Regeling vervallen per 27-10-2016

Handhavingsarrangement Hinder op openbaar water

Geldend van 04-07-2012 t/m 26-10-2016

Intitulé

Handhavingsarrangement Hinder op openbaar water

Handhavingsarrangement Hinder op openbaar water

Inleiding

Voor u ligt het handhavingsarrangement Hinder op openbaar water. Dit arrangement betreft het door de gemeente te voeren beleid ten aanzien van hinder op openbaar water. Het laat zien hoe en wanneer gemeente en politie zullen optreden tegen hinder op openbaar water.

Dit arrangement is een gevolg van de wijziging van de Algemene plaatselijke verordening, de inwerkingtreding van de Verordening openbaar water evenals het Verkeersbesluit snelheidsbeperking bij gemeente in beheer zijnde wateren, gebaseerd op de Scheepvaartverkeerswet, het Binnenvaartpolitiereglement en het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer.

De gemeente en de politie pakken de hinder op het water samen aan.

De wijze en frequentie van het toezicht op de naleving van deze verordeningen c.q. dit besluit is dan ook in overleg tussen gemeente en politie tot stand gekomen.

Indien bij het toezicht overtredingen worden geconstateerd, wordt gehandeld overeenkomstig de beleidsregels in dit arrangement.

Het arrangement richt zich op met name drie vormen van hinder t.w.

- te snel varen;

- geluidhinder;

- hinderlijk drankgebruik.

Taken en bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders (burgemeester) is primair bevoegd tot handhaving, vergunningverlening dan wel het verstrekken van een ontheffing op grond van de bepalingen uit de Algemene plaatselijke verordening (Apv).

Op grond van het Binnenvaartpolitiereglement (BPR) is het college bevoegd te besluiten de vaarsnelheid te beperken. Het college heeft daartoe het Verkeersbesluit snelheidsbeperking bij gemeente in beheer zijnde wateren genomen waarin de vaarsnelheid is beperkt tot 6 km per uur.

Het college van burgemeester en wethouders is het bevoegde orgaan op het gebied van de Scheepvaartverkeerswet (Svw) voor wat betreft scheepvaartverkeerswegen.

Het toezicht op de naleving van de Apv wordt uitgevoerd door de toezichthouders/opsporingsambtenaren van de afdeling Stadstoezicht en de politie.

Opsporingsambtenaren van de afdeling Stadstoezicht hebben geen bevoegdheid t.a.v. het Binnenvaartpolitiereglement en de Scheepvaartverkeerswet omdat deze bevoegdheid niet valt onder de bevoegdheden van domein 1, te weten openbare ruimte, maar onder die van domein 2, milieu.1 De politie heeft alle handhavingsbevoegdheden.

Soorten hinder

Regelgeving

Bevoegd orgaan

Uitvoering handhaving

Te snel varen

Binnenvaartpolitiereglement c.q. Verkeersbesluit snelheidsbeperking bij gemeente in beheer zijnde wateren

College van B&W

Politie/Waterpolitie ((hoofd)vaarwegen)

Geluidhinder

Algemene plaatselijke verordening (art. 4.1.6 eerste lid Apv)

College van B&W

Stadstoezicht/Politie

Hinderlijk drankgebruik

Algemene plaatselijke verordening (art. 2.4.8 Apv)

College van B&W

Stadstoezicht/Politie

 

Artikel 27 Scheepvaartverkeerswet

 

Waterpolitie (hoofdvaarwegen)

Uitgangspunten

Hinder te snel varen:

Niets is zo lekker als met mooi weer het water op te gaan! Helaas kan dit gepaard gaan met hinder door snelle en lawaaimakende bootjes. Tijdens het broedseizoen worden de vogels gestoord. Daarnaast hebben de oevers en beschoeiingen veel te lijden onder de golfslag van hard varende boten. Het handhaven op deze hinder veroorzakende bootjes is geen taak van de gemeente, maar van de politie. Aangezien het broedseizoen in beginsel loopt van half maart tot half juli wordt voorgesteld met name gedurende deze periode extra op handhaving in te zetten.

Het Binnenvaartpolitiereglement geldt voor bijna alle Nederlandse binnenwateren.

De politie controleert en handhaaft op alle feiten uit het Binnenvaartpolitiereglement (BPR). De belangrijkste regels op een rijtje:

•de maximum vaarsnelheid bedraagt 6 km/u. (Verkeersbesluit snelheidsbeperking bij gemeente in beheer zijnde wateren);

•afmeren in het oevergewas is niet toegestaan;

•water- en jetskiën is niet toegestaan.

Geluidhinder:

Ingevolge artikel 4.1.6, eerste lid van de Apv is het verboden buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer of het Besluit, toestellen of (geluids)apparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten op een zodanige wijze dat voor een omwonende of voor de omgeving (geluid)hinder wordt veroorzaakt.

Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, is het verboden na 22.00 uur op of aan het openbaar water elektronisch versterkte muziek dan wel mechanische muziek ten gehore te brengen, aldus het tweede lid van artikel 4.1.6 Apv.

Het college kan van deze verboden ontheffing verlenen.

In de toelichting op dit artikel wordt aangegeven dat het gaat om de vormen van geluidhinder waarin de andere regelingen niet voorzien. Onder andere valt te denken aan: het door middel van luidsprekers reclame maken, muziek maken of mededelingen doen, het gebruik van diverse geluidproducerende recreatietoestellen etc. Met elektronische versterkte muziek (livemuziek) wordt bedoeld: muziekinstrumenten die door middel van geluidsversterkers versterkt worden weergegeven. Met mechanische muziek wordt bedoeld: geluidsapparatuur, zoals radio’s, cd-speler.

Allereerst moet daarbij bepaald worden wat onder geluidhinder wordt verstaan. Als algemene norm wordt gehanteerd: geluidsoverlast van meer dan geringe betekenis vanaf het dichtstbijzijnde pand (woning/bedrijfspand) in een straal van 10 meter vanaf de geluidsbron.

Een ontheffing van deze verbodsbepaling kan worden verstrekt in geval van evenementen en wedstrijden op het water.

Hinderlijk drankgebruik:

Op grond van artikel 2.4.8 Apv is het verboden op een openbare plaats dan wel openbaar water alcoholhoudende drank te nuttigen of aangebroken flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich te hebben, indien dit gepaard gaat met gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- en leefklimaat aantasten of anderszins overlast veroorzaken. Het verbod geldt niet voor zover het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien in artikel 27 van de Scheepvaartverkeerswet.2

Toezicht- en sanctiestrategie

Toezichtstrategie

De toezichtstrategie geeft aan op welke wijze toezicht zal plaats vinden en wat de basiswerkwijze daarbij is. Bij toezicht kan onderscheid worden gemaakt tussen actief toezicht en passief toezicht. Actief toezicht vindt planmatig plaats en komt tot uiting in routinematig toezicht en projectmatig toezicht. Passief toezicht wordt ook wel ad hoc toezicht genoemd en vindt plaats naar aanleiding van klachten, meldingen en handhavingsverzoeken.

Beide soorten toezicht zullen als volgt plaats vinden:

  • 1.

    Structureel: via een aantal gerichte, gecombineerde acties, met name tijdens broedseizoen. Hierover worden nadere afspraken gemaakt tussen de politie en de afdeling Stadstoezicht van de gemeente.

  • 2.

    Structureel/incidenteel: in het toeristisch seizoen wordt er, bij mooi weer, intensiever gecontroleerd.

  • 3.

    Incidenteel: specifieke handhavingsacties naar aanleiding van klachten, meldingen en handhavingsverzoeken.

Sanctiestrategie:

Er zijn verschillende instrumenten die ingezet kunnen worden bij handhaving van de regels. Het voorkomen van overtredingen is vele malen doelmatiger voor gemeente en overtreder dan het ongedaan moeten maken van de overtreding. Daarom dient primair het instrument gericht op informeren te worden ingezet. Dit betekent dat via informatieverstrekking (via internet en de stadskrant) geïnformeerd kan worden over de (nieuwe) regels die er zijn en hoe er wordt opgetreden bij overtredingen.

Indien, ondanks de inzet van het instrument informeren, blijkt dat er toch overtredingen plaats vinden, dienen er maatregelen te worden genomen om de overtreding te herstellen/beëindigen of ongewenst gedrag te bestraffen, het sanctie-instrument.

Onderstaande sanctiestrategie wordt gehanteerd bij de verschillende vormen van hinder.

Soorten hinder

Maatregel die wordt opgelegd bij overtreding

Te snel varen (Bpr en Verkeersbesluit)

Er zal een politiestrafbeschikking worden gegeven dan wel een kennisgeving van bekeuring bij excessieve snelheidsovertredingen. De hoogte van de sanctie is afhankelijk van de geconstateerde snelheidsovertreding (zie bijlage). Bij herhaalde overtreding kan de politie het vaartuig in beslag nemen.

Geluidhinder (Apv)

Er zal een bestuurlijke strafbeschikking worden gegeven. Indien blijkt dat dit middel tot onvoldoende resultaat leidt, wordt, bij herhaling van de overtreding, een last onder bestuursdwang opgelegd, zodat dit uiteindelijk evt. kan leiden tot inbeslagname van de apparatuur.

Hinderlijk drankgebruik (Apv)

Er zal een kennisgeving van bekeuring worden gegeven waarna de officier van justitie een bestuurlijke strafbeschikking kan opleggen en daarbij zelf het tarief kan bepalen.

Bij geconstateerde overtredingen zal een politiestrafbeschikking/kennisgeving van bekeuring bij excessief hoge snelheden (te snel varen) dan wel een bestuurlijke strafbeschikking (geluidhinder) of kennisgeving van bekeuring (hinderlijk drankgebruik) worden gegeven. De bestuurlijke strafbeschikking heeft de voorkeur boven bestuursrechtelijk optreden in het kader van het "lik op stuk"-beleid. Slechts indien de bestuurlijke strafbeschikking voor wat betreft geluidhinder in de praktijk tot onvoldoende resultaat leidt, kan tot bestuursrechtelijk optreden, t.w. een last onder bestuursdwang, worden overgegaan.

Binnen de strafbeschikking kan niet gewerkt worden met een combinatie van feiten. Als een verdachte meer strafbare feiten heeft gepleegd moet er voor ieder feit apart een strafbeschikking worden aangekondigd. Om te zorgen dat een verdachte niet onredelijk veel sancties opgelegd krijgt, mogen per gebeurtenis tegen de verdachte/betrokkene voor ten hoogste drie overtredingen of gedragingen strafbeschikkingen worden uitgevaardigd (maximaal dus 3 combibonnen (= 3 feitcodes) per feitencomplex).

Bijlage:

Uit: Feitenboekje parkeren en overlast en Feitenboekje

Feitnummer

Omschrijving en toelichting

1

2

3

4

5

6

7

8

 

 

 

 

 

 

 

 

 

een ieder

p H 205

veroorzaken van geluidhinder voor een omwonende/de omgeving (Pl.V) als particulier gepleegd

 

 

 

 

 

 

 

120

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

* F 121c

op of aan de weg, op het openbaar water of in een voor het publiek toegankelijk gebouw, alcoholhoudende drank nuttigen terwijl dit gepaard gaat met gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- en leefklimaat aantasten, of anderszins overlast veroorzaken

 

 

 

 

 

 

 

*

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

als schipper van een klein schip de toegestane snelheid overschrijden met verkeersteken B6 of bekendmaking met zelfde strekking

gezagvoerder / schipper

 

 

 

 

 

 

 

p W 075 a

- tot 6 km/h

85

 

 

 

 

 

 

 

p W 075 b

- 6 tot 15 km/h

120

 

 

 

 

 

 

 

p W 075 c

- 15 tot 25 km/h

190

 

 

 

 

 

 

 

* W 075 d

- 25 tot 35 km/h

*

 

 

 

 

 

 

 

* W 075 e

- 35 tot 45 km/h

*

 

 

 

 

 

 

 

* W 075 f

- 45 km/h of meer

*

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1 – Mulderfeiten (gedragingen)

Deze feiten worden overeenkomstig de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wet Mulder) afgehandeld. Voor de feitcode is in deze gevallen de letter m geplaatst.

2 – Politietransigabele feiten/politiestrafbeschikking (p-feiten)

Voor de feitcode is in deze gevallen de letter p geplaatst. De politietransigabele feiten worden overeenkomstig het Transactiebesluit 1994 afgehandeld. De politiestrafbeschikking, wordt afgehandeld op grond van het Besluit OM-afdoening. Over de strafbeschikking leest u meer onder punt 4.

3 – Overige feiten (OM feiten)

Voor deze feiten kan door de politie geen sanctie worden opgelegd. Deze feiten kunnen grotendeels door middel van een mini proces-verbaal worden afgedaan.

In deze gevallen is voor de feitcode een * (asterisk) geplaatst. In de kolommen waar de tarieven worden weergegeven is voor iedere categorie waarop dit feit betrekking heeft, een * geplaatst.

(Noot 4 In geval van een OM-strafbeschikking, vermeldt u dat het gaat om een kennisgeving van bekeuring. Het tarief wordt door de officier van justitie bepaald.

Deze bepaalt tevens of de zaak in aanmerking komt voor een strafbeschikking of dat hij overgaat tot dagvaarden. Over de strafbeschikking leest u meer onder punt 4.)

4 – De Strafbeschikking

De strafbeschikking is een relatief nieuwe strafmodaliteit. Anders dan de transactie moet het uitvaardigen van de strafbeschikking worden aangemerkt als een daad van vervolging. De OM-strafbeschikking wordt gefaseerd ingevoerd en treedt in de plaats van de OM-transactie.

Voetnoten

1

Het pakket aan bevoegdheden van de boa openbare ruimte is gericht op handhaving van het lokale veiligheidbeleid door de aanpak van overlast en kleine ergernissen binnen de openbare ruimte. De boa milieu en welzijn is in hoofdzaak gericht op de opsporing van (economische) milieudelicten. Bron: Circulaire boa

2

Ingevolge artikel 27, eerst en tweede lid, van de Scheepvaartverkeerswet is het verboden een schip te voeren of te sturen na gebruik van alcoholhoudende drank zodanig dat het alcoholgehalte van de adem bij een onderzoek hoger is dan 220 microgr. alcohol/liter uitgeademde lucht of het alcoholgehalte van het bloed hoger is dan 0,5 mg alcohol/ml bloed. Op grond van het derde lid is het degene die op een scheepvaartweg een varend klein schip voert of stuurt verboden dit te doen terwijl hij verkeert in een toestand als omschreven in het eerste of tweede lid en het verkeer belemmert of dreigt te belemmeren.