Regeling vervallen per 01-01-2017

Beleidsregels ontheffing inburgeringsplicht

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2016

Intitulé

Beleidsregels ontheffing inburgeringsplicht

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ALKMAAR,

gelet op artikel 6 lid 2 onder a Wet inburgering, artikelen 2.8a en 5.5 Besluit inburgering en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

vast te stellen de volgende Beleidsregels ontheffing inburgeringsplicht

Artikel 1 begripsbepalingen

De begripsbepalingen in de Wet inburgering (hierna te noemen Wi), het Besluit inburgering en de daarop berustende regelingen, alsmede de Inburgeringsverordening zijn van toepassing op de begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt.

Artikel 2 ontheffing inburgeringsplicht evident ingeburgerden

Het college kan aan personen die menen evident ingeburgerd te zijn ontheffing verlenen van de inburgeringsverplichting. Dit verzoek dient betrokkene in het bijzijn van de inburgeringsconsulent in het Nederlands met redenen omkleed te schrijven.

Criteria voor het verlenen van ontheffing zijn:

betrokkene dient tenminste de Nederlandse taal op functioneel niveau B1 te beheren en;

betrokkene dient economisch zelfstandig te zijn of kortgeleden zijn geweest dan wel aantoonbaar maatschappelijke participeren.

Artikel 3 ontheffing inburgeringsplicht door onvoldoende leervermogen na aantoonbare inspanning.

Het college kan op verzoek ontheffing van de inburgeringsplicht verlenen aan een inburgeringsplichtige voor wie het een onmogelijke opgave is het inburgeringsexamen te halen.

Criteria voor het verlenen van ontheffing zijn:

betrokkene dient tenminste 12 maanden aan het inburgeringstraject te hebben deelgenomen en;

het opleidingsinstituut verklaart dat betrokkene ondanks aantoonbare inspanningen daartoe, het inburgeringsexamen niet zal halen en;

het opleidingsinstituut verklaart dat op betrokkene een aanwezigheidspercentage van minimaal 80% van toepassing is.

Artikel 4 hardheidsclausule

In die gevallen waarin een ontheffing wordt gevraagd en deze ontheffing op basis van de gestelde criteria niet kan worden verleend, kan het college gemotiveerd en bij uitzondering alsnog een ontheffing verlenen.

Artikel 5 inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2011.

Vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van 14 juni 2011.

Bekend gemaakt in de Officiële Mededelingen van het Alkmaars Nieuwsblad van 29 juni 2011.

Toelichting op de beleidsregels

Artikel 2 ontheffing inburgeringsplicht evident ingeburgerden

Een deel van de inburgeringsplichtigen meent goed te zijn ingeburgerd. Indien de potentieel inburgeringsplichtige tijdens het intakegesprek aangeeft zich voldoende ingeburgerd te voelen, maar dat niet kan aantonen met vereiste documenten (zoals opleidingsniveau) dan kan hij tijdens het intakegesprek een schriftelijk verzoek indienen voor een ontheffing van de inburgeringsplicht.

Naar aanleiding van het verzoek voert de gemeente, dan wel de daartoe gemandateerde, een gesprek met de inburgeraar. Op basis van dat gesprek zal worden nagegaan of de inburgeraar voldoet aan de criteria.

Bij de punten economische zelfstandigheid en maatschappelijke participatie gelden de volgende richtlijnen. Als regel wordt aangehouden dat indien iemand werkloos is ten tijde van het ingediende ontheffingsverzoek, de periode zonder werk moet liggen tussen de 6 maanden en 3 jaar. De bandbreedte moet worden gezien in de samenhang met de duur dat iemand vóór de periode dat hij/zij werkloos werd, gewerkt heeft. Hoe langer iemand gewerkt heeft hoe langer ook de werkloosheidsperiode mag zijn om toch in aanmerking te komen voor een ontheffing.

Bij aantoonbaar participeren wordt een periode van tenminste een half jaar aangehouden, waarbij ook geldt de aard van de participatieactiviteiten.

In beide gevallen is maatwerk geboden, waarbij onderbouwd kan worden afgeweken van genoemde periodes.

Artikel 3 ontheffing op grond van onvoldoende leervermogen na aantoonbare inspanning

Het college heeft de bevoegdheid om iemand ontheffing te verlenen van de inburgeringsplicht, als de inburgeringsplichtige gedurende een langere periode aantoonbare inspanningen heeft verricht om het inburgeringsexamen te halen, maar daar niet in slaagt.

Criteria waaraan voldaan moet worden zijn in dit artikel opgenomen.

Er dient sprake te zijn van daadwerkelijk aantoonbare geleverde inspanningen. Daarbij is van belang dat de inburgeringsplichtige optimaal gebruik heeft gemaakt van de kansen die hem of haar worden aangeboden.

Op basis van het verzoek tot ontheffing wordt een onderzoek ingesteld door de gemeente dan wel de daartoe gemandateerde. Daarbij wordt de uitvoerder van het inburgeringstraject advies gevraagd over de kansen van de verzoeker tot het behalen van het inburgeringsexamen op basis van de inspanningen tot dat moment. Dat advies sluit met één van de volgende conclusies:

de klant kan met inspanning het inburgeringsexamen behalen.

het is niet helemaal duidelijk of de klant met inspanning het inburgeringsexamen kan behalen;

de klant zit met zijn mogelijkheden aan zijn plafond. Ook met veel inspanning is het niet te verwachten dat de klant het inburgeringsexamen kan behalen.

Indien advies 3 aan de orde is, wordt op basis van de aanwezigheidspercentage (te leveren door de uitvoerder van het inburgeringstraject) beoordeeld of de verzoeker zich voldoende heeft ingespannen om het examen wel te behalen. Daarbij dient dat percentage hoger te liggen dan 80%.

Op basis van de informatie van het de uitvoerder van het inburgeringstraject wordt beslist of de verzoeker in aanmerking komt voor een vrijstelling van de inburgeringsplicht.

Indien advies 2 aan de orde is, wordt in eerste instantie nog geen vrijstelling verleend maar wordt een verdere inspanning afgewacht. Als de klant, ondanks de nodige inspanning tot tweemaal toe het examen niet heeft behaald dan wordt alsnog vrijstelling van inburgeren verleend.

Artikel 4 Hardheidsclausule

Uiteraard is er altijd een mogelijkheid tot individualiseren. Wanneer er dringende redenen is om af te wijken van de genoemde criteria om voor ontheffing in aanmerking te komen, dan zal in alle gevallen een gemotiveerde rapportage moeten worden gemaakt waarom er een noodzaak is om te individualiseren.