Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m heden

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 2016

DE RAAD VAN DE GEMEENTE VOORST;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 november 2015,nummer 2015-51291;

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

vast te stellen de: Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 2016.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    een jaar: een kalenderjaar;

  • b.

    een maand: een kalendermaand.

Artikel 2 Voorwerp van belasting; belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. Ter zake van buizen, kabels, draden of leidingen ter zake waarvan op grond van de Gaswet of de Elektriciteitswet een netbeheerder is aangewezen, wordt de precariobelasting geheven van de door de minister aangewezen netbeheerder.

  • 2. In alle andere gevallen wordt de precariobelasting geheven van degene die de buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie de buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.

Artikel 4 Vrijstellingen

De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:

  • a.

    voorwerpen, waarvan de gemeente krachtens recht van bezit of enig ander

    zakelijk recht de genothebbende is, met uitzondering van voorwerpen in percelen die aan

    derden verhuurd of verpacht zijn;

  • b.

    buizen tot lozing van fecaliën, van huishoud- of hemelwater welke rechtstreeks aansluiten op de gemeentelijke riolering.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

Het tarief bedraagt voor het hebben van buizen, kabels, draden of leidingen per strekkende meter per jaar € 2,27, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.

Artikel 6 Berekening van de precariobelasting

  • 1. Het aantal strekkende meters wordt gesteld op het aantal strekkende meters dat aanwezig is bij aanvang van het kalenderjaar.

  • 2. Voor de berekening van de precariobelasting wordt een gedeelte van een strekkende meter als een volledige strekkende meter aangemerkt.

Artikel 7 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De precariobelasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De precariobelasting is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4. Belastingbedragen van minder dan € 10, worden niet geheven.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de eerste maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 11 Aangifte

  • 1. In afwijking van artikel 237, eerste lid, van de Gemeentewet geschiedt het uitnodigen tot het doen van aangifte door het uitreiken of toezenden van een aangiftebrief waaruit blijkt dat de wijze van het doen van aangifte, een omschrijving van de gevraagde gegevens of bescheiden en de termijn waarbinnen aangifte moet worden gedaan.

  • 2. In afwijking van artikel 237, tweede lid, van de Gemeentewet wordt aangifte gedaan door het op de in de aangiftebrief aangegeven wijze, inleveren of toezenden van de gevraagde gegevens of bescheiden.

  • 3. Indien de aangifte lang elektronische weg wordt gedaan kan de aangiftebrief langs elektronische weg worden verzonden.

Artikel 12 Kwijtschelding

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Nadere regels door het bestuur van de belastingsamenwerking Tribuut

Het bestuur van de belastingsamenwerking Tribuut kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van precariobelasting.

Artikel 14 Overgangsrecht

De Precarioverordening Voorst 2014 van 16 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 15 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 3. Deze verordening wordt aangehaald als: "Verordening precariobelasting Voorst 2016".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van Twello,

14 december 2015

De raad

griffier
drs. B.J.M.Jansen
burgemeester
drs. J.T.H.M. Penninx