Regeling vervallen per 31-10-2017

Subsidieregeling elektrische scooters, elektrische bakfietsen en high speed elektrische fietsen voor zakelijke veelrijders Den Haag 2016

Geldend van 07-10-2016 t/m 30-10-2017

Intitulé

Subsidieregeling elektrische scooters, elektrische bakfietsen en high speed elektrische fietsen voor zakelijke veelrijders Den Haag 2016

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS

overwegende dat:

  • -

    brom- en snorfietsen op fossiele brandstof zorgen voor piekblootstelling aan verontreinigende stoffen;

  • -

    het verminderen van brom- en snorfietsen op fossiele brandstof een maatregel is uit het Actieplan luchtkwaliteit (RIS 154079);

  • -

    de subsidieregeling een overstap naar een schonere vervoersmodaliteit stimuleert;

  • -

    er nog geen andere regelingen zijn die de aanschaf en het gebruik van elektrische scooters, elektrische fietsen en bakfietsen door zakelijke veelrijders te stimuleren.

gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014.

Besluit:

  • I.

    Vast te stellen de Subsidieregeling elektrische scooters, elektrische bakfietsen en high speed elektrische fietsen voor zakelijke veelrijders Den Haag 2016.

  • II.

    Dat dit besluit in werking treedt op de dag na bekendmaking in het gemeenteblad.

Den Haag, 4 oktober 2016

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

mw. A.W.H. Bertram

de burgemeester,

J.J. van Aartsen

Subsidieregeling elektrische scooters, elektrische bakfietsen en high speed elektrische fietsen voor zakelijke veelrijders Den Haag 2016

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    aanschaf: verkrijging van het eigendom, zoals bedoeld in artikel 5:1 van het Burgerlijk Wetboek waarbij voor een elektrische scooter en high speed elektrische fiets geldt dat deze blijkens de gegevens in het kentekenregister van de RDW op naam van de verkrijger komt te staan;

  • -

    bedrijven: rechtspersonen die gevestigd zijn in Den Haag, niet zijnde verenigingen of stichtingen;

  • -

    college: het college van burgemeester en wethouders van Den Haag;

  • -

    de-minimisverklaring: de verklaring van de aanvrager dat de aanvrager in de afgelopen drie belastingjaren minder dan € 200.000 aan subsidies of andere voordelen van overheden heeft ontvangen, zoals bepaald in de Verordening (EU) 1407/2013, L 352/1, betreffende de-minimissteun;

  • -

    elektrische bakfiets: een fiets met 2 tot 3 wielen met elektrische trapondersteuning tot 250 watt, een maximale snelheid van 25 km/h, met de voertuigclassificatie L1e A of L2e U zoals bedoeld in de verordening 168/2013 van het Europees parlement en de raad;

  • -

    elektrische scooter: voor het vervoer van personen ontworpen en gebouwd motorvoertuig met twee wielen en een uitsluitend volledig elektrische aandrijving door middel van een batterij, met de voertuigclassificatie L1e B zoals bedoeld in de verordening 168/2013 van het Europees parlement en de raad, met ten hoogste één zitplaatsen achter de bestuurder, een maximale snelheid van 25 of 45 km/h, met een snor- of bromfiets kentekenregistratie;

  • -

    high speed elektrische fiets: een fiets met een snor- of bromfiets kentekenregistratie, een elektrische trapondersteuning en een maximale snelheid van 45 km/h, met de voertuigclassificatie L1e B zoals bedoeld in de verordening 168/2013 van het Europees parlement en de raad;

  • -

    lease: full operational lease waar een rechtsgeldige leaseovereenkomst aan ten grondslag ligt. Het leasebedrijf verkrijgt eigendom van het voertuig, zoals bedoeld in artikel 5:1 van het Burgerlijk Wetboek. Het bedrijf maakt gebruik van het voertuig;

  • -

    leasebedrijf: rechtspersoon waarvan de bedrijfsactiviteit bestaat uit de lease van, onder andere, elektrische scooters, high speed elektrische fietsen en elektrische bakfietsen;

  • -

    veelrijder: bedrijf dat per elektrische scooter, high speed elektrische fiets of elektrische bakfiets voor zijn bedrijfsvoering meer dan 3.000 kilometer per jaar binnen Den Haag rijdt;

  • -

    voertuig: elektrische scooter, high speed elektrische fiets of elektrische bakfiets.

Artikel 1:2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies doorhet college voor de in artikel 2:1 bedoelde activiteiten.

Hoofdstuk 2 De activiteiten en de doelgroep

Artikel 2:1. Activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor de aanschaf of lease van een nieuw voertuig.

Artikel 2:2. Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:

  • a.

    veelrijders die volgens de gegevens van de Kamer van Koophandel minimaal sinds 1 januari 2016 gevestigd zijn in de gemeente Den Haag en waarvan de (ingehuurde) medewerkers berijder zijn of worden van de voertuigen;

  • b.

    leasebedrijven die deze subsidie als korting doorberekenen aan een veelrijder zoals hierboven omschreven.

Hoofdstuk 3 De subsidie

Artikel 3:1. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie bedraagt maximaal €1.500,- voor de aanschaf of lease van een voertuig, met een maximum van 50% van de werkelijke kosten. Indien de werkelijke kosten van aanschaf of lease lager zijn dan €2.000,-, wordt geen subsidie verleend;

  • 2.

    Aan bedrijven wordt gedurende de looptijd van deze subsidieregeling maximaal voor 6 voertuigen subsidie verstrekt;

  • 3.

    Aan leasebedrijven wordt per onderstaande tijdsperiode voor maximaal 30 voertuigen subsidie verstrekt, waarbij het aantal voertuigen wordt geteld op basis van de ingediende aanvragen:

  • Periode 1: oktober t/m december 2016;

  • Periode 2: januari t/m maart 2017;

  • Periode 3: april t/m juni 2017;

  • Periode 4: juli t/m oktober 2017;

  • 4.

    Voor leasebedrijven geldt dat zij maximaal 6 gesubsidieerde voertuigen per bedrijf mogen verstrekken.

Hoofdstuk 4 Subsidieplafond en verdeling

Artikel 4:1 Subsidieplafond

  • 1. Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt voor de periode van 7 oktober 2016 tot en met 6 oktober 2017 een subsidieplafond van €200.000,-.

  • 2. Het college kan de hoogte van het subsidieplafond binnen de in het eerste lid genoemde periode wijzigen.

Artikel 4:2. Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd,geschiedt in volgorde van ontvangst door het college, totdat het vastgestelde subsidieplafond niet meer toereikend is.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 3.

    Indien het college op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, meer dan één aanvraag ontvangt, stelt hij de onderlinge rangschikking van die aanvragen vast door middel van loting.

Hoofdstuk 5 Besluitvorming subsidie

Artikel 5:1. Aanvraag subsidieverlening

  • 1.

    De aanvraag voor subsidieverlening dient na sluiten van de overeenkomst voor lease of koop via het aanvraagformulier te worden ingediend bij het college. In deze overeenkomst mag de voorwaarde van ontvangen van subsidie worden opgenomen. De overeenkomst mag niet eerder ingaan dan datum van ondertekening door beide contractpartijen.

  • 2.

    In afwijking van de op grond van artikel 8, tweede en derde lid, van de Algemenesubsidieverordening Den Haag 2014 over te leggen gegevens, legt de aanvrager de volgende gegevens over:

  • a.

    een getekende overeenkomst voor de aanschaf van een voertuig, of een getekende overeenkomst voor de full operational lease van minimaal drie jaar voor een voertuig. Uit de overeenkomst moet blijken dat de verleende subsidie door het leasebedrijf in mindering wordt gebracht op het leasebedrag. Eveneens dient uit deze overeenkomst te blijken dat de beoogde contractpartij van het leasebedrijf, tevens de gebruiker van het voertuig, tot de doelgroep behoort zoals omschreven in artikel 2:2., onder a.;

  • b.

    een de-minimisverklaring voor zover de aanvraag wordt ingediend door een bedrijf. Dit geldt niet voor een leasebedrijf;

  • c.

    in het geval van een elektrische scooter, een verklaring van de leverancier waaruit blijkt dat de actieradius minimaal 60 km bedraagt.

Artikel 5:2. Beslistermijn subsidieverlening

Het college beslist, in afwijking van artikel 10 tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, binnen vier weken nadat de volledige aanvraag om subsidieverlening is ingediend.

Artikel 5:3. Betaling subsidieverlening

De betaling vindt plaats binnen vier weken nadat het college een beslissing heeft genomen over de subsidieverlening.

Artikel 5:4. Aanvullende weigeringsgronden

Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 11,eerste en tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 wordt de subsidieverlening geweigerd als:

  • a.

    de aanvraag na het verlopen van de subsidieregeling is ingediend en deze niet reeds op grond daarvan buiten behandeling is gesteld;

  • b.

    de aanvraag niet volledig is en deze niet reeds op grond daarvan buiten behandeling is gesteld;

  • c.

    voor het betreffende voertuig al eerder subsidie is verstrekt op grond van een andere gemeentelijke subsidieregeling.

Artikel 5:5. Subsidievaststelling

  • 1. Indien het totaal van de subsidie meer dan €10.000,- bedraagt dient de subsidieontvanger in afwijking van artikel 20, eerste lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, de aanvraag tot subsidievaststelling in binnen vier maanden na dagtekening van het subsidieverleningsbesluit.

  • 2. De aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend via een door het college vastgesteld aanvraagformulier en bevat in afwijking van artikel 20, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 in geval de subsidie is verleend voor een elektrische scooter of high speed elektrische fiets, een kopie van het kentekenbewijs.

  • 3. Indien niet is voldaan aan het eerste lid of tweede lid wordt de aanvraag tot subsidievaststelling (ambtshalve) vastgesteld op nihil.

Artikel 5:6. Beslistermijn subsidievaststelling

Het college beslist, in afwijking van artikel 10 tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, binnen vier weken nadat de volledige aanvraag om subsidievaststelling is ingediend.

Hoofdstuk 6. Verplichtingen

Artikel 6:1. Verplichtingen

Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 15 tot en met 17 van deAlgemene Subsidieverordening Den Haag 2014, gelden voor de subsidieontvanger de volgendeverplichtingen:

  • a.

    de aanvrager stuurt in het geval van een waarderingssubsidie voor een elektrische scooter of high speed elektrische fiets binnen drie maanden na de subsidieverlening een kopie van kentekenbewijs;

  • b.

    in het geval van aanschaf van een elektrische scooter geldt de aanvullende eis dat een driejarig onderhoudscontract wordt afgesloten, inclusief vervangingsservice, waarmee op werkdagen binnen 24 uur een tijdelijk vervangend elektrische scooter geleverd kan worden. Deze verplichting is niet van toepassing indien de aanvrager aantoonbaar in eigen werkplaats zelf de afgelopen twee jaar onderhoud heeft uitgevoerd aan ten minste 50 scooters;

  • c.

    In het geval van lease van het voertuig geldt de aanvullende eis dat het een full operational leaseovereenkomst betreft met een looptijd van minimaal drie jaar, inclusief afspraken over onderhoud, reparatie en verzekering;

  • d.

    de elektrische scooter of high speed elektrische fiets dient blijkens de gegevens in het kentekenregister gedurende minimaal drie jaar ongewijzigd op naam van aanvrager te blijven staan;

  • e.

    de elektrische bakfiets dient gedurende minimaal drie jaar door de veelrijder te worden gebruikt;

  • f.

    de subsidieontvanger dient met het voertuig voor zakelijk gebruik minimaal 3.000 kilometer per jaar binnen Den Haag te rijden. Voor leasebedrijven geldt dat zij dit aan moeten tonen voor hun klanten waarvoor subsidie is verstrekt;

  • g.

    de subsidieontvanger dient één jaar, twee jaar en drie jaar na dagtekening van de subsidieverlening een kort verslag naar de gemeente te sturen over de ervaringen met het voertuig, het aantal gereden kilometers, een foto van het voertuig en eventuele opmerkingen. Hiervoor stelt de gemeente een format beschikbaar. De gemeente dient uiterlijk in de 13e, 25e en 37e maand vanaf het moment van inwerking treding van deze regeling het verslag van respectievelijk het eerste, tweede en derde jaar te hebben ontvangen;

  • h.

    de te subsidiëren scooter heeft een actieradius van tenminste 60 km volgens opgave van de leverancier;

  • i.

    de subsidieontvanger gaat na de beschikking tot subsidieverlening over tot feitelijke aanschaf of lease van het voertuig. De levering en ingebruikname van het voertuig is uiterlijk 6 december 2017.

Artikel 6:2. Terugvorderen subsidie

Het college vordert subsidie voor de aanschaf of lease van voertuigen terug indien niet is voldaan aan de voorwaarden als opgenomen in deze regeling.

Hoofdstuk 7. Slotbepalingen

Artikel 7:1. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen van het bepaalde in deze regeling afwijken of bepalingen buiten toepassing laten, voor zover toepassing ervan leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 7:2. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van 7 oktober 2016.

  • 2. Deze subsidieregeling vervalt op 6 oktober 2017.

  • 3. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling elektrische scooters zakelijke veelrijders Den Haag 2016.

TOELICHTING

Aanleiding regeling

De luchtkwaliteit in de gemeente Den Haag verbetert ieder jaar. In het actieplan samenwerken aan schone lucht 2015-2018 is de maatregel genoemd dat minder scooters en bromfietsen op benzine rijden. Deze subsidieregeling geeft hier invulling aan.

Het is de bedoeling dat de markt zelfstandig en zonder steun van overheden kan functioneren. Maar uit de praktijk blijkt dat de markt van elektrische voertuigen hier nog niet klaar voor is. De markt van elektrische scooters is al een aantal jaren in ontwikkeling, maar komt nauwelijks tot volwassen groei. Dit komt met name doordat de aanschafsprijs van een kwalitatief goede elektrische scooter twee tot vier keer zo hoog is als van een conventionele scooter. In het algemeen geldt ook dat elektrisch rijden voor veel mensen onbekend is, wat een remmend effect heeft op deze markt.

Met deze regeling wil de gemeente Den Haag het gebruik van elektrische scooters, high speed elektrische fietsen en elektrische bakfietsen stimuleren, waardoor deze voertuigen breder geaccepteerd worden en in populariteit stijgen. Dit zorgt ervoor dat de markt dit verder op kan pakken en er steeds minder brandstofvoertuigen in Den Haag rijden, wat een positief effect heeft op de luchtkwaliteit.

Waarom zakelijke veelrijders?

De regeling is gericht op elektrische scooters, high speed elektrische fietsen en elektrische bakfietsen voor bedrijven. Dit is gebaseerd op het feit dat bedrijven in het algemeen veel meer kilometers rijden dan bijvoorbeeld particulieren. Onder zakelijke veelrijders verstaan we bezorgdiensten, makelaars, zorgverleners, aannemers, et cetera die meer dan 3.000 kilometer per jaar rijden. Door deze doelgroep te stimuleren treedt het grootste effect op voor de luchtkwaliteit per euro subsidie.

Aan wie wordt subsidie verstrekt?

Aan bedrijven die minimaal sinds 1 januari 2016 in Den Haag gevestigd zijn, of aan leasebedrijven die de subsidie als korting doorberekenen aan hun klanten. Deze klanten dienen in Den Haag gevestigde bedrijven te zijn. Stichtingen en verenigingen zijn uitgesloten, omdat deze partijen buiten het doel van de subsidieregeling vallen.

Waarom onderscheid tussen bedrijven en leasebedrijven?

Een groot deel van de zakelijke veelrijders is gewend om scooters te leasen. Daarnaast zijn er leasemaatschappijen die actief de lease van elektrische voertuigen uit deze regeling willen stimuleren en zakelijke veelrijders zullen benaderen met hun aanbod en daarbij deze subsidieregeling noemen. Zij hebben ook de wens om hun klanten zoveel mogelijk te ontzorgen, zodat deze klanten zich kunnen richten op hun bedrijfsvoering. Daarom is het voor leasebedrijven mogelijk om zelf subsidie aan te vragen en deze als korting door te berekenen aan hun klanten. Doordat een aanvraag van leasemaatschappijen hierdoor sneller uit meer voertuigen bestaat, komt het bedrag boven de €10.000,- uit en wordt dit binnen de subsidieverordening van de gemeente als een ander type subsidie gezien, waar andere eisen voor gelden. Daardoor wordt in de regeling het onderscheid gemaakt tussen deze twee situaties. Het grootste verschil is dat bij bedrijven aanvraag, vaststelling en betaling in één stap worden behandeld, terwijl bij leasemaatschappijen verlening/betaling en vaststelling als twee losse stappen worden behandeld. Welke procedure wordt gevolgd is afhankelijk van het totale subsidiebedrag van de aanvraag.

Waarom wordt een jaarlijks verslag gevraagd?

In deze regeling geldt de eis dat zakelijke veelrijders per voertuig minimaal 3.000 kilometer per jaar binnen de gemeente Den Haag rijden. Om dit te controleren stuurt de subsidieontvanger elk jaar een klein verslag naar de gemeente waar dit uit blijkt.

De gemeente zal hiervoor een format beschikbaar stellen, zodat het een kleine moeite is voor de subsidieontvanger. Mocht een bedrijf niet voldoen aan de eis van 3.000 kilometer per jaar (of andere eisen), dan kan de gemeente overgaan tot terugvordering van het verleende subsidiebedrag.

Hoe ziet het proces van aanvraag tot en met vaststelling eruit voor een bedrijf?

Een aanvrager toetst of hij/zij aan de voorwaarden voldoet of kan gaan voldoen. Aanvrager bezoekt voor de aanvraag een leverancier, kiest een voertuig uit die onder de regeling valt, sluit een lease- of koopovereenkomst af en ondertekent deze. Hierin mag de voorwaarde worden opgenomen dat overeenkomst komt te vervallen als geen subsidie wordt verkregen.

Vervolgens dient aanvrager een aanvraagformulier bij de gemeente in. Aanvrager dient hierbij de koop- of leaseovereenkomst voor het voertuig te overleggen, een de-minimisverklaring en een kopie van inschrijving bij Kamer van Koophandel. De gemeente verwerkt de aanvraag en als voldaan is aan de voorwaarden volgt meteen een subsidievaststelling en betaling. Vervolgens krijgt de aanvrager het voertuig geleverd en stuurt de gemeente een kopie van het kentekenbewijs in het geval van een elektrische scooter of high speed elektrische fiets.

Hoe ziet het proces van aanvraag tot en met vaststelling eruit voor een leasebedrijf?

Het proces voor leasebedrijven is hetzelfde als die voor bedrijven, alleen vinden aanvraag en vaststelling van de subsidie los van elkaar plaats als de subsidie meer dan €10.000,- bedraagt. Dat betekent dat vaststelling plaatsvindt nadat de gemeente een kopie kentekenbewijs heeft ontvangen. Het moment van betaling blijft wel gelijk. Ook dient het leasebedrijf in de overeenkomst aan te tonen dat hij het subsidiebedrag als korting doorberekend aan het bedrijf waarmee hij de overeenkomst sluit.

Waarom wordt een de-minimis verklaring gevraagd aan bedrijven, niet zijnde leasebedrijven?

De de-minimisverklaring is nodig omdat de staatssteunregels in het EG-verdrag (artikelen 87 en 88) beperkingen stellen aan overheden als zij steun willen verlenen aan ondernemingen. Met de de-minimisverklaring kan de gemeente Den Haag nagaan of het voordeel dat een onderneming door deze de-minimissteun krijgt, past binnen de voorwaarden die de Europese staatssteunregels stellen. Er zal voor deze subsidie met name getoetst worden aan de volgende staatssteunregelingen: 1) de uitzondering voor lage subsidiebedragen ook wel de-minimissteun genoemd (Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006), en; 2) de Algemene groepsvrijstelling onderdeel milieu (Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Europese Commissie van 6 augustus 2008.). Steun die aan deze verordeningen voldoen mag door de gemeente worden verstrekt.

Wanneer wordt een aanvraag in behandeling genomen?

Een aanvraag wordt pas in behandeling genomen als alle vragen in het aanvraagformulier zijn beantwoord, de bijlagen zijn bijgeleverd en het formulier ondertekend en binnen de periode van de subsidieregeling is ingediend bij de gemeente. Het is dus in het belang van de aanvrager om in één keer een complete aanvraag in te dienen. Alleen complete aanvragen tellen immers mee in de volgorde van behandeling en beschikbaar budget.