Regeling briefadres gemeente Zwolle 2016

Geldend van 16-09-2016 t/m heden

Intitulé

Regeling briefadres gemeente Zwolle 2016

Regeling briefadres gemeente Zwolle 2016

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd:

artikelen 1.1, 2.23, 2.38 tot en met 2.42, 2.45, 2.27, 2.52 en 4.17 van de Wet basisregistratie personen (Wet BRP), artikel 29 van het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP), de artikelen 17, 18 en 19 van de Regeling basisregistratie personen (Regeling BRP), artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht, de circulaire BRP en briefadres van 18 oktober 2016.

Artikel 1 Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    briefadres: het adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen (artikel 1.1 onderdeel p Wet BRP);

  • b.

    briefadresgever: de natuurlijke persoon die als ingezetene is ingeschreven of rechtspersoon die door het college is aangewezen om als briefadresgever in zijn gemeente op te treden (artikel 2.42 Wet BRP);

  • c.

    briefadreshouder: de ingezetene in de basisregistratie die een briefadres houdt.

Artikel 2 Redenen briefadres

Redenen voor de aangifte van een briefadres zijn:

  • 1.

    het ontbreken van een woonadres vanwege:

    • a.

      dak- of thuisloosheid;

    • b.

      korte overbrugging tussen twee woonadressen (minder dan drie maanden);

    • c.

      kort verblijf in het buitenland: korter dan twee derden van een jaar;

    • d.

      een verblijf van korter dan 2 jaar in het buitenland en varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

  • 2.

    verblijf in een instelling voor mannen- of vrouwenopvang (blijf-van-mijn-lijf-huizen);

  • 3.

    verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 2.40 van de wet BRP;

  • 4.

    om veiligheidsredenen, na oordeel van de burgemeester.

Artikel 3 Voorwaarden

  • 1. Bij de opgave van redenen als bedoeld in artikel 2 kunnen ondersteunende stukken worden gevraagd.

  • 2. De aanvrager dient desgevraagd het verzoek in persoon toe te lichten.

  • 3. Om een beroep te kunnen doen op artikel 2, lid 1a, moet men ook gebruik maken van de maatschappelijke opvang in Zwolle (Leger des Heils of RIBW). Maakt men geen gebruik van de maatschappelijk opvang en verklaart men op meerdere adressen te verblijven, dan is inschrijving met een briefadres niet mogelijk.

  • 4. Bij inschrijving op het adres van de maatschappelijke opvang, blijf-van-mijn-lijfhuis of een instelling zoals genoemd in artikel 2.40 wet BRP, is een schriftelijke toestemming van het hoofd van de instelling verplicht.

  • 5. Voor het houden van een briefadres gaat een onderzoek vooraf als de reden voor het briefadres één van de redenen is zoals genoemd in artikel 2, lid 1, sub b, c en d.

  • 6. De basis van het onderzoek als bedoeld in het vijfde lid bestaat uit het volledig invullen van een vragenlijst briefadres door de verzoeker.

  • 7. Bij een aangifte voor een briefadres met als reden een korte overbrugging tussen twee woonadressen, moet ook opgave worden gedaan van het toekomstige woonadres en de verwachte datum van verhuizing naar dit adres.

  • 8. Als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 2, lid 4, is een schriftelijke verklaring van de burgemeester noodzakelijk waaruit blijkt dat opname van een woonadres niet wenselijk is. Deze verklaring wordt door tussenkomst van de ambtenaar opgevraagd.

Artikel 4 Weigeringsgronden

Het is niet mogelijk om ingeschreven te worden met een briefadres als:

  • a.

    niet wordt voldaan aan de voorwaarden, zoals genoemd in artikel 3;

  • b.

    de aanvrager een woonadres heeft, anders dan bedoeld in artikel 2;

  • c.

    de categorie verblijfplaats van de briefadresgever in onderzoek staat in de BRP.

Artikel 5 Termijn briefadres

  • 1. De termijn voor een briefadres is maximaal:

    • a.

      Gelet op artikel 2, lid 1a, lid 2 en lid 3: voor de duur van instemming van het hoofd van de opvang of instelling;

    • b.

      Gelet op artikel 2, lid 1b: drie maanden. In uitzonderingsgevallen kan deze termijn eenmalig, op verzoek van de briefadreshouder en met instemming van briefadresgever, met maximaal drie maanden worden verlengd;

    • c.

      Gelet op artikel 2, lid 1c: voor de duur van verblijf in het buitenland;

    • d.

      Gelet op artikel 2, lid 4: voor de duur die de burgemeester noodzakelijk acht.

  • 2. Onverminderd wat is bepaald in het eerste lid, is diegene op wie het briefadres betrekking heeft en een ander adres krijgt, gehouden om in de periode tussen vier weken vóór de beoogde verhuisdatum tot en met de vijfde dag na verhuisdatum hiervan aangifte te doen bij de gemeente waar hij zijn nieuwe adres heeft.

Artikel 6 Intrekking

De Regeling briefadres gemeente Zwolle 2011 wordt ingetrokken.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking.

Artikel 8 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Zwolle 2016.