Regeling vervallen per 01-01-2015

Besluit mandaat, machtiging en volmacht

Geldend van 01-04-2013 t/m 31-12-2014

Intitulé

Besluit mandaat, machtiging en volmacht

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Alkmaar;

gelet op de wettelijke voorschriften, in het bijzonder afdeling 10.1. 1 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 168 en 171 van de Gemeentewet en titel 3 van boek 3 van het Burgerlijk Wetboek;

besluit:

vast te stellen het navolgende Besluit mandaat, machtiging en volmacht

Artikel 1. Mandaat, machtiging en volmacht

  • 1.

    Aan de wethouders en de medewerkers van de gemeente Alkmaar wordt mandaat verleend tot het namens en onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester nemen van besluiten en het ondertekenen van die besluiten ter uitoefening van de bevoegdheden zoals vermeld in dit besluit en het bij dit besluit behorende Bevoegdhedenregister, onder de vermelde beperkingen.

  • 2.

    Waar in dit besluit wordt gesproken over mandaat, dient, tenzij anders is bepaald, daaronder tevens te worden begrepen machtiging en volmacht.

  • 3.

    Voor zover van toepassing, omvat de bevoegdheid om krachtens mandaat besluiten te nemen, tevens de bevoegdheid tot het stellen van voorschriften en beperkingen en het verrichten van voorbereidings- en uitvoeringshandelingen.

  • 4.

    De gemandateerden zijn bevoegd ondermandaat te verlenen, tenzij in het bevoegdhedenregister anders is bepaald. In het bevoegdhedenregister wordt vermeld aan welke functionaris ondermandaat is verleend.

  • 5.

    Ondermandaat aan niet-ondergeschikten is niet toegestaan.

  • 6.

    Het is functionarissen, aan wie ondermandaat is verleend, niet toegestaan de hen toegekende bevoegdheden door te mandateren.

Artikel 2. Plaatsvervangingsregeling ambtelijk apparaat

In geval van afwezigheid geldt onderstaande plaatsvervangingsregeling, met dien verstande dat deze regeling de regels ten aanzien van de financiële bevoegdheden (budgethoudersregeling) onverlet laat:

  • a.

    directeuren vervangen de Algemeen Directeur in dezelfde rangorde als het college heeft vastgesteld voor de vervanging van de gemeentesecretaris;

  • b.

    de Algemeen Directeur vervangt de overige directeuren tenzij de Algemeen Directeur op andere wijze in vervanging voorziet;

  • c.

    netwerkmanagers, programma- en (interim) projectmanagers worden vervangen door de directeur op wiens taakgebied zij werkzaam zijn tenzij de desbetreffende directeur op andere wijze in vervanging voorziet;

  • d.

    unitmanagers worden vervangen door een andere - zo mogelijk in hun organisatieonderdeel werkzame - unitmanager;

  • e.

    medewerkers worden vervangen door hun unitmanager, tenzij de unitmanager op andere wijze in vervanging voorziet.

Artikel 3. Ondertekeningsbevoegdheid

Het mandaat omvat de bevoegdheid tot ondertekening van de besluiten namens het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester tenzij in het Bevoegdhedenregister anders is vermeld.

Artikel 4 Reikwijdte bestuurlijk mandaat, beperkingen, plaatsvervanging

  • 1.

    Aan de wethouder wordt mandaat verleend van alle in het Bevoegdhedenregister vermelde bevoegdheden, voor zover het een aangelegenheid betreft die tot zijn portefeuille behoort.

  • 2.

    Het mandaat heeft geen betrekking op de volgende aangelegenheden:

    • a.

      de afdoening en ondertekening van stukken die zijn gericht aan de gemeenteraad;

    • b.

      vaststelling of wijziging van de hoofdlijnen van het gemeentelijk beleid;

    • c.

      het beslissen op bezwaarschriften waarover de externe commissie bezwaarschriften heeft geadviseerd;

    • d.

      behandelen van klachten in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover de klacht gericht is tegen een gedraging van een lid van het college van burgemeester en wethouders, de gemeentesecretaris of een directeur;

    • e.

      indien er gemeentelijk beleid is vastgesteld voor de desbetreffende aangelegenheid en het besluit een afwijking hiervan impliceert;

    • f.

      in geval de beslissing zou kunnen leiden tot overschrijding van beschikbare budgetten of begrotingsposten;

    • g.

      de gemandateerde een persoonlijk belang heeft bij het uitoefenen van de bevoegdheid;

    • h.

      besluiten aangaande strategische en/of anticiperende aan- en/of verkopen van onroerende zaken;

    • i.

      huur- en pachtovereenkomsten of de vestiging van zakelijke rechten, waarvan de financiële gevolgen groter dan zijn € 5.000.000.

  • 3.

    Wethouders kunnen alleen door hun vaste vervanger worden vervangen.

Artikel 5. Reikwijdte ambtelijk mandaat

  • 1.

    Aan de medewerkers wordt mandaat verleend voor zover dit in het Bevoegdhedenregister wordt bepaald.

  • 2.

    Aan de directeuren (niet zijnde de Algemeen Directeur) wordt mandaat verleend van alle in het Bevoegdhedenregister vermelde bevoegdheden voor zover het een aangelegenheid betreft die tot zijn takenpakket behoort.

  • 3.

    Het mandaat van de Algemeen Directeur/gemeentesecretaris betreft alle in het Bevoegdhedenregister opgenomen bevoegdheden.

Artikel 6. Beperkingen ambtelijk mandaat

In de volgende situaties is de gemandateerde niet bevoegd tot het nemen van besluiten als vermeld in het Bevoegdhedenregister:

  • a.

    indien het betreft de in het artikel, 4, tweede lid bedoelde aangelegenheden;

  • b.

    advies van een ander organisatieonderdeel voorgeschreven is en dit advies en het eigen standpunt niet tot dezelfde conclusie leiden;

  • c.

    het college, een lid daarvan of een leidinggevende van de (onder-)gemandateerde te kennen geeft het voorstel aan het college van burgemeester en wethouders ter besluitvorming te willen voorleggen.

Artikel 7. Informatieverstrekking

Het bestuursorgaan kan zich door gemandateerden laten informeren over de krachtens (onder-)mandaat genomen besluiten.

Artikel 8. Wijze van ondertekening

1. De krachtens (onder-)mandaat genomen besluiten en overige stukken worden als volgt ondertekend:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar,

Namens deze,

Functie

(handtekening en naam);

dan wel:

De burgemeester van de gemeente Alkmaar,

Namens deze,

Functie

(handtekening en naam).

2. Indien uitsluitend gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid tot ondertekening (ondertekeningsmandaat), wordt voorafgaand aan de ondertekening vermeld:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar,

Namens deze getekend door

Functie

(handtekening en naam);

dan wel:

De burgemeester van de gemeente Alkmaar,

Namens deze getekend door.

Functie

(handtekening en naam).

Artikel 9. Slotbepaling

  • 1.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat, machtiging en volmacht.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op 1 april 2013.

Ondertekening

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Alkmaar
Hoogachtend,
Het college van burgemeester en wethouders,
P.M. Bruinooge, burgemeester
ir. J.A.M. Krieckaert, waarnemend secretaris.

Toelichting op het Besluit mandaat, machtiging en volmacht

1. Inleiding

In dit besluit verlenen het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester mandaat, machtiging of volmacht {hierna samengevat met het woord mandaat) voor de uitoefening van (een deel van) hun bevoegdheden. In het Bevoegdhedenregister zijn alle concrete bevoegdheden vermeld die gemandateerd worden evenals de functionarissen die bevoegd zijn om namens het college van burgemeester en wethouders of namens de burgemeester besluiten te nemen of te ondertekenen, dan wel bepaalde rechts- of feitelijke handelingen te verrichten.

Het Bevoegdhedenregister is onderverdeeld in twee hoofdcategorieën: in deel I staan alle standaardbevoegdheden vermeld, in deel II de bijzondere bevoegdheden. In het Besluit mandaat, volmacht en machtiging is bepaald dat wethouders en directeuren gemandateerd zijn voor alle, in het register voorkomende bevoegdheden, daarom is ervan afgezien om deze gemandateerden bij alle bevoegdheden te vermelden. Zij zullen met name de standaardbevoegdheden in de regel niet zelf uitoefenen. Deze bevoegdheden zijn ook aan de unitmanagers gemandateerd, die, net als de andere gemandateerden, de bevoegdheid hebben tot ondermandaat. De door de gemandateerden genomen ondermandaatbesluiten worden zoveel mogelijk in het register geregistreerd zodat transparant is wie waartoe bevoegd is.

2. Mandaat

Mandaat is de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen. De meest frequent voorkomende vorm is dat het college van b & ween bevoegdheid (b.v. verlenen vergunning) mandateert aan een ambtenaar. Daarnaast kan een wethouder door het college gemandateerd worden en kan de burgemeester zijn burgemeesterlijke bevoegdheden mandateren. Minder gebruikelijk is mandaat aan niet-ondergeschikten maar het komt voor. Deze zijn in het register opgenomen in de paragraaf 'externen'. Een niet-ondergeschikte dient met een mandaatverlening overigens in te stemmen.

Het bestuursorgaan dal mandaat verleent blijft volledig verantwoordelijk voor de genomen besluiten. Tegen bijvoorbeeld een weigering van een subsidie door ambtenaar kan dan ook bezwaar gemaakt worden bij het college van burgemeester en wethouders.

Bij mandaat gaat het om vertrouwen. Het mandaterende bestuursorgaan moet ervan uit kunnen gaan dat een besluit wordt genomen dat het orgaan zelf ook zou hebben genomen. Bij mandaat moet een gemandateerde de beslissing neerleggen bij het bestuur als er met een zaak iets aan de hand is dat voor het bestuur van betekenis is of kan worden. Een dergelijke houding past bij mandatering omdat het bestuur verantwoordelijk blijft voor de genomen beslissing.

De mandaatgever mag de bevoegdheid altijd zelf blijven uitoefenen en tussentijds algemene en bijzondere richtlijnen geven. De mandaatgever kan toestaan dat ondermandaat wordt verleend.

3. Reikwijdte mandaat-, volmacht of machtigingverlening, onderscheid met feitelijk handelen

  • 1.

    Het mandaat strekt niet verder dan de uitoefening van bevoegdheden die tot het takenpakket/werkterrein van de gemandateerden behoren. Het mandaat omvat naast het nemen van besluiten in enge zin mede de bevoegdheid tot

    • -

      het nemen van alle voorbereidende besluiten c.q. ontwerpbesluiten;

    • -

      het uitreiken van een gespecificeerd bewijs van ontvangst e.d.;

    • -

      het vaststellen van formulieren voor het indienen van aanvragen e.d.;

    • -

      verdagen en/of uitstellen;

    • -

      verzoeken om aanvullende informatie;

    • -

      het voeren van correspondentie, die direct te maken heeft met de opgedragen taken;

    • -

      het stellen van nadere voorwaarden;

    • -

      het toekennen van bedragen in termijnen;

    • -

      het toekennen van voorschotten;

    • -

      het afleggen van verantwoording aan het rijk;

    • -

      het bekend maken van besluiten/beschikkingen, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

    • -

      het toezenden van besluiten/beschikkingen, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

    • -

      alle andere besluiten die genomen moeten worden en alle andere handelingen die moeten worden verricht binnen het kader van de uitvoering van de verleende bevoegdheid.

  • 2.

    Correspondentie in het kader van de voorbereiding en/of uitvoering van door het gemeentebestuur te nemen/genomen besluiten, kortom alle gewone correspondentie die geen rechtsgevolgen heeft, kan de medewerker zelf, al dan niet namens het college ondertekenen. Tevens is de ambtenaar bevoegd tot algemene voorbereidingshandelingen die geen besluit opleveren. Dit is inherent aan de uitoefening van de functie van de betreffende ambtenaar.

  • Onder algemene correspondentie en algemene handelingen wordt bijvoorbeeld verstaan:

    • -

      het schriftelijk verstrekken en toezenden van gegevens en informatie;

    • -

      het opvragen van inlichtingen, bescheiden en kosteloze adviezen aan derden;

    • -

      het versturen van uitnodigingen voor een hoorzitting;

    • -

      het horen van belanghebbenden tijdens een hoorzitting;

    • -

      kennisgeving ter inzage legging besluit/aanvraag;

    • -

      het uitreiken van een algemeen bewijs van ontvangst;

    • -

      het toezenden/doorzenden van besluiten/beschikkingen aan instanties, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

    • -

      het bekend maken van besluiten;

    • -

      verzoeken om aanvullende informatie;

    • -

      geven van algemene infomiatie, geen besluiten zijnde;

    • -

      uitvoeren van de doorzendplicht.

  • 3.

    Waar volmacht is verleend tot het besluiten en verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling aan een volmachtontvanger wordt daarmee ook de bevoegdheid verleend tot bewaking van uitvoering van die rechtshandeling, waartoe worden gerekend ingebrekestelling, ontbinding, vorderen van nakoming, opzegging van een overeenkomst en alle andere besluiten, die hiermee verband (kunnen) houden,

  • 4.

    Bij de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld In het register, wordt het op dat gebied gestelde bij of krachtens wetten, besluiten, verordeningen, regelingen, aanwijzingen en richtlijnen, hoe ook genaamd, van Europese, rijks, provinciale en gemeentelijke wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.

  • 5.

    De (onder-) gemandateerde of diens direct leidinggevende legt een voorgenomen besluit in elk geval aan het college voor in de artikelen 4 en 6 genoemde gevallen.

  • Het spreekt vanzelf dat de gemandateerden prudent met hun bevoegdheden omgaan en dat zij bepaalde zaken, ook als aan de formele voorwaarden is voldaan, toch aan het college dienen voor te leggen. Te denken valt aan politiek-bestuurlijk gevoelige zaken, omstreden kwesties, kwesties waarbij andere overheden betrokken zijn e.d.. Bij twijfel kan hierover overlegd worden met de portefeuillehouder(s).

4. Indeling Bevoegdhedenregister

Deel 1 van Bevoegdhedenregister bevat een overzicht van alle verleende standaardmandaten en ondermandaten. Dat ook aan de wethouders en directeuren deze bevoegdheden zijn gemandateerd bepaald in artikel 4 en 5 van dit besluit.

Deel II bevat de "bijzondere bevoegdheden" (incl. de P&O mandaten). Deze zijn In de meeste gevallen gemandateerd aan de directeuren (en wethouders), voor zover het hun takenpakket betreft. Aan de Algemeen Directeur zijn alle bevoegdheden gemandateerd, gelet op zijn positie als eindverantwoordelijke voor het ambtenarenapparaat. In dit deel worden de bevoegdheden bij de directeuren gelegd. Zij kunnen in het kader van de opdrachten die zij aan het ambtelijk apparaat verlenen, ondermandaat verlenen van deze bevoegdheden. Dit ondermandaat kan tijdelijk of permanent zijn en kan al dan niet gepaard gaan met toekenning van budgetverantwoordelijkheid. De opdrachten zullen geregistreerd worden in een digitaal opdrachtenregister waaruit in één oogopslag blijkt wie welke opdracht aan het uitvoeren is, wie de opdrachtgever is en welke bevoegdheden en budgetten de opdrachtnemer zijn toegekend.

Deel III bevat een overzicht van de aan externen verleende bevoegdheden.

Onderdeel 1 van het Bevoegdhedenregister is als volgt ingedeeld. Het begint met een algemeen deel waarin bevoegdheden zijn opgenomen die aan het hele management worden gemandateerd (beslissen op WOB-verzoeken e.d.). Vervolgens volgen per organisatorische eenheid de bevoegdheden die alleen aan die eenheid ter uitvoering van zijn taken zijn gemandateerd. De kaders waarbinnen van het mandaat en ondermandaat gebruik mag worden gemaakt, zijn vastgelegd in dit besluit. De ondermandaten zullen ook worden vermeld in het register, om een volledig beeld te hebben welke functionaris welke bevoegdheid in mandaat uitoefent. Ook de machtigingen en volmachten zijn in het register opgenomen.