Voortzetting Subsidieregeling toegankelijke stad, Den Haag 2020

Toelichting

Haagse inwoners en bezoekers met een beperking moeten volwaardig en gelijkwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving. Belemmeringen en barrières die deze deelname in de weg staan moeten zoveel mogelijk worden tegengegaan. De fysieke en digitale toegankelijkheid tot voorzieningen dient vergroot te worden. Eveneens dienen barrières die de sociale acceptatie van mensen met een beperking belemmeren, worden bestreden. De Subsidieregeling toegankelijke stad, Den Haag 2020 beoogt te voorzien in het bieden van een financiële bijdrage bij het realiseren van aanpassingen, voorzieningen en projecten die de fysieke, digitale en sociale belemmeringen en barrières voor mensen met een beperking tegengaan. De Subsidieregeling toegankelijke stad, Den Haag 2020, is een tijdelijke regeling en zal later dit jaar geheel worden herzien naar aanleiding van de ambities uit het coalitieakkoord ‘Samen voor de stad’ (RIS304121) en de Inspiratienota ‘100% toegankelijk Den Haag’ (RIS304714).

Besluitvorming

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

gelet op:

• -

  artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014;

besluit:

• -

  vast te stellen de Subsidieregeling toegankelijke stad, Den Haag 2020.

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 1:2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 2:1 bedoelde activiteiten.

Hoofdstuk 2 De activiteiten, doelgroep en doelstelling

Artikel 2:1. Activiteiten

• 1.

  Subsidie wordt verstrekt voor aanpassingen en voorzieningen die de fysieke en digitale toegankelijkheid voor mensen met een beperking vergroten.

• 2.

  Subsidie wordt verstrekt aan projecten en activiteiten die de sociale toegankelijkheid voor mensen met een beperking vergroten.

Artikel 2:2. Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan rechtspersonen zonder winstoogmerk.

Artikel 2:3 Doelstelling

• 1.

  Het doel dat met de verstrekte subsidie wordt nagestreefd is de verbetering van de fysieke, digitale -en sociale toegankelijkheid van de stad Den Haag voor mensen met een beperking.

• 2.

  De koppeling met het na te streven achterliggende maatschappelijke doel is volwaardige en gelijkwaardige deelname aan alle aspecten van de samenleving door Haagse inwoners en bezoekers met een beperking.

Hoofdstuk 3 De kosten en de subsidie

Artikel 3:1. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

• 1.

  De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de activiteiten als bedoeld in artikel 2:1.

• 2.

  Voor subsidie komen naar het oordeel van het college alleen de kosten van een architect of bouwkundig tekenaar in aanmerking, die gaan over een ingediende projectaanvraag met bouwkundige aspecten.

Artikel 3:2. Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen

• 1.

  De kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen zijn:

  a. kosten van individuele voorzieningen of aanpassingen van huishoudelijke aard of individueel vervoer;

  b. aanpassingen of activiteiten die onderdeel zijn van een regulier programma;

  c. structurele financiële verplichtingen;

  d. personeelslasten;

  e. feestjes of uitjes.

• 2.

  De BTW over de gesubsidieerde kosten komt alleen voor vergoeding in aanmerking als die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht.

Artikel 3:3. Hoogte van de subsidie

• 1.

  Een subsidie voor activiteiten onder artikel 2.1. eerste lid, bedraagt maximaal 50 procent van de totale projectkosten tot een maximum van € 25.000,-.

• 2.

  Een subsidie voor activiteiten onder artikel 2.1. tweede lid, bedraagt maximaal € 25.000,-.

• 3.

  Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van het binnen het eerste en tweede lid genoemde bedrag.

Hoofdstuk 4 Subsidieplafond en verdeling

Artikel 4:1. Subsidieplafond

• 1.

  Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt voor activiteiten onder artikel 2.1, eerste lid, per kalenderjaar een subsidieplafond van €600.000,-.

• 2.

  Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt voor activiteiten onder artikel 2.1., tweede lid, per kalenderjaar een subsidieplafond van €234.000,-.

• 3.

  Het college kan de hoogte van het subsidieplafond binnen de in het eerste en tweede lid genoemde periode wijzigen.

Artikel 4:2. Wijze van verdeling

• 1.

  Honorering van aanvragen, die in aanmerking komen voor subsidie, geschiedt in volgorde van indiening bij het college, totdat het subsidieplafond is bereikt.

• 2.

  Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de herziene aanvraag is ontvangen.

• 3.

  Indien het college op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, meer dan één aanvraag ontvangt, stelt het college de onderlinge rangschikking van die aanvragen vast door middel van loting.

Hoofdstuk 5 Besluitvorming subsidie

Artikel 5:1. Aanvraag

In aanvulling van de op grond van artikel 8, tweede en derde lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 over te leggen gegevens, legt de aanvrager de volgende gegevens over:

• a. een offerte niet ouder dan één jaar bij aanvragen gericht op fysieke of digitale toegankelijkheid;

  b. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare BTW bij aanvragen waar BTW over gesubsidieerde kosten is meegenomen.

Artikel 5:2. Voorwaarden

• 1.

  Het college verstrekt maximaal eenmaal per aanvrager een subsidie op grond van deze subsidieregeling.

• 2.

  Bij aanvragen gericht op fysieke of digitale toegankelijkheid kan het college advies vragen van een toegankelijkheidsadviseur van Stichting Voorall om de uitvoerbaarheid van aanvragen te toetsen. De aanvrager is verplicht de toegankelijkheidsadviseur van alle benodigde informatie te voorzien en toe te laten voor een schouw.

Hoofdstuk 6 Verplichtingen, verantwoording, vaststelling en voorschot

Artikel 6:1. Verplichtingen

Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 15 tot en met 18 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, geldt voor de subsidieontvanger de verplichting om mee te werken aan het onderzoek van de op grond van artikel 27 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 aangewezen toezichthouder.

Artikel 6:2. Eindverantwoording subsidies tussen € 10.000 en € 100.000

In aanvulling van de op grond van artikel 20, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 over te leggen gegevens, legt de aanvrager van een vaststellingsbeschikking de volgende gegevens over:

• a. een bestuursverklaring volgens het door burgemeester en wethouders vastgestelde model;

  b. een inhoudelijk voor openbaarmaking geschikt verslag, waarbij op voor het algemene publiek toegankelijke wijze wordt toegelicht op welke wijze de verleende subsidie is gebruikt;

  c. het voor openbaarmaking geschikte en op voor het algemene publiek toegankelijke wijze beschreven resultaat van de doelstellingen waarvoor subsidie is aangevraagd.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 7:1. Hardheidsclausule

Het college kan een artikel of artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zo ver toepassing ervan leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 7:2. Slotbepalingen

• 1.

  Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum publicatie en werkt terug tot 1 februari 2020.

• 2.

  Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling toegankelijke stad,Den Haag 2020.

Den Haag, 31 maart 2020

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris a.i.,

Ilma Merx

de wnd. burgemeester,

Johan Remkes