gesprekken over verzuim en uitval.

  • ·

    In 2011 en 2012 wordt de regionale informatievoorziening geoptimaliseerd. Jongeren, ouders, docenten, scholen en gemeenten zijn geïnformeerd over de werkwijze van leerplicht/RMC en de mogelijkheden voor (combinaties van) leren en werken in de regio en over de mogelijkheden voor begeleiding, ondersteuning en opvang.

Conclusie

Het werkplan bevat hele concrete acties die niet alleen betrekking hebben op de partners in de kern- en stuurgroep maar op alle gemeenten en scholen die zich hebben verbonden aan het convenant.

Voor de subregio betekent dit dat wij meewerken aan de uitvoering van de acties. Dit is de reden dat de subregionale acties zijn gekoppeld aan dit werkplan.

3. Activiteiten subregio Utrecht Zuidoost

Inleiding

Kern van het activiteitenplan subregio Utrecht Zuidoost staat in dit hoofdstuk. Het bevat activiteiten aanvullend op het werkplan van de RMC regio 19. Het verminderen van voortijdig schoolverlaten is niet alleen een taak van de gemeenten. Scholen spelen een belangrijke rol. Zij melden verzuim en signaleren problemen. Aangezien de gemeente Utrecht periodiek overleg heeft met de MBO’s richt de subregio UZO zich voornamelijk op de VO scholen.

Proces

Het plan is tot stand gekomen na een brainstormsessie met de beleidsmedewerkers RMC. Uitkomst van de conceptversie is besproken met de wethouder van de gemeente Zeist, die het RMC vertegenwoordigt in de stuurgroep. Op basis van deze input is het activiteitenplan nader uitgewerkt. Het wordt vastgesteld in december 2011 in het beleidsoverleg RMC en het portefeuillehoudersoverleg regionaal arbeidsmarktbeleid van de vijf subregiogemeenten Utrecht Zuidoost. Daarna stelt elke individuele gemeente het plan vast middels een voorstel en besluit aan de colleges van B&W. Het plan wordt ter kennisname aangeboden aan de gemeenteraad.

1.Registratie op orde: verzuim en uitval lokaal 100% in beeld

  • 1.1

    Onderzoek naar oorzaken schooluitval VO

Periodiek vindt overleg plaats met de VO scholen die zich verbonden hebben aan het convenant over de oorzaken van schooluitval. Per school wordt een overzicht gemaakt van de situatie in relatie tot schooluitval en verzuim. Bezoeken scholen vinden plaats door de RMC coördinator en de leerplichtambtenaren.

1.2Registratie gemeenten

Alle gemeenten actualiseren de werkprocessen met betrekking tot de registratie. Hierbij is speciale aandacht voor de effectrapportage. In het kader van de efficiency streven alle gemeenten naar automatisering van het inlezen van mutaties (koppeling DUO).

  • 2.Kwaliteit aan de basis: professionalisering van leerplicht/RMC

    • 2.1

      Spreekuren op VO scholen

Ter bevordering van de samenwerking organiseren leerplichtambtenaren spreekuren op VO scholen. Door betere samenwerking ontvangen verzuimleerlingen integrale ondersteuning, wat de kwaliteit van de dienstverlening kan bevorderen.

2.2Verzuimprotocol

VO: Leerplichtambtenaren bezoeken scholen om het verzuimprotocol onder de aandacht te brengen.

MBO: In 2011 is in overleg met de scholen de basis gelegd voor het opstellen van een verzuimprotocol. In 2012 gaan alle scholen en (kwalificatie) leerplichtambtenaren werken volgens het protocol. Hierin staan afspraken over de termijn waarbinnen verzuimmeldingen in behandeling worden genomen, de taakverdeling tussen scholen en de (kwalificatie)leerplicht en hoe te handelen bij (dreigend) uitval.

2.3scholing

Regionale klpa’s en trajectbegeleider jongerenloket gaan participeren in het regionale project. Zij nemen deel aan de training ‘oplossingsgericht werken’ Doel is het uniformiseren van de werkwijze in de hele RMC regio 19. Na de training vinden intervisiebijeenkomsten plaats. Het mengen van groepen uit alle subregio’s bevordert de uniformiteit in samenwerking.

3.Zorg in en om de school: begeleiding en opvang, signaleren en doorverwijzen

3.1 Optimaliseren samenwerking SWV VO en PO en het CJG

In het kader van de ontwikkelingen rondom het wetsvoorstel Passend Onderwijs wordt nauw samengewerkt met de samenwerkingsverbanden primair- en voortgezet onderwijs. Voor leerlingen met achterstanden of beperkingen in het volgen van onderwijs worden de samenwerkingsverbanden geadviseerd door individuele gemeenten. Aansluiting met de Centra voor Jeugd en Gezin is hierbij essentieel. Accent komt daarin te liggen hoe onderwijs voorzieningen goed aansluiten op voorzieningen die de CJG’s bieden.

3.2 Onderzoek overheveling taken RZT+

Het regionaal zorgteam plus geeft advies aan scholen en leerplichtambtenaren over leerlingen in multiproblemsituaties die ongeoorloofd verzuimen. Afgelopen schooljaar zijn 42 leerlingen besproken in het RZT+. Hieruit blijkt dat er behoefte is aan advies. Het is echter de vraag of deze voorziening nog langer bekostigd moet worden uit RMC middelen. Door ontwikkelingen rondom passend onderwijs kan het orgaan niet meer in dezelfde samenstelling voort blijven bestaan. In 2011 wordt gestart met een onderzoek naar alternatieven. Dit vindt plaats in nauwe samenwerking met de CJG’s en het samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs. Besluitvorming van schoolbesturen is daarin cruciaal.

3.3 Participatie thuiszitterstafel

Het initiatief tot het organiseren van bijeenkomsten rond thuiszitters is voortgekomen uit landelijk onderzoek onder leerplichtambtenaren in 2009. In overleg tussen INGRADO, Gedragswerk, OCW en (de voormalige) WEC-raad is besloten op het niveau van de RMC regio’s partijen bijeen te brengen die een belangrijke rol kunnen spelen in de oplossing van deze problematiek. In RMC regio Utrecht is in mei gestart met de eerste bijeenkomst. Vertegenwoordigers in de bijeenkomsten ‘thuiszitterstafel’ zijn afkomstig uit VO scholen, Bureau Jeugdzorg, speciaal onderwijs en leerplichtambtenaren De leerplichtambtenaar uit de gemeente de Bilt vertegenwoordigt de subregio Utrecht Zuidoost. Zij woont de bijeenkomsten structureel bij en neemt daarin bij toerbeurt een leerplichtambtenaar uit een andere gemeente van de subregio mee. Zij koppelt de resultaten terug in het RMC beleidsoverleg en het PLUZO.

Doel van het project is het in beeld krijgen van leerlingen die ongeoorloofd verzuimen (thuiszitten) en passende maatregelen te treffen om het verzuim te stoppen en uitval te voorkomen.

3.4 Preventie door het geven van voorlichting aan het primair en voortgezet onderwijs

Kerntaak van het onderwijs is het geven van lessen aan leerlingen. Door toenemende problematiek hebben scholen ook een zorgtaak gekregen. Eén van de taken is het signaleren van problemen en het melden van ongeoorloofd schoolverzuim. Afgelopen jaren hebben leerplichtambtenaren, de RMC coördinator en de participanten in het RZT+ scholen voorlichting gegeven over hun zorgtaken. Ook het komende jaar blijft dit een aandachtspunt. Gemeenten voeren acties uit tijdens de Dag van de Leerplicht en de krokusvakantie. Ook tijdens het periodiek overleg met de scholen zal voorlichting gegeven worden. Dit heeft betrekking op ondersteuning aan leerlingen maar ook op het terrein van de registratie (o.a. verzuimmeldingen in DUO, Aanmelding in Beeld).

4.Soepele overgang: van school naar school, van school naar werk, van werk naar school

4.1 Participatie project warme overdracht

In overleg met het samenwerkingsverband VO en de ROC’s wordt een uniform project gestart om de warme overdracht van het VO naar het ROC te organiseren. Het RMC kan daarin een coördinerende rol spelen. Het project is niet alleen voor de subregio Utrecht Zuidoost, maar voor de hele RMC regio 19.

4.2 Heroriëntatie jongerenloket

Partners in het jongerenloket zijn het UWV werkbedrijf, de Regionale Sociale Dienst en het RMC. Tot 1-1-2012 ontvangen jongeren in het kader van de Wet Werk en Bijstand ondersteuning in het vinden van een passende opleiding al dan niet in combinatie met een leerwerkbaan of volledige betaalde arbeid. Gemeenten waren verplicht een leerwerkaanbod aan jongeren te doen. Vanaf 2012 hebben gemeenten deze verplichting niet meer. Overweging binnen de RSD is om jongeren pas na vier weken nadat zij zich hebben gemeld bij het jongerenloket, begeleiding te bieden. Daarnaast kan het UWV in verband met bezuinigingen geen begeleiding bieden aan jongeren. Een groot deel van de formatie van het jongerenloket wordt bekostigd uit middelen ‘actieplan jeugdwerkloosheid’ deze subsidie stopt eind 2012. Het Werkgeversservicepunt zoekt in opdracht van het UWV en de RSD naar banen voor werkzoekenden. Door bezuinigingen op het participatiebudget, waar mee de RSD trajecten naar werk bekostigt zal ook minder aanbod van trajecten voor jongeren zijn. Voor het jongerenloket zijn dit geen goede ontwikkelingen. Het RMC streeft naar het zo snel mogelijk begeleiden van jongeren. In overleg met de partners uit het jongerenloket wordt bezien hoe het jongerenloket in 2012 vorm gegeven gaat worden.

4.3 ROC in het jongerenloket

Sinds augustus 2011 participeert het ROCMN in het jongerenloket. Zij begeleiden jongeren in het vinden van een passende opleiding. Tot op heden zijn de ervaringen meer dan positief. Niet alleen jongeren ontvangen intensievere begeleiding, maar ook de medewerkers van het jongerenloket krijgen meer kennis van het aanbod van de ROC’s. Bekostiging vindt plaats uit middelen actieplan jeugdwerkloosheid tot augustus 2012. In overleg met het ROC en de partners uit het jongerenloket wordt bezien hoe deze voorziening mogelijk voorgezet kan worden.

4.4 Alternatief voor Web project

Uit middelen Wet Educatie Beroepsonderwijs (momenteel is dit opgenomen in het participatiebudget wat gemeenten ontvangen van het ministerie) is een project opgezet voor jongeren die niet stonden ingeschreven bij een ROC. Deze jongeren konden zich oriënteren op het aanbod scholing, de arbeidsmarkt en verrichtten onderzoek naar hun wensen en mogelijkheden. Door een tekort aan het aantal meldingen en wachtlijsten bij andere doelgroepen is de bekostiging uit WEB middelen niet meer mogelijk. In overleg met gemeenten en de ROC’s wordt gezocht naar alternatieven.

4.5 Aansluiting CJG-jongerenloket

Belangrijke partners in het organiseren van een soepele overdracht van school naar werk of van werk naar school zijn het jongerenloket en de Centra voor Jeugd en Gezin. Het jongerenloket heeft door de inzet van het werkgeversservicepunt goede contacten met werkgevers uit de subregio UZO. De centra voor Jeugd en Gezin bieden ondersteuning aan ouders, jongeren en professionals over kleine en grote problemen. Het RMC tracht de samenwerking tussen deze partijen te optimaliseren zodat het aanbod in ondersteuning goed op elkaar is afgestemd. Aangezien CJG’s lokaal zijn gevestigd, is hier een belangrijke taak weggelegd voor de individuele gemeenten.

4.6 Project doelgroep 18+

Bijzondere aandacht is er dit jaar voor de begeleiding van leerlingen zonder startkwalificatie van 18 jaar en ouder. Deze jongeren vallen niet meer onder de leerplichtwet, waardoor geen sanctiemogelijkheden zijn, indien zij ongeoorloofd verzuimen of zich uitschrijven op een school. Begeleiding op maat is daarbij nodig.

4.7 overstap Vmbo –MBO

In de jaren 2007, 2008 en 2009 heeft het RMC van convenantsmiddelen een speeddate met de titel ‘Jouw toekomst begint nu’ georganiseerd voor eindexamenkandidaten Vmbo. Tijdens de speeddate konden leerlingen korte gesprekken voeren met ROC leerlingen en potentiële werkgevers. Na 2009 zijn de convenantsmiddelen niet meer beschikbaar gesteld aan individuele RMC subregio’s maar zijn alleen RMC regio 19 breed activiteiten uitgevoerd zoals het project aanmelding in beeld. Daarnaast is het grootste deel van de convenantsmiddelen beschikbaar gesteld aan de scholen. Door gebrek aan financiële middelen was het voor het RMC niet meer mogelijk een speeddate te organiseren. In 2012 wordt gezocht naar een manier om eindexamenkandidaten in contact te laten treden met ROC leerlingen en potentiele werkgevers uit RMC middelen. Naar verwachting zullen meer onderdelen van de organisatie in eigen handen van de gemeenten, ROC’s en participanten uit het jongerenloket plaats vinden.

5.monitoring: cijfers en resultaten in beeld

5.1 sturen op cijfers

Maandelijks leveren gemeenten overzichten aan waarin de stand van zaken rondom verzuimmeldingen en uitschrijvingen zonder startkwalificatie zichtbaar zijn. Deze maandrapportages bevatten de gegevens die gemeenten van DUO ontvangen. De gemeente Zeist als centrum gemeente van het UZO analyseert de cijfers en bespreekt deze tijdens het beleidsoverleg. Zo nodig vindt door de gemeenten sturing op cijfers plaats. Resultaten worden meegenomen in het subregionaal portefeuillehoudersoverleg, de kerngroep en de stuurgroep RMC.

5.2 onderzoek op individueel niveau naar uitschrijvingen zonder startkwalificatie

Daarnaast wordt de schoolloopbaan van alle leerlingen die door DUO worden gemeld als ‘uitschrijvingen zonder startkwalificatie’ geverifieerd in de gemeentelijke leerlingadministratie. De correcte cijfers worden gepresenteerd in het beleidsoverleg UZO, het subregionaal portefeuillehoudersoverleg en zo nodig in de kerngroep en stuurgroep RMC regio 19.

5.3 begeleiden en volgen van ‘echte voortijdig schoolverlaters’

De jongeren tot 23 jaar die op basis van deze analyse ‘echte vsv-ers’ zijn worden benaderd en gevolgd door de kwalificatieleerplichtambtenaren in samenwerking met het jongerenloket en zo nodig met andere ketenpartners.

6.wie doet wat: helderheid over processen, rollen en verantwoordelijkheden

6.1 integrale benadering voortijdig schoolverlaten met regionaal arbeidsmarktbeleid en participatie

Na het aantreden van de nieuwe colleges van B&W is besloten dat vraagstukken voortijdig schoolverlaten, leerplicht, participatie en arbeidsmarktbeleid integraal wordt benaderd. Op bestuurlijk niveau wordt over al deze onderwerpen in één vergadering gesproken. Op ambtelijk niveau is dit (nog) niet het geval. Het jaar 2012 staat in het teken van de doorontwikkeling van de regionale afstemming met beleidsterrein onderwijs, sociale zaken, arbeidsmarktbeleid en participatie (

6.2afstemming andere subregio’s RMC regio 19

In 2010 is besloten de kerngroep anders in te richten. Verzoek aan de centrumgemeenten van de subregio’s was om een manager te laten participeren in de kerngroep en de RMC coördinatoren niet meer deel te laten nemen aan de kerngroep en stuurgroep. In 2012 wordt deze nieuwe werkwijze geëvalueerd.

Begroting

RMC begroting 2012

inkomsten

uitgaven

Inkomsten:

reguliere middelen

160.000

kwalificatieplicht

160.000

Uitgaven

Personele kosten:

coördinatie (18 uur per week)

45.000

secretariaat RMC en RZT+ (12 uur per week)

25.000

trajectbegeleider jongerenloket (30 uur per week)

50.000

RZT-PLUS

Leerplichtambtenaar

6.900

GGD

8.200

representatie (evaluatie en afscheid diverse leden)

500

Diverse

training/verdieping RMC

2.000

drukwerk, kantoorbenodigdheden, representatie

500

RMC jaarverslag

2.000

Accountant

3.000

Kwalificatieplicht

personele kosten

150.000

Projecten

eenmalige acties

27.000

correctie overschot/tekort 2011

pm

Totaal

320.000

320.100

Bijlage 1: relevante cijfers subregio Utrecht Zuidoost : de meest recente officiële cijfers

Gemiddelde uitval per subregio

Figuur 1 bevat de uitval per subregio in relatie tot het peiljaar 2005-2006. In alle subregio’s is sprake van een daling van het aantal vsv-ers. Utrecht Zuidoost heeft relatief de minste daling gerealiseerd. Hierbij moet worden opgemerkt dat een relatief lage daling ten opzichte van 2005-2006 niet op voorhand betekent dat er weinig progressie is gemaakt. De uitgangssituatie in 2005-2006 kan gunstig zijn geweest, waardoor er in 2009-2010 naar verhouding minder daling is gerealiseerd.

RMC-regio 19

Aantal nieuwe vsv-ers 2009-2010

Percentage vsv-ers 2009-2010

Daling t.o.v. 2005-2006

Stad Utrecht

735

4,6%

-18,9%

Westelijk Weidegebied

457

3,0%

-24,5%

Utrecht Zuid

483

3,3%

-22,7%

Utrecht Zuidoost

494

3,3%

-17,0%

Totaal RMC-regio 19

2.169

3,5%

-20,6%

figuur 1: Vsv RMC-regio 19 per subregio (Bron: VSV-verkenner OCW)

Gemiddelde uitval in het VO per subregio

Figuur 2 bevat cijfers uitval VO per subregio. Het percentage nieuwe vsv-ers in het VO is over de hele linie gering en ligt op of rond het landelijk gemiddelde (1.0%). Er is sprake van een forse daling ten opzichte van 2005-2006. De daling voor de regio blijft iets achter op het landelijk gemiddelde (-41.6%).

RMC-regio 19

Aantal nieuwe vsv-ers 2009-2010

Percentage vsv-ers 2009-2010

Daling t.o.v. 2005-2006

Stad Utrecht

162

1,4%

-43,2%

Westelijk Weidegebied

117

1,1%

-42,4%

Utrecht Zuid

106

1,0%

-44,5%

Utrecht Zuidoost

169

1,4%

-22,5%

Totaal RMC-regio 19

554

1,2%

-38,2%

figuur 2: Vsv-ers in het VO in RMC-regio 19, per subregio (Bron: VSV-verkenner OCW)

Gemiddelde uitval in het MBO per subregio

Figuur 3 bevat de uitval in het MBO per subregio. Het percentage nieuwe vsv-ers in het MBO ligt in alle subregio’s hoger dan het landelijk gemiddelde (7.5%). Er is sprake van een daling ten opzichte van 2005-2006. De daling voor de regio blijft achter op het landelijk gemiddelde (-18.2%).

RMC-regio 19

Aantal nieuwe vsv-ers 2009-2010

Percentage vsv-ers 2009-2010

Daling t.o.v. 2005-2006

Stad Utrecht

573

11,8%

-7,7%

Westelijk Weidegebied

340

8,5%

-15,4%

Utrecht Zuid

377

9,0%

-13,1%

Utrecht Zuidoost

325

9,4%

-13,8%

Totaal RMC-regio 19

1.615

9,8%

-11,9%

figuur 3: Vsv-ers in het MBOin RMC-regio 19, per subregio (Bron: VSV-verkenner OCW)

ROCASA

Aantal vsv-ers 2009-2010 ROCMN

Aantal vsv-ers 2009-2010

ROC ASA

% vsv-ers t.o.v. aantal vsv-ers

ROCMN

% vsv-ers t.o.v. aantal vsv-ers

ROC ASA

Totaal 18-

252

40

35%

9,6%

Totaal 18+

466

376

65%

90,4%

Totaal

718

416

100%

100%

Bijlage 2 : Regionaal kader (bron werkplan Utrechtse RMC regio 19)

1.1 Structuur

De organisatie van de Utrechtse RMC regio 19 ziet er schematisch als volgt uit:

·stuurgroep vsv/RMC

De stuurgroep bestaat uit bestuurlijke vertegenwoordigers van het voortgezet onderwijs, de ROC’s Midden-Nederland en ASA, gemeenten Utrecht, Woerden, Zeist en Nieuwegein en de provincie Utrecht. De OCW accountmanager voor de RMC regio is toehoorder. Deze laatste rol is gekoppeld aan het convenant. Als dit convenant stopt dan heeft de accountmanager ook geen zitting meer in de regionale stuurgroep. De gemeente Utrecht is voorzitter van de stuurgroep en draagt verantwoordelijkheid voor het secretariaat. De stuurgroep houdt het toezicht op de uitvoering van de maatregelen. De stuurgroep krijgt via de kerngroep elke 3 à 4 maanden een overzicht van de voortgang. De stuurgroep komt minimaal vier maal per jaar bijeen, afwisselend in de vier hiervoor genoemde gemeenten. Belangrijkste bespreek- en besluitpunten: beleidskaders RMC/VSV, voortgang VSV convenant, monitoring RMC ontwikkeling, vaststellen effectrapportage, zonodig instellen van projectmatige werkgroepen en financiën.

·kerngroep

De kerngroep bestaat vanuit de gemeenten, uit de RMC coördinatoren en een vertegenwoordiger vanuit de regiegemeente Utrecht. Vanuit de scholen is er vertegenwoordiging vanuit de ROC’s, VO scholen stad enVO-scholen regio. De leden hebben allen een gelijkwaardige rol binnen de kerngroep en de daaruit voortvloeiende taken. Vertegenwoordiger van ministerie OC&W heeft een klankbordrol. Binnen de kerngroep wordt vanuit OMC (Open Methode van Coördinaitie) toevoegen gedachte verantwoording aan elkaar afgelegd. Naast deze vorm van verantwoording is er ook sprake van een formele vorm van verantwoording afleggen tussen subsidieverstrekker en ontvanger. Deze vorm van verantwoording afleggen blijft belegd buiten de kerngroep en vindt plaats op bilaterale basis tussen betrokken partijen. De kerngroep stuurt de werkgroepen aan. De kerngroep kan het beleid en de resultaten van de betrokken partijen evalueren op basis waarvan zij beleidsaanbevelingen voor de stuurgroep kan formuleren. De kerngroep heeft een beleidsadviesrol voor de stuurgroep. Bij het uitbrengen van advies aan de stuurgroep wordt gestreefd naar consensus. Blijkt dit niet mogelijk dan heeft Utrecht de verantwoordelijkheid om een – zo breed mogelijk gedragen – advies voor te dragen aan de stuurgroep. De wettelijke RMC taken en het werkplan 2010-2011 zijn hierbij belangrijke toetsstenen.

·Projectmatige werkgroepen

De eventuele werkgroepen worden op basis van het werkplan VSV door de stuurgroep ingesteld en bemenst vanuit de betrokken actoren op basis van expertise, relevantie en strategische positie. De werkgroepen starten de werkzaamheden altijd met het opstellen van een projectplan waarin in ieder geval doorlooptijd en op te leveren producten en resultaat beschreven worden.

·Contactgemeente en regiegemeente Utrecht

De gemeente Utrecht is aangewezen als contact- en regievoerende gemeente. Zij blijft vanuit die rol de voorbereiding van het beleid en de besluitvorming hierover coördineren. Zij blijft ook de verantwoording houden voor de effectrapportage, de financiële rapportage én de resultaten van het VSV convenant. Dit laatste is ook een onderbouwing voor de uitspraak dat er subsidieverantwoording apart blijft bestaan.

·Subregio’s

De Utrechtse RMC regio 19 omvat vier subregio’s die ieder een eigen zgn. centrumgemeente hebben.

  • 1.

    Utrecht stad: Utrecht

  • 2.

    Westelijk weidegebied Utrecht: Woerden

  • 3.

    Utrecht Zuid: Nieuwegein

  • 4.

    Utrecht Zuidoost: Zeist

Centrumgemeenten hebben elk voor zich de verantwoordelijkheid om de gemeenten in hun respectievelijke subregio's te informeren en er voor te zorgen dat alle gemeenten zich aan de gemeenschappelijke afspraken houden. Waar ze hierbij op problemen stuiten of vaststellen dat afgesproken resultaten onvoldoende behaald worden melden zij dit aan de gemeente Utrecht. Vanuit Utrecht kan in voorkomende gevallen worden ingegrepen, inhoudelijk en zo nodig ook financieel. Indien dit niet tot de gewenste resultaten leidt, attendeert de gemeente Utrecht het ministerie van OCW.

1.2 Wijze van samenwerking: open methode van coördinatie

Kenmerkend voor de Open Methode van Coördinatie (OMC) is dat er gemeenschappelijke doelen en richtlijnen geformuleerd worden. Betrokken partijen kunnen naar eigen inzicht beleid ontwikkelen om deze doelen na te streven, waardoor de resultaten centraal staan en niet het beleid zelf. Door het opstellen van gemeenschappelijke indicatoren kunnen de prestaties met elkaar worden vergeleken. Daardoor kan er van elkaar geleerd worden. OMC is een vorm van gestructureerde informatie-uitwisseling tussen actoren aan de hand van vooraf geformuleerde evaluatiecriteria. Deze methode kenmerkt zich door het hanteren van prikkels en drukmiddelen in de vorm van ‘peer pressure’ of zachte collegiale interventies. OMC is een vorm van besturen op uitkomst en participatie. De methode van werken wordt overgelaten aan de betrokkenen en de kwaliteit van de deelname en betrokkenheid telt als eerste en daarna pas de uitkomst. De centrale vraagstellingen worden: wordt bereikt wat men wil bereiken binnen de afgesproken termijnen en zijn de relevante participanten betrokken bij de beleidsvorming en gebeurt dat op adequate wijze.

Instrumenten van de OMC bij VSV beleid kunnen zijn:

  • ü

    Gemeenschappelijke doelstellingen bij het verminderen van het aantal VSV-ers;

  • ü

    Gemeenschappelijke indicatoren waardoor vergelijking plaats vindt tussen gemeenten en scholen;

  • ü

    Gemeenschappelijke rapportages van de kerngroep, gegenereerd uit de afzonderlijke rapportages van gemeenten en scholen;

  • ü

    Het gemeenschappelijk actieprogramma waardoor samenwerking tussen scholen en gemeenten wordt gestimuleerd en succesvolle projecten kunnen worden voorgezet en uitgebreid.

Bijlage 3 Taken en verantwoordelijkheden scholen en gemeenten in RMC-regio Utrecht

VO-scholen en MBO-instellingen

  • -

    werken volgens het regionaal verzuimprotocol (MBO)

  • -

    zorgen voor een sluitende registratie van verzuim en uitval

  • -

    maken het verzuimbeleid bekend aan ouders en leerlingen/studenten

  • -

    melden bij het digitale loket van DUO verzuim van alle jongeren tot 23 jaar

  • -

    zorgen voor warme overdracht aan RMC van niet-leerplichtige jongeren (vanaf 18 jaar) die uitvallen of dreigen uit te vallen

  • -

    zorgen in samenspraak met de samenwerkingsverbanden VO voor een goed functionerende zorgstructuur met mogelijkheden voor hulp en ondersteuning in de nabijheid van jongeren. Binnen een half jaar na uitschrijving worden jongeren zonder voortraject binnen de zorgstructuur van het MBO teruggeleid en krijgen alsnog een trajectaanbod.

Leerplicht/RMC

  • -

    adviseert scholen en instellingen over hun verzuimbeleid, verzuimregistratie en zorgstructuur en neemt deel aan zorgoverleggen

  • -

    zorgt voor een uniforme registratie van verzuim

  • -

    volgt jongeren die zijn uitgevallen en rapporteert over de status van begeleiding

  • -

    behandelt het verzuim van alle leer- en kwalificatieplichtigen tot 18 jaar die wonen in de regio

  • -

    maakt met scholen afspraken over het verlenen van verlof en over ziekmeldingen en over het melden van licht verzuim en te laat komen

  • -

    zoekt contact (bellen, schrijven, bezoeken) met jongeren die verzuimen

  • -

    voert gesprekken met ouders en jongeren en past waar nodig wettelijke sancties toe

  • -

    kan handhavingsacties in gang zetten als scholen na herhaald verzoek geen verzuim melden

  • -

    kan verzuimregistratie opvragen en controleren

  • -

    geeft individuele meldingen van jongeren door scholen door aan de RMC-trajectbegeleiding

  • -

    levert kwartaalrapportages waarin zichtbaar is welke jongeren onder begeleiding staan/begeleid zijn door RMC-trajectbegeleiders en welke acties zijn ondernomen voor deze jongeren

  • -

    behandelt verzuim en uitval van niet-leerplichtige jongeren die via DUO door scholen zijn gemeld

  • -

    begeleidt jongeren die na periode van thuiszitten en/of werken zelf weer een opleiding willen starten en dit niet op eigen kracht kunnen

  • -

    blijft de oude vsv-ers volgen, door periodiek contact te zoeken en waar mogelijk weer terug te leiden naar onderwijs

Contact- en regiegemeente Utrecht

  • -

    coördineert de voorbereiding van het beleid en de besluitvorming

  • -

    is subsidieverstrekker voor de toegekende convenant- en RMC-gelden

  • -

    voert regie op de uitvoering van het convenant

  • -

    is verantwoordelijk voor de effectrapportage, de financiële rapportage en de resultaten van het vsv-convenant

Centrumgemeenten in RMC-regio Utrecht

  • -

    voeren op subregionaal niveau regie op de uitvoering van de convenantafspraken

  • -

    volgen op subregionaal niveau de voortgang en melden problemen of onvoldoende resultaat bij de gemeente Utrecht

  • -

    stemmen beleidsvoorbereiding, besluitvorming en uitvoering LP/RMC tussen de regio en de gemeenten van de subregio af

  • -

    verbinden de aanpak van vsv met aanverwante beleidsterreinen (werk en inkomen, arbeid, (jeugd)zorg)

  • -

    zijn verantwoordelijk voor begroting, verantwoording en effectrapportage van de subregio

Bijlage 4 convenantscholen

VO-scholen die zijn aangesloten bij het VSV-convenant RMC Subregio Utrecht Zuidoost

Christelijk College Zeist Christelijk Lyceum Zeist Revius Lyceum Doorn Revius Lyceum Wijk bij Duurstede De Breul Groenhorst college, locatie Maartensdijk Nieuw Lyceum Bilthoven OSG Schoonoord, Zeist SGM Maarsbergen Werkplaats de Kindergemeenschap

MBO-instellingen die zijn aangesloten bij het VSV-convenant RMC Regio Utrecht

Grafisch Lyceum Utrecht ROC ASA, regio Utrecht ROC Midden Nederland NIMETO Sgm MBO KMBO ID College Wellant College Houten SVO Houten

MBO-instellingen buiten de regio die zijn aangesloten bij het VSV-convenant RMC Regio Utrecht

Albeda College Rotterdam ROC Nova College Haarlem ROC Onderwijsgroep A12 ROC van Amsterdam ROC Zadkine Hoornbeeck College Groenhorst college, locatie Maartensdijk