Regeling vervallen per 18-12-2015

Marktreglement Gemeente Den Haag 2004

Geldend van 17-11-2011 t/m 17-12-2015

Intitulé

MARKTREGLEMENT GEMEENTE DEN HAAG 2004 (Versie 2004 met wijzigingen 2011 erin verwerkt (RIS 180717 en RIS 181740))

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

-antiekmarkt: de markt in antiek en curiosa, oude boeken en prenten;

-gegadigdenlijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats op een van de in artikel 2, eerste lid, onder b,c en d, en in het derde en vierde lid van dat artikel bedoelde markten;

-meeloperslijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats op de in artikel 2, eerste lid, onder a bedoelde markt;

-opvolgingslijst: de lijst waarop kinderen van vaste standplaatshouders staan ingeschreven, die in aanmerking willen komen voor opvolging als bedoeld in artikel 5 van dit reglement;

-vergunning: marktvergunning of standwerkersvergunning;

-verordening: de Marktverordening gemeente Den Haag 2004.

Artikel 2 Markten

  • 1. De markten worden, behoudens het bepaalde in artikel 2, eerste en vierde lid van de verordening, gehouden op de navolgende dagen en locaties:

    • a.

      elke maandag, woensdag, vrijdag en zaterdag van 08:45 uur – 17:00 uur op het marktterrein aan de Herman Costerstraat;

    • b.

      elke dinsdag van 09:00 uur – 17:00 uur op het marktterrein aan de Leyweg, tussen de Hengelolaan en de Oosterhesselenstraat/Fluitenbergstraat;

    • c.

      elke donderdag van 09:00 uur – 17:00 uur op het marktterrein in het gedeelte van de Stevinstraat tussen de Badhuisweg en de Gentsestraat.

    • d.

      elke woensdag van 09:00 uur – 17:00 uur op het marktterrein op het Loosduinse Hoofdplein;

  • 2. De Jaarmarkt wordt gehouden op tweede paasdag van 09:00 uur – 17:00 uur op het marktterrein aan het Lange Voorhout en de Lange Vijverberg.

  • 3. De Boerenmarkt wordt gehouden iedere woensdag van 10:00 uur – 18:00 uur op het marktterrein Rondom de Grote Kerk.

  • 4. De Antiekmarkt wordt gehouden op 20 donderdagen en 20 zondagen in de periode van medio mei tot en met 30 september van 10:00 uur – 18:00 uur op het marktterrein aan het Lange Voorhout. En daarnaast wordt de Antiekmarkt iedere donderdag gehouden in de periode van 1 oktober tot en met medio mei van 10:00 uur – 18:00 uur op het marktterrein op het Plein.

  • 5. Het college kan besluiten in de maand december op het marktterrein aan de Herman Costerstraat een Decembermarkt te houden op andere dagen dan bedoeld in het eerste lid onder a. De wijze van uitdeling van de plaatsen wordt in dat besluit bepaald.

Artikel 3 Vergunning

  • 1. Een vergunning dient schriftelijk te worden aangevraagd. Bij de aanvraag moeten de volgende stukken worden overgelegd:

    • -

      een geldig inschrijvingsbewijs bij het Hoofd Bedrijfschap Detailhandel;

    • -

      twee gelijke recente pasfoto’s van de aanvrager.

  • 2. De vergunning wordt verleend voor een termijn van drie jaar. Op een schriftelijke aanvraag kan de vergunning telkens met drie jaar worden verlengd, mits deze aanvraag uiterlijk een dag voor het verstrijken van de vergunning wordt ingediend, deze voldoet aan de vereisten in het eerste lid en de verschuldigde leges zijn voldaan. Bij verlenging van de vergunning behoudt de vergunninghouder zijn anciënniteit.

  • 3. Op de vergunning wordt vermeld:

    • a.

      alle gegevens, die noodzakelijk zijn ter identificatie van degene aan wie de vergunning wordt verleend;

    • b.

      een aanduiding van de markt waarvoor de vergunning geldt;

    • c.

      op de marktvergunning wordt daarnaast vermeld de waren die door de marktvergunninghouder mogen worden verkocht, met uitzondering voor de markt op het marktterrein aan de Herman Costerstraat, voor die markt wordt de afdeling vermeld;

    • d.

      de termijn waarvoor de vergunning is afgegeven.

  • 4. Op de marktvergunning kan worden bijgeschreven een vervanger van de vergunninghouder, als bedoeld in artikel 10, derde lid, die hetzij

    • a.

      een echtgenoot, geregistreerde partner of kind is van de vergunninghouder, ofwel

    • b.

      een medewerker is van de vergunninghouder, die in loondienst is bij de vergunninghouder.

Artikel 4 Afwijzing verzoek om een vergunning

  • 1. Op een aanvraag om een vergunning wordt afwijzend beschikt, indien:

    • a.

      de aanvrager niet aan de gestelde eisen voldoet;

    • b.

      een eerder aan de belanghebbende verleende vergunning is ingetrokken.

  • 2. Op een aanvraag om een vergunning kan in ieder geval afwijzend worden beschikt, indien:

    • a.

      het maximum aantal beschikbare standplaatsen is uitgegeven;

    • b.

      een per afdeling/branche vast te stellen maximum aantal vergunningen is verleend;

    • c.

      voor de markt een tijdelijke vergunningenstop door het college is vastgesteld.

Artikel 5 Overschrijving marktvergunning vaste standplaatshouder

  • 1. In geval van overlijden of aangetoonde blijvende arbeidsongeschiktheid van een vaste standplaatshouder kan de marktvergunning op schriftelijk verzoek worden overgeschreven op de achterblijvende echtgenoot of de geregistreerde partner.

  • 2. Indien de marktvergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, kan een kind van de vaste standplaatshouder de vergunning voor een vaste standplaats krijgen indien hij ten tijde van het verzoek ingeschreven staat op de opvolgingslijst en hij, gerekend vanaf dit tijdstip, hierop ten minste drie jaar onafgebroken heeft gestaan.

  • 3. Een verzoek tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden na het overlijden van de vaste standplaatshouder of nadat de blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld.

  • 4. Bij het overschrijven van de marktvergunning vervalt de anciënniteit.

  • 5. Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel.

Artikel 6 Meeloperslijst en gegadigdenlijst

  • 1. De marktvergunninghouder die een vergunning is verleend voor de markt als bedoeld in artikel 2, eerste lid

    onder a, kan worden ingeschreven op de meeloperslijst voor de marktdag waarop hij een verkoopplaats wil verkrijgen, met inachtneming van de voor die markt geldende indeling in afdelingen.

  • 2. Indien een vaste standplaats op de markten als bedoeld in artikel 2, eerste lid onder b, c en d en artikel 2, derde en vierde lid niet beschikbaar is, kan de aanvrager van een marktvergunning worden ingeschreven op één van de lijsten van gegadigden, met inachtneming van het voor die markt geldende branchebesluit.

  • 3. Bij de inschrijving wordt in ieder geval vermeld:

    • a.

      de naam en voornamen, de geboortedatum en –plaats, het adres en de woonplaats van de aanvrager;

    • b.

      de datum waarop de aanvraag is ontvangen;

    • c.

      de soort artikelen die de aanvrager wil verhandelen of de afdeling/branche waartoe hij behoort.

  • 4. De aanvrager wordt een schriftelijk bewijs van inschrijving verstrekt.

  • 5. Indien degene die ingeschreven staat op een meelopers- of gegadigdenlijst voor een bepaalde

    afdeling/branche, of een houder van een vaste standplaats binnen een bepaalde afdeling/branche, op de

    meelopers- of gegadigdenlijst van een andere afdeling/branche ingeschreven wil worden, geldt als datum van inschrijving de datum van ontvangst van dat verzoek.

  • 6. De inschrijving op de gegadigdenlijst blijft gehandhaafd, indien de ingeschrevene jaarlijks vóór 1 januari schriftelijk verzoekt deze te verlengen, onder overlegging van een uittreksel van het Handelsregister die niet ouder is dan één maand.

Artikel 7 Toewijzing opengevallen vaste standplaats

  • 1. Behoudens het bepaalde in artikel 2 van de verordening, wordt een opengevallen vaste standplaats op de markt aan de Herman Costerstraat eenmaal per jaar en op de overige markten zo spoedig mogelijk, opnieuw als vaste standplaats uitgegeven met inachtneming van de voor die markt geldende indelingen in afdelingen/branches.

  • 2. Voor een opengevallen standplaats komen achtereenvolgens in aanmerking:

    • a.

      De houder van een vaste standplaats die heeft aangegeven een andere vaste standplaats te willen nemen. De toewijzing geschiedt in volgorde van anciënniteit als vaste standplaatshouder.

    • b.

      De verkoper die is ingeschreven op de betreffende meelopers- of gegadigdenlijst. De toewijzing geschiedt in volgorde van inschrijving op deze lijst.

    • c.

      De houder van een aangrenzende vaste standplaats, die heeft aangegeven een tweede aangrenzende plaats ter beschikking te willen krijgen. De toewijzing geschiedt in volgorde van anciënniteit als vaste standplaatshouder.

  • 3. In aanvulling op het tweede lid, onder b is een verkoper die is ingeschreven op een meelopers- of

    gegadigdenlijst verplicht een opengevallen vaste standplaats te kiezen, indien hij kan kiezen uit drie of meer standplaatsen. Weigert de verkoper een vaste standplaats te kiezen dan wordt de datum van inschrijving op de meelopers- of gegadigdenlijst gewijzigd in de datum van weigering.

Artikel 7a Mogelijkheid tijdelijke uitdeling

  • 1. Het college is om zwaarwegende redenen bevoegd opengevallen standplaatsen toe te wijzen buiten de jaarlijkse uitdeling om als bedoeld in het eerste lid van artikel 7, welke toewijzing al of niet een tijdelijk karakter kan hebben. Het college kan hierbij afwijken van de volgorde van uitdeling, zoals geregeld in het tweede lid van artikel 7.

Artikel 8 Toewijzing losse standplaats

  • 1. De verkoper die is ingeschreven op de meeloperslijst of op een gegadigdenlijst kan zich op de marktdag waarop die lijst betrekking heeft uiterlijk een kwartier na aanvang van de markt melden ter eventuele verkrijging van een losse standplaats.

  • 2. Van een toegewezen losse standplaats moet de vergunninghouder of de gegadigde gebruik maken.

  • 3. De toewijzing van een losse standplaats geschiedt in volgorde van anciënniteit.

Artikel 9 Verdeling standwerkersplaatsen

  • 1. Standwerkersplaatsen worden per marktdag door middel van loting toegewezen.

  • 2. Tot de loting voor een standwerkersplaats wordt slechts toegelaten, hij die in het bezit is van een door het college afgegeven standwerkersvergunning.

  • 3. De ingelote standwerker is verplicht een plaats te kiezen en deze op de betreffende gehele marktdag in te nemen.

  • 4. Voor het verkrijgen van een standwerkersplaats dient men zich op de betreffende marktdag uiterlijk een half uur voor de aanvangstijd van die markt te melden.

  • 5. Een standwerker kan uitsluitend in bijzondere gevallen worden toegestaan dat hij voor het einde van de markt zijn verkoop beëindigt of zijn verkoop enige tijd onderbreekt.

  • 6. Indien een standwerker zich wil doen bijstaan, meldt hij dit voor de loting aan de dienstdoende controleur(s). Degene die hem zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting.

  • 7. Het is verboden op een standwerkersplaats de verkoop van goederen op een andere wijze uit te oefenen dan door middel van standwerken.

Artikel 10 Persoonlijk innemen verkoopplaats

  • 1. De vergunninghouder neemt de verkoopplaats die hem is toegewezen persoonlijk in. Hij mag de

    verkoopplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven.

  • 2. Twee of meer vergunninghouders mogen niet tezamen één verkoopplaats innemen.

  • 3. De marktvergunninghouder mag zich door ten hoogste één persoon laten vervangen, mits deze vervanger is bijgeschreven op de vergunning van deze vergunninghouder. De marktvergunninghouder is ervoor verantwoordelijk dat zijn vervanger alle verplichtingen die bij of krachtens de verordening zijn opgelegd nakomt.

  • 4. Indien blijkt dat een vervanger de marktvergunninghouder zodanig vervangt dat redelijkerwijze gesteld kan worden dat deze vergunninghouder zelf zijn kraam niet langer exploiteert, dan kan de vergunning worden ingetrokken.

  • 5. Een vergunninghouder mag zich op de verkoopplaats doen bijstaan.

Artikel 11 Verplichting gebruik vaste standplaatsen

  • 1. De vaste standplaatshouder van de in artikel 2, eerste en het derde lid genoemde dagen en markten, is verplicht zijn vaste standplaats in een periode van twee achtereenvolgende weken op ten minste één gehele marktdag in te nemen.

  • 2. De vaste standplaatshouder op de Antiekmarkt is verplicht zijn standplaats op iedere daarvoor bestemde gehele marktdag in te nemen.

  • 3. Een vaste standplaats die niet uiterlijk op de aanvangstijd van die betreffende markt is ingenomen, wordt voor die dag als losse standplaats aangemerkt. Met het hebben ingenomen van de standplaats wordt bedoeld: het ingericht hebben van de standplaats en het uit de looppaden verwijderd hebben van de auto waarmee de goederen werden aangevoerd.

Artikel 11a Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden

  • 1. De vaste standplaatshouder, die geen vervanger heeft als bedoeld in artikel 10, derde lid, wordt vrijgesteld van de in artikel 11, eerste lid geregelde verplichting om zijn standplaats in te nemen.

  • 2. De vrijstelling geldt alleen voor zover:

    • -

      de standplaatshouder wegens vakantie, ziekte of (andere) bijzondere omstandigheid verhinderd is zijn vaste standplaats in te nemen;

    • -

      het college van de verhindering schriftelijk in kennis is gesteld. Deze schriftelijke kennisgeving vermeldt de aard en duur van de afwezigheid. Afwezigheid wegens vakantie mag een periode van acht weken per jaar- al of niet achtereenvolgend -, niet te boven gaan;

    • -

      de schriftelijke kennisgeving minimaal 24 uur voor de betreffende marktdag is gedaan. Plotselinge verhindering wordt in persoon of telefonisch gemeld aan de dienstdoende medewerkers van de afdeling Markten en hierna zo spoedig mogelijk schriftelijk aan het college bevestigd;

    • -

      bij afwezigheid wegens ziekte met een duur van meer dan twee weken, de standplaatshouder iedere drie maanden een verklaring van een geneeskundige overlegt.

Artikel 12 Legitimatie en identiteit vergunninghouder

  • 1. Degene die een verkoopplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen, dient op eerste aanvraag van de toezichthouder aan te tonen dat hij de vergunninghouder is, voor zover hij ingevolge artikel 5, tweede lid van de verordening in het bezit dient te zijn van een vergunning voor die markt.

  • 2. De vergunninghouder dient bij zijn verkoopplaats duidelijk zichtbaar zijn naam en eventuele bedrijfsnaam aan te geven.

Artikel 13 Schoonhouden verkoopplaats

  • 1. Een verkoper is verplicht afval, waaronder verpakkingsmateriaal, dat tijdens de door hem uitgeoefende verkoop op zijn verkoopplaats vrij komt zodanig te bewaren, dat het marktterrein daardoor niet wordt verontreinigd of het afval niet door onbevoegden kan worden verwijderd. Het afval dient onmiddellijk na afloop van de markt te worden meegenomen door de verkoper.

  • 2. De verkoper is verplicht de door hem ingenomen verkoopplaats en de naaste omgeving daarvan na afloop van de markt veegschoon achter te laten.

  • 3. De verkoper is verplicht de ruimte onder de kraam, onder en tussen de opbergunit en/of onder de

    verkoopwagen op een deugdelijke wijze af te schermen.

Artikel 14 Opbouw en ontruimen verkoopplaats

  • 1. De verkoper die een vaste standplaats op een markt inneemt, mag niet eerder dan twee uur voordat die markt begint, starten met het inrichten van die standplaats. Voor de afdeling AGF van de markt aan de Herman Costerstraat geldt een periode van drie uur.

  • 2. De verkoper die een losse standplaats of een standwerkersplaats mag innemen, dient uiterlijk een uur na toewijzing die verkoopplaats te hebben ingenomen. Met het hebben ingenomen van de verkoopplaats wordt bedoeld: het ingericht hebben van de verkoopplaats en het uit de looppaden verwijderd hebben van de auto waarmee de goederen werden aangevoerd.

  • 3. De verkoper die een verkoopplaats in gebruik heeft gehad, is verplicht er voor zorg te dragen dat deze uiterlijk één uur na het einde van de desbetreffende markt is ontruimd.

  • 4. Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel.

Artikel 15 Verbods- en gebodsbepalingen

  • 1. Het is de verkoper verboden zonder toestemming:

    • a.

      vervoermiddelen op het marktterrein te hebben, te laten staan of voorhanden te hebben op een andere plaats dan zijn verkoopplaats;

    • b.

      een andere verkoopplaats of andere ruimte in te nemen dan welke aan hem is toegewezen;

    • c.

      op een verkoopplaats andere goederen dan die waarvoor die verkoopplaats is toegewezen, uit te stallen, aan te bieden, te verkopen, af te leveren of in voorraad te hebben;

    • d.

      de zijkanten van een kraam voor de kramenstijlen boven de tafelbladen af te sluiten;

    • e.

      op enigerlei wijze aan een kraam, verkoopwagen of andere verkoopruimte voorwerpen te bevestigen of te hebben zodanig, dat deze terzijde, voor, achter, boven of onder die kraam, verkoopwagen of andere verkoopruimte uitsteken.

  • 2. Het is een ieder verboden:

    • a.

      op tijden dat een markt wordt gehouden (brom)fietsen of motorvoertuigen op het desbetreffende marktterrein te berijden of aan de hand mee te voeren;

    • b.

      op het marktterrein aan de Herman Costerstraat honden aanwezig te hebben;

    • c.

      waren, goederen of vervoermiddelen in strijd met hetgeen bij of krachtens de verordening is bepaald op het marktterrein te hebben, te laten staan of voorhanden te hebben.

  • 3. Alle vergunninghouders en verkopers dienen aanwijzingen van de bij de verordening aangewezen toezichthouders terstond op te volgen.

Artikel 16 Overlegcommissie Warenmarkten

  • 1. Er is een commissie van advies aan de directie van de Dienst Stadsbeheer genaamd ‘Overlegcommissie Warenmarkten’.

  • 2. Het college legt de regels ten aanzien van samenstelling en taakstelling vast in een reglement.

Artikel 17 Intrekking oude regeling

Het Reglement Warenmarkten 1993, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 10 oktober 2000, wordt ingetrokken.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking de dag nadat de Marktverordening gemeente Den Haag 2004 in werking is getreden.

Artikel 19 Citeertitel

Dit reglement wordt aangehaald als: Marktreglement gemeente Den Haag 2004.

Dit reglement is vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 15 juni 2004.