Regeling vervallen per 31-10-2017

Subsidieregeling Stimulering Cultureel Ondernemerschap Den Haag 2014

Geldend van 01-07-2014 t/m 30-10-2017

Intitulé

Subsidieregeling Stimulering Cultureel Ondernemerschap Den Haag 2014

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag,

gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014

besluit vast te stellen de Subsidieregeling Stimulering Cultureel Ondernemerschap Den Haag 2014

§ 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

-- - Gemeentelijk vastgoed: bebouwde en onbebouwde onroerende zaken in eigendom van of in gebruik door de Gemeente Den Haag.

Artikel 1:2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 2:1 van deze regeling bedoelde activiteiten.

§ 2 De activiteiten en de doelgroep

Artikel 2:1. Activiteiten

  • 1. Subsidie kan worden verleend voor plannen die erop gericht zijn het cultureel ondernemerschap van de aanvrager(s) blijvend te versterken.

  • 2. Het te subsidiëren planmoet voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      Het plan getuigt van goed ondernemerschap, wat onder andere inhoudt dat de aanvrager een beroep doet op meerdere financieringsbronnen en/of dat het initiatief duurzaam bijdraagt aan het genereren van andere inkomstenbronnen dan gemeentelijke subsidies.

    • b.

      De aanvrager geeft in het plan blijk van een realistische visie op en strategie voor het behalen van de doelstellingen.

    • c.

      De aanvrager stelt informatie over het initiatief waarvoor wordt aangevraagd beschikbaar aan de culturele sector in Den Haag voor kennisdeling.

    • d.

      Het moet aannemelijk zijn dat het initiatief zonder de subsidie op grond van deze regeling niet kan worden gerealiseerd.

  • 3. Als het doel van de aanvrager is om met een beroep op deze regeling een doorstart mogelijk te maken zonder een meerjarige cultuursubsidie, moet het plan tevens aan de volgende voorwaarden voldoen:

    • a.

      Bij het plan is een exploitatiebegroting voor de jaren 2014, 2015 en 2016 gevoegd met daarbij de balanspositie per 31 december 2013. Het bestuur dient met een ondertekende schriftelijke verklaring te bevestigen dat zowel de exploitatiebegroting als de balanspositie een getrouw en volledig beeld geeft.

    • b.

      De aangevraagde eenmalige subsidie mag in geen geval het bedrag van de jaarsubsidie 2013 overschrijden.

    • c.

      De aanvrager spreekt in de aanvraag de intentie uit om ook na de doorstartperiode met zijn activiteiten in Den Haag gehuisvest te blijven.

    • d.

      Het moet aannemelijk zijn dat zonder de subsidie uit het Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap een succesvolle doorstart niet mogelijk is.

Artikel 2:2. Doelgroep

Subsidie wordt alleen verleend aan culturele instellingen die actief zijn in Den Haag.Deze instellingen kunnen ook in samenwerkingsverband een beroep doen op deze regeling.

§ 3 Subsidieplafond en verdeling

Artikel 3:1 Subsidieplafond

Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond van € 250.000,00.

Artikel 3:2 Wijze van verdeling

  • 1. Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 3. Indien burgemeester en wethouders op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, meer dan één aanvraag ontvangt, stellen burgemeester en wethouders de onderlinge rangschikking van die aanvragen vast door middel van loting.

§ 4 Besluitvorming subsidie

Artikel 4:1. Aanvraag

  • 1. De aanvraag is gesteld in de Nederlandse taal en vermeldt duidelijk dat de aanvraag betrekking heeft op deze regeling.

  • 2. In aanvulling/ afwijking van de op grond van artikel 8, tweede en derde lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 over te leggen gegevens, legt de aanvrager de volgende gegevens over:

    • a.

      de naam van de contactpersoon met (mobiel) telefoonnummer en emailadres;

    • b.

      een inhoudelijke omschrijving van het project, waarin aannemelijk wordt gemaakt dat het project duurzaam bijdraagt aan versterking van het ondernemerschap en op welke wijze dat gebeurt;

    • c.

      omschrijving van de (artistiek) medewerkers;

    • d.

      een sluitende begroting met dekkingsplan waarin duidelijkis aangegeven voor welk bedrag subsidie wordt gevraagd;

    • e.

      een meerjarenbegroting met een perspectief van twee tot drie jaar waarin het effect van het project zichtbaar is.

§ 5 Verplichtingen

Artikel 5:1 Verplichtingen, vaststelling en verantwoording

  • a.

    Indien de subsidieontvanger voor het uitoefenen van zijn activiteiten huisvesting behoeft en de huisvestingslasten onderdeel uit maken van de te verstrekken subsidie, kan aan de beschikking tot subsidieverlening de verplichting worden verbonden om de activiteiten van de subsidieontvanger te laten plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed, voor zover het gemeentelijk vastgoed geschikt is om deze activiteiten uit te oefenen, dan wel daartoe redelijkerwijs geschikt te maken is.

  • b.

    Indien aan een beschikking tot subsidieverlening de verplichting is verbonden dat de activiteiten van de subsidieontvanger plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed, kunnen daarbij verplichtingen worden opgelegd inzake meervoudig of gezamenlijk gebruik van het betreffende gemeentelijke vastgoed

c. Indien de uitoefening van de activiteiten van de subsidieontvanger niet plaatsvindt in of op gemeentelijk vastgoed kan aan de beschikking tot subsidieverlening de verplichting worden verbonden dat de subsidieontvanger de huisvesting waarin de activiteiten plaatsvinden, in medegebruik geeft of verhuurt aan andere subsidieontvangers van de gemeente teneinde meervoudig of gezamenlijk gebruik van het betreffende vastgoed te realiseren.

Artikel 5:2 Vaststelling van subsidies van minder dan € 10.000,00

  • 1. De subsidie wordt door burgemeester en wethouders ambtshalve vastgesteld.

  • 2. De aanvrager is verplicht om ten behoeve van de vaststelling van de subsidie een inhoudelijk en een financieel verslag van de activiteiten aan het college te zenden.

Artikel 5:3 Verantwoording

  • 1. De aanvrager zendt uiterlijk 1 mei volgend op de periode waarin de activiteiten moesten plaatsvinden, een aanvraag tot vaststelling, dan wel de in artikel 6:2 tweede lid bedoelde verslagen, aan burgemeester en wethouders.

  • 2. Indien de aanvrager tevens een subsidie ontvangt op grond van het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur, dient in afwijking van het eerste lid van dit artikel, de krachtens deze regeling verleende subsidie, separaat verantwoord te worden in de betrokken jaarrekening en jaarverslag.

§ 6 Slotbepalingen

Artikel 6:1 Slotbepalingen

  • 1. Deze regeling treedt in werking op 1 juli 2014 en vervalt op 1 januari 2015.

  • 2. Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Stimulering Cultureel Ondernemerschap Den Haag 2014.

Artikel 6:2 Bekendmaking

Deze regeling wordt bekend gemaakt door plaatsing in het Gemeenteblad binnen een week na het besluit tot vaststelling ervan.