Regeling vervallen per 02-06-2015

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie Heerenveen 2012

Geldend van 11-10-2012 t/m 01-06-2015

Intitulé

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie Heerenveen 2012

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie Heerenveen 2012

De raad van de gemeente Heerenveen,

Gelet op het bepaalde in artikel 81oa van de Gemeentewet,

Gelet op het bestuursconvenant Instelling en instandhouding van een gemeentelijke rekenkamercommissie met personele unie voor de gemeenten Heerenveen, Lemsterland en Skarsterlân (2005, 2009) en Opsterland (2010);

Gelezen het voorstel van de griffier,

BESLUIT:

Vast te stellen de Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie Heerenveen 2012

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Gemeentewet.

  • b.

    De raad: de gemeenteraad van de gemeente Heerenveen.

  • c.

    Het presidium: de vergadering van raadsvoorzitter en fractievoorzitters in elke raad.

  • d.

    De commissie: de door de raad ingestelde gemeentelijke rekenkamercommissie.

  • e.

    De verordening: de door elk van de raden bij verordening vastgestelde regels voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie, als bedoeld in artikel 81oa van de wet.

  • f.

    Het budget: het bedrag dat de raden per jaar gezamenlijk beschikbaar stellen voor het functioneren van de rekenkamercommissie en het verrichten van onderzoeken welke voortvloeien uit toepassing van de verordening.

  • g.

    Voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie.

  • h.

    College: college van burgemeester en wethouders van Heerenveen.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

  • 1.

    Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie Heerenveen.

  • 2.

    De rekenkamercommissie bestaat uit vijf leden, de voorzitter daaronder begrepen.

  • 3.

    De rekenkamercommissie wijst zelf een van de externe leden als vice-voorzitter aan.

Artikel 3 Taken en bevoegdheden rekenkamercommissie

  • 1.

    Taken en bevoegdheden van de rekenkamercommissie zijn zoals beschreven in de artikelen 182 tot en met 185 van de Gemeentewet.

Artikel 4 Benoeming leden

  • a.

    De raad benoemt twee leden uit zijn midden, twee externe leden en een externe voorzitter. De externe leden maken geen deel uit van de raad;

  • b.

    De leden van de rekenkamercommissie die tevens raadslid zijn, worden voor een periode gelijk aan de zittingsduur van de raad benoemd. De externe leden worden voor een periode van drie jaar benoemd;

  • c.

    Voorafgaand aan een benoeming van de voorzitter en de overige leden van de commissie pleegt de raad overleg met de commissie, met uitzondering van de eerste keer.

Artikel 5 Taken voorzitter

  • a.

    De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.

  • b.

    Bij ontstentenis van de voorzitter treedt de vice-voorzitter op als voorzitter.

Artikel 6 Eed en gedragscode

  • 1.

    Ten aanzien van de externe leden is artikel 81g van de wet (eed of verklaring en belofte) van overeenkomstige toepassing.

  • 2.

    Ten aanzien van de externe leden is de door de gemeenteraad vastgestelde gedragscode voor bestuurders van toepassing.

Artikel 7 Ontslag en non-activiteit

  • 1.

    De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit. Het lidmaatschap van een raadslid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      indien het lid aftreedt als lid van de raad;

    • c.

      indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van de rekenkamercommissie te vervullen.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een extern lid eindigt:

    • 1.

      op eigen verzoek;

    • 2.

      bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie zoals verwoord in de Gemeentewet;

    • 3.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • 4.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechtelijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 3.

    Externe leden van de rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen.

Artikel 8 Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden van de rekenkamercommissie

  • 1.

    De externe leden ontvangen een vaste vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie (€ 200 voor de voorzitter, € 160 voor de externe leden) en een vaste vergoeding voor het verrichten van onderzoekswerk (voorzitter € 75 per uur, overige leden € 60 per uur.). De vaste vergoedingen worden met ingang van 2011 jaarlijks geïndexeerd aan de hand van het CBS-indexcijfer voor de gezinsconsumptie. Tevens worden de reiskosten vergoed naar de daarvoor in het algemeen bij de gemeente geldende maatstaf.

  • 2.

    De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de rekenkamercommissie.

Artikel 9 Ambtelijk secretaris

  • 1.

    Op voordracht van de commissie benoemt de raad een ambtelijk secretaris.

  • 2.

    De secretaris staat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3.

    De secretaris legt verantwoording af aan de voorzitter van de rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 4.

    De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging, verzamelen van informatie, de vorming van dossiers en communicatietaken. De secretaris kan ook worden belast met het contracteren van onderzoekers en het verrichten van onderzoekswerk.

Artikel 10 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werk-zaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling ter kennisneming naar de raad.

Artikel 11 Onderwerpselectie en onderzoeksopzet

  • 1.

    De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleem-stelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2.

    De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennis-neming aan de raad verstuurd.

  • 3.

    De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamer bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor argumenten aanvoeren.

Artikel 12 Werkwijze

  • 1.

    De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 4.

    De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 5.

    De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 6.

    Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 7.

    De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 8.

    Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 13 Budget

  • 1.

    De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen aan de externe leden en aan de ambtelijke secretaris;

    • b.

      externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    • c.

      eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad. De besteding van het budget zal onderdeel uitmaken van de accountantscontrole.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na de dag van de bekendmaking.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie Heerenveen 2012.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Heerenveen in zijn openbare vergadering van 24 september 2012.

De griffier, De voorzitter,

mevrouw W.J.M.A. Jansen de heer T.J. van der Zwan

raadsbesluit rekenkamercommissie 2012.pdf

raadsvoorstel rekenkamercommissie 2012.pdf