Regeling vervallen per 25-10-2013

Regels melding leidinggevende.

Geldend van 18-01-2013 t/m 24-10-2013

Intitulé

"Regels melding leidinggevende" naar aanleiding van de Drank en Horecawet

In het kader van deregulering hoeft met ingang van 1 januari 2013 een vergunninghouder bij wijziging van een leidinggevende niet meer een volledige nieuwe drank- en horecavergunning aan te vragen. Er kan worden volstaan met een melding. De bijgevoegde regels hebben betrekking op het doen van deze melding. Te zijner tijd zullen deze regels onderdeel uitmaken van de aan de vernieuwde Drank- en Horecawet aangepaste nota voorlopige toestemming. De regels zijn voorgelegd aan de Koninklijke Horeca Nederland Zandvoort. Hun aanvullingen zijn in bijgevoegde regels opgenomen.Voorgesteld wordt de regels vast te stellen.

1. inleiding

Op 1 januari 2013 treedt een vernieuwde Drank- en Horecawet inwerking. Onderdeel van die vernieuwde wet is het meldingssysteem t.a.v. de leidinggevende. In het vervolg kan een nieuwe leidinggevende op een aanhangsel bij de drank- en horecavergunning worden geschreven. Alleen de nieuwe leidinggevende wordt getoetst. Dit betekent dat niet meer de volledige vergunningprocedure hoeft te worden doorlopen. Dat kan met de vernieuwde Drank- en Horecawet eenvoudiger, sneller en goedkoper en past daarmee in de lijn van deregulering. Na melding van de nieuwe leidinggevende kan deze nadat de vergunninghouder een ontvangstbevestiging heeft ontvangen aan de slag. De gemeente Zandvoort hanteerde vooruitlopend op de vernieuwde Drank- en Horecawet reeds een dergelijke werkwijze. Op grond van het beleid voorlopige toestemming is het de ondernemer namelijk onder bepaalde voorwaarden al toegestaan om zijn horecabedrijf te exploiteren. Bovendien hanteert de gemeente Zandvoort voor de wijziging van een leidinggevende al een lager legestarief dan voor de aanvraag van een drank- en horecavergunning.

In deze notitie is de procedure voor de wijziging van een leidinggevende aangepast aan de artikelen 29 en 30a van de vernieuwde Drank- en Horecawet. Ze gelden voor horeca-ondernemers die reeds beschikken over een drank- en horecavergunning. Voor nieuwe ondernemers die een drank- en horecavergunning aanvragen geldt vooralsnog hetgeen in het beleid voorlopige toestemming is opgenomen. Dit beleid wordt te zijner tijd aan de vernieuwde Drank- en Horecawet aangepast. Deze notitie zal dan onderdeel van de aangepaste nota voorlopige toestemming uitmaken. Hoofstuk 2 bevat de procedure voor het doen van een melding leidinggevende.

2. Procedure melding leidinggevende

Om te weten welke personen op het aanhangsel moeten worden vermeld is het van belang om te weten wat de Drank- en Horecawet onder een leidinggevende verstaat.

Op grond van artikel 1 van de Drank- en Horecawet is een leidinggevende:

De natuurlijke persoon of de bestuurders van een rechtspersoon of hun gevolmachtigden, voor wiens rekening en risico het horecabedrijf of het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend;

De natuurlijke persoon die algemene leiding geeft aan een onderneming, waarin het horecabedrijf of het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend in een of meer inrichtingen;

De natuurlijke persoon, die onmiddellijke leiding geeft aan de uitoefening van zodanig bedrijf in een inrichting.

Op het aanhangsel bij de vergunning moet worden vermeld welke persoon of personen de functie van leidinggevende uitoefenen. Tijdens de openingstijden van het horecabedrijf moet altijd een op het aanhangsel vermelde leidinggevende in de inrichting aanwezig zijn. Een zaak met ruime openingstijden heeft meestal meerdere leidinggevenden in dienst. Niet alleen de naam van de ondernemer, ook de namen van al deze leidinggevenden worden op het aanhangsel bij de Drank- en Horecavergunning vermeld.

De burgemeester maakt op het aanhangsel ook een aantekening over een eventuele niet- operationele leidinggevende die geen bemoeienis heeft met de bedrijfsvoering of de exploitatie van het betreffende bedrijf. Deze aantekening kan op verzoek van de vergunninghouder worden doorgehaald. Na die doorhaling kan de betrokkene als volwaardig leidinggevende opereren indien hij aan de in artikel 8 gestelde eisen voldoet.

Doel van dit vereiste: voorkomen dat iemand met strafrechtelijke antecedenten of van slecht levensgedrag, dan wel iemand zonder verklaring sociale hygiëne leidinggevende in het horecabedrijfhoreca wordt.

De vergunninghouder vult op een (meldings)formulier voor leidinggevende de gegevens in van de nieuwe leidinggevende die nog niet op zijn drank- en horecavergunning c.q. aanhangsel staat. Dit volledig ingevuld meldingsformulier plus identiteit - gegevens (kopie paspoort of identiteitskaart), wordt ingeleverd bij de afdeling vergunningen. De gemeente Zandvoort kijkt in het Register SVH Verklaring Sociale Hygiëne of de nieuwe leidinggevende een Verklaring Sociale Hygiëne heeft behaald. Deze verklaring hoeft dus in beginsel niet meer ingeleverd te worden. De leidinggevende is echter verplicht indien de burgemeester dit nodig acht alsnog zijn originele verklaring sociale hygiëne te tonen.

Het (melding)formulier is te verkrijgen bij de centrale balie en kan ook van de website van de gemeente Zandvoort worden gedownload ( www.zandvoort.nl ).

Aan het in behandeling nemen van de melding/wijziging leidinggevende zijn kosten verboden (leges). De leges dienen tegelijk met het doen van de melding betaald te worden. Bij voorkeur via een pinbetaling aan de balie. De hoogte van de leges is te vinden in de legesverordening op de website (Titel 3 hoofdstuk 1).

2.1 Start aangemelde leidinggevende

De melding geldt als aanvraag tot wijziging van het aanhangsel. De burgemeester bevestigt uiterlijk binnen twee werkdagen na ontvangst van de melding, schriftelijk de ontvangst van de aanvraag/melding. De aangemelde leidinggevende kan zodra de vergunninghouder de ontvangstbevestiging ontvangen heeft aan de slag. Dus nog voordat toetsing heeft plaatsgevonden.

Wel wordt van de vergunninghouder verlangd dat – zolang hij nog geen uitsluitsel heeft over de toetsing van een nieuwe leidinggevende – een kopie van de aanvraag/melding en een ontvangstbevestiging daarvan in de inrichting aanwezig is.

Bovendien dient de vergunninghouder het volgende in acht te nemen:

  • ·

    Het is niet toegestaan om voordat de burgemeester een besluit heeft genomen omtrent de aangemelde leidinggevende, andere leidinggevenden in plaats van de aangemelde leidinggevende op te voeren. Intrekken van de eerder gedane melding is wel mogelijk;

  • ·

    Het is niet toegestaan een leidinggevende aan te melden die niet in het bezit is van een certificaat/verklaring sociale hygiëne. Tenzij het een leidinggevende betreft die geen operationele bemoeienis heeft met de bedrijfsvoering en de exploitatie en dat door de vergunninghouder in een schriftelijke verklaring is bevestigd;

  • ·

    Het is bovendien niet toegestaan om personen als leidinggevenden aan te melden waarvan de vergunninghouder op voorhand al weet dat deze geweigerd worden.

Indien de vergunninghouder meermalen achter elkaar een persoon met criminele antecedenten aanmeldt als leidinggevende kan dit gevolgen hebben voor zijn vergunningen. De burgemeester kan namelijk om dit tegen te gaan een vergunning intrekken indien een vergunninghouder in een periode van twee jaar tenminste driemaal iemand als leidinggevende heeft aangemeld, die achteraf niet aan de eisen van de Drank- en Horecawet bleek te voldoen (op grond van artikel 31, derde lid, onder b van de Drank- en Horecawet).

2.2 Toets aangemelde leidinggevende

De leidinggevenden moeten voldoen aan de eisen die de Drank- en Horecawet stelt. De gemeente toetst of de leidinggevende aan deze eisen voldoet. Daarnaast vind toetsing plaats aan de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur. De vergunninghouder krijgt binnen de gestelde termijn van 8 weken een besluit op de melding wijziging leidinggevende.

Voldoet de aangemelde leidinggevende aan de gestelde eisen dan volgt bijschrijving op het aanhangsel behorende bij de drank- en horecavergunning.

De drankvergunning en het aanhangsel of een afschrift daarvan dienen in de inrichting aanwezig te zijn.

Voldoet de aangemelde leidinggevende niet aan de gestelde eisen dan krijgt de vergunninghouder hierover uitsluitsel. Vanaf dat moment mag de aangemelde persoon/leidinggevende niet meer optreden als leidinggevende. Doet hij dit wel dan

leidt dit tot intrekking van de drank- en horecavergunning (artikel 31, eerste lid, onder b).

Dit omdat niet langer wordt voldaan aan de in artikel 8 van de Drank- en Horecawet gestelde eisen.

2.3 Doorhalen leidinggevende

Het gaat hier om personeelsleden die niet meer in het horecabedrijf of niet meer als leidinggevende werkzaam zijn in het horecabedrijf.

De vergunninghouder doet hiervan melding aan de burgemeester en ontvangt vervolgens een gewijzigd aanhangsel.