Uitvoeringsregels exploitatie Horecabedrijf

Geldend van 25-10-2013 t/m heden

Intitulé

Gemeente Zandvoort wil graag op de internationale agenda staan als zijnde een badplaats met stijl en kwalitatief hoogstaande aanbod, waar wonen, werken en recreëren gepaard gaan met veiligheid, leefbaarheid en plezier. De gemeente wil graag zowel de burger als de horeca- ondernemer met zijn bedrijf goed bedienen. De horeca- ondernemer wordt ruimte geboden, maar hij dient binnen de bestaande wet- en regelgeving te handelen.

Voor u liggen uitvoeringsregels van de burgemeester die van belang zijn voor de exploitatie van een horecabedrijf. Met de uitvoeringsregels exploitatie openbare inrichting kiest de burgemeester ervoor om aparte beleidsregels voor openbare inrichtingen in één nota op te nemen. De zes redenen voor voornoemde keuze worden in bijlage 6 vermeld.

samenvatting uitvoeringsregels en stappenplan

In de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf worden in de hoofdstukken 4, 5, 6 en 7 diverse beleidsonderwerpen behandeld. Onderstaand zijn deze hoofdstukken samengevat. Bovendien is in stappenplannen (samengevat) aangegeven welke acties door met name de ondernemer ivm. de uitvoeringsregels in ieder geval moeten worden ondernomen.

Hoofdstuk 4 Openingstijden openbare inrichtingen

Strandpaviljoens mogen tot 00.00 uur geopend zijn. Alleen indien sprake is van een bijzondere omstandigheid kan aan een strandpaviljoen een ontheffing van de sluitingstijd worden gegeven.

De overige openbare inrichtingen mogen tot 03.00 geopend zijn. Voor een door middel van het bestemmingsplan gelimiteerd aantal openbare inrichtingen geldt dat zij als daarvoor een horeca- exploitatie van de burgemeester hebben gekregen tot 05.00 uur geopend mogen zijn. Voor openstelling tot 05.00 uur gelden specifieke criteria. Bovendien is een vergunning vereist om tot 05.00 uur geopend te mogen zijn.

Hoofdstuk 5 Procedure voorlopige toestemming

Onder bepaalde voorwaarden treedt de gemeente niet op tegen het niet beschikken over een Drank- en horecavergunning, aanwezigheidsvergunning kansspelautomaten, vergunning speelautomatenhal, horeca-exploitatievergunning en de terrasvergunning bij winkels. Als er weigeringsgronden aanwezig zijn wordt er geen voorlopige toestemming verleend. Sommige soorten ondernemingen worden zonder vergunning niet gedoogd. Zo mogen bijvoorbeeld ondernemers die een vergunning seksinrichting, vergunning escortbedrijf of horeca -exploitatievergunning coffeeshop aanvragen pas exploiteren nadat de gevraagde vergunning is verleend.

De burgemeester kan alleen tijdig beslissen indien de ondernemer minimaal 15 werkdagen voor exploitatie van de openbare inrichting, een complete/volledige vergunningaanvraag doet en de verschuldigde leges betaalt.

Hoofdstuk 6 Melding leidinggevende Drank- en Horecawet

Dit onderdeel geldt voor horeca-ondernemers die reeds beschikken over geldige drank - en horecavergunning. De melding geldt als aanvraag tot wijziging van het aanhangsel bij de Drank- en Horecavergunning. De aangemelde leidinggevende kan zodra de vergunninghouder een ontvangstbevestiging van de melding heeft ontvangen aan de slag. De aangemelde leidinggevende wordt vervolgens getoetst aan de bepalingen van de Drank- en Horecawet. Als de vergunninghouder meermalen achter elkaar een persoon met criminele antecedenten aanmeldt als leidinggevende kan dit gevolgen hebben voor zijn vergunningen.

Hoofdstuk 7 Melding vrijstelling exploitatievergunning

In de Algemene plaatselijke verordening zijn reeds soorten bedrijven uitgesloten van de horeca- exploitatievergunningsplicht. Daarnaast zijn er soorten/typen bedrijven die op een aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning van de burgemeester staan en daarom geen horeca-exploitatievergunning hoeven aan te vragen. Bepaalde bedrijven zoals Prostitutiebedrijven, escortbedrijven, coffeeshops en bar- dancings/discotheken moeten echter altijd over een horeca-exploitatievergunning beschikken.

Nieuwe ondernemingen die alcohol verstrekken moeten uiterlijk15 werkdagen voor de gewenste openingsdatum een melding doen middels een door de burgemeester vastgesteld meldingsformulier. Bestaande ondernemingen die alcohol verstrekken hoeven pas een melding te doen als er iets op hun horeca-exploitatievergunning wijzigt.

Ondernemingen die nachtverblijf verschaffen moeten (binnen drie dagen) een melding/kennisgeving doen nadat zij de inrichting hebben opricht/overgenomen/verplaatst of de exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staken.

Stappenoverzicht alcoholvrije en alcoholschenkende openbare inrichtingen

In onderstaand stappenoverzicht zijn de acties die ondernemers (en gemeente) i.v.m. de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf in ieder geval moeten ondernemen weergegeven voor de alcoholvrije en alcoholschenkende openbare inrichtingen.

Stappen alcoholvrij bedrijf nieuw

  • 1.

    Informatiefolder ophalen bij de balie of van de website www.zandvoort.nl

  • 2.

    Kijken in bestemmingsplan of vestiging/exploitatie is toegestaan zo ja

  • 3.

    Op aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning kijken of het type bedrijf is vrijgesteld van de horeca- exploitatievergunningsplicht. Zo nee horeca-exploitatievergunning aanvragen en leges betalen (minimaal 15 werkdagen voor exploitatie van de openbare inrichting) en

  • 4.

    Meldingsformulier milieudienst invullen en op sturen naar milieudienst IJmond en

  • 5.

    Bij verschaffen nachtverblijf middels meldingsformulier vestiging melden.

  • 6.

    Contract afsluiten met afvalinzamelingsbedrijf en

  • 7.

    Melden bij GBKZ ivm. voorwerpen op of aan de weg/toeristenbelasting

Stappen alcoholschenkend bedrijf nieuw

  • 1.

    Informatiefolder ophalen bij de balie of van de website www.zandvoort.nl

  • 2.

    Kijken in bestemmingsplan of vestiging/exploitatie is toegestaan zo ja

  • 3.

    Op aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning kijken of het type bedrijf is vrijgesteld van de horeca- exploitatievergunningsplicht. Zo nee horeca-exploitatievergunning aanvragen en leges betalen (minimaal 15 werkdagen voor exploitatie van de openbare inrichting).

  • 4.

    Zo ja Meldingsformulier vrijstelling exploitatievergunning invullen en inleveren en

  • 5.

    Bij verschaffen nachtverblijf middels meldingsformulier vestiging melden.

  • 6.

    Drank- en Horecavergunning aanvragen en leges betalen

  • 7.

    Meldingsformulier milieudienst invullen en inleveren bij de gemeente of zelf op sturen naar milieudienst IJmond en

  • 8.

    Melden bij GBKZ ivm. voorwerpen op of aan de weg/toeristenbelasting

  • 9.

    Indien er kansspelautomaten in de inrichting staan een vergunning aanvragen.

Stappen alcoholvrij bedrijf bestaand

  • 1.

    Contact met de gemeente opnemen als er b.v. wijzigingen m.b.t. de soort openbare inrichting, aanwezigheid kansspelautomaten en/ of(oppervlakte) terras zijn.

  • 2.

    Bij verschaffen nachtverblijf middels meldingsformulier - indien van toepassing - beëindiging exploitatie melden.

  • 3.

    Als er sprake is van een wijziging m.b.t. de soort openbare inrichting onderzoekt de gemeente of de exploitatie niet in strijd is met het geldend bestemmingsplan. De ondernemer wordt op de hoogte gesteld van de uitkomst.

  • 4.

    Als er sprake is van een wijziging in de oppervlakte van het terras of ander voorwerp op of aan de weg geeft de gemeente deze wijziging door aan de belastingdienst ivm. de verschuldigde precario.

  • 5.

    Indien er kansspelautomaten in de inrichting worden geplaatst een vergunning kansspelautomaten aanvragen.

  • 6.

    Van alle alcoholvrije bestaande bedrijven waar geen wijzigingen hebben plaatsgevonden c.q. zijn gemeld, beoordeelt de burgemeester ambtshalve of de ondernemer met zijn inrichting exploitatievergunningplichtig moet blijven. Als dit het geval is zal de ondernemer hierover een schriftelijke mededeling ontvangen. Als dit niet het geval is, zal de burgemeester de horeca –exploitatievergunning intrekken. De ondernemer valt dan met zijn onderneming onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning. Dit geldt niet voor de in het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning uitgesloten typen bedrijven.

Stappen alcoholschenkend bedrijf bestaand

  • 1.

    Contact met de gemeente opnemen als de gegevens op de horeca-exploitatievergunning zijn gewijzigd (b.v. ander soort openbare inrichting, wijziging terras en wijziging leidinggevende)

  • 2.

    Bij verschaffen nachtverblijf middels meldingsformulier - indien van toepassing - beëindiging exploitatie melden.

  • 3.

    Als er sprake is van een wijziging m.b.t. de soort openbare inrichting onderzoekt de gemeente of de exploitatie niet in strijd is met het geldend bestemmingsplan. De ondernemer wordt op de hoogte gesteld van de uitkomst.

  • 4.

    Als er sprake is van een wijziging in de oppervlakte van het terras of ander voorwerp op of aan de weg geeft de gemeente deze wijziging door aan de belastingdienst ivm. de verschuldigde precario.

  • 5.

    Als er een wijziging is m.b.t. de leidinggevende middels een meldingsformulier leidinggevende bij de gemeente aanmelden c.q. van aanhangsel laten verwijderen. Als de leidinggevende voldoet aan de eisen van de Drank- en Horecawet wordt de leidinggevende aan het aanhangsel toegevoegd. Als de leidinggevende niet meer als zodanig optreedt wordt deze na melding van het aanhangsel verwijderd.

  • 6.

    Als er sprake is van een wijziging in de oppervlakte van het terras of ander voorwerp op of aan de weg geeft de gemeente deze wijziging door aan de belastingdienst ivm. de verschuldigde precario.

  • 7.

    Van alle alcoholschenkende bestaande bedrijven waar geen wijzigingen hebben plaatsgevonden c.q. zijn gemeld, beoordeelt de burgemeester ambtshalve of de ondernemer met zijn inrichting exploitatievergunningplichtig moet blijven. Als dit het geval is zal de ondernemer hierover een schriftelijke mededeling ontvangen. Als dit niet het geval is, zal de burgemeester de horeca –exploitatievergunning intrekken. De ondernemer valt dan met zijn onderneming onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning. Dit geldt niet voor de in het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning uitgesloten typen bedrijven.

Stap geldend voor ondernemers van alle alcoholvrije – en alcoholschenkende openbare inrichtingen

Ondernemers wordt geadviseerd om altijd contact met de Milieudienst IJmond op te nemen in het geval van:

  • ·

    Vestiging;

  • ·

    Wijziging bedrijfsvoering (bijvoorbeeld van restaurant naar café);

  • ·

    Het ten gehore brengen van muziek in de bedrijfsvoering;

  • ·

    Wisseling eigenaar.

2 Inleiding

Gemeente Zandvoort wil graag op de internationale agenda staan als zijnde een badplaats met stijl en kwalitatief hoogstaande aanbod, waar wonen, werken en recreëren gepaard gaan met veiligheid, leefbaarheid en plezier. De gemeente wil graag zowel de burger als de horeca- ondernemer met zijn bedrijf goed bedienen. De horeca- ondernemer wordt ruimte geboden, maar hij dient binnen de bestaande wet- en regelgeving te handelen.

Voor u liggen uitvoeringsregels van de burgemeester die van belang zijn voor de exploitatie van een horecabedrijf. Met de uitvoeringsregels exploitatie openbare inrichting kiest de burgemeester ervoor om aparte beleidsregels voor openbare inrichtingen in één nota op te nemen. De zes redenen voor voornoemde keuze worden in bijlage 6 vermeld.

Ter vergroting van de leesbaarheid zijn de meest gebruikte begripsbepalingen en de standaardvoorschriften m.b.t. de vergunningen niet meer per hoofdstuk apart vermeld maar respectievelijk in de hoofdstukken 3 en 8. Bovendien wordt in elk hoofdstuk de samenhang met andere nota’s, verordeningen en hoofdstukken uit de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf vermeld. De hoofdstukken 4, 5,7 en 6 bevatten voorts een korte samenvatting.

Vanwege de omvang van de nota worden de hoofdstukken en de door de ondernemer te nemen stappen, ook apart op de website bij het ondernemersloket onder horeca geplaatst.

Discretionaire bevoegdheid

De uitvoeringsregels in deze nota zijn beleidsregels die een bestuursorgaan zoals de burgemeester op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht kan vaststellen.

De burgemeester heeft echter een discretionaire bevoegdheid. Hiermee wordt aangegeven dat de burgemeester een bepaalde mate van beleidsvrijheid heeft bij het nemen van een besluit. Hierbij vindt altijd een belangenafweging plaats.

Bekendmaking en inwerkingtreding

Deze nota wordt bekendgemaakt middels een verplichte publicatie in het huis-aan-huisblad, na officiële vaststelling door de burgemeester. Daarnaast volgen enkele aanvullende communicatieacties, waaronder een persbericht op de gemeentelijke website. Tevens zal de notitie na officiële vaststelling ter inzage worden gelegd. Het beleid treedt op de dag na publicatie in werking.

Leeswijzer

De nota begint met hoofdstuk 3, Begripsbepalingen

Hoofdstuk 4 bevat de regels voor openingstijden openbare inrichtingen.

Vervolgens wordt in hoofdstuk 5 de Procedure voorlopige toestemming beschreven.

Melding leidinggevende Drank- en Horecawet is het zesde hoofdstuk

Hoofdstuk 7 bevat de Melding vrijstelling exploitatievergunning.

Hoofdstuk 8 betreft de standaard richtlijn en voorschriften m.b.t. de openingstijden en besluit voorlopige toestemming, aanwezigheidsvergunning kansspeelautomaten en speelautomatenhal.

De bijlagen 1 en 2 bevatten de aanwijzingsbesluiten vrijstelling alcoholvrije en alcoholschenkende inrichtingen.

In de derde bijlage worden de belangrijkste wet- en regelgeving waarmee een openbare inrichting te maken krijgt bij exploitatie aangestipt. Deze informatie is tevens te vinden in de informatiefolder voor horeca-ondernemers. In bijlage 4 is het door de burgemeester vastgesteld meldingsformulier vrijstelling exploitatievergunning opgenomen. Bijlage 5 bevat het meldingsformulier voor inrichtingen die nachtverblijf verschaffen.

Bijlage 6 bevat tenslotte de redenen van opstelling van de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf.

3. Begripsbepalingen

In dit hoofdstuk worden de meest in beleid voor openbare inrichtingen gebruikte begrippen toegelicht. Voor zover deze begrippen voorkomen in de hoofdstukken van deze nota zijn ze in onderstaand blok vermeld.

Hoofdstuk 4 Openingstijden horecabedrijf

Hoofdstuk 5 Procedure voorlopige toestemming

Hoofdstuk 6 Melding leidinggevende Drank- en Horecawet

Hoofdstuk 7 Melding vrijstelling exploitatievergunning

Wettelijk kader:

Bestemmingsplan Centrum

Nota’s gemeente:

Pensionbeleid/ Visie op verblijfsaccommodaties Zandvoort

3.1 Horecabedrijf = openbare inrichting (APV)

De voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt voor vijf of meer personen of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie worden verstrekt of bereid. Onder een openbare inrichting met of zonder terras en andere aanhorigheden wordt in ieder geval verstaan: een hotel, restaurant, pension, café, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis.

3.2 Terras

Een buiten de besloten ruimte van de openbare inrichting liggend deel daarvan waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt.

3.3. Categorieen horecabedrijven

De definities van deze categorieën sluiten aan bij de definities en categorieën horecabedrijven van de in het bestemmingsplan Centrum Visie gehanteerde categorisering. Genoemd bestemmingplan hanteert de categorieën A tot en met F.

Horecabedrijf categorie A

Een horecabedrijf uit de A- categorie is als volgt gedefinieerd: ‘een aanloopgericht horecabedrijf, zijnde een horecabedrijf dat is gericht op het verstrekken van dranken en etenswaren aan met name bezoekers van centrumvoorzieningen, zoals ijssalons, croissanterieën, en naar de aard daarmee gelijk te stellen horecabedrijven’.

Horecabedrijf categorie B

Een B- horecabedrijf is ‘een restaurant en/of café-/restaurant, zijnde een horecabedrijf dat voornamelijk is gericht op het verstrekken van maaltijden’.

Horecabedrijf categorie C

‘Een cafetaria en/of snackbar, zijnde een horecabedrijf waar de bedrijfsuitoefening hoofdzakelijk is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van eenvoudige etenswaren en dranken, met een in het algemeen gespreide bezoekersfrequentie gedurende een groot deel van de dag en avond, waarbij de bedrijvigheid zich zowel in als om de lokaliteit voltrekt.’

Horecabedrijf categorie D

‘Een café en/of bar, zijnde een horecabedrijf waar de bedrijfsuitoefening hoofdzakelijk is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van dranken, met een in het algemeen hoge bezoekersfrequentie gedurende de avond, waarbij de bedrijvigheid zich voornamelijk binnen de lokaliteit voltrekt.’ Daarnaast vallen coffeeshops onder categorie D.

Horecabedrijf categorie E

Een E- bedrijf wordt omschreven als ‘een bar/dancing, zijnde een bar waar tevens gelegenheid wordt geboden tot dansen, en naar de aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijven, zoals discotheken en nachtclubs’.

Horecabedrijf categorie F

Een F- bedrijf wordt omschreven als een 'hotel/pension, zijnde een horecabedrijf waar de bedrijfsuitoefening hoofdzakelijk is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van logies'.

3.4 Leidinggevende

Op grond van artikel 1 van de Drank- en Horecawet is een leidinggevende:

  • ·

    De natuurlijke persoon of de bestuurders van een rechtspersoon of hun gevolmachtigden, voor wiens rekening en risico het horecabedrijf of het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend;

  • ·

    De natuurlijke persoon die algemene leiding geeft aan een onderneming, waarin het horecabedrijf of het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend in een of meer inrichtingen;

  • ·

    De natuurlijke persoon, die onmiddellijke leiding geeft aan de uitoefening van zodanig bedrijf in een inrichting.

3.5 Nieuwe ondernemer

Onder nieuwe ondernemer/onderneming wordt verstaan:

  • 1.

    Een natuurlijk persoon of rechtspersoon die voor het eerst in Zandvoort in een bepaalde inrichting een horecabedrijf wenst te exploiteren of;

  • 2.

    Een natuurlijk persoon of rechtspersoon die eerder/in het verleden beschikte over een horecavergunning van de gemeente Zandvoort, maar waarvan de vergunningen zijn ingetrokken of van rechtswege zijn vervallen. Het gaat hier niet om vergunningintrekkingen op grond van een sanctie.

  • 3.

    Een natuurlijk persoon of rechtspersoon waarvan de horeca-exploitatievergunning is gewijzigd vanwege een wijziging in de rechtsvorm. Bijvoorbeeld van eenmanszaak naar een besloten vennootschap.

3.6 Bestaande ondernemer

Onder bestaande ondernemers wordt verstaan de ondernemers die beschikken over een rechtsgeldige drank- en horecavergunning en horeca- exploitatievergunning.

3.7 Logiesverstrekking tot en met vier bedden

Definitie uit Visie op verblijfsaccommodaties.

De populaire benaming is Bed & Breakfast. In het kader van het toetsingsbeleid wordt de term logiesverstrekking t/m vier bedden gebruikt.

De eigenaar woont in hetzelfde pand en is op het betreffende pand ingeschreven.

(Lichte) maaltijden en dranken worden slechts verstrekt aan gasten, niet aan passanten.

3.8 Logiesverstrekking met meer dan vier bedden

Definitie uit Visie op verblijfsac commodaties.

De populaire benaming is pension (die zich soms ook Bed & Breakfast noemen). In het kader van het toetsingsbeleid wordt de term logiesverstrekking met meer dan vier bedden gebruikt.

De eigenaar woont in hetzelfde pand en is op het betreffende pand ingeschreven. Dit criterium is niet van toepassing indien het gaat om een pand dat als pension is gebouwd en/of ingericht vóór de inwerkingtreding van het Pensionbeleid Zandvoort in november 2009 en waarbij de exploitant niet in het pand woont en ingeschreven staat voor deze datum (dit wordt gezien als een persoonsgebonden overgangsrecht, wanneer dit pand wordt verkocht moet dit weer als woning in gebruik worden genomen);

Maaltijden en dranken worden slechts verstrekt aan gasten, niet aan passanten.

3.9 Hotel

Definitie uit Visie op verblijfsaccommodaties.

Een hotel is een bedrijf met een commercieel oogmerk waar iemand tegen betaling voornamelijk toeristisch kan overnachten voor een kortdurend verblijf en waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en waarbij de gast voor overige voorzieningen volledig wordt verzorgd

De eigenaar woont niet in het pand en in tegenstelling tot bovengenoemde accommodaties kunnen hier ook dranken en maaltijden aan personen worden verstrekt die niet overnachten in het pand. Zie ook Visie op verblijfsaccommodaties.

3.10 Jaarrondpaviljoen

Definitie uit bestemmingsplan

Een jaarrond strandpaviljoen is een strandpaviljoen in niet-permanente bebouwing en daarbij behorende erven en voorzieningen zoals terrassen, waar als hoofdfunctie bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en die het gehele jaar op het strand mag staan en als zodanig gebruikt mag worden met dien verstande dat ondergeschikt, strandgerelateerde medegebruik en het houden van kleine seminars/trainingen, kleinschalige tentoonstellingen of als trouwlocatie is toegestaan.

3.11 Seizoensgebonden strandpaviljoen

Definitie uit bestemmingsplan

Een seizoensgebonden strandpaviljoen is een strandpaviljoen in niet–permanente bebouwing en daarbij behorende erven en voorzieningen zoals terrassen, waar als hoofdfunctie bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en die uitsluiten in het zomerseizoen op het strand mag staan en als zodanig gebruikt mag worden met dien verstande dat ondergeschikt, strandgerelateerde medegebruik en het houden van seminars/trainingen, kleinschalige tentoonstellingen of als trouwlocatie is toegestaan.

3.12 Complete/volledige aanvraag

Onder een complete/volledige aanvraag wordt verstaan:

  • 1.

    Volledig ingevulde aanvraagformulieren inclusief de gemeentelijke vragenlijst en indien van toepassing, het BIBOB vragenformulier (als genoemd in de BIBOB Beleidsregels);

  • 2.

    Ondertekende en van datum voorziene (aanvraag)formulieren;

  • 3.

    Verstrekking van alle door de gemeente gevraagde gegevens/bescheiden;

  • 4.

    Verschuldigde leges voor het in behandeling nemen van de vergunningsaanvraag betaald.

3.13 Verdagingsbesluit

Soms is de behandelingstermijn van een vergunning te kort. De burgemeester kan dan besluiten de beslissing op de aanvraag uit te stellen. Dit noemen

we een verdagingsbesluit. Een verdagingsbesluit is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

3.14 Aanhoudingsbesluit

Dit houdt in dat de burgemeester met de behandeling van de aanvraag wacht totdat bijvoorbeeld op andere aanvragen is beslist. Zodra deze procedure voor de andere vergunningen of ontheffingen is beëindigd, gaat de termijn voor de behandeling van de aanvraag lopen. Een aanhoudingsbesluit is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

3.15 BIBOB procedure

De BIBOB procedure is zowel van toepassing op nieuwe als op bestaande ondernemingen. Van een BIBOB procedure is sprake als:

  • 1.

    Advies aan het Regionale Informatie en Expertise Centrum (RIEC) wordt opgevraagd en deze nog niet is ontvangen;

  • 2.

    Gegevens op grond van de gemeentelijke vragenlijst BIBOB moeten worden aangeleverd en/of;

  • 3.

    Naast de gemeentelijke vragenlijst BIBOB, een BIBOB vragenformulier moet worden ingevuld door de aanvrager/ondernemer en/of;

  • 4.

    Gegevens/aanvullende stukken op grond van het BIBOB vragenformulier moeten worden aangeleverd;

  • 5.

    Het Regionale Informatie en Expertise Centrum een negatief advies heeft uitgebracht;

  • 6.

    Advies aan het Landelijk Bureau BIBOB wordt gevraagd;

  • 7.

    Zonder advies van Bureau BIBOB, het vrijstellingsbesluit horeca-exploitatievergunning, Drank- en Horecavergunning, horeca-exploitatievergunning alcoholschenkend (inclusief coffeeshops), vergunning speelautomatenhallen en vergunning voor een seksinrichting (inclusief escortbedrijven) geweigerd kan/kunnen worden op grond van de Wet BIBOB.

De volgende hoofdstukken in deze nota bevatten de uitvoeringsregels van de burgemeester (bestuursorgaan).

De uitvoeringsregels beginnen met een hoofdstuk waarin de openingstijden van de openbare inrichtingen (o.a. horecabedrijven) en de daarbij behorende voorwaarden om in aanmerking te komen voor de gewenste openingstijd worden vermeld.

Openingstijden openbare inrichtingen

4 Openingstijden openbare inrichtingen

In dit hoofdstuk wordt aangegeven aan welke voorwaarden een ondernemer moet voldoen om voor een bepaalde openingstijd in aanmerking te komen. De uitvoeringsregel in dit hoofdstuk heeft een samenhang met andere hoofdstukken uit deze nota. In onderstaand blok worden de samenhangende hoofdstukken c.q. paragrafen, nota en wettelijk kader vermeld.

Hoofdstuk 3 Begripsbepalingen, paragraaf 3.2

Hoofdstuk 5 Procedure voorlopige toestemming

Hoofdstuk 7 Melding vrijstelling exploitatievergunning

Hoofdstuk 8 Standaard bepalingen/voorschriften

Wettelijk kader: artikelen 1:6, 2:27, 2:28, 2:28.1, 2:29 en 2:30 Algemene plaatselijke verordening

Bestemmingsplannen

Nota’s gemeente:

Horecasanctiebeleid

Coffeeshopbeleid

4.1 INLEIDING

Voor strandpaviljoens geldt conform artikel 2.29 lid 3 APV een specifieke sluitingstijd, namelijk 00.00 uur. Daarnaast bepaalt artikel 2.29 lid 1 APV 2011 dat de overige openbare inrichtingen van 06.00 uur tot 03.00 uur geopend mogen zijn. Dit is de algemene regel, waarop uitzonderingen bestaan naar boven en beneden (zie artikel 2:29 lid 6 en artikel 2:30 APV). De raad van de gemeente Zandvoort heeft de burgemeester de bevoegdheid gegeven om voor deze uitzonderingen een vergunningstelsel in het leven te roepen. Van deze mogelijkheid maakt de burgemeester onder andere zodanig gebruik, dat aan een door middel van het bestemmingsplan gelimiteerd aantal horecazaken uit de E -categorie exploitatie tot 05.00 uur wordt toegestaan (horeca - exploitatievergunning).

Aan het in behandeling nemen van de aanvraag horeca-exploitatievergunning zijn kosten verboden (leges). De leges dienen tegelijk met het doen van de aanvraag betaald te worden. Bij voorkeur via een pinbetaling aan de balie. De hoogte van de leges is te vinden in de legesverordening op de website (Titel 3 hoofdstuk 1).

Bij het bepalen van de uiterlijke openingstijden is aangesloten bij de in het bestemmingsplan Centrum gehanteerde categorisering. Hoewel het sluitingstijdenbeleid in dit hoofdstuk niet alleen over het centrumgebied, maar over heel Zandvoort gaat, bieden de categorieën uit het bestemmingsplan centrum wel handvatten waarmee de burgemeester op objectieve wijze de differentiatie in sluitingstijden kan bepalen. Elk horecabedrijf uit de gemeente wordt aan een bepaalde categorie gekoppeld (zie ook paragraaf 3.3.).

Beoordeling categorie horeca

De burgemeester beoordeelt categorie op basis van onder andere:

  • a.

    Het gebruik van de activiteiten die de horecaondernemer wil ontplooien;

  • b.

    Wijze van inschrijving bij de Kamer van Koophandel;

  • c.

    Op de aanvraag van de vergunningof melding vermelde wijze van bedrijfsomschrijving;

  • d.

    De categorie past binnen de marges voor het betreffende perceel, gesteld in het bestemmingsplan (maximaal toegestane categorie). Indien dit het geval is, wordt de bijbehorende uiterlijke sluitingstijd voor het bedrijf bepaald.

4.2 Uiterlijke openingstijden

4.2.1 - 0.00 Uur/ontheffing

Zoals hierboven reeds aangegeven geldt voor de strandpaviljoens een specifieke sluitingstijd, namelijk 00.00 uur. De burgemeester kan alleen als er sprake is van een bijzondere omstandigheid ontheffing verlenen van de 00.00 uur (sluitings)tijd (artikel 2:29 lid 4).

Per aanvraag wordt afgewogen of er sprake is van een bijzondere omstandigheid.

Een feest wordt over het algemeen niet gezien als een bijzondere omstandigheid.

Ondernemers die in aanmerking willen komen voor een afwijkende openingstijd tonen dat zelf aan en leveren daar de benodigde onderbouwing van. Op basis hiervan beoordeelt uiteindelijk de burgemeester of er daadwerkelijk sprake is van een bijzondere omstandigheid.

4.2.2 - 03.00 Uur richtlijn

In principe geldt de regel dat openbare inrichtingen van 06.00 uur tot 03.00 uur geopend mogen zijn voor alle horecagelegenheden. De ondernemer hoeft daar in principe geen vergunning voor aan te vragen. Zoals gesteld zijn uitzonderingen conform ondermeer artikel 2:29 lid 6 en 2:30 APV mogelijk.

In het belang van de openbare orde en het woon- en leefklimaat wordt van de ondernemer die zijn openbare inrichting tot 03.00 uur exploiteert - en onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca- exploitatievergunning valt - verwacht dat hij zich houdt aan de in hoofdstuk 8 vermelde richtlijnen.

In het kader van de openbare orde en/of veiligheid kan de burgemeester besluiten dat de ondernemer met zijn openbare inrichting niet onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning valt. De ondernemer dient dan te beschikken over een horeca-exploitatievergunning.

Indien de ondernemer dient te beschikken over een horeca-exploitatievergunning wordt het in de richtlijn vermelde als voorschriften in de vergunning opgenomen. De burgemeester kan daarnaast altijd nog andere voorschriften en/of beperkingen in de horeca-exploitatievergunning opnemen die door de ondernemer direct moeten worden nageleefd/opgevolgd;

Voor coffeeshops gelden aanvullende voorwaarden. Zie hiervoor de ‘Eindnotitie coffeeshopbeleid van de gemeente Zandvoort’ van 30 september 1997 en bijbehorende ‘Evaluatie coffeeshopbeleid’ van 31 december 2004.

4.2.3 - 05.00 Uur voorwaarden

Voor bedrijven uit de E- categorie bestaat de mogelijkheid tot verkrijging van een horeca-exploitatievergunning waarmee openstelling tot maximaal 05.00 uur mogelijk wordt. Om als horeca-inrichting hiervoor in aanmerking te komen dienen de inrichting en de ondernemer aan onderstaande voorwaarden te voldoen:

  • a.

    Het bestemmingsplan moet bedrijven uit deze categorie toestaan;

  • b.

    De ondernemer dient in het bezit te zijn van een Drank- en Horecavergunning;

  • c.

    Het gebouw moet voldoen aan het Besluit Brandveilig Gebruik Bouwwerken;

  • d.

    Er dient aan met het Activiteitenbesluit en milieuwetgeving samenhangende voorschriften te zijn voldaan;

  • e.

    Alle benodigde papieren moeten op orde zijn voordat er tot 05.00 uur mag worden geëxploiteerd;

  • f.

    Er moeten geen weigeringsgronden ivm. het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of de bescherming van het milieu zijn (artikel 1.8 APV 2011).

Daarnaast dient de ondernemer zich aan de in de horeca -exploitatievergunning vermelde voorschriften te houden (zie hoofdstuk 8 standaard bepalingen/voorschriften).

In de voorschriften is onder andere opgenomen dat de ondernemer een poortje dient te plaatsen. Dit om te voorkomen dat in een onderneming wapens/messen en dergelijke mee naar binnen worden genomen.

Er geldt een sluitingstijd tussen 05.00 en 11.00 uur om te voorkomen dat een uur na sluitingstijd horecagelegenheden weer opengaan voor een afterparty, waarvoor bezoekers in het dorp zouden kunnen blijven hangen.

De burgemeester kan aan de vergunning altijd aanvullende voorschriften en beperkingen verbinden.

4.3 Intrekkings- of wijzigingsgronden

De burgemeester kan op grond van artikel 1:6 APV de horeca-exploitatievergunning of ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    Ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    Vanwege verandering van omstandigheden of inzichten wijziging of intrekken noodzakelijk is in het kader van het beschermde belang;

  • c.

    Vergunning/ontheffingsvoorschriften niet zijn of worden nagekomen;

  • d.

    De vergunning/ontheffing niet wordt gebruikt binnen een gestelde of redelijke termijn;

  • e.

    De houder dit verzoekt.

4.4 horecasanctiebeleid

Bij overtreding van de sluitingstijd maakt de burgemeester gebruik van het horecasanctiebeleid. Dit geldt zowel voor overtreding van de vergunning/ontheffingsvoorschriften als van de op grond van de artikelen 2:29 en 2:30 APV geldende sluitingstijden.

In het horecasanctiebeleid staat specifiek omschreven welke bestuurlijke maatregelen kunnen worden getroffen indien een horecaondernemer zich niet aan de geldende regels houdt. Bij de toepassing hiervan heeft de burgemeester een discretionaire bevoegdheid.

Zoals reeds in bijlage 3 vermeld dient een ondernemer met diverse wet- en regelgeving rekening te houden en over verschillende vergunningen te beschikken.

4.5 Samenvatting

Strandpaviljoens mogen tot 00.00 uur geopend zijn. Alleen indien sprake is van een bijzondere omstandigheid kan aan een strandpaviljoen een ontheffing van de sluitingstijd worden gegeven.

De overige openbare inrichtingen mogen tot 03.00 geopend zijn. Voor een door middel van het bestemmingsplan gelimiteerd aantal openbare inrichtingen geldt dat zij als daarvoor een horeca- exploitatie van de burgemeester hebben gekregen tot 05.00 uur geopend mogen zijn. Voor openstelling tot 05.00 uur gelden specifieke criteria.

In het volgende hoofdstuk wordt aangegeven in welke gevallen de burgemeester toestaat dat de ondernemer tijdens de behandeling van zijn vergunningaanvraag reeds mag handelen alsof hij beschikt over de aanvraagde vergunning(en).

5 procedure voorlopige toestemming

De uitvoeringsregel in dit hoofdstuk heeft een samenhang met andere hoofdstukken uit deze nota. In onderstaand blok worden de samenhangende hoofdstukken c.q. paragrafen, nota’s en wet- en regelgeving vermeld.

Hoofdstuk 4 begripsbepalingen voor de definitie van complete/volledige aanvraag en BIBOB procedure.

Hoofdstuk 6 melding leidinggevende Drank- en Horecawet

Hoofdstuk 7 melding vrijstelling exploitatievergunning ivm. de procedure en de criteria voor een vrijstelling exploitatievergunning

Hoofdstuk 8 algemene richtlijnen en voorschriften

Wettelijk kader:Algemene wet bestuursrecht,artikel 30c Wet op de Kansspelen,artikel 3 Drank- en Horecawet,artikel 3 Wet BIBOB

artikelen 2:28 en 2:28.1 APV

Verordening Speelautomatenhallen

Bestemmingsplannen

Nota’s gemeente:

Horecasanctiebeleid ivm. openstelling zonder geldige vergunningen, melding, vrijstelling of voorlopige toestemming.

BIBOB beleidsregels

In dit hoofdstuk wordt aangegeven op welke wijze de burgemeester bij het verlenen van een voorlopige toestemming omgaat met de in paragraaf 5.1 genoemde soorten vergunningaanvragen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen nieuwe en bestaande ondernemers/ondernemingen m.b.t. de te volgen procedure.

Niet in alle gevallen wordt echter een voorlopige toestemming verleend. Paragraaf 5.3vermeldt daarom de gevallen waarbij geen voorlopige toestemming wordt verleend.

5.1 Inleiding

Tijdig vergunning aanvragen en leges betalen

De burgemeester kan alleen tijdig beslissen indien de ondernemer minimaal 15 werkdagen voor exploitatie van de openbare inrichting, een complete/volledige vergunningaanvraag doet.

Aan het in behandeling nemen van de vergunningaanvragen zijn kosten verboden (leges). De leges dienen tegelijk met het doen van de aanvra(a)g(en) betaald te worden. Bij voorkeur via een pinbetaling aan de balie. De hoogte van de leges is te vinden in de legesverordening op de website (Titel 3 hoofdstuk 1).

Vervolgens wordt aan de hand van de ingeleverde gegevens en het advies van de politie, ingeschat of de gevraagde vergunning(en) mogelijk verleend kan/kunnen worden.

Soorten vergunningen

De uitvoeringsregels voorlopige toestemming gelden voor de volgende vergunningaanvragen:

  • o

    Drank- en horecavergunning

  • o

    Aanwezigheidsvergunning kansspelautomaten (gokkasten)

  • o

    Vergunning speelautomatenhal

  • o

    Horeca-exploitatievergunning (indien de inrichting niet valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning)

  • o

    Terrasvergunning bij detailhandelszaken

Met een besluit voorlopige toestemming staat de burgemeester de (nieuwe) ondernemer toe in zijn openbare inrichting tijdens de behandelperioden van zijn vergunningaanvragen:

  • o

    M.b.t. de aanvraag drank- en horecavergunning, alcohol te verstrekken aan de in de inrichting aanwezige bezoekers’;

  • o

    M.b.t. aanvraag aanwezigheidsvergunning kansspelautomaten, 2 kansspelautomaten aanwezig te hebben;

  • o

    M.b.t. vergunning speelautomatenhal exploitatie van speelautomatenhal;

  • o

    M.b.t. horeca-exploitatievergunning voor bar/dancings om bar/dancing te exploiteren.

Dit wordt ook wel gedogen genoemd. Gedogen kan alleen indien sprake is van een tijdelijke situatie en uitzicht is op vergunningverlening.

Duur voorlopige toestemming

De voorlopige toestemming is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht en wordt in principe voor tweemaanden afgegeven. Deze periode kan worden verlengd. Aan de voorlopige toestemming zijn bepalingen verbonden (zie hoofdstuk 8 standaard bepalingen en voorschriften). Bij overtreding van een of meerdere bepalingen uit de voorlopige toestemming wordt deze onmiddellijk ingetrokken ongeacht de zwaarte van de overtreding. Exploitatie wordt dan niet meer gedoogd.

Dit betekent bijvoorbeeld dat de ondernemer zonder de benodigde vergunning(en):

geen alcohol mag verstrekken aan de in de inrichting aanwezige bezoekers en geen kansspelautomaten in de inrichting aanwezig mag hebben.

Voorlopige toestemming geeft geen recht op vergun ning

Gedurende de periode van de voorlopige toestemming vraagt de burgemeester advies aan diverse instanties omtrent de vergunningverlening. Uit deze adviezen kan blijken dat de aangevraagde vergunning(en) geweigerd moet(en) worden. De voorlopige toestemming wordt dan ingetrokken en de vergunningen geweigerd.

Voldoen aan overige wet- en regelgeving

Het verlenen van de voorlopige toestemming betekent niet dat andere instanties zoals bijvoorbeeld de Brandweer en de Milieudienst IJmond niet handhavend kunnen en zullen optreden. Bovendien dient de ondernemer te voldoen aan de eisen die overige wet - en regelgeving aan hem stelt.

Horecasanctiebeleid

In het Horecasanctiebeleid is opgenomen op welke wijze met overtredingen tijdens het gebruik van de voorlopige toestemming wordt omgegaan.

5.2.Procedure onvolledige aanvragen

Pas als een volledige aanvraag is ingediend wordt beoordeeld of voorlopige toestemming kan worden verleend. Bij onvolledige aanvragen wordt onderstaande procedure gevolgd:

  • ·

    De ondernemer wordt schriftelijk verzocht alsnog het ontbrekende in te leveren;

  • ·

    De termijn om de ontbrekende bescheiden/gegevens aan te leveren is twee weken na verzending van de brief;

  • ·

    Pas nadat de ontbrekende bescheiden/gegevens zijn aangeleverd wordt beoordeeld of een voorlopige toestemming kan worden afgegeven;

  • ·

    De behandelingstermijn wordt opgeschort/verlengd met de termijn die de aanvrager gebruikt om alsnog de ontbrekende bescheiden aan c.q. in te leveren;

  • ·

    Indien de ondernemer aan het verzoek geen gehoor geeft of slechts onderdelen van het gevraagde aanlevert volgt een besluit tot niet in behandeling nemen van de aanvraag.

5.3 Geen voorlopige toestemming

In de volgende gevallen wordt geen voorlopige toestemming verleend:

  • 1.

    Als op het moment dat een complete aanvraag is gedaan weigeringsgronden voor een van de aangevraagde vergunningen bekend zijn;

  • 2.

    Ter verkrijging van de in paragraaf 5.1 genoemde soorten vergunningen onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt

  • 3.

    Indien bij de aanvraag duidelijk is dat niet voldaan kan worden aan de voorschriften en beperkingen van de voorlopige toestemming;

  • 4.

    Als de omgevingsvergunning (hier valt onder andere de bouwvergunning onder) dan wel verbouwing van invloed is op de inrichtingseisen op grond van de Drank- en Horecawet;

  • 5.

    Als geconstateerd wordt dat het horecabedrijf/de openbare inrichting geen vergunningen heeft aangevraagd of meldingen heeft gedaan en zonder rechtsgeldige vergunningen/vrijstelling exploiteert, wordt nadat de vergunningen/vrijstelling alsnog zijn aangevraagd geen voorlopige toestemming verleend;

  • 6.

    Indien sprake is van een BIBOB procedure bij zowel de nieuwe als de bestaande ondernemer;

  • 7.

    De Politie en/of gemeentelijke handhavers, het Regionale Informatie en Expertise Centrum en de Milieudienst IJmond bezwaar hebben tegen verlening van de voorlopige toestemming;

  • 8.

    Als bij de aanvraag al duidelijk is dat niet voldaan wordt aan de bepalingen van het Activiteitenbesluit;

  • 9.

    Als het pand door de brandweer als niet brandveilig wordt beoordeeld en de openbare inrichting valt onder categorie E (discotheken);

  • 10.

    Indien de openbare inrichting moet beschikken over een horeca-exploitatievergunning; Dit is het geval indien:

    • o

      De burgemeester van oordeel is dat de onderneming - niet zijnde een bar-/dancing – in het belang van de openbare orde dient te beschikken over een horeca - exploitatievergunning;

    • o

      Op de gewenste locatie horeca en/of het soort horeca in strijd is met het geldend bestemmingsplan en/of een ontheffingsprocedure wordt gevolgd;

    • o

      De ingediende aanvraag incompleet/onvolledig is;

  • 11.

    Voor de volgende vergunningen en bedrijven;

    • 1.

      Vergunning seksinrichting

    • 2.

      Vergunning escortbedrijf;

    • 3.

      Horeca - exploitatievergunning coffeeshops

    • 4.

      Horeca - exploitatievergunningsplicht ivm. openbare orde/sanctie. Tenzij door de burgemeester anders is bepaald.

    • 5.

      Horeca- exploitatievergunning voor belwinkels die vallen onder definitie van artikel 2:27 APV

    • 6.

      Massagesalons die vallen onder de definitie van artikel 2:27 en zie artikel 3.1 onder b. APV.

Sommige typen bedrijven hebben (mogelijk) een grote impact op de openbare orde en het woon- en leefklimaat. Een grondige toets voor aanvang van de exploitatie is daarom van groot belang. In verband hiermee voert de gemeente bij seksinrichtingen, escortbedrijven en coffeeshops een terughoudend vergunningenbeleid. Bovendien geldt voor coffeeshops een maximumstelsel van 2 (dit aantal is reeds bereikt). De Horeca-exploitatievergunning zoals onder punt 11 onder 4 vermeld, betreft openbare inrichtingen die niet vallen onder het aanwijsbesluit vrijstelling horeca – exploitatievergunning of waarvan in het belang van de openbare orde en veiligheid de burgemeester besloten heeft dat zij dienen te beschikken over een horeca-exploitatievergunning. De burgemeester kan altijd besluiten om indien hij dit wenselijk acht af te wijken van het in paragraaf 5.3. vermelde en alsnog een voorlopige toestemming te verlenen.

5.4 Nieuwe ondernemer/onderneming

Horeca-exploitatievergunning of vrijstelling

Om een horecabedrijf te mogen exploiteren moet de nieuwe ondernemer beschikken over een horeca-exploitatievergunning of vallen onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning. De van voorlopige toestemming uitgesloten bedrijven van paragraaf 5.3vallen in ieder geval niet onder het aanwijzingsbesluit vrijstellingen. Deze bedrijven/openbare inrichtingen dienen altijd te beschikken over een rechtsgeldige horeca-exploitatievergunning en mogen zonder horeca-exploitatievergunning niet exploiteren. Tijdens de behandelperiode van hun aanvraag horeca-exploitatievergunning dienen zij gesloten te zijn. Het gaat hier om coffeeshops, prostitutiebedrijven, escortbedrijven, massagesalons en belwinkels die vallen onder de definitie van openbare inrichting artikel 2:27 algemene plaatselijke verordening (APV). Bar/dancings zijn uitgesloten van vrijstelling. Voor deze openbare inrichtingen geldt echter dat zij indien zij aan de voorwaarden voldoen wel in aanmerking kunnen komen voor een voorlopige toestemming.

Alcoholvrije openbare inrichting

Alcoholvrije openbare inrichtingen die vallen onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning alcoholvrij hoeven geen horeca-exploitatievergunning aan te vragen. Indien de onderneming niet valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning dient de ondernemer een horeca-exploitatievergunning aan te vragen. Er wordt gedurende de behandeling van de vergunningaanvraag, geen voorlopige toestemming gegeven. Dit betekent dat zonder horeca-exploitatievergunning niet mag worden geëxploiteerd (Dit geldt bijvoorbeeld voor coffeeshops).

Alcoholvrije bedrijven die zich in strijd met het bestemmingsplan als openbare inrichting (horecabedrijf) vestigen komen niet in aanmerking voor een vrijstelling of een horeca-exploitatievergunning.

Alcoholschenkende openbare inrichting

Alcoholschenkende openbare inrichtingen (horecabedrijven) moeten een melding doen op de in hoofdstuk 7 Melding vrijstelling exploitatievergunning aangegeven wijze. Indien de onderneming niet valt onder het aanwijzingsbesluit dient de ondernemer een horeca-exploitatievergunning aan te vragen. De van vrijstelling uitgesloten categorieën openbare inrichtingen moeten altijd een horeca-exploitatievergunning aanvragen (zie ook paragraaf 5.3).

Er wordt geen voorlopige toestemming gegeven voor de in paragrafen 5.3 bedoelde bedrijven. Dit betekent dat zonder horeca-exploitatievergunning niet mag worden geëxploiteerd.

Bar/dancings zijn van vrijstelling uitgesloten. Voor deze openbare inrichtingen geldt echter dat zij indien zij aan de voorwaarden voldoen wel in aanmerking kunnen komen voor een voorlopige toestemming.

Drank- en Horecavergunning

Om in aanmerking te komen voor een voorlopige toestemming moet de nieuwe ondernemer aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • ·

    Een complete/volledige aanvraag hebben gedaan;

  • ·

    Er mogen geen weigeringsgronden bekend zijn op moment van ontvangst aanvraag;

  • ·

    Geen sprake zijn van een BIBOB procedure;

  • ·

    Niet vallen onder de in paragraaf 5.3 genoemde gevallen.

Voldoet de ondernemer aan de genoemde voorwaarden dan krijgt hij voor de duur van acht weken een voorlopige toestemming inclusief voorschriften. Dit betekent dat hij tijdens de behandeling van zijn aanvraag drank- en horecavergunning alcohol voor nuttiging in zijn horecabedrijf mag verstrekken. Bij niet nakomen van de voorschriften wordt de voorlopige toestemming ingetrokken.

Niet voldoen aan inrichtingseisen Drank en Horecawet

Het betreft ondernemingen die reeds beschikken over een voorlopige toestemming. Na de constatering dat niet wordt voldaan aan de inrichtingseisen, krijgt de ondernemer twee weken de tijd om de benodigde voorzieningen te treffen en alsnog te voldoen aan de eisen. Dit wordt hem/haar schriftelijk medegedeeld. Deze termijn kan verlengd worden met nogmaals twee weken indien de bouwinspecteur van mening is dat de te treffen voorzieningen niet gedurende de eerste termijn kunnen worden gerealiseerd. De ondernemer wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Als na deze termijnen de inrichting nog niet aan de inrichtingseisen voldoet wordt de voorlopige toestemming ingetrokken en de Drank- en Horecavergunning geweigerd.

Vergunning Kansspelautomaten (gokkasten)

Indien op het moment van de aanvraag niet duidelijk is of de inrichting hoogdrempelig is zoals bedoeld in de Wet op de kansspelen, vindt eerst een onderzoek hiernaar plaats voordat eventueel een voorlopige toestemming wordt gegeven. Blijkt het horecabedrijf niet hoogdrempelig te zijn, dan wordt de vergunning geweigerd en mogen in de inrichting geen kansspelautomaten (gokkasten) aanwezig zijn.

Een horecabedrijf dient om als hoogdrempelig aangemerkt te kunnen worden onder andere te beschikken over een Drank- en Horecavergunning. Als tegelijkertijd met de vergunning kansspelautomaten een Drank- en Horecavergunning is aangevraagd wordt eerst op de aanvraag Drank- en Horecavergunning beslist. Daarna volgt een besluit op de aanvraag vergunning kansspelautomaten.

Als de ondernemer een bestaand horecabedrijf overneemt waar reeds 2 kansspelautomaten aanwezig zijn, mogen deze totdat op de aanvraag is beslist in het horecabedrijf/ inrichting blijven staan indien:

  • 1.

    Er een rechtsgeldige vergunning kansspelautomaten van de vorige ondernemer op de inrichting rust;

  • 2.

    Het horecabedrijf hoogdrempelig blijft. Tijdens dit onderzoek mogen de kansspelautomaten in de inrichting blijven staan.

  • 3.

    Geen weigeringsgronden op het moment van indiening van de complete/volledige aanvraag bekend zijn.

Verruiming openingstijd tot 05.00 uur

De verruiming openingstijd tot 05.00 uur maakt onderdeel uit van de horeca-exploitatievergunning voor bar-/dancings.

Voor discotheken/bar/dancings geldt dat zij een voorlopige toestemming kunnen krijgen waarin is opgenomen dat de inrichting geopend mag zijn van 11.00 uur tot 05.00 uur. Dit geldt indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:

1.Er zijn geen weigeringsgronden voor het verlenen van de Drank- en

Horecavergunning en de horeca-exploitatievergunning;

  • 2.

    De aanvragen voor genoemde vergunningen zijn in behandeling genomen;

  • 3.

    De ondernemer/onderneming voldoet aan de criteria/bepalingen uit hoofdstuk 5 openingstijden horecabedrijf;

  • 4.

    De inrichting voldoet aan de eisen van het Gebruiksbesluit;

  • 5.

    Het betreft een openbare inrichting die in het geldende bestemmingsplan de bestemming E heeft;

  • 6.

    De onderneming voldoet aan het Activiteitenbesluit.

Vergunning Speelautomatenhallen

Indien een vergunning speelautomatenhallen wordt aangevraagd, wordt per aanvraag beoordeeld of een voorlopige toestemming kan worden verleend. Hierbijwordt meegewogen of het maximaal aantal speelautomatenhallen van 5 (conform de verordening Speelautomatenhallen 2006) is bereikt (hetgeen het geval is) en of er aanleiding is een (diepgaande) BIBOB toets uit te voeren. De sluitingstijden voor Speelautomatenhallen worden op basis van de Verordening Speelautomatenhallen 2006 in de vergunning vastgelegd.

BIBOB procedure nieuwe ondernemer/onderneming

Alle nieuwe ondernemers worden aan een BIBOB procedure onderworpen en moeten een gemeentelijke vragenlijst invullen. Op grond van de BIBOB procedure doen zich twee mogelijkheden voor:

A)De ondernemer voldoet vooralsnog niet aan de criteria voor het verkrijgen van een voorlopige toestemming omdat:

  • 1.

    Advies aan Regionale Informatie en Expertise Centrum (RIEC) wordt opgevraagd en deze nog niet is ontvangen;

  • 2.

    Gegevens/aanvullende stukken op grond van de gemeentelijke vragenlijst BIBOB moeten worden aangeleverd en/of;

  • 3.

    Een BIBOB vragenformulier moet worden ingevuld en/of;

  • 4.

    Gegevens op grond van het BIBOB vragenformulier moeten worden aangeleverd.

De ondernemer valt dan alsnog onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling- exploitatievergunning indien aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:

  • 1.

    De gevraagde gegevens volledig zijn ingeleverd;

  • 2.

    Het RIEC een positief advies heeft uitgebracht;

  • 3.

    Er geen aanleiding is om te vermoeden dat de exploitatie van het horecabedrijf of andere aangevraagde vergunning zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten, of strafbare feiten te plegen;

  • 4.

    Er op dat moment aan de criteria van hoofdstuk 7 melding vrijstelling exploitatievergunning wordt voldaan.

De ondernemer hoeft dan voor de horeca-exploitatievergunning geen voorlopige toestemming te hebben. De ondernemer wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld.

B)De ondernemer krijgt geen voorlopige toestemming indien:

  • 1.

    Het Regionale Informatie en Expertise Centrum een negatief advies heeft uitgebracht;

  • 2.

    Advies aan het Landelijk Bureau BIBOB wordt gevraagd;

  • 3.

    Zonder advies van Bureau BIBOB, het Besluit vrijstelling, de Horeca-exploitatievergunning, de Drank- en Horecavergunning vergunning speelautomatenhallen geweigerd kan/kunnen worden op grond van de Wet BIBOB.

Indien de gemeentelijke vragenlijst c.q. de BIBOB vragenlijst niet of niet volledig isingevuld en/of de daarbij gevraagde bescheiden niet zijn overgelegd, worden de vergunningaanvragen niet in behandeling genomen.

5.5 Bestaande ondernemer/onderneming

Inleiding

Net als bij nieuwe ondernemers mogen geen weigeringsgronden bekend zijn op het moment van indienen van de complete/volledige aanvraag. Bij een onvolledige aanvraag wordt dezelfde procedure gevolgd als vermeld bij nieuwe ondernemingen (paragraaf 5.2).

Horeca-exploitatievergunning of vrijstelling

In hoofdstuk 7melding vrijstelling horeca-exploitatievergunning, is opgenomen op welke wijze wordt omgegaan met ondernemingen die nu nog beschikken over een horeca-exploitatievergunning en op grond van de APV en het beleid/de uitvoeringsregel zijn vrijgesteld van de vergunningplicht.

Voor alcoholschenkende ondernemingen geldt een meldingsplicht bij wijzigingen in bijvoorbeeld de rechtsvorm, de oppervlakte van het terras en indien er een nieuwe leidinggevende optreedt.

De burgemeester kan besluiten dat de ondernemer met zijn onderneming niet valt onder het aanwijzingsbesluitvrijstellinghoreca-exploitatievergunning en dient te beschikken over een horeca-exploitatievergunning. Als dit het geval is wordt geen voorlopige toestemming verleend gedurende de behandeling van de aanvraag horeca-exploitatievergunning.

Verruiming openingstijd tot 05.00 uur

Een ondernemer van een horecabedrijf met de bestemming E die een verruiming openingstijd aanvraagt wordt een (gewijzigde) horeca-exploitatievergunning verleend waarin de verruimde openingstijden zijn opgenomen. Deze regel geldt alleen indien er geen klachten en/of overtredingen bekend zijn en de ondernemer aan de gestelde eisen/voorwaarden voldoet. De horeca-exploitatievergunning wordt in beginsel voor onbepaalde tijd afgegeven. De burgemeester kan echter in het belang van de openbare orde en veiligheid en de woon- en leefsituatie een horeca-exploitatievergunning voor bepaalde tijd verlenen.

Wijziging Drank - en Horecavergunning

Bedoeld wordt de wijziging van rechtsvorm of wijziging inrichtingseisen.

Nadat een complete/volledige aanvraag is ingediend wordt beoordeeld of een voorlopige toestemming kan worden afgegeven (zie paragraaf 5.3.).

Betreft het een wijziging van de leidinggevende dan is het beleid melding wijziging leidinggevende van toepassing (hoofdstuk 6).

Vergunning kansspelautomaten

Bij verlenging van een verlopen vergunning mogen de kansspelautomaten in het horecabedrijf/ de inrichting blijven staan als:

  • 1.

    De openbare inrichting (horecabedrijf) (nog) hoogdrempelig is;

  • 2.

    Er een complete/volledige aanvraag is gedaan;

  • 3.

    Er geen weigeringsgronden op het moment van indiening van de complete/volledige aanvraag bekend zijn.

Indien het een vergunning betreft die voor het eerst wordt aangevraagd, wordt dezelfde procedure als bij nieuwe ondernemingen gevolgd (paragraaf 5.4.).

Vergunning Speelautomatenhallen

Indien in verband met een wijziging van de beheerder een vergunning speelautomatenhallen wordt aangevraagd, wordt per aanvraag beoordeeld of een voorlopige toestemming kan worden verleend. Hierbij wordt meegewogen of de woon- en leefsituatie door de aanwezigheid van de hal is/wordt aangetast en/of er aanleiding is een (diepgaande) BIBOB toets uit te voeren. Voldoet de aanvraag aan de criteria, dan wordt een voorlopige toestemming verleend.

BIBOB procedure bestaande ondernemer/onderneming

Indien een bestaande ondernemer een of meer van de in paragraaf 5.1 genoemde soorten vergunningen aanvraagt, hoeft hij in principe geen gemeentelijke vragenlijst in te vullen. De burgemeester kan echter altijd in het belang van de Wet BIBOB verlangen dat alsnog een gemeentelijke vragenlijst en/of de BIBOB vragenlijst worden ingevuld. Hij kan aanvullende gegevens en/of bescheiden vragen die hij nodig acht voor het nemen van een beslissing. Indien de gemeentelijke vragenlijst en/of de BIBOB vragenlijst niet of niet volledig is ingevuld of de daarbij gevraagde bescheiden niet zijn overgelegd, worden de vergunningaanvragen niet in behandeling genomen. De ondernemer krijgt geen voorlopige toestemming.

5.5 Samenvatting

Het hoofdstuk heeft betrekking op: de Drank- en horecavergunning, aanwezigheidsvergunning kansspelautomaten, vergunning speelautomatenhal, horeca-exploitatievergunning en de terrasvergunning bij winkels. Onder bepaalde voorwaarden treedt de gemeente niet op tegen het niet beschikken over een of meer van genoemde vergunningen. Als er weigeringsgronden aanwezig zijn wordt er geen voorlopige toestemming verleend. Sommige soorten ondernemingen worden zonder vergunning niet gedoogd. Zo mogen bijvoorbeeld ondernemers die een vergunning seksinrichting, vergunning escortbedrijf of horeca -exploitatievergunning coffeeshop aanvragen pas exploiteren nadat de gevraagde vergunning is verleend.

In de hoofdstukken 4 en 5 is aangegeven welke criteria voor openstelling van de openbare inrichting gelden en in welke gevallen de burgemeester gedurende de behandeling van vergunningaanvragen nie t bestuursrechtelijk optreedt. In het volgende hoofdstuk wordt vermeld wat een ondernemer moet doen indien hij een nieuwe leidinggevende in zijn openbare inrichting werkzaam wil laten zijn. Het betreft in ondernemers die reeds beschikken over een drank- en horecavergunning op grond van de Drank- en Horecawet.

6. Melding leidinggevende Drank- en Horecawet

Relevante wet – en regelgeving:

Drank- en Horecaverordening

Artikel 29 Drank- en Horecawet 2013

Nota gemeente:

Horecasanctiebeleid

6.1 Inleiding

Op 1 januari 2013 is de gewijzigde Drank- en Horecawet inwerking getreden. Onderdeel van die vernieuwde wet is het meldingssysteem t.a.v. de leidinggevende. In het vervolg kan een nieuwe leidinggevende op een aanhangsel bij de drank- en horecavergunning worden geschreven. Alleen de nieuwe leidinggevende wordt getoetst. Dit betekent dat niet meer de volledige vergunningprocedure hoeft te worden doorlopen. Dat kan met de gewijzigde Drank- en Horecawet eenvoudiger, sneller en goedkoper en past daarmee in de lijn van deregulering. Na melding van de nieuwe leidinggevende kan deze nadat de vergunninghouder een ontvangstbevestiging heeft ontvangen aan de slag. De gemeente Zandvoort hanteerde vooruitlopend op de vernieuwde Drank- en Horecawet reeds een dergelijke werkwijze. Op grond van het beleid procedure voorlopige toestemming (hoofdstuk 5) is het de ondernemer namelijk onder bepaalde voorwaarden al toegestaan om zijn horecabedrijf te exploiteren. Bovendien hanteert de gemeente Zandvoort voor de wijziging van een leidinggevende al een lager legestarief dan voor de aanvraag van een drank- en horecavergunning.

In dit hoofdstuk is de procedure voor de wijziging van een leidinggevende gelet op de artikelen 29 en 30a van de gewijzigde Drank- en Horecawet opgenomen. Ze gelden voor horeca-ondernemers die reeds beschikken over een drank- en horecavergunning. Voor nieuwe ondernemers die een drank- en horecavergunning aanvragen geldt hetgeen in hoofdstuk 5 procedurevoorlopige toestemming is opgenomen.

6.2 Procedure melding leidinggevende

Het betreft hier personen die op grond van artikel 1 van de Drank- en Horecawet worden aangemerkt als leidinggevende (zie ook paragraaf 3.4).

Op het aanhangsel bij de drank- en horecavergunning moet worden vermeld welke persoon of personen de functie van leidinggevende uitoefenen. Tijdens de openingstijden van het horecabedrijf moet altijd een op het aanhangsel vermelde leidinggevende in de inrichting aanwezig zijn. Een zaak met ruime openingstijden heeft meestal meerdere leidinggevenden in dienst. Niet alleen de naam van de ondernemer, ook de namen van al deze leidinggevenden worden op het aanhangsel bij de Drank- en Horecavergunning vermeld.

De burgemeester maakt op het aanhangsel ook een aantekening over een eventuele niet- operationele leidinggevende die geen bemoeienis heeft met de bedrijfsvoering of de exploitatie van het betreffende bedrijf. Deze aantekening kan op verzoek van de vergunninghouder worden doorgehaald. Na die doorhaling kan de betrokkene als volwaardig leidinggevende opereren indien hij aan de in artikel 8 gestelde eisen voldoet.

Doel van dit vereiste: voorkomen dat iemand met strafrechtelijke antecedenten of van slecht levensgedrag, dan wel iemand zonder verklaring sociale hygiëne leidinggevende in het horecabedrijfhoreca wordt.

De vergunninghouder vult op een (meldings)formulier voor leidinggevende de gegevens in van de nieuwe leidinggevende die nog niet op zijn drank- en horecavergunning c.q. aanhangsel staat. Dit volledig ingevuld meldingsformulier plus identiteit - gegevens (kopie paspoort of identiteitskaart), wordt ingeleverd bij de afdeling vergunningen. De gemeente Zandvoort kijkt in het Register SVH Verklaring Sociale Hygiëne of de nieuwe leidinggevende een Verklaring Sociale Hygiëne heeft behaald. Deze verklaring hoeft dus in beginsel niet meer ingeleverd te worden. De leidinggevende is echter verplicht indien de burgemeester dit nodig acht alsnog zijn originele verklaring sociale hygiëne te tonen.

Het (melding)formulier is te verkrijgen bij de centrale balie en kan ook van de website van de gemeente Zandvoort worden gedownload ( www.zandvoort.nl ).

Aan het in behandeling nemen van de melding/wijziging leidinggevende zijn kosten verboden (leges). De leges dienen tegelijk met het doen van de melding betaald te worden. Bij voorkeur via een pinbetaling aan de balie. De hoogte van de leges is te vinden in de legesverordening op de website (Titel 3 hoofdstuk 1).

6.3 Start aangemelde leidinggevende

De melding geldt als aanvraag tot wijziging van het aanhangsel. De burgemeester bevestigt binnen twee werkdagen na ontvangst van de melding, schriftelijk de ontvangst van de aanvraag/melding. De aangemelde leidinggevende kan zodra de vergunninghouder de ontvangstbevestiging ontvangen heeft aan de slag. Dus nog voordat toetsing heeft plaatsgevonden.

Wel wordt van de vergunninghouder verlangd dat – zolang hij nog geen uitsluitsel heeft over de toetsing van een nieuwe leidinggevende – een kopie van de aanvraag/melding en een ontvangstbevestiging van de gemeente daarvan in de inrichting aanwezig is.

Bovendien dient de vergunninghouder het volgende in acht te nemen:

  • ·

    Het is niet toegestaan om voordat de burgemeester een besluit heeft genomen omtrent de aangemelde leidinggevende, andere leidinggevenden in plaats van de aangemelde leidinggevende op te voeren. Intrekken van de eerder gedane melding is wel mogelijk;

  • ·

    Het is niet toegestaan een leidinggevende aan te melden die niet in het bezit is van een certificaat/verklaring sociale hygiëne. Tenzij het een leidinggevende betreft die geen operationele bemoeienis heeft met de bedrijfsvoering en de exploitatie en dat door de vergunninghouder in een schriftelijke verklaring is bevestigd;

  • ·

    Het is bovendien niet toegestaan om personen als leidinggevenden aan te melden waarvan de vergunninghouder op voorhand al weet dat deze geweigerd worden.

6.4 Aanmelden leidinggevende met criminele antecedenten

Indien de vergunninghouder meermalen achter elkaar een persoon met criminele antecedenten aanmeldt als leidinggevende kan dit gevolgen hebben voor zijn vergunningen. De burgemeester kan namelijk om dit tegen te gaan een vergunning intrekken indien een vergunninghouder in een periode van twee jaar tenminste driemaal iemand als leidinggevende heeft aangemeld, die achteraf niet aan de eisen van de Drank- en Horecawet bleek te voldoen (op grond van artikel 31, derde lid, onder b van de Drank- en Horecawet)

Toets aangemelde leidinggevende

De leidinggevenden moeten voldoen aan de eisen die de Drank- en Horecawet stelt. De gemeente toetst of de leidinggevende aan deze eisen voldoet. Daarnaast vind toetsing plaats aan de Wet BIBOB. De vergunninghouder krijgt binnen de gestelde termijn van 8 weken een besluit op de melding wijziging leidinggevende.

Voldoet de aangemelde leidinggevende aan de gestelde eisen dan volgt bijschrijving op het aanhangsel behorende bij de drank- en horecavergunning.

De drankvergunning en het aanhangsel of een afschrift daarvan dienen in de inrichting aanwezig te zijn.

Voldoet de aangemelde leidinggevende niet aan de gestelde eisen dan krijgt de vergunninghouder hierover uitsluitsel. Vanaf dat moment mag de aangemelde persoon/leidinggevende niet meer optreden als leidinggevende. Doet hij dit wel dan leidt dit tot intrekking van de drank- en horecavergunning (artikel 31, eerste lid, onder b).

Dit omdat niet langer wordt voldaan aan de in artikel 8 van de Drank- en Horecawet gestelde eisen.

6.5 Doorhalen leidinggevende

Het gaat hier om personeelsleden die niet meer in het horecabedrijf of niet meer als leidinggevende werkzaam zijn in het horecabedrijf.

De vergunninghouder doet hiervan melding aan de burgemeester en ontvangt vervolgens een gewijzigd aanhangsel.

6.6 Samenvatting

Dit beleid geldt voor horeca-ondernemers die reeds beschikken over geldige drank - en horecavergunning. De melding geldt als aanvraag tot wijziging van het aanhangsel bij de Drank- en Horecavergunning. De aangemelde leidinggevende kan zodra de vergunninghouder een ontvangstbevestiging van de melding heeft ontvangen aan de slag. De aangemelde leidinggevende wordt vervolgens getoetst aan de bepalingen van de Drank- en Horecawet. Als de vergunninghouder meermalen achter elkaar een persoon met criminele antecedenten aanmeldt als leidinggevende kan dit gevolgen hebben voor zijn vergunningen.

O penbare inrichtingen dienen om te mogen exploiteren op grond van de Algemene plaatselijke verordening te beschikken over een horeca-exploitatievergunning. De burgemeester kan echter soorten openbare inrichtingen uitsluiten van deze verplichting. In het vol gende hoofdstuk wordt aangegeven op welke wijze de burgemeester van zijn bevoegdheid gebruik maakt.

7. Melding vrijstelling exploitatievergunning

De uitvoeringsregel in dit hoofdstuk heeft een samenhang met andere hoofdstukken uit deze nota en overige nota’s van de gemeente Zandvoort. In onderstaand blok/tabel zijn de samenhangende hoofdstukken c.q. paragrafen, nota’s en relevante wet- en regelgeving vermeld.

Hoofdstuk 3 begripsbepalingen ivm. categorie horecabedrijven

Hoofdstuk 4 bepalen categorie

Hoofdstuk 5 Procedure voorlopige toestemming

Bijlagen 1 en 2 aanwijzingsbesluiten alcoholvrij en alcoholschenkend

Wettelijk kader:

algemene plaatselijke verordening (hierna APV) artikelen 2:27,2:28, 2:28.1 en 2:36

Artikel 3 Wet BIBOB

Artikelen 2 en 18 Handelsregisterwet

Nota’s gemeente:

Horecasanctiebeleid

BIBOB Beleidsregel

7.1 Inleiding

Een nieuwe en bestaande ondernemer die zich met een horecabedrijf in de gemeente Zandvoort vestigt c.q. gevestigd is, krijgt in beginsel het vertrouwen dat hij met de wijze waarop hij zijn horecabedrijf gaat exploiteren c.q. exploiteert geen gevaar voor de openbare orde en/of het woon- en leefklimaat veroorzaakt. In de APV is daarom in plaats van een vergunning de mogelijkheid van een vrijstelling opgenomen. Deze werkwijze sluit aan op de visie van de gemeente Zandvoort om waar mogelijk te komen tot lastenverlichting voor de ondernemers.

Op grond van de APV kan de burgemeester besluiten dat een openbare inrichting (horecabedrijf) niet valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning. Voor alcoholschenkende en alcoholvrije horecabedrijven zijn aparte aanwijzingsbesluiten vrijstelling genomen vanwege het verschil in procedure.

Dit hoofdstuk vermeldt de procedure en onder welke voorwaarden horeca- ondernemers vallen onder de aanwijzingsbesluiten vrijstelling horeca-exploitatievergunning zoals opgenomen in hoofdstuk 9 Aanwijzingsbesluiten. Ondernemers die vallen onder het aanwijzingsbesluit, hoeven niet te beschikken over een horeca- exploitatievergunning.

Alcoholschenkende openbare inrichtingen dienen om onder het aanwijzingsbesluit te kunnen vallen een melding te doen.

Alcoholvrije openbare inrichtingen vallen indien zij niet in paragraaf 7.3 en het aanwijzingsbesluit zijn uitgezonderd automatisch (zonder melding) onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning. Zij dienen wel de voor hen geldende wet- en regelgeving na te leven (zie ook bijlage 1).

De horeca- ondernemer hoeft om onder het aanwijzingsbesluit te vallen geen leges te betalen.

Het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning geldt voor de groep horecabedrijven die vallen onder de in het bestemmingsplan centrum genoemde categorie horecabedrijven.

In dit hoofdstuk wordt een onderscheid gemaakt in de procedure voor alcoholvrije en alcoholschenkende horecabedrijven /openbare inrichtingen omdat alcoholvrije bedrijven geen melding hoeven te doen om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning te vallen.

In artikel 2:28.1 APV staat dat de vrijstelling voor alcoholschenkende inrichtingen/bedrijven zoals bedoeld in artikel 2;28 APV alleen geldt indien aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Deze voorwaarden zijn verwerkt in de paragrafen 7.5,7.6 en 7.6. voor nieuwe ondernemersen in paragraaf 7.7 voor de bestaande ondernemers.

Het hoofdstuk begint met een uitleg over het aanwijzingsbesluit en de bedrijven die niet vallen onder het aanwijzingsbesluit.

7.2 Aanwijzingsbesluit vrijstelling

Het aanwijsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning is een concretiserend besluit van algemene strekking ( in de zin van de Algemene wet bestuursrecht) en geldt in principe voor onbepaalde tijd. De burgemeester kan besluiten dat de ondernemer met zijn onderneming niet valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling. De ondernemer dient vervolgens te beschikken over een horeca-exploitatievergunning om te mogen exploiteren.

Indien de burgemeester genoemd besluit heeft genomen op grond van een of meer van de in paragraaf 7.8.2 vermelde gevallen kan hij tevens besluiten dat de openbare inrichting gedurende de behandeling van de aanvraag horeca- exploitatievergunning voor bezoekers gesloten dient te zijn. Als dit het geval is wordt er geen voorlopige toestemming voor de exploitatie afgegeven (zie ook hoofdstuk 5).

7.3 Geen vrijstellingsmogelijkheid

De volgende soort bedrijven vallen niet onder het aanwijsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning en dienen altijd te beschikken over een horeca-exploitatievergunning (Zie ook hoofdstuk 5 procedure voorlopige toestemming):

  • 1.

    Prostitutiebedrijven;

  • 2.

    Escortbedrijven

  • 3.

    Coffeeshops

  • 4.

    Openbare inrichtingen die op grond van een of meer van de in paragrafen 7.8.1 en 7.8.2 genoemde gevallen een besluit van de burgemeester hebben ontvangen dat zij niet (meer) onder het aanwijzingsbesluit vallen;

  • 5.

    Horecabedrijven categorie E (bar- dancings /discotheken);

  • 6.

    Belwinkels die vallen onder definitie van artikel 2:27 APV;

  • 7.

    Massagesalons die vallen onder de definitie van artikel 2:27 APV

Op een nader door de burgemeester te bepalen moment zal worden beoordeeld of het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning uitgebreid dient te worden met de openbare inrichtingen categorie E en/of bedrijven die door hun wijze van exploitatie aangemerkt kunnen worden als een horecabedrijf zoals bedoeld onder horecabedrijf categorie E.

De burgemeester kan indien hij dit wenselijk acht besluiten om af te wijken van het in paragraaf 7.3. vermelde.

7.4 Niet doen van een melding alcoholschenkend

Een nieuwe alcoholschenkende ondernemer die zijn openbare inrichting exploiteert zonder een melding te doen (middels meldingsformulier) voldoet niet aan een belangrijke voorwaarde om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning alcoholschenkend te kunnen vallen.

Bedoeld wordt hier de nieuwe ondernemer die op grond van het aanwijzingsbesluit vrijstelling niet is uitgezonderd van de vrijstellingsmogelijkheid.

Het niet doen van de melding en het ontbreken van een voorlopige toestemming of horeca-exploitatievergunning wordt door de burgemeester aangemerkt als een ernstige overtreding waar het Horecasanctiebeleid op van toepassing is.

Indien de ondernemer alsnog een melding doet kan de burgemeester besluiten dat de ondernemer niet onder het aanwijzingsbesluit valt. Is dit het geval dan dient de ondernemer alsnog een horeca - exploitatievergunning aan te vragen. De burgemeester kan besluiten dat gedurende de behandeling van de aanvraag van de horeca-exploitatievergunning de inrichting voor bezoekers gesloten dient te zijn en de ondernemer niet in aanmerking komt voor een voorlopige toestemming.

7.5 Procedure melding alcoholschenkend nieuw

  • a.

    De Horeca- ondernemer doet uiterlijk 15 werkdagen voor gewenste openingsdatum een melding middels het meldingsformulier en start na ontvangst bewijs van melding de exploitatie van zijn horecabedrijf;

  • b.

    De Horeca- ondernemer ontvangt binnen 3 werkdagen na ontvangst van de melding een bewijs van melding. Het bewijs van melding dient de ondernemer op verzoek van de politie of gemeentelijke handhavers te tonen;

  • c.

    De melding wordt indien de melding volledig is ingevuld en ondertekend en de gevraagde bescheiden zijn overgelegd, getoetst aan de criteria/voorwaarden (zie ook paragraaf 7.5.1).Is de melding niet volledig ingevuld en ondertekend dan wordt de ondernemer over de onvolledige melding en de gevolgen voor de afhandeling schriftelijk geïnformeerd.

  • d.

    Als de ondernemer met zijn onderneming niet aan de criteria voldoet om onder het aanwijzingsbesluit te vallen, ontvangt hij binnen 10 werkdagen - gerekend vanaf het moment van ontvangst van de volledig ingevulde en ondertekende melding en de gevraagde bescheiden - een schriftelijk bericht van de burgemeester (of namens hem). In dit bericht staat in ieder geval dat de ondernemer niet valt onder het aanwijzingsbesluit en dient te beschikken over een horeca-exploitatievergunning om te mogen exploiteren. Het Horecasanctiebeleid is dan van toepassing;

  • e.

    Als de ondernemer wel aan de criteria voldoet is het bewijs van melding het enige wat hij van de gemeente Zandvoort ontvangt;

Let op: het horecabedrijf mag zonder ontvangstbewijs van melding of voorlopige toestemming of Horeca- exploitatievergunning niet voor bezoekers geopend zijn.

Beoordeling melding nieuwe onderneming alcoholschenkend

De burgemeester kan binnen 10 werkdagen na ontvangst van de volledige kennisgeving/melding besluiten dat de ondernemer met zijn onderneming niet onder het aanwijzingsbesluit valt.

Hij bericht de ondernemer dat het exploiteren van een alcoholschenkende openbare inrichting zonder dat de ondernemer/exploitant over een exploitatievergunning beschikt verboden is. De 10 werkdagen voor de beoordeling van de melding zijn gebaseerd op het feit dat de diverse instanties de gelegenheid moeten hebben om de burgemeester te adviseren.

Dit kan hij onder andere in de volgende gevallen besluiten:

  • 1.

    indien dit in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu en de woon- en leefsituatie is vereist;

  • 2.

    De melding niet voldoet aan de artikelen 2:28 en 2:28.1 van de Algemene plaatselijk verordening, de nadere regels APV, de Wet BIBOB en de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf;

  • 3.

    Indien een ondernemer een bedrijf overneemt op een adres waar eerder overlast heeft plaatsgevonden of op grond van het Activiteitenbesluit een maatregel geldt;

  • 4.

    De ondernemer met zijn onderneming niet staat ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel. Om een toets te kunnen uitvoeren moet de burgemeester weten wie de onderneming drijft en verantwoordelijk is voor de bedrijfsvoering. Indien de inschrijfplichtige ondernemer zich niet inschrijft is er onduidelijkheid over degene(n) die moet(en) worden getoetst. De gedane melding is daarom niet compleet/volledig;

  • 5.

    De ondernemers korter dan 5 jaar op een horecavergunning in de gemeente Zandvoort hebben gestaan, welke ter bescherming van de openbare orde/ woon- leefklimaat is ingetrokken;

  • 6.

    De ondernemer/leidinggevenden niet minimaal 18 jaar zijn (voor de drank- en horecavergunning geldt een leeftijd van 21 jaar);

  • 7.

    De Politie en/of gemeentelijke handhavers, het Regionale Informatie en Expertise Centrum en de Milieudienst IJmondbezwaar hebben tegen de exploitatie zonder horeca-exploitatievergunning;

  • 8.

    In verband met de melding een BIBOB procedure gevolgd wordt/c.q. moet worden (zie paragraaf 3.12 );

  • 9.

    Er niet gelijk met de melding vrijstelling een melding bij de Milieudienst IJmond is gedaan;

  • 10.

    Tegelijk met de melding vrijstelling geen Gemeentelijke vragenlijst BIBOB is ingevuld en ingeleverd. De melding is dan namelijk niet compleet/volledig;

  • 11.

    Onvolledige melding is gedaan: Niet alle op het meldingsformulier gestelde vragen zijn ingevuld en het formulier is niet voorzien van een datum en ondertekend en de gevraagde stukken zijn overgelegd;

  • 12.

    De openbare inrichting wordt geëxploiteerd voordat de melding door de gemeente Zandvoort is ontvangen. De burgemeester vindt dit van belang omdat de burgemeester met een aanwijzing vrijstelling er op vertrouwt dat de ondernemer zich zal houden aan de voor hem geldende wet- en regelgeving. Zie ook paragraaf 7.4.

Schriftelijke meded eling

In de volgende 2 gevallen ontvangt de ondernemer een schriftelijke mededeling dat hij niet onder het aanwijzingsbesluit valt en over een horeca-exploitatievergunning dient te beschikken:

  • ·

    Indien de ondernemer met zijn onderneming in het aanwijzingsbesluit vermeld staat als soort onderneming die over een exploitatievergunning dient te beschikken (zie hoofdstuk 3 en paragraaf 7.3) en

  • ·

    De categorie horeca niet past binnen het geldend bestemmingsplan.

Het is ter beoordeling van de burgemeester tot welke categorie een openbare inrichting nadat de ondernemer een melding heeft gedaan valt.

Indien sprake is van de bovengenoemde gevallen vindt geen verdere beoordeling/toetsing van de melding plaats.

BIBOB procedure nieuwe ondernemers alcoholschenkend

Alle nieuwe ondernemers worden aan een BIBOB toets onderworpen en moeten een gemeentelijke vragenlijst invullen. In twee gevallen valt de onderneming niet automatisch onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning (zie ook paragraaf 5.4.8).

7.6 Procedure vrijstelling alcoholvrij nieuw

Om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning te vallen hoeft een ondernemer van een alcoholvrije inrichting geen melding te doen. De ondernemer dient wel indien van toepassing te beschikken over de in de bijlage 3 genoemde vergunningen en de verplichte meldingen te hebben gedaan.

BIBOB procedure nieuwe alcoholvrije ondernemer

Nieuwe ondernemers die een openbare inrichting zonder alcohol exploiteren en niet van vrijstelling zijn uitgezonderd hoeven in beginsel geen gemeentelijke vragenlijst in te vullen. De burgemeester kan echter indien dit in het belang van de uitvoering van de Wet BIBOB is gewenst besluiten dat de nieuwe ondernemer alsnog een gemeentelijke vragenlijst of BIBOB vragenformulier invult en/of vergunningplichtig is.

7.7 Procedure Bestaande ondernemers

Alcoholschenkend

De ondernemers die beschikken over een geldige horeca-exploitatievergunning behouden dezen zolang er geen wijzigingen optreden. Zij vullen pas bij wijzigingen alsnog het meldingsformulier in. Indien wordt voldaan aan de voorwaarden van paragraaf 7.5.(met uitzondering van punt 12)krijgen zij schriftelijk bericht van de burgemeester dat zij vallen onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning. De horeca-exploitatievergunning wordt vervolgens ingetrokken. De intrekking van de horeca-exploitatievergunning is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

Alcoholvrij

De burgemeester beoordeelt of de bestaande alcoholvrije inrichtingen onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning vallen. Indien dit het geval is, dan ontvangt de ondernemer daarvan een schriftelijke mededeling. Vervolgens trekt de burgemeester de horeca-exploitatievergunning in. De ondernemer wordt van dit besluit schriftelijk op de hoogte gesteld.

7.8 Vervallen aanwijzing vrijstelling

De gemeente Zandvoort gaat zoals gezegd uit van vertrouwen in de ondernemers die in Zandvoort een horecabedrijf wensen te exploiteren. Bij het begaan van overtredingen door de ondernemer nadat hij vrijstelling heeft verkregen, wordt het door de burgemeester in hem/haar gestelde vertrouwen geschaad. De burgemeester kan dan besluiten dat de ondernemer met zijn onderneming niet meer valt onder het aanwijzingsbesluit alcoholvrij of alcoholschenkend.

De ondernemer die niet meer onder het aanwijzingsbesluit alcoholvrij of alcoholschenkend valt dient voor de exploitatie van zijn openbare inrichting een horeca-exploitatievergunning aan te vragen. Bovendien moet hij een verzoek om een voorlopige toestemming indienen als hij tijdens de behandelingstermijn van zijn aanvraag horeca-exploitatievergunning voor bezoekers geopend wenst te zijn.

In deze paragraaf worden onder andere de gevallen genoemd waarbij de burgemeester kan of zal besluiten dat een ondernemer met zijn openbare inrichting niet meer onder het aanwijzingsbesluit valt. Tegen dit besluit staat bezwaar en beroep open.

Aanwijzing vrijstelling kan vervallen

De burgemeester kan besluiten dat een ondernemer met zijn openbare inrichting niet meer onder het aanwijzingsbesluit valt in een of meer van de volgende gevallen:

  • a.

    Om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning te vallen onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt door de ondernemer en/of;

  • b.

    Vanwege verandering van omstandigheden of inzichten in belang van de openbare orde en veiligheid en woon- en leefsituatie, de ondernemer voorschriften opgelegd dient te worden middels een horeca- exploitatievergunning en/of;

  • c.

    Aan een openbare inrichting op grond van het Horecasanctiebeleid een eerste stap of hoger uit het Horecasanctiebeleid is opgelegd en/of herhaalde malen waarschuwingen ivm. een overtreding zijn verzonden en/of;

  • d.

    Uit onderzoek van de Milieudienst IJmond blijkt dat de openbare inrichting niet meer aan de bepalingen uit het Activiteitenbesluit voldoet en de exploitatie van de openbare inrichting het beschermd belang schaadt en/of;

  • e.

    Op welke manier dan ook, overlast wordt veroorzaakt en/of het woon- en leefklimaat wordt aangetast door de exploitatie van de openbare inrichting;

  • f.

    Aannemelijk is dat de ondernemer en/of de leidinggevende(n) betrokken is of ernstige nalatigheid kan worden verweten activiteiten te bedrijven in of vanuit het horecabedrijf welke gevaar of bedreiging van de openbare orde opleveren en/of voor het woon en leefklimaat.

Aanwijzing vrijstelling vervalt

De burgemeester zal besluiten dat een ondernemer met zijn openbare inrichting niet meer onder het aanwijzingsbesluit valt in onder andere de volgende gevallen:

  • a.

    Sprake is van ernstige overlast zoals: incidenten gepaard gaande met geweld, overlast op straat of drugsgebruik en – handel in of bij de inrichting waarbij sprake is van verwijtbaar handelen door de ondernemer/leidinggevenden en/of;

  • b.

    Indien de categorie horecabedrijf na de melding wordt gewijzigd en daardoor strijd met het geldend/vigerend bestemmingsplan optreedt en geen zich is op legalisatie en/of;

  • c.

    Op grond van de wet BIBOB wordt vermoed dat de exploitatie van het horecabedrijf wordt gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten, of strafbare feiten worden gepleegd en/of;

  • d.

    Uit onderzoek van de gemeente Zandvoort blijkt dat het horecabedrijf niet meer voldoet aan de Brandveiligheids- en bouwtechnische voorschriften.

Gesloten na vervallen aanwijzing vrijstelling

Indien de burgemeester op grond van een of meer van de in paragraaf 7.8. genoemde gevallen heeft besloten dat een openbare inrichting niet meer valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling kan hij tevens besluiten dat de onderneming gesloten dient te zijn totdat op een eventuele aanvraag horeca-exploitatievergunning is beschikt (zie ook Horecasanctiebeleid).

7.9 Overgangsrecht aangevraagde exploitatievergunning

Aanvragen voor een horeca-exploitatievergunning waarover op het moment van inwerkingtreding van het aanwijzingsbesluit vrijstelling nog niet is beslist worden getoetst aan dit hoofdstuk (melding vrijstelling). Voldoet de aanvrager aan de voorwaarden om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning te vallen dan wordt de aanvrager hiervan door de burgemeester schriftelijk op de hoogte gesteld. De aanvrager wordt vervolgens de volgende keuzes voorgelegd: Hij ontvangt een horeca-exploitatievergunning of krijgt een bevestiging dat hij valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling. Er volgt geen restitutie van de reeds ontvangen leges. De gedachte hierachter is dat de gemeente Zandvoort de aanvraag reeds in behandeling heeft genomen en voor de aanvraag reeds werkzaamheden heeft verricht. Indien de ondernemer kiest voor een horeca-exploitatievergunning (inclusief voorschriften) dan geldt voor hem bij wijzigingen na vergunningverlening de procedure zoals vermeld in paragraaf 7.7.

Voldoet de aanvrager niet aan de voorwaarden om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning te vallen dan wordt de aanvraag getoetst aan de criteria die gelden voor het verkrijgen van een horeca-exploitatievergunning. Is dit laatste het geval dan wordt de aanvrager hiervan op de hoogte gesteld.

7.10 Meldingsformulier

Alcoholschenkend bedrijf

Melding dient door een alcoholverstrekkende openbare inrichting middels een door de burgemeester vastgesteld meldingsformulier plaats te vinden (zie bijlage 4). Een ondernemer die op een andere wijze een melding doet voldoet niet aan de voorwaarden om onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning te vallen. De melding is dan niet compleet/volledig. Na ontvangst van het meldingsformulier wordt een kopie daarvan door de gemeente naar de gemeentelijke belastingen gestuurd.

Inrichtingen die nachtverblijf verschaffen

Het gaat hier bijvoorbeeld om hotels en pensions/bed & breakfast. Op grond van artikel 2:36 van de Algemene plaatselijke verordening is degene die een inrichting opricht, overneemt, verplaatst of de exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staakt, verplicht binnen drie dagen daarna daarvan schriftelijk kennis te geven aan de burgemeester. In bijlage 5 is een formulier opgenomen dat voor het doen van de kennisgeving gebruikt kan worden (in te vullen via www.zandvoort.nl.).

Na ontvangst van het melding/kennisgevingsformulier wordt een kopie daarvan door de gemeente naar de gemeentelijke belastingen gestuurd. Indien de kennisgeving de staking van een bestaand bedrijf betreft wordt als voor de exploitatie een horeca - vergunning is verleend deze ingetrokken.

7.11 Samenvatting

Soorten bedrijven die op een aanwijzingsbesluit van de burgemeester staan hoeven geen horeca-exploitatievergunning aan te vragen. Bepaalde bedrijven zoals Prostitutiebedrijven, escortbedrijven, coffeeshops en bar- dancings/discotheken moeten altijd over een horeca-exploitatievergunning beschikken.

Nieuwe ondernemingen die alcohol verstrekken moeten uiterlijk15 werkdagen voor de gewenste openingsdatum een melding doen middels een door de burgemeester vastgesteld meldingsformulier. Bestaande ondernemingen die alcohol verstrekken hoeven pas een melding te doen als er iets op hun horeca-exploitatievergunning wijzigt.

Ondernemingen die nachtverblijf verschaffen moeten (binnen drie dagen) een melding/kennisgeving doen nadat zij de inrichting hebben opricht/overgenomen/verplaatst of de exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staken.

Het volgende hoofdstuk bevat alle standaard voorschriften die aan een in deze uitvoeringsregels genoemde vergunning worden verbonden. Bovendien is de richtlijn voor openbare inrichtingen die tot 03.00 uur geopend mogen zijn opgenomen.

8. Standaard richtlijnen en Voorschriften

In dit hoofdstuk staan de standaard voorschriften/bepalingen die in de horeca-exploitatievergunning, besluit voorlopige toestemming,aanwezigheidsvergunning kansspeelautomaten en speelautomatenhalworden opgenomen.

De ondernemer is aansprakelijk voor schade aan personen en goederen direct of indirect verband houdende met de exploitatie van zijn openbare inrichting.

De burgemeester kan altijd andere en/of aanvullende voorschriften en beperkingen aan de onderstaande vergunningen verbinden.

8.1 richtlijn exploitatie tot 03.00 uur

In het belang van de openbare orde en het woon- en leefklimaat wordt van de ondernemer die zijn openbare inrichting tot 03.00 uur exploiteert - en onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca- exploitatievergunning valt - verwacht dat hij het volgende in acht neemt c.q. de volgende maatregelen treft:

  • 1.

    De ondernemer zorgt er voor dat alle vergunningen (zoals drank- en horecavergunning, aanwezigheidsvergunning speelautomaten) in de inrichting aanwezig zijn en op verzoek van de politie en andere handhavingsdiensten worden getoond;

  • 2.

    Het terras is om uiterlijk 02.00 uur gesloten;

  • 3.

    De inrichting is om 03.00 uur gesloten. Dit houdt in dat na deze tijd geen bezoekers meer in de inrichting aanwezig zijn;

  • 4.

    De ondernemer en/of de leidinggevende draagt er zorg voor dat de bezoekers in en om de inrichting geen hinder veroorzaken voor omwonenden, de openbare orde niet wordt verstoord, de veiligheid gewaarborgd blijft en het woon- en leefklimaat niet wordt aangetast door de wijze van exploitatie;

  • 5.

    De politie en andere handhavingsdiensten worden door of namens de horecaondernemer zo spoedig mogelijk en pro -actief benaderd ingeval er relevante veiligheidskwesties spelen. Aanwijzingen door de politie en andere handhavingsdiensten worden stipt en terstond opgevolgd.

  • 6.

    In de inrichting wordt voor voldoende toezicht gezorgd;

  • 7.

    Personen die beveiligingswerkzaamheden verrichten (horecaportiers) voldoen aan de eisen gesteld bij of krachtens de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus;

  • 8.

    Dertig minuten voor het sluitingstijdstip wordt het geluidsniveau van de muziek teruggebracht tot achtergrondmuziek;

  • 9.

    Vijftien minuten voor het sluitingstijdstip worden geen consumpties meer verstrekt en wordt de volledige verlichting ontstoken;

  • 10.

    De ondernemer is verplicht de redelijkerwijs mogelijke maatregelen te treffen om te voorkomen dat de gemeente dan wel derden door het gebruik van devrijstelling horeca-exploitatievergunningschade lijden;

8.2 Algemene voorschriften exploitatie tot 5.00 uur

De hier vermelde voorschriften maken onderdeel uit van de horeca-exploitatievergunning voor E- bedrijven.

Aan de exploitatiemogelijkheid voor E- bedrijven tot 05:00 uur zijn minimaal de

volgende voorschriften verbonden:

  • 1.

    De horeca-exploitatievergunning is in de inrichting aanwezig en wordt op verzoek van of namens de burgemeestergetoond;

  • 2.

    Het terras is om uiterlijk 02.00 uur gesloten;

  • 3.

    Het is verboden na 03.30 uur bezoekers in de inrichting toe te laten;

  • 4.

    Na 03.00 uur heeft de inrichting een gesloten uitstraling;

  • 5.

    De inrichting is om 05.00 uur gesloten. Dit houdt in dat na deze tijd geen bezoekers meer in de inrichting aanwezig zijn;

  • 6.

    Het horecabedrijf is tussen 05.00 uur en 11.00 uur gesloten voor bezoekers;

  • 7.

    De ondernemer en/of de leidinggevende draagt er zorg voor dat de bezoekers in en om de openbare inrichting geen hinder veroorzaken voor omwonenden, de openbare orde niet wordt verstoord, de veiligheid gewaarborgd blijft en het woon- en leefklimaat niet wordt aangetast door de wijze van exploitatie;

  • 8.

    De politie en andere handhavingsdiensten worden door of namens de horecaondernemer zo spoedig mogelijk en pro -actief benaderd ingeval er relevante veiligheidskwesties spelen. Aanwijzingen door de politie en andere handhavingsdiensten worden stipt en terstond opgevolgd.

  • 9.

    In de inrichting is vanaf 21.00 uur of, bij latere opening, vanaf openingstijd een metaaldetectiepoortje in werking, ongeacht of de horecagelegenheid die avond tot 05.00 uur geopend is;

  • 10.

    In de inrichting is vanaf 21.00 uur of, bij latere opening, vanaf openingstijd minimaal één gecertificeerde portier aanwezig;

  • 11.

    In de inrichting wordt voor voldoende toezicht gezorgd;

  • 12.

    Personen die beveiligingswerkzaamheden verrichten (horecaportiers) voldoen aan de eisen gesteld bij of krachtens de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus;

  • 13.

    Dertig minuten voor het sluitingstijdstip wordt het geluidsniveau van de muziek teruggebracht tot achtergrondmuziek. Dit betekent dat de muziek zodanig is dat deze niet hoorbaar is op de openbare weg;

  • 14.

    Vijftien minuten voor het sluitingstijdstip worden geen consumpties meer verstrekt en wordt de volledige verlichting ontstoken;

  • 15.

    De ondernemer is aansprakelijk voor schade aan personen en goederen direct of indirect verband houdende met het gebruik van deze vergunning;

  • 16.

    De ondernemer is verplicht de redelijkerwijs mogelijke maatregelen te treffen om te voorkomen dat de gemeente dan wel derden door het gebruik van deze vergunning schade lijden;

In het kader van de openbare orde en/of veiligheid kan de burgemeester het noodzakelijk achten van de algemene vergunningsvoorschriften af te wijken en nadere voorschriften en/of beperkingen te stellen die door de ondernemer direct moeten worden opgevolgd.

8.3 Bepalingen besluit voorlopige toestemming

De ondernemer die in aanmerking komt voor een voorlopige toestemming ontvangt daarvoor een schriftelijk besluit waarin per soort vergunning voorschriften/ bepalingen zijn opgenomen.

De toestemmingsbrief vervalt op het moment dat de vergunning(en) is/zijn verleend c.q. is/zijn geweigerd;

Aan de toestemming kunnen altijd nadere bepalingen en beperkingen worden verbonden. Bij overtreding van een of meer van de bepalingen wordt detoestemming ingetrokken en gehandeld volgens het horecasanctiebeleid.

Happy hours worden onder bepaalde voorwaarden toegestaan. Onder Happy hour wordt verstaan een korte periode waarin een horecabedrijf of slijtersbedrijf bepaalde dranken tegen een veel lagere dan de normale prijs verkoopt.

Als het Happy hour leidt tot overlast binnen en buiten de openbare inrichting wordt de voorlopige toestemming ingetrokken.

Dit is ook het geval als geconstateerd wordt dat tijdens het Happy hour alcoholische drank aan jongeren onder de 18 jaar wordt verstrekt. Tot 1 januari 2014 is het toegestaan zwak- alcoholische drank te verstrekken aan personen vanaf 16 jaar en ouder. Vanaf 1 januari 2014 is het op grond van de Drank- en Horecawet verboden zowel zwak-alcoholische als sterke drank te verstrekken aan personen jonger dan 18 jaar.

Algemene bepalingen voorlopige toestemming

  • 1.

    De toestemmingsbrief moet getoond worden indien de politie en/of de daartoe bevoegde ambtenaar daarom vraagt;

  • 2.

    De toestemmingsbrief geldt van.………. tot maximaal .....…….;

  • 3.

    De openbare inrichting mag voor bezoekers/publiek geopend zijn van… tot…….

  • 4.

    Het houden van Happy hours mag niet die leiden tot overlast.

Bepalingen kansspelautomaten

  • 1.

    De opstelling van de kansspelautomaten dient in het zicht van de leidinggevenden te zijn;

  • 2.

    Het is verboden personen onder de achttien jaar op despeelautomaten te laten spelen;

  • 3.

    Het is verboden meer dan twee speelautomaten in de inrichting aanwezig te hebben. Een apparaat dat zodanig defect is hiermee niet meer kan worden gespeeld, wordt geacht niet aanwezig te zijn zolang het buiten gebruik is gesteld;

  • 4.

    Vervanging van de aanwezige speelautomaat of speelautomaten dient u onverwijld door te geven aan VV of Balie?

  • 5.

    De opstelde speelautomaten moeten voorzien zijn van een merkteken waaruit toelating door de Minister van Economische Zaken blijkt;

  • 6.

    Alleen speelautomaten, welke in eigendom toebehoren aan personen, die in het bezit zijn van de in artikel 30h, eerste lid van de Wet op de Kansspelen bedoelde exploitatievergunning, mogen worden opgesteld;

  • 7.

    De opgestelde speelautomaten moeten voorzien zijn van een merkteken waaruit toelating door de Minister van Economische Zaken blijkt;

  • 8.

    Het is verboden personen die onder invloed van drank of drugs verkeren, of zich op hinderlijke wijze gedragen op een speelautomaat te laten spelen.

Bepalingen in verband met de drank en horecavergunning

  • 1.

    Het is alleen de op de vergunningaanvraag of melding leidinggevende vermelde leidinggevenden toegestaan het horecabedrijf te exploiteren, één van deze personen dient gedurende de opening in de inrichting aanwezigte zijn; het gaat om de volgende leidinggevenden: ……………

  • 2.

    Het is verboden bedrijfsmatig of anders dan om niet aan jongeren

    beneden de 18 jaar alcoholhoudende drank te verstrekken;

  • 3.

    Het is verboden bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken, indien redelijkerwijs moet worden vermoed, dat dit tot verstoring van de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid zal leiden;

  • 4.

    Het is verboden in een slijtlokaliteit of horecalokaliteit of op een terras de aanwezigheid toe te laten van een persoon die in kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van andere psychotrope stoffen verkeert.

Bepalingen exploitatie tot 05.00 uur (bar/dancing/discotheken)

De voorlopige toestemming is in de inrichting aanwezig en wordt op verzoek van of namens het bevoegd gezag getoond. Verder gelden de in paragraaf 8.2. vermelde voorschriften.

Bepalingen speelautomatenhal

  • 1.

    De voorlopige toestemming is niet overdraagbaar;

  • 2.

    De voorlopige toestemming geldt voor het aanwezig hebben van speelautomaten en voor het exploiteren van de speelautomatenhal;

  • 3.

    In de hal mogen ten hoogste… goedgekeurde speelautomaten worden opgesteld, waaronder ten hoogste…..zogenoemde “meerspelers”

  • 4.

    Er mogen alleen speelautomaten worden opgesteld, die in eigendom toebehoren aan personen die in het bezit zijn van een exploitatievergunning, zoals bedoeld in artikel 30h lid 1 van de Wet op de Kansspelen;

  • 5.

    Tegelijkertijd mag één persoon slechts op één speelautomaat spelen;

  • 6.

    In de hal zijn de volgende beheerders/leidinggevenden werkzaam:..

  • 7.

    Deze beheerders/leidinggevende dienen in het bezit te zijn van het GGZ Nederland certificaat verslavingsproblematiek voor speelautomatencentra;

  • 8.

    Gedurende de openingstijden van de hal dient voortdurend toezicht te worden gehouden door tenminste één van de beheerders. De beheerder is belast met het dagelijks toezicht en de onmiddellijke leiding in de speelautomatenhal;

  • 9.

    Er mogen geen activiteiten worden ontwikkeld, gericht op het werven van spelers of het bevorderen van speelgedrag, behoudens toestemming van het bevoegd gezag;

  • 10.

    In de hal mag één (1) verstrekpunt van alcoholvrije dranken aanwezig zijn

  • 11.

    Personen die onder invloed van drank verkeren, mogen niet tot de inrichting worden toegelaten, noch in de lokaliteit aanwezig zijn

  • 12.

    Het woon- en/of leefklimaat in de naaste omgeving van de hal mag niet worden aangetast door of vanwege de exploitatie van de hal;

  • 13.

    De toegang tot de hal dient te worden geweigerd aan personen:

    • o

      die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt;

    • o

      waarvan de leeftijd niet op deugdelijke wijze is of kan worden vastgesteld

    • o

      die niet in het bezit zijn van een door of namens de exploitant verstrekt entreebewijs

  • 14.

    Dit verbod moet duidelijk leesbaar en zichtbaar aan de ingang zijn aangebracht;

  • 15.

    Indien een van de beheerders de hoedanigheid van beheerder heeft verloren en het beheer kan niet door een andere in de toestemming genoemde beheerder worden uitgevoerd, dient de exploitant binnen één (1) maand na het verlies van deze hoedanigheid een nieuwe vergunning aan te vragen.

  • 16.

    De bevelen, aanwijzingen of nadere voorschriften die door of namens de ambtenaren van de politie, brandweer en de afdeling Handhaving of andere ambtenaren met toezichthoudende taken worden gegeven in het belang van de openbare orde, veiligheid en zedelijkheid, dienen stipt en onverwijld te worden opgevolgd;

  • 17.

    De toegang tot de lokaliteit voor ambtenaren van de politie, brandweer en andere ambtenaren met toezichthoudende taken, dient te allen tijde te worden vrijgelaten en dienen te allen tijde toegang te verkrijgen tot de inrichting;

  • 18.

    De houder van de voorlopige toestemming is verplicht schade, als gevolg van het gebruik van de toestemming aan gemeentelijke eigendommen te vergoeden en is verplicht redelijkerwijs mogelijke maatregelen te nemen teneinde te voorkomen, dat de gemeente dan wel derden, tengevolge van de vergunning schade te lijden;

  • 19.

    De inrichting dient overeenkomstig de bij het dossier gevoegde tekening te zijn ingericht;

  • 20.

    De spelregels van de toestellen moeten duidelijk leesbaar en zichtbaar voor het publiek zijn aangegeven, zulks ter beoordeling van de burgemeester, dan wel de politie en andere handhavingdiensten;

  • 21.

    Kansspelautomaten mogen niet worden bespeeld door personen beneden de leeftijd van 18 jaar;

  • 22.

    In de hal mogen geen activiteiten met een besloten karakter plaatsvinden;

  • 23.

    De toestemming vervalt tevens indien geen aanvraag is ingediend binnen één maand na het verlies van de hoedanigheid van de beheerder.

N.B.

Indien u zich met het bovenstaande besluit niet kunt verenigen, kunt u binnen 6 weken na de verzenddatum van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij de Burgemeester van Zandvoort, Postbus 2, 2040 AA Zandvoort.

Wij maken u erop attent dat ook een derde belanghebbende een bezwaarschrift kan indienen.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en tenminste te bevatten: uw naam en adres; de dagtekening; een omschrijving van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht en de gronden van uw bezwaar. Wanneer u zich door een derde laat vertegenwoordigen, verzoeken wij u tevens te vermelden de naam, het volledige adres en het telefoonnummer van deze persoon.

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Ingeval van onverwijlde spoed kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Haarlem, sector Bestuursrecht, Postbus 1621 2003 BR Haarlem. Een dergelijk verzoek dient vergezeld te gaan van een kopie van het bezwaarschrift. Voor het indienen van een dergelijk verzoek wordt een griffierecht geheven.

8.4 Voorschriften Ontheffing ex art. 35 Drank en Horecawet

De ontheffing dient ter plaatse aanwezig te zijn en op verzoek van een daartoe bevoegde ambtenaar/instantie te worden getoond.

Deze ontheffing kan worden ingetrokken zodra mocht blijken dat niet aan de bovengenoemde voorschriften wordt voldaan of zich in de ruimte of op het terreinwaarvoor deze ontheffing van kracht is, feiten hebben voorgedaan die de vrees wettigen, dat de voortzetting van het verstrekken van zwak- alcoholhoudende dranken, aldaar een gevaar zou opleveren voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid.

Voorschriften:

  • 1.

    U dient als leidinggevende(n) gedurende de tijden dat er zwak- alcoholhoudende drank verstrekt wordt aanwezig te zijn;

  • 2.

    U mag geen alcoholhoudende drank aan personen beneden de leeftijd van 18 jaar verstrekken. Deze leeftijdsgrens dient ter hoogte van het uitgiftepunt van de dranken op duidelijk leesbare en zichtbare wijze aan het publiek kenbaar worden gemaakt;

  • 3.

    U mag geen personen beneden de leeftijd van 18 jaar betrekken bij de verkoop van zwak - alcoholhoudende drank;

  • 4.

    U mag geen sterke drank voorradig hebben, noch mag u toegestaan dat sterke drank aan het publiek wordt verstrekt;

  • 5.

    U mag aan personen die in kennelijke staat van dronkenschap verkeren of die door hun gedrag aanstoot geven, geen zwak- alcoholhoudende drank (meer) verstrekken. Deze personen dienen te worden geweerd en bij het uitgiftepunt te worden verwijderd;

  • 6.

    U dient ervoor te zorgen dat gedurende de tijd dat van de ontheffing gebruik wordt gemaakt voor het publiek alcoholvrije dranken verkrijgbaar zijn;

  • 7.

    10 minuten voor het verstrijken van de in deze ontheffing aangegeven eindtijd dient u de verkoopactiviteiten te staken, de aanwezige bierpompen af te sluiten en de overige zwak- alcoholhoudende dranken uit het uitgiftepunt te verwijderen;

  • 8.

    Dranken mogen alleen in plastiek bekers worden verstrekt (tenzij door de burgemeester anders is bepaald;

  • 9.

    U dient ingerichte terrassen na de aangegeven eindtijd direct te ontruimen en te verwijderen;

BIJLAGE 1 - Aanwijzingsbesluit vrijstelling alcoholvrije openbare inrichtingen

Aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning alcoholvrije openbare inrichtingen op grond van artikel 2:28, tweede lid Algemene plaatselijke verordening.

Betreft aanwijzing soorten inrichtingen waarvoor de vergunningplicht van artikel 2:28, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening niet geldt.

De burgemeester van Zandvoort;

Overwegende dat:

  • ·

    Naar verwachting de exploitatie van de in het besluit genoemde soorten openbare inrichting vanwege hun aard, geen tot geringe risico’s opleveren voor de openbare orde of voor de woon- en leefsituatie van de omgeving;

  • ·

    De exploitatievergunningplicht voor dezen in dit aanwijsbesluit genoemde soorten openbare inrichtingen vanwege de geringe risico’s voor de openbare orde of voor de woon- en leefsituatie van de omgeving achterwege kan blijven;

  • ·

    De vrijstelling alleen geldt voor de in het besluit genoemde soorten openbare inrichtingen die vallen onder de in de bijlage behorende bij dit aanwijsbesluit vermelde categorieën en naar de aard daarmee gelijk te stellen openbare inrichtingen.

Gelet op

Artikelen 2:27 en 2:28. tweede lid van de Algemene Plaatselijke Verordening

Besluit:

  • 1.

    Als soorten inrichtingen, als bedoeld in artikel 2:28. tweede lid Algemene plaatselijke verordening aan te wijzen:

    • a.

      Hotels indien uitsluitend aan hotelgasten alcoholvrije dranken worden geschonken en/eetwaren worden verstrekt;

    • b.

      Pensions indien uitsluitend aan de gasten alcoholvrij dranken worden geschonken en/eetwaren worden verstrekt

    • c.

      IJssalons

    • d.

      Tearooms

    • e.

      Bed & breakfast mits zij een kennisgeving hebben gedaan op grond van artikel 2:36 APV

    • f.

      Croissanterieën

    • g.

      Cafetaria

    • h.

      Snackbars

    • i.

      Sport- en dansscholen indien uitsluitend aan leerlingen alcoholvrije dranken worden geschonken en of eetwaren worden verstrekt

    • j.

      Sauna’s en zonnecentra, indien de alcoholvrije dranken en etenswaren uitsluitend worden verstrekt aan bezoekers die gebruikmaken van de sauna- en zonnecentrale faciliteiten

    • k.

      en naar de aard daarmee gelijk te stellen openbare inrichtingen

  • 2.

    Dat van vrijstelling zijn uitgezonderd:

    • a.

      Prostitutiebedrijven;

    • b.

      Escortbedrijven

    • c.

      Coffeeshops

    • d.

      Openbare inrichtingen die op grond van een of meer van de in paragrafen 7.8.1 en 7.8.2 genoemde gevallen een besluit van de burgemeester hebben ontvangen dat zij niet (meer) onder het aanwijzingsbesluit vallen;

    • e.

      Horecabedrijven categorie E (bar- dancings /discotheken).

    • f.

      Belwinkels die vallen onder definitie van artikel 2:27 APV

    • g.

      Massagesalons die vallen onder de definitie van artikel 2:27 APV?

  • 3.

    Dat de vrijstelling behoudens de van vrijstelling uitgezonderde alleen geldt voor de in het aanwijzingsbesluit genoemde soorten openbare inrichtingen die vallen onder de in de bijlage behorende bij dit aanwijsbesluit vermelde categorieën en naar hun aard daarmee gelijk te stellen openbare inrichtingen.

Dit besluit treedt in werking één dag na bekendmaking.

De burgemeester van Zandvoort,

N.B.

Indien u zich met het bovenstaande besluit niet kunt verenigen, kunt u binnen 6 weken na de verzenddatum van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij de Burgemeester van Zandvoort, Postbus 2, 2040 AA Zandvoort.

Wij maken u erop attent dat ook een derde belanghebbende een bezwaarschrift kan indienen.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en tenminste te bevatten: uw naam en adres; de dagtekening; een omschrijving van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht en de gronden van uw bezwaar. Wanneer u zich door een derde laat vertegenwoordigen, verzoeken wij u tevens te vermelden de naam, het volledige adres en het telefoonnummer van deze persoon.

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Ingeval van onverwijlde spoed kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Haarlem, sector Bestuursrecht, Postbus 1621 2003 BR Haarlem. Een dergelijk verzoek dient vergezeld te gaan van een kopie van het bezwaarschrift. Voor het indienen van een dergelijk verzoek wordt een griffierecht geheven.

Om niet in herhaling te vervallen wordt voor de categorieën openbare inrichtingen verwezen naar paragraaf 3.3 van deze nota. Het originele aanwijzingsbesluit bevat de categorieën en is voorzien van de handtekening van de burgemeester. Bovendien wordt/is het aanwijzingsbesluit gepubliceerd.

BJILAGE 2 - Aanwijzingsbesluit vrijstelling alcoholschenkende openbare inrichtingen

Aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning alcoholschenkende openbare inrichtingen op grond van artikel 2:28, tweede lid Algemene plaatselijke verordening.

Betreft aanwijzing soorten inrichtingen waarvoor de vergunningplicht van artikel 2:28, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening niet geldt.

De burgemeester van Zandvoort;

Overwegende dat:

  • ·

    De vrijstelling voor de in dit besluit genoemde soorten openbare inrichtingen alleen geldt indien is voldaan aan de in artikel 2:28.1, eerste lid gestelde voorwaarden;

  • ·

    Naar verwachting de exploitatie van dezen in dit aanwijsbesluit genoemde soorten openbare inrichting - indien is voldaan aan het in artikel 2:28.1 eerst lid gestelde - geen tot geringe risico’s opleveren voor de openbare orde of voor de woon - en leefsituatie van de omgeving;

  • ·

    De exploitatievergunningplicht voor deze soorten openbare inrichtingen vanwege de geringe risico’s voor de openbare orde achterwege kan blijven;

  • ·

    De vrijstelling alleen geldt voor de in het aanwijzingsbesluit genoemde soorten openbare inrichtingen die vallen onder de in de bijlage behorende bij dit aanwijsbesluit vermelde categorieën en naar hun aard daarmee gelijk te stellen openbare inrichtingen.

Gelet op

Artikelen 2:27, 2:28, tweede lid en 2:28.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening

Besluit:

  • 1.

    Als soorten inrichtingen, als bedoeld in artikel 2:28. tweede lid Algemene plaatselijke verordening aan te wijzen:

    • l.

      Restaurants

    • m.

      Café – restaurants

    • n.

      Cafés of bars

    • o.

      Hotels die zowel alcoholvrije als alcoholische dranken verstrekken

    • p.

      Pensions die zowel alcoholvrije als alcoholische dranken verstrekken

    • q.

      IJssalons die zowel alcoholvrije als alcoholische dranken verstrekken

    • r.

      Tearooms die zowel alcoholvrije als alcoholische dranken en eetwaren verstrekken

    • s.

      Bed & breakfast mits zij een kennisgeving hebben gedaan op grond van artikel 2:36 APV en zowel alcoholvrije als alcoholische dranken en eetwaren verstrekken

    • t.

      Croissanterieën die zowel alcoholvrije als alcoholische dranken en eetwaren verstrekken

    • u.

      Sport- en dansscholen indien uitsluitend aan leerlingen zowel alcoholvrije als alcoholische dranken en eetwaren worden verstrekt

    • v.

      Sauna’s en zonnecentra, indien uitsluitend zowel alcoholvrije als alcoholische dranken en eetwaren worden verstrekt aan bezoekers die gebruikmaken van de sauna- en zonnecentrale faciliteiten

    • w.

      en naar de aard daarmee gelijk te stellen openbare inrichtingen

  • 2.

    Dat van vrijstelling zijn uitgezonderd:

    • a.

      Prostitutiebedrijven;

    • b.

      Escortbedrijven

    • c.

      Coffeeshops

    • d.

      Openbare inrichtingen die op grond van een of meer van de in paragrafen 7.8.1 en 7.8.2 genoemde gevallen een besluit van de burgemeester hebben ontvangen dat zij niet (meer) onder het aanwijzingsbesluit vallen;

    • e.

      Horecabedrijven categorie E (bar- dancings /discotheken).

    • f.

      Belwinkels die vallen onder definitie van artikel 2:27 APV

    • g.

      Massagesalons die vallen onder de definitie van artikel 2:27 APV?

  • 3.

    Dat de vrijstelling behoudens de van vrijstelling uitgezonderde alleen geldt voor de in het aanwijzingsbesluit genoemde soorten openbare inrichtingen die vallen onder de in de bijlage behorende bij dit aanwijsbesluit vermelde categorieën en naar hun aard daarmee gelijk te stellen openbare inrichtingen.

  • 4.

    De vrijstelling betrekking heeft op de openbare inrichtingen die beschikken over een krachtens artikel 3 van de Drank- en Horecawet verleende Drank - en Horecavergunning.

Dit besluit treedt in werking één dag na bekendmaking.

De burgemeester van Zandvoort,

N.B.

Indien u zich met het bovenstaande besluit niet kunt verenigen, kunt u binnen 6 weken na de verzenddatum van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij de Burgemeester van Zandvoort, Postbus 2, 2040 AA Zandvoort.

Wij maken u erop attent dat ook een derde belanghebbende een bezwaarschrift kan indienen.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en tenminste te bevatten: uw naam en adres; de dagtekening; een omschrijving van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht en de gronden van uw bezwaar. Wanneer u zich door een derde laat vertegenwoordigen, verzoeken wij u tevens te vermelden de naam, het volledige adres en het telefoonnummer van deze persoon.

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Ingeval van onverwijlde spoed kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Haarlem, sector Bestuursrecht, Postbus 1621 2003 BR Haarlem. Een dergelijk verzoek dient vergezeld te gaan van een kopie van het bezwaarschrift. Voor het indienen van een dergelijk verzoek wordt een griffierecht geheven.

Om niet in herhaling te vervallen wordt voor de categorieën openbare inrichtingen verwezen naar paragraaf 3.3 van deze nota. Het originele aanwijzingsbesluit bevat de categorieën en is voorzien van de handtekening van de burgemeester. Bovendien wordt/is het aanwijzingsbesluit gepubliceerd.

BIJLAGE 3 - Algemene informatie voor openbare inrichting ( o.a. horecabedrijf)

Inleiding

Iedere ondernemer die een horecabedrijf overneemt of reeds exploiteert heeft hiervoor volgens de wet- en regelgeving een aantal vergunningen nodig. Bovendien moet de ondernemer een aantal meldingen doen en zich houden aan gemeentelijk beleid.

In deze bijlage worden de belangrijkste onderdelen van bedoelde wet- en regelgeving, meldingen en beleid in het kort aangestipt. Het betreft hier regels van de regering en regels van de gemeenteraad Zandvoort. Verdere uitleg is voorts te vinden op www.zandvoort.nl en te verkrijgen bij de Koninklijke Horeca Nederland.

Het bestemmingsplan

Als de vestiging van het horecabedrijf/openbare inrichting inclusief terras in strijd is met het geldend bestemmingsplan mag de ondernemer niet starten. Het plan is bij de centrale balie van het gemeentehuis in te zien of in sommige gevallen ook digitaal via de website van de gemeente onder loket - wonen en bouwen - bestemmingsplannen. Meer informatie en mogelijkheden voor vrijstelling is te vinden opwww.zandvoort.nl. Bestaande horeca-ondernemers dienen ook op in het bestemmingsplan te kijken of wijziging van hun soort horecabedrijf is toegestaan. Een bestemmingsplan is een regeling van de gemeenteraad.

Strandpaviljoens

Voor strandpaviljoens gelden de voorschriften op grond van het Bestemmingsplan Strand en Duin en de daarin aangegeven begripsbepaling van een strandpaviljoen. Op het strand worden jaarrond strandpaviljoens en seizoensgebonden strandpaviljoens onderscheiden.

Binnen een strandpaviljoen (jaarrond of seizoensgebonden) is horeca in de vorm van een restaurant/strandpaviljoen toegestaan. Het verstrekken van logies, alsmede wonen is verboden. Gebruik ten behoeve van bar/dancings en houseparty’s is gelet op de geluidseisen (zie Nota Geluid en Horeca www. Zandvoort.nl) en de sluitingstijden niet mogelijk en niet toegestaan. Ook het gebruik als seksinrichting is niet toegestaan.

Nachtverblijf

Pensions/bed & breakfast

Pensions worden behalve aan het bestemmingsplan ook getoetst aan het Pensionbeleid Zandvoort 2009 en de Visie op verblijfsaccommodaties. Deze nota is te vinden op de www.overheid.nl.

Bij een pension moet het verhuur van kamers (aan meer dan 4 personen) een aan wonen ondergeschikte nevenactiviteit betreffen. Maaltijden en dranken worden slechts verstrekt aan pensiongasten, niet aan passanten.

Voor de logies wordt toeristenbelasting geheven. Tevens dient een pension ingeschreven te zijn bij de Kamer van Koophandel. De exploitant is degene die in de woning woont en op dit adres ingeschreven staat. De te verhuren kamers dienen dus niet als woonverblijf, maar als verblijfsrecreatie (toeristen).

Pensions dienen te zorgen voor voldoende parkeergelegenheid (zie Pensionbeleid Zandvoort 2009 en Visie op verblijfsaccommodaties).

Bed & Breakfast worden indien zij aan meer dan 4 personen logies verstrekken aangemerkt als pension en moeten in het bestemmingsplan als zodanig zijn bestemd. De gemeente heeft voor Bed & Breakfast een eigen folder opgesteld. Deze folder is digitaal verkrijgbaar op www.zandvoort.nl en in papieren versie verkrijgbaar aan de balie.

Openingstijden horecabedrijf/openbare inrichting

Voor strandpaviljoens geldt conform de Algemene plaatselijke verordening (regeling gemeenteraad) een sluitingstijd om 00.00 uur. De overige horecabedrijven mogen van 06.00 uur tot 03.00 uur geopend zijn, met een extra mogelijkheid tot 05.00 uur. De richtlijnen, voorwaarden en voorschriften waar de ondernemer aan moet voldoen staan in de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf, hoofdstuk 5 (regeling van de burgemeester).

Portiers

Voor horeca-inrichtingen die tot 05.00 uur voor bezoekers geopend zijn, is een portier verplicht. Alleen gecertificeerde portiers zijn toegestaan. De afdeling Bijzondere Wetten van de politie (Kennemerland) geeft hier informatie over.

Vergunningen en meldingen

Horeca-exploitatievergunning of vrijstelling

De ondernemer heeft een exploitatievergunning of vrijstelling nodig om een horecabedrijf te exploiteren. Deze verplichting bestaat indien bedrijfsmatig logies wordt verstrekt voor vijf of meer personen of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt.Het terras is onderdeel van de inrichting en wordt vermeld in de exploitatievergunning en/of valt onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling. Deze vergunning of vrijstelling wordt door de burgemeester op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV)en het beleid melding vrijstelling exploitatievergunning verleend (hoofdstuk 7 in uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf).

De ondernemer/exploitant moet voor zowel de horeca-exploitatievergunning als de vrijstelling aan het volgende voldoen:

  • ·

    De vestiging of de exploitatie mag niet in strijd zijn met een geldend bestemmingsplan;

  • ·

    De exploitant moet minimaal 18 jaar zijn. Let op: voor een drank- en horecavergunning moet de exploitant/ leidinggevende 21 jaar zijn!;

  • ·

    Het horecabedrijf mag niet nadelig zijn voor haar woon- en leefsituatie in de omgeving en of de openbare orde mag niet op ontoelaatbare wijze worden beïnvloed.

  • ·

    Een melding doen indien hij alcoholschenkend is om te kunnen vallen onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling exploitatievergunning.

De volgende openbare inrichtingen hoeven niet te beschikken over een horeca-exploitatievergunning of vrijstelling:

  • ·

    Een winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet voor zover de activiteiten van de openbare inrichting een nevenactiviteit vormen van de winkelactiviteit;

  • ·

    Een zorginstelling;

  • ·

    Een museum;

  • ·

    Een bedrijfskantine of – restaurant;

  • ·

    Alcoholvrije bedrijven met uitzondering van coffeeshops en andere van vrijstelling uitgesloten bedrijven.

Terrassen en terrasschotten

Een terras behoort tot de inrichting en valt indien dit niet in strijd is met het geldend bestemmingsplan onder het aanwijzingsbesluit vrijstelling horeca- exploitatievergunning of de horeca-exploitatievergunning. Bij alcoholschenkende openbare inrichtingen worden de maten van het terras in de drank- en horecavergunning opgenomen. Voor de ondernemers die dienen te beschikken over een horeca-exploitatievergunning worden de terrasbepalingen opgenomen in de horeca - exploitatievergunning. Voor de plaatsing van permanente terrasschotten moet de ondernemer beschikken over een Omgevingsvergunning. Dit geldt dus niet voor de terrasschotten die dagelijks na sluiting van het terras worden verwijderd.

Voor zowel alcoholvrije als alcoholschenkende horecabedrijven die niet beschikken over een horeca-exploitatievergunning gelden de nadere regels terras (regeling van het college).

Tevens gelden voor alcoholschenkend horecabedrijven de bepalingen uit de Drank- en Horecawet. Winkels en horecabedrijven die beschikken over een terras dienen ook te voldoen de nadere regels terras, uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf.

Drank- en horecavergunning

Commercieel

Een drank- en horecavergunning is verplicht voor elk horecabedrijf waar alcoholhoudende dranken verstrekt worden en ter plaatse genuttigd. De vergunning is persoon- en inrichtingsgebonden. Na aan- of verbouw, als er een nieuwe leidinggevende komt of als uw ondernemingsvorm wijzigt, dient u een nieuwe/ gewijzigde vergunning aan te vragen.

De vergunning wordt afgegeven door de burgemeester op grond van de Drank- en Horecawet.

De ondernemer moet aan het volgende voldoen:

  • ·

    De ondernemer en overige leidinggevenden moeten in het bezit zijn van een verklaring sociale hygiëne en tenminste 21 jaar zijn. Onder een leidinggevende wordt in ieder geval ook de ondernemer(s) verstaan;

  • ·

    De leidinggevenden mogen niet onder curatele staan of uit de ouderlijke macht of voogdij zijn ontzet;

  • ·

    Er wordt bovendien gekeken of de leidinggevenden niet “in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn” en een strafblad hebben;

  • ·

    Daarnaast moet de inrichting aan een aantal eisen voldoen (meer informatie staat in de Drank- en Horecawet).

Paracommercieel

Sportkantines en verenigingen vallen onder de zogenaamde paracommerciële inrichtingen. Omdat veelal gewerkt wordt met vrijwilligers gelden hiervoor iets andere regels. Het bestuursreglement (huisregels) wordt getoetst door de gemeente. Twee leidinggevenden (bijv. bestuursleden of leden) moeten het diploma Sociale Hygiëne hebben. Als er alcohol geschonken wordt, moet een leidinggevende met Sociale Hygiëne aanwezig zijn of een barvrijwilliger die door het bestuur is geïnstrueerd over verantwoord alcoholgebruik. Verder gelden de richtlijnen zoals vermeld onder commercieel.

Vergunning Kansspelautomaten

Een aanwezigheidsvergunning heeft de ondernemer nodig voor de kansspelautomaten (gokkasten) die in de inrichting aanwezig zijn. Voor het aanwezig hebben van behendigheidsautomaten geldt geen vergunningsplicht. De Wet op de kansspelen en het Speelautomatenbesluit onderscheiden hoog- en laagdrempelige inrichtingen. In laagdrempelige inrichtingen (waaronder strandpaviljoens) worden geen kansspelautomaten toegestaan en in hoogdrempelige inrichtingen mogen maximaal twee kansspelautomaten (gokkasten) staan.

Wat valt onder een hoogdrempelige inrichting?

  • 1.

    Geldig drank- en horecavergunning;

  • 2.

    Geen andere activiteiten dan bezoek aan het café en restaurant;

  • 3.

    Activiteiten moeten gericht zijn op personen van 18 jaar en ouder.

Overige criteria:

  • 1.

    De vergunningaanvrager/ leidinggevenden moeten voldoen aan de eisen van zedelijk gedrag;

  • 2.

    Zij moeten kennis en inzicht hebben over het gebruik van speelautomaten en de risico’s van gokverslaving;

  • 3.

    Het verlenen van de vergunning mag geen ernstig gevaar opleveren voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid;

  • 4.

    Overtreding van de geldende regels kan leiden tot weigering van de vergunning. Hiervoor wordt gekeken naar overtredingen die zijn gemaakt in de afgelopen drie jaar voor de aanvraag van de vergunning.

Vergunning speelautomatenhal

Voor de exploitatie van een speelautomatenhal is een vergunning speelautomatenhal vereist.

De burgemeester kan voor maximaal vijf speelautomatenhallen een vergunning verlenen. Dit aantal is reeds bereikt.

De ondernemer dient de vergunning aan te vragen middels een door de burgemeester vastgesteld vastgestelde aanvraagformulier. In de Verordening Speelautomatenhallen zijn de weigeringsgronden en intrekkingsgronden voor een vergunning opgenomen (regeling gemeenteraad).

Indien een in de vergunning vermelde beheerder geen beheerder meer is, dient de ondernemer binnen vier weken een nieuwe vergunning aan te vragen.

Melding/kennisgeving

Melding vrijstelling exploitatievergunning

Alle nieuwe alcoholschenkende openbare inrichtingen dienen zich te melden middels het meldingsformulier vrijstelling exploitatievergunning. Dit formulier is te vinden op de website van de gemeente. Onderstaande inrichtingen dienen deze melding niet te doen, maar een horeca-exploitatievergunning aan te vragen.

  • 1.

    Prostitutiebedrijven

  • 2.

    Escortbedrijven

  • 3.

    Coffeeshops

  • 4.

    Openbare inrichtingen die op grond van een of meer van de in paragrafen 7.8.1 en 7.8.2 genoemde gevallen een besluit van de burgemeester hebben ontvangen dat zij niet (meer) onder het aanwijzingsbesluit vallen;

  • 5.

    Horecabedrijven categorie E (bar- dancings /discotheken);

  • 6.

    Belwinkels die vallen onder definitie van artikel 2:27 APV;

  • 7.

    Massagesalons die vallen onder de definitie van artikel 2:27 APV

Milieu/ activiteitenbesluit

Bijna alle horecabedrijven (openbare inrichtingen vallen onder het Activiteitenbesluit van de Wet Milieubeheer. Elke ondernemer dient een meldingsformulier van de Milieudienst IJmond in te vullen.

Ondernemers wordt geadviseerd om altijd contact met de Milieudienst IJmond op te nemen in het geval van:

  • ·

    Vestiging;

  • ·

    Wijziging bedrijfsvoering (bijvoorbeeld van restaurant naar café);

  • ·

    Het ten gehore brengen van muziek in de bedrijfsvoering;

  • ·

    Wisseling eigenaar.

Een omgevingsvergunning (voorheen milieuvergunning) kan de ondernemer aanvragen bij het omgevingsloket.

Bij dit loket kan de ondernemer ook informatie verkrijgen over de benodigde vergunningen ivm. verbouwingen.

In onderstaande tabel staan de op grond van het Activiteitenbesluit voor openbare inrichtingen geldende geluidsnormen.

Tabel 2.17a

07:00–19:00 uur

19:00–23:00 uur

23:00–07:00 uur

LAr,LT op de gevel van gevoelige gebouwen

50 dB(A)

45 dB(A)

40 dB(A)

LAr,LT in in- en aanpandige gevoelige gebouwen

35 dB(A)

30 dB(A)

25 dB(A)

LAmax op de gevel van gevoelige gebouwen

70 dB(A)

65 dB(A)

60 dB(A)

LAmax in in- en aanpandige gevoelige gebouwen

55 dB(A)

50 dB(A)

45 dB(A)

Kennisgeving exploitatie nachtverblijf en bijhouden register

Degene die een inrichting opricht, overneemt, verplaatst of de exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staakt, is verplicht binnen drie dagen daarna daarvan schriftelijk kennis te geven aan de burgemeester (zie kennisgevingsformulier op www.zandvoort.nl).

Op grond van artikel 438 Wetboek van Strafrecht dient de ondernemer een doorlopend register bij te houden.

Melding leidinggevende drank- en horecawet

Nieuwe leidinggevenden dienen aan de drank- en horecavergunning te worden toegevoegd. De horeca- ondernemer dient daarvoor een op de website te verkrijgen meldingsformulier in te vullen en in te leveren bij de gemeente (beleid melding leidinggevende Drank- en Horecawet, regeling van de burgemeester).

Melding incidentele festiviteiten

Bij evenementen gelden andere regels met betrekking tot het geluid.

In de Algemene plaatselijke verordening (APV) is geregeld dat er incidentele festiviteiten gehouden mogen worden. Op deze dagen mag extra geluid worden gemaakt binnen de inrichting. Dit moet twee weken voor aanvang van de festiviteit worden gemeld bij de gemeente. Voor het strand gelden andere regels dan voor het centrum.

Brandveilig gebruik melding of vergunning

Voor het gebruik van bepaalde gebouwen, zoals zorginstellingen en grotere hotels is een omgevingsvergunning (voorheen gebruiksvergunning) nodig. Als het gebruik van het bouwwerk volgens de gemeente brandveilig is, krijgt de ondernemer een omgevingsvergunning. Voor het gebruik van andere bouwwerken kan volstaan worden met een melding of is helemaal geen vergunning of melding nodig.

Gemachtigde aanvrager vergunningen

De aanvrager/ ondernemer kan iemand machtigen om namens hem of haar de aanvragen te doen en/ of de aanvraagformulieren in te vullen en te ondertekenen. De machtiging moet altijd schriftelijk worden overgelegd.

Voorlopige toestemming horecabedrijf

De gemeente Zandvoort staat met een voorlopige toestemming de (nieuwe) ondernemer toe zijn horecabedrijf gedurende de behandeling van de vergunningaanvragen te exploiteren /alcohol te verstrekken. Er is met een voorlopige toestemming sprake van gedogen. Dit kan alleen als sprake is van een tijdelijke situatie en uitzicht op vergunningverlening. In hoofdstuk 7 van de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf staat de procedure en voorwaarden voor het verkrijgen van een voorlopige toestemming.

Ondernemersdossier

De gemeente streeft ernaar om vergunningaanvragen te vereenvoudigen. Het ondernemersdossier is een van de instrumenten om dit doel te bereiken. Nadere informatie is te vin de op de website van de gemeente en/of KHN.

Termijnen afhandeling vergunningen

Soort vergunning

Standaardtermijn/verdagingsbesluit

of aanhoudingsbesluit

Toelichting

De standaardbehandelings-termijn is de termijn vanaf het moment dat de aanvraag is ingediend. Als de aanvraag niet compleet is wordt de standaard behandelingstermijn verlengd.

Drank- en Horecavergunning

8 weken

De burgemeester beslist over vergunningverlening en weigering.

Melding wijziging leidinggevende

8 weken

De burgemeester

Wijziging drank- en horecavergunning

4 weken

De burgemeester beslist over vergunningverlening en weigering. Het gaat om wijziging van de oppervlakte/inrichting na bijvoorbeeld een verbouwing.

Horeca-exploitatievergunning alcoholschenkend inclusief verruiming openingstijd tot 5 uur voor bardancings

8 weken

De burgemeester beslist over vergunningverlening en weigering.

Vergunning kansspelautomaten (gokkasten)

8 weken

De burgemeesterbeslist over vergunningverlening en weigering.

Vergunning speelautomatenhallen

12 weken

De burgemeester beslist over vergunningverlening, weigering, aanhoudingsbesluit en verdagingsbesluit.

De burgemeester besluit binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag

met de bijbehorende bescheiden heeft ontvangen.

Het besluit kan eenmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd.

Belastingen

Kosten vergunningaanvraag (leges)

Voor het in behandeling nemen van vergunningaanvragen is de ondernemer leges verschuldigd. De leges voor vergunningen dienen gelijktijdig met het indienen van de aanvraag te worden betaald. Bij voorkeur via een pinbetaling aan de balie. De hoogte van de legestarievenis te vinden in de legesverordening op de website (Titel 3, hoofdstuk 1).

Precario

Precario is de belasting die de ondernemer betaalt voor gebruik van gemeentegrond. De ondernemer moet deze belasting betalen als hij een terras, container, uithangbord of bouwsteiger op grond van de gemeente heeft staan. Bijvoorbeeld op de stoep.

De bedragen staan in de Verordening Precariobelasting (te vinden op www.zandvoort.nl).

Voor de strandpaviljoens is de voor het terras te betalen vergoeding opgenomen in de huurovereenkomst.

Toeristenbelasting

Eigenaren/ondernemers van een plek waar toeristen kunnen overnachten, zoals een camping, hotel, Bed en Breakfast of (klein)pension, moeten toeristenbelasting betalen aan de gemeente. De eigenaar/ondernemer berekent dit bedrag door aan de gast in de kosten voor de overnachting. De eigenaar/ondernemer moet hiervoor het aantal gasten en overnachtingen registreren.

De voorwaarden voor toeristenbelasting zijn onder andere:

  • ·

    De gasten betalen voor de overnachting;

  • ·

    De gast staat niet in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) van deze gemeente ingeschreven. 

  • ·

    De eigenaar/ondernemer vermeldt de toeristenbelasting apart op de factuur aan zijn gast.

Horecasanctiebeleid

De gemeente Zandvoort heeft een horecasanctiebeleid. In het horecasanctiebeleid is geregeld welke sanctie door de burgemeester of het college opgelegd kan worden bij overtredingen. Het gaat niet alleen om overtredingen van wet- en regelgeving maar onder andere ook om overtreding(en) van de voorschriften in vergunningen – ook indien de burgemeester voorschriften in de vrijstelling exploitatievergunning van de ondernemer/onderneming heeft opgenomen -,en de voorlopige toestemming. Het beleid is van toepassing op alle alcoholvrije en alcoholschenkende openbare inrichtingen. Ook de bijzondere bedrijven zoals de strandpaviljoens, de coffeeshops, sportkantines en seksinrichtingen vallen onder de werking van dit beleid. Het horecasanctiebeleid is te vinden op de website van de gemeente.

BIBOB procedure

De aanvragen voor de Drank- en Horecavergunning, horeca-exploitatievergunning alcoholschenkend en alcoholvrij (inclusief coffeeshops), melding vrijstelling horeca-exploitatievergunning, vergunning speelautomatenhallen en vergunning voor een seksinrichting (inclusief escortbedrijven) worden (ook) getoetst aan de Wet BIBOB (bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur). Indien een van de genoemde vergunningen/vrijstelling wordt aangevraagd dient de ondernemer de gemeentelijke vragenlijst WET BIBOB in te vullen (zie ook BIBOB Beleidsregels op de website).

De vergunning/vrijstelling wordt geweigerd als er ernstig gevaar bestaat dat de vergunning mede zal worden gebruikt voor het benutten van voordelen uit strafbare feiten en voor het plegen van strafbare feiten. Dit geldt ook als er vermoed wordt dat bij het verkrijgen van de vergunning een strafbaar feit is begaan. Als de gemeente meer wil weten moet de aanvrager naast het gemeentelijk formulier ook het uitgebreide BIBOB – vragenformulier invullen.

De gemeente kan ook advies vragen aan Bureau BIBOB. Dit Bureau kan persoonsgegevens die zijn verzameld of verkregen met het oog op de behandeling van een verzoek om advies, gedurende twee jaren verwerken in verband met een ander verzoek (artikel 19 Wet BIBOB).

Overige zaken

Bedrijfsafval

Bedrijven en instellingen moeten zelf hun afvalverwerking regelen. Zo kan de ondernemer het bedrijfsafval laten ophalen door een regionaal of particulier inzamelingsbedrijf.

Parkeren

In Zandvoort zijn niet overal vrije parkeerplaatsen. In een aantal gebieden heeft een ondernemer een parkeervergunning nodig om te parkeren. De Gemeente Zandvoort kent de volgende soorten parkeervergunningen die van belang kunnen zijn voor een horecaondernemer nl.: hotelvergunning, toeristenvergunning, bedrijfsvergunning, commerciële vergunning en werknemersvergunning. De voorwaarden voor de vergunningen staan op www.zandvoort.nl onder ondernemer/beleid en notities/ parkeren voor ondernemers (nadere regels parkeren en parkeerverordening).

Huurovereenkomst strandpaviljoens

Strandpaviljoenhouders gaan een huurovereenkomst aan met de

gemeente voordat het paviljoen opgebouwd mag worden. Hiervoor moet in

ieder geval een koopovereenkomst en een bankgarantie, gesteld op 75% van

de jaarlijkse huurprijs, worden overgelegd. De procedure voor de

huurovereenkomst wordt pas gestart als bekend is dat de drank- en

horecavergunning, de horeca-exploitatievergunning of de vrijstelling

horeca-exploitatievergunning worden verleend.

Drank- en Horecaverordening

Naast de Drank- en Horecawet, bevat de Drank- en Horecaverordening Zandvoort regels waaraan commerciële - en paracommerciële horeca-ondernemers zich moeten houden. De verordening is te vinden op de site www.zandvoort.nl.

Handelsregister

Inschrijven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel is voor het starten/exploiteren van alle ondernemingen verplicht, dus ook voor horecabedrijven.

Tabakswet

Voor openbare inrichtingen gelden regels met betrekking tot roken. Nadere informatie hierover kunt u verkrijgen bij de Voedsel en Waren Autoriteit.

Bedrijfshulpverlening (bhv)

Bedrijfshulpverlening is bedoeld om tijdens situaties die gevaar opleveren voor de veiligheid en gezondheid, letsel en schade van werknemers en derden zoveel mogelijk te voorkomen en te beperken. In de Arbowet staan de regels m.b.t. bedrijfshulpverlening.

Meldingsformulier vrijstelling exploitatievergunning

BIJLAGE 4 - Melding nieuw openbare inrichting/horecabedrijf/ondernemer

Datum start exploitatie/opening openbare inrichting/horecabedrijf:

Naam horecabedrijf:

Adres horecabedrijf:

Postadres:

Naam contactpersoon:

Telefoonnummer contactpersoon:

E- mailadres:

Inschrijvingsnummer in handelsregister Kamer van Koophandel:

Soort horecabedrijf/openbare inrichting (categorie zie hoofdstuk 3 begripsbepalingen, uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf/openbare inrichting):

Natuurlijke persoon/rechtsvorm:

VOF

BV

NV

Eenmanszaak

CV

Heeft u het pand in eigendom? Ja/ nee (doorhalen wat niet van toepassing is)

Bij nee heeft u een huur- of pachtovereenkomst? Ja/nee (doorhalen wat niet van toepassing is en bij ja gaarne huur- of pachtovereenkomst meesturen)

Openingstijden

Maandag van uur tot uur

Dinsdag van uur tot uur

Woensdag van uur tot uur

Donderdag van uur tot uur

Vrijdag van uur tot uur

Zaterdag van uur tot uur

Zondag van uur tot uur

Ondernemer(s)/leidinggevende(n):

Voornamen:

Achternaam:

Burgerservicenummer:

Geboortedatum:

Geboorteplaats:

Adres

Woonplaats

Telefoonnummer:

Gaat u een terras bij de inrichting exploiteren ja/nee (doorhalen wat niet van toepassing is)

Zo ja wat is dan het maximaal aantal vierkante meters dat volgens de aangegeven markering mag worden ingenomen?…….. bij ………………

U bent een horecabedrijf A, B, C, D en F of categorie of daarmee gelijk te stellen horecabedrijf. Ja/ nee (doorhalen wat niet van toepassing is)

Het bestemmingsplan staat een horecabedrijf A, B, C, D en F of daarmee gelijk te stellen horecabedrijf op adres….. toe? Ja/ nee (doorhalen wat niet van toepassing is)

U heeft de Gemeentelijke vragenlijst BIBOB ingevuld en bijgevoegd ja/ nee (Zie link/koppeling naar/aan Gemeentelijke vragenlijst BIBOB).

U heeft een melding bij de Milieudienst IJmond gedaan en bijgevoegd ja/nee (Zie koppeling formulier milieudienst IJmond).

U heeft een melding bij de Brandweer (Veiligheids Regio Kennemerland)gedaan? Ja/ nee (doorhalen wat niet van toepassing is)

U heeft de artikelen 2:27 2:28 en 2:28.1 Algemene plaatselijke verordening, het aanwijsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning, de nadere regels terras en het beleid vrijstelling horeca- exploitatievergunning (aanwijzingsbesluit bijgevoegd) gelezen? Ja/ nee (doorhalen wat niet van toepassing is)

Verklaring

Gemeente Zandvoort wil graag op de internationale agenda staan als zijnde een badplaats met stijl en kwalitatief hoogstaande aanbod, waar wonen, werken en recreëren gepaard gaan met veiligheid, leefbaarheid en plezier. De gemeente wil graag zowel de burger als de horeca- ondernemer met zijn bedrijf goed bedienen. De horeca- ondernemer wordt ruimte geboden, maar hij dient binnen de bestaande wet- en regelgeving te handelen.

De ondernemers/leidinggevenden van horecabedrijf/openbare inrichting………………………………………………………………………………..

Verklaren:

  • a.

    Zich aan de voor hen geldende regels te houden en met de exploitatie van hun openbare inrichting geen overlast te veroorzaken in Zandvoort en

  • b.

    Een bijdrage te leveren aan een plezierig en veilig uitgaansklimaat in Zandvoort.

Datum melding:

Naam ondernemer:

Handtekening:

Naam ondernemer:

Handtekening:

Vervolgprocedure melding

Allereerst hartelijk dank voor uw melding (en nieuwe ondernemers) welkom in de gemeente Zandvoort.

U kunt deze melding sturen naar info@zandvoort.nl

of per post sturen naar: gemeente Zandvoort Postbus 2, 2040 AA Zandvoort

of afgeven aan de Centrale Balie van het Raadhuis, Swaluestraat 2 te Zandvoort.

De gemeente Zandvoort zal uw melding toetsen aan de criteria/voorwaarden uit de Algemene plaatselijke verordening (APV), de nadere regels APV, de Wet BIBOB en de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf/hoofdstuk 7.

U krijgt binnen 3 werkdagen na ontvangst van uw melding een ontvangstbevestiging van de gemeente.

Als u niet aan de criteria/voorwaarden voldoet en daarom niet valt onder het aanwijzingsbesluit ontvangt u - binnen 10 werkdagen gerekend vanaf het moment van ontvangst van uw volledige melding - van de burgemeester (of namens hem) een bericht waarin onder andere staat dat u dient te beschikken over een horeca-exploitatievergunning om te mogen exploiteren.

Let op; het horecabedrijf/openbare inrichting mag zonder ontvangstbewijs van melding en/of voorlopige toestemming of Horeca- exploitatievergunning niet voor bezoekers geopend zijn.

Meldingsformulier nachtverblijf

Meldingsformulier/kennisgevingsformulier exploitatie nachtverblijf

Krachtens artikel 2:36 Algemene plaatselijke verordening Zandvoort

(Betreft ook kampeerinrichtingen)

Geachte burgemeester,

Hierbij deel ik u mee dat ik met ingang van……. (datum vermelden)

De Inrichting heb opgericht en (indien van toepassing)

De inrichting beschikt over een terras van maximaal…. x…. meter

De inrichting heb overgenomen

De inrichting heb verplaatst

De exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staak m.i.v……………….

U verzoek de horeca-exploitatievergunning met ingang van…… in te trekken

Naam onderneming:

Adres inrichting waar kennisgeving voor wordt gedaan:

Naam ondernemer:

Adres:

Plaats:

Datum melding/kennisgeving:

Handtekening

Een kopie van deze melding/kennisgeving wordt door de gemeente naar de volgende personen c.q. instanties gestuurd:

  • ·

    GBKZ (belastingen)

  • ·

    VRK (brandweer)

  • ·

    Afdeling Parkeervergunningen

  • ·

    Milieudienst IJmond

  • ·

    Politie

  • ·

    Gemeentelijke handhavers

Redenen voor aanpassing nota

Met de uitvoeringsregels exploitatie horecabedrijf kiest de burgemeester ervoor om aparte beleidsregels voor openbare inrichtingen in het vervolg in één nota op te nemen. Er zijn zes redenen voor voornoemde keuze. Deze worden onderstaand vermeld.

Ten eerste

In de Notitie Openingstijden is reeds aangegeven dat het de bedoeling is om uitvoeringsregels zoals de Notitie openingstijden en de Nota voorlopige toestemmingsamen te voegen.

Ten tweede

Op grond van de artikelen 2:28 en 2:28.1 van de Algemene plaatselijke verordening (hierna APV) heeft de burgemeester openbare inrichtingen (o.a. horecabedrijven) aangewezen die niet hoeven te beschikken over een horeca-exploitatievergunning. Deze aanwijzing past binnen het streven van de gemeente Zandvoort naar lastenverlichting en het creëren van een ondernemersvriendelijk klimaat voor bedrijven. Deze nota bevat de nieuwe uitvoeringregels die bij deze nieuwe bepalingen horen (zie hoofdstuk 7).

Ten derde

In artikel 2:29 van de APV zijn de openingstijden van horecabedrijven gewijzigd. Horeca- ondernemingen behoudens strandpaviljoens mogen op grond van dit artikel tot 03.00 uur geopend zijn. De aanpassing van artikel 2:29 APV heeft tot gevolg dat de voorschriften m.b.t. de openingstijden voor de horecabedrijven die tot 03.00 uur geopend mogen zijn niet meer in de horeca-exploitatievergunning zijn opgenomen. Dit omdat de bedrijven die onder het aanwijsbesluit vrijstelling horeca-exploitatievergunning vallen niet meer over een horeca-exploitatievergunning hoeven te beschikken.

Ten vierde

De vernieuwde Drank- en Horecawet van 1 januari 2013 bevat o.a. wijzigingen ten aanzien van het bevoegd bestuursorgaan (nu burgemeester) en de verkorting van de behandeltermijn van 12 weken naar 8 weken. Tot op heden werd de aanvraag voor een aanwezigheidsvergunning speelautomaten en een verruiming sluitingstijd aangehouden totdat op de vergunningaanvraag drank- en horecavergunning was besloten. Beide vergunningaanvragen kunnen in het vervolg in de vermelde acht weken worden afgehandeld.

Ten vijfde

De burgemeester is met de wijziging van de Drank- en horecawet het bevoegd bestuursorgaan voor de vergunningen die in het beleid voorlopige toestemming stonden vermeld.

Ten zesde

Opname van de uitvoeringsregels in één document/nota vergemakkelijkt de onderlinge afstemming van het beleid (bevordert integrale aanpak) in het kader van de genoemde vergunningen. Bovendien wordt de vindbaarheid van uitvoeringsbeleid voor de ondernemers vergroot.