Regeling voor de behandeling van bezwaarschriften Aalsmeer 2010

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

• a.

  bestuursorgaan: gemeenteraad, college en burgemeester;

• b.

  college: college van burgemeester en wethouders;

• c.

  verwerend bestuursorgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

• d.

  commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;

• e.

  hoorcommissie: maximaal drie leden van de vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften aan wie het houden van een hoorzitting en het uitbrengen van het advies aan het bestuursorgaan is opgedragen;

• f.

  voorzitter: de voorzitter als bedoeld in artikel 3;

• g.

  plaatsvervangend voorzitter: de plaatsvervangend voorzitter als bedoeld in artikel 3;

• h.

  secretaris: de secretaris als bedoeld in artikel 6 lid 1;

• i.

  wet: Algemene wet bestuursrecht;

• j.

  verslag: verslag in de zin van artikel 7:7 van de wet.

Artikel 2 Instelling en taak van de commissie

• 1.

  Er is een commissie ter advisering over de beslissing op gemaakte bezwaren tegen de besluiten van een bestuursorgaan.

• 2.

  De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten:

  • a.

    op grond van algemeen verbindende voorschriften die zijn opgenomen in de bijlage behorende bij de gemeenschappelijke regeling met de gemeente Uithoorn;

  • b.

    de Wet waardering onroerende zaken en de Algemene Wet Rijksbelastingen en overige algemeen verbindende voorschriften, krachtens welke belastingen, rechten, retributies of andere heffingen worden opgelegd.

Artikel 3 Samenstelling

• 1.

  De commissie bestaat uit 1 voorzitter en ten hoogste 15 leden.

• 2.

  Van de leden zijn drie leden plaatsvervangend voorzitter.

• 3.

  De voorzitters, de plaatsvervangend voorzitters en de overige leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

• 4.

  De voorzitter en de leden mogen geen deel uitmaken van en niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Aalsmeer.

• 5.

  De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4 Hoorcommissies

• 1.

  De commissie kan hoorcommissies instellen.

• 2.

  Een hoorcommissie bestaat uit drie leden, waaronder een voorzitter of een plaatsvervangend voorzitter.

• 3.

  Een hoorcommissie heeft gelijke taken en bevoegdheden als de commissie.

• 4.

  De voorzitter van de hoorcommissie of zijn plaatsvervanger heeft gelijke taken en bevoegdheden als de voorzitter van de commissie.

Artikel 5

• 1.

  De commissieleden en de voorzitter worden door het college benoemd voor een periode van maximaal vier jaren.

• 2.

  Aftredende leden zijn onmiddellijk herbenoembaar. Zij kunnen maximaal 1 keer herbenoemd worden.

• 3.

  Een tussentijds benoemd commissielid treedt af op het tijdstip waarop het commissielid in wiens plaats hij is benoemd zou zijn afgetreden.

• 4.

  Het college stelt een rooster van aftreden vast.

Artikel 6 Secretaris

• 1.

  Het college wijst ambtenaren aan als secretarissen van de commissie.

• 2.

  De hoorcommissie laat zich in haar werkzaamheden bijstaan door een secretaris.

Artikel 7 Coördinator

De senior beleidsmedewerker van de cluster Juridische Zaken van de afdeling Bestuursondersteuning is verantwoordelijk voor de voortgang en de kwaliteit van de secretariate ondersteuning van de hoorcommissie. De senior fungeert als contactpersoon voor de leden van de commissie en als intermediair tussen de commissie en het bestuursorgaan.

Artikel 8 Ingediend bezwaarschrift

• 1.

  Op een ingediend bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

• 2.

  Het bezwaarschrift met de daarbij overlegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de hoorcommissie gesteld.

• 3.

  Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een hoorcommissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 9 Overdracht bevoegdheden

• 1.

  De voorzitter oefent voor de toepassing van de regeling de bevoegdheden uit krachtens de artikelen 7:3 en 7:6, vierde lid van de wet.

• 2.

  De secretarissen oefenen voor de toepassing van de regeling de bevoegdheden uit krachtens de artikelen 2.1 tweede lid, 6:6 onder b, 6:17, 7:4 en 7:10 van de wet.

Artikel 10 Vooronderzoek

• 1.

  De secretaris is in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

• 2.

  De secretaris is uit eigen beweging of op verlangen van de hoorcommissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe ter zitting te verschijnen.

• Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 11 Hoorzitting

De secretaris bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de hoorcommissie te doen horen.

Artikel 12 Vertegenwoordiging bestuursorgaan

Het hoofd van de afdeling welke verantwoordelijk is voor de voorbereiding van het besluit dat in bezwaar wordt betwist, draagt zorg voor Vertegenwoordiging van het bestuursorgaan tijdens de hoorzitting.

Artikel 13 Uitnodiging hoorzitting

• 1.

  De secretaris deelt de belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

• 2.

  Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de belanghebbenden of het verwerend bestuursorgaan, onder opgaaf van redenen, de secretaris verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

• 3.

  De beslissing van de secretaris op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval in de week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan meegedeeld.

• 4.

  De secretaris is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid.

Artikel 14 Quorum

Voor het houden van een hoorzitting is vereist, dat twee leden, waaronder in ieder geval de voorzitter dan wel de plaatsvervangend voorzitter van de hoorcommissie, aanwezig zijn.

Artikel 15 Niet deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de hoorcommissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 16 Openbaarheid zitting

• 1.

  De zitting van de hoorcommissie is openbaar.

• 2.

  De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de hoorcommissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

• 3.

  Indien de hoorcommissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de hoorzitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

• 4.

  De voorzitter van de hoorcommissie zorgt voor de handhaving van de orde tijdens de hoorzitting en is bevoegd, wanneer die orde op enigerlei wijze door belanghebbenden of toehoorders wordt verstoord, deze te doen vertrekken.

Artikel 17 Schriftelijke verslaglegging

• 1.

  Het verslag vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

• 2.

  Het verslag houdt een korte vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en overigens ter hoorzitting is voorgevallen.

• 3.

  Indien de hoorzitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

• 4.

  Het verslag verwijst naar de op de hoorzitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.

• 5.

  Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de hoorcommissie.

Artikel 18 Nader onderzoek

• 1.

  Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de hoorcommissie de secretaris verzoeken dit onderzoek te houden.

• 2.

  Indien aan het in het eerste lid genoemde onderzoek kosten zijn verbonden, is een machtiging van het college vereist.

• 3.

  De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de hoorcommissie, het verwerend bestuursorgaan en de belanghebbenden gezonden.

• 4.

  Naar aanleiding van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie kan de voorzitter van de hoorcommissie, al dan niet op verzoek, besluiten tot het houden van een nieuwe hoorzitting.

• 5.

  Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het vierde lid, zijn de bepalingen in deze regeling, die betrekking hebben op de hoorzitting van overeenkomstige toepassing.

Artikel 19 Raadkamer en advies

• 1.

  De hoorcommissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

• 2.

  a. De hoorcommissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • b.

    Indien bij een stemming de stemmen staken dan beslist de stem van de voorzitter.

  • c.

    Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.

• 3.

  Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

• 4.

  Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de hoorcommissie ondertekend.

Artikel 20 Uitbrengen advies

• 1.

  Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 17 en eventueel door de hoorcommissie ontvangen nadere informatie, uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

• 2.

  In het advies wordt de wettelijke termijn genoemd waarbinnen de beslissing op het bezwaarschrift genomen moet worden.

Artikel 21 Bevoegdheid

• 1.

  Het bestuursorgaan is bevoegd categories van besluiten aan te wijzen, waarbij ingediende bezwaarschriften naar zijn oordeel in aanmerking komen voor vereenvoudigde behandeling.

• 2.

  De in lid 1 bedoelde bezwaarschriften worden behandeld op de in dit hoofdstuk bepaalde wijze.

Artikel 22 Overeenkomstige toepassing

De in hoofdstuk I en II opgenomen artikelen zijn van overeenkomstige toepassing, voor zover hierna niet anders is bepaald.

Artikel 23 Samenstelling van de hoorcommissie

De hoorcommissie bestaat bij toepassing van dit hoofdstuk slechts uit een voorzitter of zijn plaatsvervanger, bijgestaan door de ambtelijk secretaris.

Artikel 24 Ambtelijk horen

• 1.

  Na overleg met de voorzitter of zijn plaatsvervanger, kan het horen van belanghebbenden betreffende de in artikel 21 bedoelde besluiten worden overgelaten aan de secretaris.

• 2.

  Artikel 18 lid 1 en lid 2 zijn niet van toepassing.

Artikel 25 Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks een verslag uit van haar werkzaamheden. Het Jaarverslag geefteen overzicht van het aantal ingekomen bezwaarschriften, de doorlooptijden van behandeling en de uitgebrachte adviezen.

Artikel 26 Bijzondere omstandigheden

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de regeling beslist het college.

Artikel 27 Overgangsbepaling

Ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze regeling, blijft het bepaalde in de Regeling inzake de behandeling van bezwaarschriften 2004, zoals vastgesteld door burgemeester en wethouders op 17 februari 2004 en de gemeenteraad op 25 maart 2004 en de burgemeester op 17 februari 2004 van kracht.

Artikel 28 Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na publicatie. Tezelfdertijd vervalt de bestaande Regeling inzake de behandeling inzake de bezwaarschriften 2004, zoals vastgesteld door burgemeester en wethouders op 17 februari 2004, de burgemeester op 17 februari 2004 en de gemeenteraad op 25 maart 2004.

• 2.

  Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling inzake de behandeling van bezwaarschriften Aalsmeer 2010.