Regeling vervallen per 05-06-2020

Uitvoeringsregels bijzondere bijstand

Geldend van 24-09-2014 t/m 04-06-2020

Intitulé

Uitvoeringsregels bijzondere bijstand

1. Bijzondere bijstand

1.1 Inleiding

Een alleenstaande of het gezin kan te maken hebben met noodzakelijke kosten die voortvloeien uit bijzondere omstandigheden (artikel 35 WWB). Onder bepaalde voorwaarden kunnen wij bijzondere bijstand verstrekken. Hiervoor moet men aantonen dat het bijzondere kosten zijn en dat er een (medische) noodzaak aanwezig is voor het maken van deze kosten.

Bij een aanvraag voor kosten met een medisch karakter vragen wij een medisch advies op en/of een offerte (indien nodig). Als de adviserende instelling vaststelt dat er geen medische noodzaak is, kunnen wij geen bijzondere bijstand verstrekken.

1.2 Doelgroep

Bijzondere bijstand geldt zowel voor WWB-cliënten als anderen met een inkomen uit loon of andere uitkering. Bestaande cliënten kunnen volstaan met het indienen van een verkort (digitaal) aanvraagformulier. Overige aanvragers moeten een uitgebreid (digitaal) aanvraagformulier invullen die bestaat uit een extra bijlage. Op deze bijlage moet men inkomens- en vermogensgegevens invullen.

1.3 Afstemming voorliggende voorzieningen

Voor wij bijzondere bijstand verstrekken, bekijken wij in hoeverre er een toereikende voorliggende voorziening aanwezig is. Voor de meeste kostensoorten zal dit gaan om de vergoedingen van zorgverzekeraars waarbij de Collectieve verzekering Garant Noord 1 en Tandverzorgd 1 van Menzis een voorliggende voorziening is.

1.4 Aanvullende zorgverzekeringen en de collectieve regeling

Uitgangspunt is dat aanvragers zich voldoende tegen ziektekosten hebben verzekerd. Dit betekent dat er minimaal een basisverzekering en aanvullende verzekering en een tandverzekering dient te zijn afgesloten. Voor verzekerden bij Menzis betekent dit naast de basisverzekering een Extraverzorgd 1 en een Tandverzorgd 1 (behalve bij volledige gebitsprothese). Wanneer een aanvrager zich bij een andere zorgverzekeraar verzekerd heeft, gaan wij er vanuit dat dit vergelijkbaar is.

Zijn de kosten hoger, dan verstrekken wij bijzondere bijstand tot maximaal de hoogte van de vergoeding op niveau Garant Noord 3 en tandverzorgd 3.

Zijn de kosten nog hoger dan de maximale vergoeding van Garant Noord 3 en tandverzorgd 3, dan kunnen wij voor het vaststellen van de noodzakelijkheid een extern advies aanvragen.

1.5 Draagkracht, inkomen en vermogen Draagkrachtperiode

Bij periodieke terugkerende kosten stellen wij de draagkracht in beginsel per “draagkrachtjaar” vast, dat wil zeggen over een periode van 12 maanden gerekend vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanvraag is ingediend c.q. de eerste dag van de maand waarin de kosten zijn gemaakt.

Verstrekken wij bijstand voor periodieke kosten over een kortere periode dan een jaar, dan passen wij de draagkrachtperiode en draagkracht hier op aan.

Voor eenmalige kosten kunnen wij de draagkracht bepalen op 1 maand (als de draagkracht 0,00 is).

Van de ruimte in het inkomen boven de bijstandsnorm merken wij 35% aan als draagkracht.

Draagkrachtberekening

  • ·

    Voor WWB-cliënten geldt dat er nooit sprake is van draagkracht in inkomen.

  • ·

    Voor overige aanvragers berekenen wij de draagkracht.

  • ·

    Als er sprake is van draagkracht, betalen wij de bijzondere bijstand pas uit na opsouperen van de draagkracht.

  • ·

    Is de draagkracht hoger dan de bijzonder noodzakelijke kosten, dan bepalen wij een restdraagkracht in de vastgestelde draagkrachtperiode.

Vrijlating inkomen en vermogen

De vrijlating van het inkomen (art. 31 lid 2 WWB) en vrijlating vermogen (art. 34 lid 2 WWB) die voor de algemene bijstand geldt, hanteren wij ook voor de bijzondere bijstand.

Ook de toegekende langdurigheidstoeslag nemen wij niet mee in de draagkrachtberekening.

Waarde auto

Een bedrag van € 3.630,23 (zie handhavingsbeleid) laten wij vrij in de vermogensberekening.

1.6 Drempelbedrag

Wij hanteren geen drempelbedrag.

1.7 Aanvraag vooraf indienen

Uit de WWB vloeit voort dat wij in beginsel geen bijstand voor kosten verlenen, die voorafgaand aan de aanvraag zelf al zijn betaald. Eerst moet de noodzaak namelijk worden vastgesteld. Daarom moet men de aanvraag voor bijzondere bijstand indienen vóór de kosten zijn gemaakt. Bij sommige kosten vragen wij zelfs eerst medisch advies. Ook is voor sommige kosten een offerte nodig. Pas daarna kunnen wij de aanvraag beoordelen.

Als het gaat om kosten die voortvloeien uit behandelingen die staan vermeld in de globale vergoedingenwijzer Garant Noord van Menzis, kan men ook achteraf een aanvraag indienen.

Dringende redenen

Als er geen dringende redenen aanwezig zijn die het achteraf indienen van een aanvraag rechtvaardigen, wijzen wij deze af.

1.8 Algemene bewijsstukken bij elke aanvraag

Bewijsstukken die de aanvrager bij elke aanvraag in elk geval moet inleveren, zijn gegevens over inkomen en vermogen (voor zover deze gegevens nog niet bij ons bekend zijn).

Verder moet men een specificatie van de aangevraagde kosten bij de stukken inleveren.

Bij het inkomen gaat het in beginsel om het maandinkomen voorafgaand aan de maand van de aanvraag, tenzij er een afwijkende draagkrachtperiode is vastgesteld (zie onder punt1.5)

Bij het vermogen gaat het om het vermogen op datum aanvraag.

1.9 Indiening aanvraag via derden

Wij zijn bevoegd van een gemachtigde een schriftelijke machtiging te verlangen, waaruit blijkt dat de cliënt het er mee eens is.

  • A.

    Aanvraag komt binnen via een advocaat of andere gemachtigde

    • ·

      Schriftelijke machtiging aan de advocaat of andere gemachtigde vragen waaruit blijkt dat cliënt het er mee een is. Daarna de aanvraag in behandeling nemen

    • ·

      Beschikking richten en verzenden aan: Naam cliënt, p/a gemachtigde

    • ·

      Een kopie van de beschikking verzenden aan cliënt + een (standaard) begeleidend briefje tenzij er dringende redenen zijn om hier van af te zien (bijv. beperkte geestelijke vermogens)

  • A.

    Aanvraag komt binnen via een bewindvoerder

Uit Handboek Schulinck blijkt dat de minister van Justitie van mening is dat een bewindvoerder (die door de rechtbank is aangewezen) geen machtiging van de cliënt behoeft te overleggen bij een aanvraag voor bepaalde kosten van bijstand. Hier sluiten wij bij aan.

- Beschikking richten en verzenden aan: naam client, p/a gemachtigde

- Een kopie van de beschikking verzenden aan client + een (standaard) begeleidend briefje mits er geen dringende reden zijn om hier van af te zien (te vinden in de uitspraak Rechtbank).

1.10 Verschillende soorten bijzondere bijstand nader uitgewerkt

1.10.1 Rechtsbijstand en griffierechten

Kosten van een procedure die de Raad voor Rechtsbijstand (RvR) voor eigen rekening laat, rekenen wij tot de bijzonder noodzakelijke kosten als daarbij op grond van een toevoeging krachtens de RvR rechtsbijstand is verleend. De noodzaak van rechtshulp kunnen wij in dat geval aannemen.

Voorliggende voorziening:

De toevoeging van de Raad voor Rechtsbijstand is een voorliggende voorziening. Er geldt een eigen bijdrage op grond van het inkomen (zie www.rvr.org).

Bewijsstukken:

  • -

    brief van de Raad voor Rechtsbijstand inzake de toevoeging advocaat

  • -

    nota van de advocaat

  • -

    opgave van de griffiekosten door de rechtbank

Hoogte bijzondere bijstand:

De bijstand bedraagt de voor eigen rekening blijvende eigen bijdrage en de te maken griffiekosten.

1.10.2 Bewindvoeringskosten

Het komt steeds meer voor dat cliënten onder bewind worden gesteld door de kantonrechter of dat onder bewindstelling noodzakelijk is. Bijvoorbeeld bij cliënten met ernstige psychische problemen, die niet meer zelfstandig kunnen handelen en tegen zichzelf beschermd moeten worden. Aan deze cliënten wordt soms een bewindvoerder gekoppeld. Dat kan een persoon zijn of een instelling (bijv. Humanitas Inkomensbeheer). Voor deze bewindvoeringskosten is bijzondere bijstand mogelijk als men aantoont dat het bewind noodzakelijk is. Met een uitspraak van de Rechtbank kan dit worden aangetoond.

Voorliggende voorziening:

Er bestaat geen voorliggende voorziening. Alleen soms in het kader van de WSNP (zie onder).

Bewijsstukken:

  • -

    machtiging van de kantonrechter (met vaststelling bedrag)

  • -

    vonnis kantonrechter

  • -

    nota

Hoogte bijzondere bijstand:

Volgens de aanbevelingen meerderjarigenbewind van het Landelijk Overlegorgaan Kantonrechters (LOK), is het loon voor professionele bewindvoerders die zijn aangesloten bij de Branchevereniging als volgt vastgesteld:

-Maximale jaarvergoeding

-Eenmalige intake

-Uurloon voor vooraf goedgekeurde extra werkzaamheden

De bedragen zijn te vinden in Handboek Schulinck.

Noot: Sommige bevindvoerders vragen aan het eind van het jaar bijstand aan, omdat dan pas de machtiging van de kantonrechter is geregeld. Echter, sommige bewindvoerders regelen dit al aan het begin van het jaar, zodat dan al BB voor het hele kalenderjaar wordt verstrekt. In dat geval moet dan de volgende VOORWAARDE in de beschikking opgenomen worden: Dit betreft een toekenning voor het gehele kalenderjaar. Mocht om welke reden dan ook de bewindvoering in dit lopende jaar stoppen, dan kan een deel van de BB voor bewindvoeringskosten teruggevorderd worden. Alle wijzigingen die van invloed kunnen zijn op de bijzondere bijstand, dienen daarom tijdig te worden doorgegeven.

Beoordeling bijzondere bijstand voor cliënten in de WSNP

Voor de kosten van bewindvoering in het kader van de WSNP (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen) is in beginsel geen bijzondere bijstand mogelijk. Het Besluit subsidie bewindvoerder schuldsanering en het Besluit salaris bewindvoerder schuldsanering gelden als voorliggende voorzieningen.

Hierover is intussen jurisprudentie: Voor de kosten van bewindvoering in het kader van de WSNP bestaat alleen recht op bijzondere bijstand voor zover het salaris van de bewindvoerder niet uit de boedel betaald kan worden. Wij gaan dus altijd eerst toetsen of het salaris van de bewindvoerder niet uit de boedel kan worden betaald.

1.10.3 Maaltijdvoorziening

Veel, voornamelijk oudere personen maken gebruik van de mogelijkheden van een warme maaltijdvoorziening, omdat zij niet of onvoldoende zelf zorg kunnen dragen voor de bereiding van een dergelijke maaltijd. Alleen noodzakelijk gebruik van een warme maaltijdvoorziening kan voor bijzondere bijstand in aanmerking komen.

Extern advies

De consulent bekijkt per geval of er een medisch of sociaal advies nodig is (mede afhankelijk van de kosten).

Voorliggende voorziening:

Er is geen voorliggende voorziening

Bewijsstukken:

  • -

    nota’s maaltijden

  • -

    medisch of sociaal advies

Hoogte bijzondere bijstand:

Wij vergoeden alleen de meerkosten ten opzichte van een gewone warme maaltijd. Dit berekenen wij aan de hand van de Prijzengids van NIBUD.

Kostprijs:

In die gevallen waarin de aanvrager de maaltijden afneemt via een andere instelling dan Tafeltje dekje (die wellicht duurder zijn), hanteren wij als maximum kostprijs de prijzen van Tafeltje dekje.

1.10.4 Stookkosten

Als er sprake is van meerkosten als gevolg van medische belemmeringen, bestaat er recht op bijzondere bijstand. De medische noodzaak van de meerkosten stellen wij vast door middel van een medisch advies.

Voorliggende voorziening:

Er is geen voorliggende voorziening.

Bewijsstukken:

  • -

    Medisch advies

  • -

    eindafrekening van de energieleverancier

Hoogte bijzondere bijstand:

De hoogte van de bijstand bepalen wij door de meerkosten vast te stellen op grond van de tabel in de Nibudgids. Over het algemeen geldt dat als de verwarming één graad hoger wordt gezet het gasverbruik met 7% toeneemt.

De definitieve vaststelling vindt plaats nadat de belanghebbende de

eindafrekening van de energieleverancier heeft ingeleverd.

1.10.5 Kledingslijtage en bewassingskosten

Als gevolg van ziekte of handicap is het mogelijk dat kleding en/of beddengoed sneller slijten dan normaal. Kleding- en schoeiselslijtage kunnen het gevolg zijn van het gebruik van prothesen, stoornissen van houding en bewegingsapparaat, het evenwicht, het bewustzijn of het coördinatievermogen.

Extra waskosten kunnen voorkomen in verband met incontinentie, gebruik van zalf, gebruik van een stoma of overmatig transpireren.

Alleen als er dus sprake is van individuele bijzondere omstandigheden en MITS er geen voorliggende voorzieningen zijn, kunnen wij bijzondere bijstand verlenen.

Voorliggende voorziening:

Er bestaan soms voorliggende voorzieningen, zoals de TOG of WTCG, dit is afhankelijk van de situatie. Ter voorkoming van extra bewassing bestaat er op grond van de Regeling Hulpmiddelen recht op incontinentie- en absorptiemiddelen in bepaalde gevallen.

Bewijsstukken:

  • -

    prijsopgave of nota

  • -

    medisch advies

Hoogte bijzondere bijstand:

De meerkosten kunnen worden vastgesteld aan de hand van het medisch advies. Er kan een berekening worden gemaakt aan de hand van de prijzengids van het NIBUD.

1.10.6 Dieetkosten

Dieetkosten behoren, voor zover de kosten van het normale voedingspakket worden overschreden, tot de bijzondere noodzakelijke kosten van het bestaan mits het volgen van een dieet medisch noodzakelijk is.

Extern advies

Per geval wordt bekeken of er een medisch of sociaal advies nodig is door Ausems Kerkvliet (arbeidsmedisch adviseurs). De consulent bepaalt, mede afhankelijk van de hoogte van de kosten, of er een medisch advies wordt opgevraagd.

Voorliggende voorziening:

Er zijn twee soorten kosten, te weten kosten voor dieetpreparaten en kosten voor dieetproducten.

Dieetpreparaten zijn preparaten die ten opzichte van normale voeding zowel een gewijzigde chemische samenstelling als een gewijzigde fysische vorm hebben. Er bestaat alleen aanspraak in geval van een ernstige slikstoornis, voedselallergie en stofwisselingsstoornis. Deze preparaten worden door de AWBZ vergoed.

Dieetproducten zijn alleen wat chemische samenstelling betreft gewijzigd (bijvoorbeeld een zoutarm dieet). De meerkosten van dieetproducten ten opzichte van een normaal eetpatroon worden vergoed vanuit de bijzondere bijstand.

Dieetkosten worden alleen vergoed wanneer dit medisch noodzakelijk wordt geacht. Als er een medisch advies is opgevraagd, moeten hierin de meerkosten op jaarbasis worden vermeld.

Bewijsstukken:

  • -

    prijsopgave of nota

  • -

    medisch advies (indien opgevraagd)

  • -

    vergoedingenbericht van zorgverzekeraar

Hoogte bijzondere bijstand:

De meerkosten zoals aangegeven in het medisch advies.

1.10.7 Reiskosten

Een alleenstaande of het gezin zal bij verschillende gelegenheden reiskosten moeten maken. De reguliere kosten voor deelname aan het maatschappelijke verkeer moet men uit een inkomen op bijstandsniveau kunnen voldoen. Bijzondere omstandigheden kunnen echter met zich meebrengen dat reiskosten voor verlening van bijzondere bijstand in aanmerking kunnen komen.

De volgende reiskosten merken wij NIET aan als bijzonder noodzakelijke kosten:

  • -

    reiskosten woon-werkverkeer;

  • -

    reiskosten i.v.m. omgangsregeling ouder-kind;

  • -

    reiskosten i.v.m. bezoek aan UWV WERKbedrijf;

  • -

    bijdrage pashouders collectief vervoer.

Reiskosten die mogelijk voor bijzondere bijstand in aanmerking komen zijn:

Reiskosten i.v.m. geneeskundige behandeling

In de meeste gevallen verstrekt de zorgverzekeraar geen vergoeding meer. De zorgverzekeraar verstrekt alleen een vergoeding wanneer het gaat om het zogenaamde zittend ziekenvervoer (bij nierdialyse, bij oncologische behandeling met chemo- of radiotherapie, bij rolstoelafhankelijkheid of bij visuele problematiek waarbij er niet zonder begeleiding gereisd kan worden).

Reiskosten i.v.m. ziekenbezoek

Ingeval van ziekte kunnen wij de bezoekfrequentie vaststellen op basis van een individuele beoordeling. Als het te bezoeken familielid ernstig ziek is of zich in een terminale fase bevindt, kunnen wij zelfs dagelijks bezoek noodzakelijk achten.

Reiskosten bezoek gedetineerde en bezoek aan in instelling verblijvende gezinsleden

Voor de bezoekfrequentie sluiten wij aan bij de richtlijnen van de betreffende instelling c.q. penitentiaire inrichting.

Reiskosten in verband met het volgen van therapie

Deze vergoeden wij meestal in samenhang met de eigen bijdrage voor therapiekosten. Hebben wij de therapie als bijzonder noodzakelijk aangemerkt, dan geldt dit ook voor de reiskosten. Frequentie is dus conform therapiebezoek.

Voorliggende voorziening:

  • ·

    In principe bestaat er geen voorliggende voorziening voor reiskosten.

  • ·

    Reiskosten zittend ziekenvervoer worden vergoed door de ziektekostenverzekering. Er geldt echter een eigen bijdrage waarvoor wellicht bijzondere bijstand mogelijk is.

  • ·

    Op grond van een aanvullende verzekering wordt mogelijk een vergoeding verstrekt voor reiskosten i.v.m. bezoek aan een familielid in verpleeg- of ziekenhuis.

Bewijsstukken:

  • -

    vergoedingenbericht van zorgverzekeraar

  • -

    bewijs dat gezins- of familielid wordt verpleegd, verzorgd of in detentie verblijft

  • -

    declaratieformulier of afsprakenkaarten

Hoogte bijzondere bijstand:

De consulent bepaalt zelf of de klant op basis van OV (openbaar vervoer) of autokosten vergoed krijgt. Regel daarbij kan zijn dat - wanneer het gebruik van de auto niet duurder is dan het OV - de klant zelf mag kiezen hoe hij reist. Eventuele parkeerkosten ivm. bezoek ziekenhuis vergoeden wij op basis van de werkelijke kosten (inlevering bonnen).

Moet men in voorkomende gevallen langdurig en veelvuldig gebruik maken van het openbaar vervoer, dan houden wij rekening met de bestaande kortingsmogelijkheden (week- of maandabonnementen). De autovergoeding bedraagt € 0,19 per kilometer op basis van de kortste route via de routeplanner.

1.10.8 Overbruggingsuitkering

Als bij aanvang van de uitkering de alleenstaande of het gezin onvoldoende middelen bezit om de eerste maand in eigen levensonderhoud te voorzien, kunnen wij een overbruggingsuitkering verstrekken.

Er moet sprake zijn van een “platzak”-situatie. De overbruggingsuitkering verstrekken wij in beginsel “om niet“ tenzijer sprake is van een op handen zijnde scheiding (zie bij: Wanneer eerst als lening?)

Geen vrijlating vermogen

Bij de beoordeling van de aanvraag overbruggingsuitkering houden we rekening met alle financiële middelen die cliënt heeft of waarover hij later alsnog kan beschikken. Er geldt geen vrijlating van het vermogen. Alle positieve saldi op bankrekeningen (ook van inwonende kinderen) nemen wij mee in de beoordeling.

Wanneer eerst als lening? Bij scheidingen (art. 58 WWB) blijft de overbruggingsuitkering eerst een lening. Pas als na de boedelscheiding blijkt dat er geen vermogen is vrijgekomen, kunnen wij de bijstand “om niet” verstrekken. In de beschikking nemen we dan het volgende op: ‘Als achteraf blijkt dat u na de verdeling van de boedel en het vermogen over vermogen beschikt, dan is er geen sprake van een “platzak”-situatie zoals in ons gemeentelijk beleid is verwoord. In dat geval vorderen wij de overbruggingsuitkering van u terug.’Als er sprake is van een situatie van boedelscheiding nemen wij de vordering overigens pas in de debiteurenadministratie op als duidelijk is dat klant daadwerkelijk het toegekende bedrag moet terugbetalen.

Voorliggende voorziening:

Er is geen voorliggende voorziening

Bewijsstukken:

  • -

    afschriften van alle lopende en spaarrekeningen (incl. inwonende kinderen)

  • -

    loonstroken (indien van toepassing)

Hoogte bijzondere bijstand:

In principe komen alleen de volgende kosten in aanmerking:

Leefgeld alleenstaande € 40,00 per week

Leefgeld echtpaar of alleenstaande ouder € 70,00 per week

Maandhuur huurbedrag

Beoordeling andere kosten

  • ·

    Voor de premie ziektekostenverzekering verstrekken wij geen bijzondere bijstand.

  • ·

    Voorschot energienota. Terughoudendheid is bij voorschot gas/elektra op zijn plaats. De afrekening van de leverancier zou immers ook positief kunnen uitvallen (cliënt zou achteraf dus geld terug kunnen krijgen als het voorschot te hoog is vastgesteld).

1.10.9 Borgstelling GKB-lening en aanvullende bijzondere bijstand voor aflossing

Wanneer verzoek om borgstelling

Aanvragen leningen voor WWB-cliënten boven de maximum bedragen -- wanneer het gaat om noodzakelijke kosten -- stuurt de GKB door naar de gemeente met het verzoek voor borgstelling en aanvullende bijzondere bijstand.

Deze verzoeken zijn door de kredietbeoordelaar van de GKB getoetst op juistheid en of er geen bezwaren zijn om tot kredietverlening over te gaan.

Wanneer er van de kant van de GKB bezwaren zijn om een lening te verstrekken, zal de GKB deze afwijzen en geen aanvraag borgstelling doen.

Bewijsstukken:

-overeenkomst GKB

Toekenningbeschikking borgstelling

De cliënt ontvangt een toekenningbeschikking dat wij borg staan voor de GKB-lening met daarin de bestemming voor de lening en de aflossingsduur, veelal 36 maanden.

De maximale aflossingscapaciteit bedraagt 6% van de netto normuitkering inclusief vakantiegeld.

Wanneer het bedrag van de aflossing aan de GKB meer bedraagt dan genoemde aflossingscapaciteit verstrekken wij aanvullende bijzondere bijstand voor het verschil. Dit gaat in zodra de cliënt het bedrag van de geldlening heeft ontvangen en de verplichting tot aflossing gaat lopen.

Op de WWB-uitkering houden wij vervolgens maandelijks de aflossing in en deze betalen wij door aan de GKB, gedurende de aflossingsperiode.

De aflossingscapaciteit kan worden aangepast bij wijzigingen van financiële omstandigheden, bijvoorbeeld als de uitkering verandert of bij inkomsten boven de bijstandsnorm. De aanvullende bijstand stellen wij dan naar rato vast.

Gevolgen

Door de borgstelling staan wij garant voor de lening die de cliënt bij de GKB afsluit. Dit betekent dat de bank ons als borg aanspreekt, als de cliënt niet langer kan betalen. Wij zijn dan verplicht de bank het bedrag te betalen dat de cliënt dan schuldig is. Wij moeten ook rente en incassokosten betalen. Het bedrag dat wij aan de bank betalen, betaalt de cliënt dan aan ons terug. Dit geldt ook voor de wettelijke rente en de kosten die wij maken. Dat is bepaald in artikel 58 WWB.

Voorwaarde (indien van toepassing)

Als achteraf blijkt dat de cliënt na de boedelscheiding over een vermogen beschikt boven de van toepassing zijnde vermogensgrens, gaan wij beoordelen of de bijstand geheel of gedeeltelijk van cliënt moet worden teruggevorderd. Artikel 58 WWB is dan van toepassing.

Situatie cliënten met inkomen boven de bijstandsnorm.

  • ·

    Er geldt een aflossingscapaciteit van 10 % van de bijstandsnorm inclusief toeslag.

  • ·

    Voor cliënten met inkomen meer dan deze norm, verhogen wij het vast te stellen aflossingsbedrag met 35% van de ruimte van het inkomen boven de totale norm (zie debiteurenbeleidsplan).

2. Langdurigheidstoeslag

Waarom een toeslag

Deze toeslag is in het leven geroepen om personen, die geen perspectief hebben op arbeid en dus ook geen verhoging van het inkomen door werk een vergelijkbare inkomenspositie te bieden als personen van 65 jaar en ouder. Deze ontvangen immers een hogere uitkeringsnorm.

Met de verstrekking van de langdurigheidstoeslag wordt bereikt dat er ruimte binnen het budget ontstaat waardoor er hogere kosten kunnen worden voldaan, bijvoorbeeld vervangingsuitgaven (zie ook de toelichting op artikel 36 WWB in Handboek Schulinck en de tekst op onze website).

De langdurigheidstoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten en dus vrij te besteden. Het is een vorm van bijzondere bijstand.

 

Doelgroep

Het gaat om personen tussen de 21 en 65 jaar.

Voorwaarden (art. 2 van de Verordening langdurigheidstoeslag)

  • 1.

    Onverlet het bepaalde in artikel 36 van de WWB komt in aanmerking voor de langdurigheidstoeslag de aanvrager die gedurende een onafgebroken periode van 36 maanden aangewezen is geweest op een inkomen dat niet hoger is dan 100% van de voor hem geldende bijstandsnorm en geen in aanmerking te nemen vermogen heeft als bedoeld in artikel 34 van de wet.

  • 2.

    Niet voor een langdurigheidstoeslag komt in aanmerking de aanvrager die een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF 2000.

 

Aanvragen

- Wij verlenen de langdurigheidstoeslag op aanvraag. Het aanvraagformulier kan men downloaden of ophalen bij het Zorgloket.

- De aanvrager moet het volledig ingevulde en ondertekende formulier inleveren samen met de daarin gevraagde bewijsstukken

- De peildatum is de datum waarop de aanvrager 36 maanden aan de inkomensvoorwaarde voldoet, het vermogen lager is dan de vermogensgrens en er geen uitzicht is op inkomensverbetering. Peildatum is ingangsdatum langdurigheidstoeslag.

- Als nog steeds aan alle voorwaarden is voldaan, kan men na 12 maanden opnieuw de langdurigheidstoeslag aanvragen. Dan geldt er een vereenvoudigde aanvraag: de cliënt krijgt een ingevulde aanvraag en hoeft alleen nog maar een handtekening te zetten (zie onze toelichting op de Verordening langdurigheidstoeslag)

Hoogte (art. 3 van de  Verordening langdurigheidstoeslag)

De langdurigheidstoeslag bedraagt:

  • a.

    voor gehuwden: 40% van de gehuwdennorm;

  • b.

    voor alleenstaande ouders: 36% van de gehuwdennorm;

  • c.

    voor alleenstaanden: 28% van de gehuwdennorm.

Toekenning en uitbetaling langdurigheidstoeslag

De aanvrager krijgt binnen 6 weken een beschikking van het besluit. Bij toekenning betalen wij de toeslag uit binnen 4 weken na verzending van de beschikking.

3. Inkomensondersteuning

Voor de onderstaande regelingen geldt een inkomensgrens van 110% van de bijstandsnorm.

 

Inkomensgrens

- In aanmerking komen de inwoners van de gemeente Zuidhorn die een inkomen hebben tot 110% van de bijstandsnorm.

- Verder houden wij rekening met de geldende vermogensgrens genoemd in de WWB.

- Niet voor een inkomensondersteuning komt in aanmerking de aanvrager die een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF 2000.

- De aanvrager kan slechts 1 keer per kalenderjaar een aanvraag indienen.

Zelfstandigen met een minimum inkomen

Zelfstandigen met een minimum inkomen en een beperkt vermogen hebben ook recht op voorzieningen in het kader van het minimabeleid. Voor ondernemers geldt voor aanvragen van het lopende kalenderjaar, dat voor de beoordeling van de inkomens- en vermogenseisen de jaarrekening van het vorig jaar als bewijsstuk dient. Een aanvraag kan ingediend worden tot 1 februari van het volgende jaar.

De volgende tegemoetkomingen en vergoedingen vallen onder ons Inkomensondersteuningsbeleid:

- PC-regeling 3.1;

- Tegemoetkoming in de gemeentelijke belastingen en rechten 3.2;

- Vergoeding voor diverse activiteiten en abonnementen 3.3;

- Vergoeding in de aanschaf van duurzame gebruiksgoederen 3.4.

3.1 PC-regeling

In het kader van het minimabeleid bieden wij sinds enkele jaren de mogelijkheid tot aanschaf van een desktop computer of laptop.

Doelgroep

De inwoners die in aanmerking komen voor deze regeling zijn:

- Zelfstandig wonende alleenstaanden/gehuwden/samenwonenden ouder dan 30 jaar ZONDER kinderen.

- Zelfstandig wonende alleenstaande ouders MET tenminste 1 inwonend kind jonger dan 18 jaar.

- Zelfstandig wonende gehuwden/samenwonenden MET tenminste 1 inwonend kind jonger dan 18 jaar.

 

Maximalevergoeding

Voor deze doelgroepen verstrekken wij een maximale bijdrage van € 500 in de aanschaf van een computer (desktop of laptop). Dat wil zeggen dat € 500 volledig voor rekening van de gemeente komt en dat de meerkosten voor de aanvrager zelf zijn.

- Per leefeenheid vergoeden wij één computer.

- Eens per vijf jaar verstrekken wij een vergoeding tot maximaal € 500 voor een computer.

Voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor een PC gelden de volgende regels:

- aanvrager staat bij aanvraag ingeschreven als inwoner van de gemeente Zuidhorn;

- aanvrager behoort tot de omschreven doelgroep;

- het inkomen is in de maand van aanvraag niet hoger dan 120% van de geldende bijstandsnorm.

Aanvraag indienen

- De aanvrager moet een offerte laten  opmaken voor een computer / software / garantie / onderhoud.

- De aanvrager levert de offerte samen in met het aanvraagformulier.

- Als wij de aanvraag toekennen, betalen wij het toegekende bedrag aan de aanvrager uit na inlevering van de officiële nota.

- Desgewenst kunnen wij - op verzoek van de aanvrager-  het toegekende bedrag rechtstreeks aan de leverancier overmaken.  De aanvrager moet zelf eventuele meerkosten aan de leverancier betalen.

3.2 Tegemoetkoming in de gemeentelijke belastingen en rechten

In aanmerking komen de inwoners van de gemeente Zuidhorn die een inkomen hebben tot 120% van de bijstandsnorm. Daarnaast geldt het vermogenscriterium van de Wet werk en bijstand.

Voor de volgende aanslagen kan een vergoeding worden aangevraagd:

- het vaste deel van de afvalstoffenheffing;

- liggeld;

- rioolrechten.

De vergoedingspercentages zien er als volgt uit:

- inkomen tot 100% van de bijstandsnorm

100% vergoeding van de aanslag

- inkomen tot 110% van de bijstandsnorm

80% vergoeding van de aanslag

- inkomen tot 120% vande bijstandsnorm

60% vergoeding van de aanslag

Bestaande cliënten

Bij cliënten die een uitkering van onze gemeente ontvangen, kennen wij deze tegemoetkoming ambtshalve toe en brengen de tegemoetkoming direct op de aanslag in mindering.

3.3 Vergoeding voor diverse activiteiten en abonnementen

In aanmerking komen de inwoners van de gemeente Zuidhorn die een inkomen hebben tot 120% van de bijstandsnorm. Daarnaast geldt het vermogenscriterium van de Wet werk en bijstand.

De volgende kosten komen in aanmerking voor een vergoeding:

 

- abonnement op een tijdschrift, krant of bibliotheek;

- deelname schoolactiviteiten basisschool en/of voortgezet onderwijs;

- contributie verenigingen algemeen (zoals sport- en toneelverenigingen);

- abonnementen voor zwembad, zwemlessen en/of andere zwemactiviteiten;

- sociaal culturele activiteiten (zoals schouwburgbezoek, concerten e.d.);

- ouderbijdrage peuterspeelzaal;

- lesgeld muziekschool;

- bezoek bioscoop en attractiepark;

- kosten sportkleding;

- kosten abonnement telefoon;

- kosten overige (cliënt heeft ook de mogelijkheid andere kosten op te geven).

Men dient op het aanvraagformulier aan te geven voor welke soort kosten men een vergoeding wenst. Wij vergoeden de kosten volledig zolang ze onder het gestelde maximum liggen. De basisregel is voor een alleenstaande € 110, voor een gezin € 150 en € 75 extra per inwonend kind.

 

De vergoedingspercentages zien er als volgt uit:

- inkomen tot 100% van de bijstandsnorm

100% vergoeding van de aanslag

- inkomen tot 110% van de bijstandsnorm

80% vergoeding van de aanslag

- inkomen tot 120% van de bijstandsnorm

60&% vergoeding van de aanslag

 

Schematisch ziet dat er als volgt uit:

Woonsituatie

bijstandsniveau

tot 110%

tot 120%

Alleenstaande

€ 110

€ 88

€ 66

Alleenstaande + 1 kind

€ 185

€ 148

€ 111

Alleenstaande + 2 kinderen

€ 260

€ 208

€ 156

Alleenstaande + 3 kinderen

€ 335

€ 268

€ 201

Gezin

€ 150

€ 120

€ 90

Gezin + 1 kind

€ 225

€ 180

€ 135

Gezin + 2 kinderen

€ 300

€ 240

€ 180

Gezin + 3 kinderen

€ 375

€ 300

€ 225

3.4 Vergoeding in de aanschaf van duurzame gebruiksgoederen

In aanmerking komen 2 categorieen inwoners van de gemeente Zuidhorn te weten:

- gezinnen met thuiswonende kinderen die op 1 januari van het betreffende jaar tenminste één jaar een inkomen gelijk aan de bijstandsnorm ontvangen;

- personen van 50 jaar en ouder die een zelfstandige huishouding voeren en ook tenminste één jaar een inkomen gelijk aan de bijstandsnorm ontvangen.

 

Daarnaast geldt het vermogenscriterium van de Wet werk en bijstand.

 

Onder andere kan men voor de onderstaande duurzame gebruiksgoederen een tegemoetkoming aanvragen:

- witgoed, zoals: wasmachine, koelkast, gasfornuis, vrieskast, droger, etc.;

-  audioapparatuur, zoals: televisie, radio, cd-speler, dvd-speler, computer, printer, etc.;

-  meubilair, zoals: eethoek, stoelen, bankstel, bed, matras, lamp, kast, etc.;

-  woninginrichting, zoals: gordijnen, vloerbedekking, behang, verf, etc.;

-  vervoer, zoals: fiets. scooter, brommer, etc.;

-  kleine goederen, zoals: pannenset, linnengoed, koffiezetapparaat, scheerapparaat, etc.;

-  overige duurzame gebruiksgoederen.

Deze opsomming is niet limitatief, mogelijk bestaat ook recht op een vergoeding voor een ander duurzaam gebruiksgoed.

 

Hoogte bedrag

Per jaar verstrekken wij een maximumbedrag van € 132,00 per huishouden/adres (de toekenning vindt plaats aan de hoofdbewoner in het GBA).

 

Termijn van indiening

Aanvragen die betrekking hebben op het lopende jaar, dienen uiterlijk vóór 1 februari van het volgende jaar bij de afdeling Sociale Zaken van de gemeente te zijn ingediend.

Men dient op het aanvraagformulier aan te geven voor welk soort goed of goederen men het bedrag wenst te besteden.

 

Toekenning en uitbetaling

De aanvrager krijgt binnen 6 weken een beschikking van het besluit.. Bij toekenning betalen wij de toeslag uit binnen 4 weken na verzending van de beschikking.

3.5 Uitbetaling Inkomensondersteuning

- De tegemoetkoming voor de gemeentelijke belastingen en rechten betalen wij uit na indiening van de beschikking met daarin het bedrag van de gemeentelijke aanslag.

- Indien de cliënt dat wenst betalen wij het bedrag rechtstreeks aan de afdeling belastingen.

- Bij cliënten die een uitkering van onze gemeente ontvangen, kennen wij de tegemoetkoming in de gemeentelijke belastingen en rechten ambtshalve toe en brengen de tegemoetkoming direct op de aanslag in mindering.

- De vergoeding voor activiteiten en abonnementen en de tegemoetkoming voor duurzame gebruiksgoederen betalen wij na toekenning binnen 4 weken uit.

- Cliënten hoeven geen declaraties/bonnetjes/betalingsbewijzen in te dienen.

4 Collectieve ziektekostenverzekering

De gemeente Zuidhorn heeft met Menzis een collectief ziektekostencontract afgesloten voor de minima. Dankzij dit contract hebben deelnemers recht op een korting op de basis- en aanvullende verzekeringen en een uitgebreidere dekking voor zaken als orthodontie, thuiszorg, psychologische hulp, kraamzorg en eigen bijdragen.

 

Voorwaarden deelname collectieve ziektekostenverzekering:

1. het netto maandinkomen is lager dan 120% van de geldende bijstandsnorm;

2. belanghebbende heeft een aanvullende verzekering Extra verzorgd 1, 2 of 3 en een Tandverzorgd 1, 2 of 3 bij Menzis afgesloten;

3. belanghebbende is inwoner van de gemeente Zuidhorn;

4. belanghebbende heeft geen betalingsachterstand bij Menzis

 

Deelname wanneer men geen uitkering van de gemeente Zuidhorn ontvangt:

- Deelname aan de collectieve verzekering is mogelijk als belanghebbende op het moment van aanvraag  is verzekerd bij Menzis.

- Als belanghebbende niet verzekerd is bij Menzis kan men deelnemen vanaf 1 januari van het nieuwe kalenderjaar, wanneer men overstapt op een ziektekostenverzekering van Menzis.

 

De voordelen:

Het contract bij Menzis biedt voor verzekerde minima grote voordelen. Deelname betekent een aanzienlijke uitbreiding van het zorgpakket en een korting op de premie van de basis en aanvullende verzekeringen. Tot deze uitbreiding behoren een extra uitgebreide vergoeding voor gezichtshulpmiddelen, orthodontie (kinderen tot 18 jaar), vergoedingen voor eigen bijdragen, thuiszorg, hulpmiddelen en psychotherapie. Ook is er sprake van een uitgebreidere vergoeding voor eerstelijns psychologische hulp, bevalling en kraamzorg en steunzolen. De gemeente neemt de extra premie voor haar rekening.

 

Op de premie van de basisverzekering ontvangen de deelnemers aan deze collectieve zorgverzekering een korting van 5,1%. Op de premies voor de ExtraVerzorgd 1,2 en 3 en de TandVerzorgd 3 ontvangen de deelnemers aan deze collectieve verzekering een korting van 9%.

 

Er zijn meerdere redenen voor het afsluiten van de collectieve zorgverzekering. Minima zijn vaak onvoldoende aanvullend verzekerd tegen medische kosten. Landelijk heeft ongeveer 95% van alle basisverzekerden een aanvullende verzekering, terwijl dat onder bijstandsgerechtigden minder dan 75% is. Met de collectieve zorgverzekering hopen wij te bereiken dat een groter aantal minima van het recht op vergoeding van bepaalde medische kosten gebruik gaat maken. Daarnaast is sprake van één loket en hoeft men minder gebruik te maken van bijzondere bijstand.

 

Aanvraag

Als men voldoet aan de voorwaarden, kan men het aanvraagformulier aanvragen bij het Zorgloket of downloaden via onze website.