Verordening op het godsdienst en levensbeschouwelijk onderwijs

Geldend van 10-02-1995 t/m heden

Intitulé

Verordening op het godsdienst en levensbeschouwelijk onderwijs

De raad der gemeente Albrandswaard;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 januari 1995 (voorstel nr. BZ 95/001);

 

gelet op het bepaalde in de Wet op het basisonderwijs en de Algemene wet bestuursrecht;

 

overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor de subsidiëring van godsdienst- en levensbeschouwelijk vormingsonderwijs op openbare scholen voor basisonderwijs.

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de navolgende: Verordening Subsidiëring Godsdienst- en Vormingsonderwijs. 

Artikel 1

Aan kerkelijke gemeenten, plaatselijke kerken of rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid, alsmede aan volledige rechtsbevoegdheid bezittende organisaties op geestelijke grondslag, als bedoeld in artikel 31 van de Wet op het Basisonderwijs kan een tegemoetkoming worden toegekend in de kosten van het geven van godsdienstonderwijs, dan wel levensbeschouwelijk vormingsonderwijs aan leerlingen van openbare basisscholen in Albrandswaard, te geven in de scholen. 

Artikel 2 Begripsbepaling

  • 1 Levensbeschouwelijk vormingsonderwijs: het onderricht in geestelijke en zedelijke vorming dat niet op een religie is gebaseerd.

  • 2 Godsdienstonderwijs: het onderricht in bijbelkennis

Artikel 3

Het in artikel 2 omschreven onderwijs dient, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, gegeven te worden door daartoe bevoegde leerkrachten.

Artikel 4

  • 1 De instellingen, als genoemd in artikel 1, dragen er zorg voor dat het godsdienst- of vormingsonderwijs op onderwijs­kundig verantwoorde wijze plaatsvindt.

  • 2 De met dit onderricht belaste leraren onthouden zich van het voeren van propaganda voor enig richting van onderwijs of enige kerkelijke of politieke groepering of richting. Zij gedragen zich naar de aanwijzingen van de directeur van de school en verstrekken alle verlangde inlichtingen terzake van het onderwijs.

Artikel 5

  • 1 De in artikel 1 bedoelde subsidiëring wordt slechts vereend voor lessen die regelmatig door tenminste 15 leerlingen worden gevolgd.

  • 2 Burgemeester en wethouders kunnen toestaan dat voor het bereiken van de in het eerste lid genoemde aantal leerlingen een combinatie van groepen plaatsvindt.

Artikel 6

  • 1 Per in artikel 5 aangeduide groep of combinatie van groepen wordt per week één lesuur van 45 minuten gesubsidieerd.

  • 2 Voor de berekening van het subsidiebedrag wordt uitgegaan van het salaris per 1 augustus van het te subsidiëren schooljaar van een leerkracht in het basisonderwijs in schaal/nummer 8/8 als bedoeld in de HOS-nota.

Artikel 7

Voor het verkrijgen van de subsidie dient de in artikel 1 genoemde instelling binnen 10 dagen van ieder kwartaal bij burgemeester en wethouders een door de directeur van de school voor akkoord ondertekende opgave in van elk gegeven lesuur, met vermelding van datum en groep.

Artikel 8

  • 1 Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag, van de voor subsidie in aanmerking komende instantie een voorschot verstrekken.

  • 2 Dit voorschot beloopt een bedrag dat niet hoger is dan 75% van de veronderstelde subsidie over een periode van drie maanden van het betrokken schooljaar.

Artikel 9

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 10

  • 1 Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

  • 2 Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening Subsidiëring Godsdienst- en Vormingsonderwijs.Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Albrandswaard in zijn openbare vergadering van 30 januari 1995.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Albrandswaard in zijn openbare vergadering van 30 januari 1995.De secretaris,                            De voorzitter,