Regeling vervallen per 25-06-2019

Verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo 2010

Geldend van 10-02-2010 t/m 24-06-2019

Intitulé

Verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo 2010

Gemeenteblad van Almelo

Geldende tekst

regelingnummer: 2384

Nr. 23

Raadsbesluit van 9 februari 2010, houdende vaststelling van de verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo 2010.

Paragraaf 1

BEGRIPSBEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • A.

    Rekenkamercommissie: de commissie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering daarvan;

  • B.

    doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt mogelijk inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;

  • C.

    doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken;

  • D.

    intern lid: een lid van de Rekenkamercommissie dat op basis van artikel 2.2, eerste lid onder A door de raad uit zijn midden is aangewezen;

  • E.

    extern lid: een lid van de Rekenkamercommissie dat op basis van artikel 2.2, eerste lid onder Cdoor de raad van buiten de kring van zijn leden is aangewezen.

Paragraaf 2

TAAK SAMENSTELLING EN LIDMAATSCHAP VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 2.1 Taak van de commissie

  • 1.

    Er is een gemeentelijke Rekenkamercommissie.

  • 2.

    De Rekenkamercommissie voert onderzoek uit naar de (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid en naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gemeentelijke beleid, van het gemeentelijke beheer en van de gemeentelijke organisatie, naar de rechtmatigheid van het gemeentelijk beheer, alsmede naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

Artikel 2.2 Samenstelling Rekenkamercommissie

  • 1.

    De Rekenkamercommissie bestaat uit 8 leden die door de raad op de volgende wijze worden benoemd:

    • A.

      drie leden worden op voordracht van het presidium door de raad uit zijn midden benoemd voor een periode die gelijk is aan de zittingsduur van de zittende gemeenteraad;

    • B.

      deze drie raadsleden hebben een adviserende rol binnen de Rekenkamer Commissie Almelo en beschikken over volledige bevoegdheid om mee te beslissen;

    • C.

      vijf leden worden door de raad van buiten zijn kring van zijn leden benoemd op voordracht van het presidium voor een periode van 4 jaar; deze leden kunnen door de raad op voordracht van de Rekenkamercommissie een keer worden herbenoemd voor een gelijke periode.

    • D.

      deze vijf leden van buiten de kring van de raad hebben binnen de Rekenkamer Commissie Almelo de rol van onderzoeker en beschikken over volledige bevoegdheid om mee te beslissen.

  • 2.

    De leden zoals bedoeld in het vorige lid sub C leggen, alvorens zij hun functie kunnen uitoefenen, in een vergadering van de raad in de handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring en belofte) af:

“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de Rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd.

Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen.

Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de Rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig! of: Dat verklaar en beloof ik!”

3.De Rekenkamercommissie wijst uit de leden genoemd in lid 1 sub C een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter aan. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de Rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. Hij voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met de ambtelijk secretaris.

Artikel 2.3 Besluitvorming in de Rekenkamercommissie

  • 1.

    In vergaderingen van de Rekenkamercommissie wordt besloten bij meerderheid van stemmen, waarbij ieder lid één stem heeft.

  • 2.

    Interne leden stemmen en nemen standpunten in zonder last of ruggespraak met de raad of hun fractie.

  • 3.

    Als de stemmen staken, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

  • 4.

    Besluiten kunnen niet worden genomen tenzij 5 leden van de Rekenkamercommissie, van wie tenminste één intern lid is, ter vergadering aanwezig zijn.

Artikel 2.4 Einde van het lidmaatschap

  • 1.

    Het lidmaatschap van een intern lid eindigt:

    • A.

      op eigen verzoek;

    • B.

      indien het lid aftreedt als lid van de raad, dan wel deel gaat uitmaken van een commissie waaraan bestuursbevoegdheden zijn toegekend;

    • C.

      indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de Rekenkamercommissie te vervullen.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een extern lid eindigt:

    • A.

      op eigen verzoek;

    • B.

      bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de Rekenkamercommissie;

wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uit

    • C.

      uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • D.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • E.

      indien het lid naar het oordeel van de raad ernstig nadeel toebrengt aan het in de raad gestelde vertrouwen.

  • 3.

    De externe leden van de Rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte, gebreken of ongeschiktheid niet in staat zijn hun functie naar behoren te vervullen.

Artikel 2.5 Verboden betrekkingen en verboden handelingen.

  • 1.

    Een extern lid van de Rekenkamercommissie kan in ieder geval niet tevens een betrekking vervullen als bedoeld in artikel 13, eerste lid onder a. tot en met h. van de Gemeentewet. De uitzonderingen als bedoeld in het tweede lid van dat artikel zijn van toepassing.

  • 2.

    Het is de externe leden van de Rekenkamercommissie verboden de handelingen te verrichten als bedoeld in artikel 15 van de Gemeentewet. De raad kan, gehoord de Rekenkamercommissie, een lid van de Rekenkamercommissie dat heeft gehandeld in strijd met dit verbod van zijn functie ontslaan.

  • 3.

    Externe leden overleggen aan de Raad halfjaarlijks een lijst met daarin opgenomen de nevenfuncties die zij op dat moment vervullen.

Artikel 2.6 Vergoeding voor de werkzaamheden van de externe leden van de Rekenkamercommissie.

  • 1. De externe leden van de Rekenkamercommissie ontvangen een bruto vergoeding voor hun werkzaamheden, mits zij een var verklaring kunnen overleggen

  • 2. De hoogte van de vergoeding is ingaande 1-1-2010 € 12.437,- op jaarbasis voor de voorzitter en € 9.045,- op jaarbasis voor elk van de externe leden.

  • 3. De vergoeding wordt gekoppeld aan de salarissen van het personeel rijksoverheid.

  • 4. De vergoedingen als bedoeld in het eerste lid komen ten laste van het budget van de Rekenkamercommissie als bedoeld in artikel 5.

Paragraaf 3

DE WERKWIJZE VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 3.1 Reglement van orde

De Rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na de vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de gemeenteraad.

Artikel 3.2 Onderwerpen voor en beslissing tot uitvoeren van onderzoek

1.Suggesties tot het verrichten van een onderzoek kunnen worden gedaan

door:

    • a.

      de rekenkamercommissie;

    • b.

      de gemeenteraad;

    • c.

      het college van burgemeester en wethouders;

    • d.

      commissies als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet waaraan bestuursbevoegdheden van bet college van burgemeester en wethouders zijn toegekend;

    • e.

      burgers uit de gemeente Almelo.

  • 2.

    De Rekenkamercommissie kiest de onderwerpen voor haar onderzoek, formuleert de probleemstelling en de onderzoeksvragen en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 3.

    In het reglement van orde vermeldt de Rekenkamercommissie in ieder geval de criteria op basis waarvan men verzoekonderzoeken van de raad beoordeelt.

  • 4.

    De in het lid 2 bedoelde onderzoeksopzet wordt door de Rekenkamercommissie rechtstreeks ter kennisneming voorgelegd aan de gemeenteraad

Artikel 3.3 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

  • 1.

    De Rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De Rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De Rekenkamercommissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek. De Rekenkamercommissie kan de bevoegdheid tot het inwinnen van inlichtingen mandateren aan de secretaris en de overige medewerkers die haar bij de uitvoering van haar taak terzijdeterzijde staan. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de Rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De Rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur kan de Rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de Rekenkamercommissie en degenen die ten behoeve van de Rekenkamercommissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.

  • 5.

    De Rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 6.

    De Rekenkamercommissie stelt betrokken ambtenaren in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het feitenonderzoek aan de Rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De Rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 7.

    Na de ambtelijke hoor en wederhoor ten aanzien van de feiten (zie lid 6) formuleert de Rekenkamercommissie haar conclusies en aanbevelingen in een nota.

  • 8.

    De Rekenkamercommissie stelt het bestuur in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die tenminste twee weken bedraagt, zijn zienswijze op het onderzoek en de nota aan de Rekenkamercommissie kenbaar te maken. Indien nodig kan de Rekenkamercommissie gemotiveerd afwijken van het houden van bestuurlijk hoor en wederhoor.

  • 9.

    Na vaststelling door de Rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen met een raadsvoorstel, zo spoedig mogelijk, aan de raad aangeboden. Hierbij worden de bestuurlijke reacties gevoegd. De raad bespreekt de onderzoeksresultaten op basis van het rapport en de nota met conclusies en aanbevelingen.

Paragraaf 4

DE ONDERSTEUNING VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 4.1 Ambtelijk secretaris

  • 1.

    De raad benoemt de ambtelijk secretaris op voordracht van de rekenkamercommissie en in overleg met de griffier.

  • 2.

    De secretaris behoort hiërarchisch tot de griffie.

  • 3.

    De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde en biedt daarnaast de gevraagde ondersteuning.

  • 4.

    De secretaris wordt bij zijn inhoudelijke werkzaamheden primair aangestuurd door de voorzitter van de commissie.

  • 5.

    De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de commissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

Artikel 4.2 Onderzoeksmedewerk(st)ers

  • 1.

    Onderzoeksmedewerk(st)ers kunnen, indien de Rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3.3, derde lid toekent, alle informatie verzamelen die de Rekenkamercommissie in het belang van het onderzoek nodig acht; zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de Rekenkamercommissie.

  • 2.

    De Rekenkamercommissie is tevens bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 5 externe deskundigen in te schakelen. Het hiervoor in lid 1 gestelde is op de externe deskundigen dienovereenkomstig van toepassing.

Paragraaf 5

DE KOSTEN VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 5 Budget

  • 1.

    De Rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • A.

      de vergoedingen die krachtens artikel 2.6 zijn toegekend aan de externe leden van de Rekenkamercommissie;

    • B.

      de ambtelijk secretaris;

    • C.

      onderzoeksmedewerk(st)ers;

    • D.

      de kosten van externe deskundigen die mogelijk door de Rekenkamercommissie zijn ingeschakeld en

    • E.

      de mogelijke overige uitgaven die de Rekenkamercommissie nodig oordeelt voor de uitvoering van haar taak

  • 3.

    Het budget wordt jaarlijks geïndexeerd.

Paragraaf 6

SLOTBEPALINGEN

Artikel 6.1 Citeertitel; inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo 2010.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking onder gelijktijdige intrekking van de Verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo, vastgesteld tijdens de raadsvergadering van 29 januari 2004 en gewijzigd bij besluiten van 6 februari 2007 en van 15 januari 2008.

Gedaan ter openbare vergadering van 9 februari 2010

de griffier, de voorzitter,

drs. C.M. Steenbergen J.H.M. Hermans-Vloedbeld

Memorie van toelichting op de Verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo 2010 (verordening RCA 2010)

In de vergadering van 29 januari 2004 heeft de gemeenteraad van Almelo de Verordening Rekenkamercommissie gemeente Almelo 2003 (verordening RCA 2003) vastgesteld. Nadien heeft de gemeenteraad bij besluiten van 6 februari 2007 en 15 januari 2008 de verordening gewijzigd.

Voorgesteld wordt de verordening RCA 2003 in te trekken en te vervangen door de verordening RCA 2010. De aanleiding van de nieuwe verordening is dat de verordening RCA 2003 op een aantal onderdelen niet voldoet aan de huidige werkwijze en samenstelling van de RCA. Tevens zijn enkele wijzigingen van tekstuele aard aangebracht en is een nieuwe passage ten aanzien van de vergoeding van de externe leden opgenomen.

Artikelsgewijs zijn de volgende wijzigingen in de verordening aangebracht. De wijzigingen in de verordening zijn met rood en onderstreept aangegeven.

  • -

    Besluit: de juiste weergave van het artikel van de Gemeentewet is artikel 81oa.

  • -

    Artikel 2.2: tekstueel: het woord “aangewezen” is vervangen door het woord “benoemd”.

  • -

    Artikel 2.2. lid 3: De RCA kent een plaatsvervangend voorzitter en die is door de leden aangewezen. Het overige betreft een tekstuele aanpassing (“secretaris” in plaats van “secretariaat”).

  • -

    Artikel 2.3 lid 4: aanpassing van het aantal benodigde leden voor besluitvorming aan de huidige samenstelling (vijf externe en drie interne leden).

  • -

    Artikel 2.4: naast enkele tekstuele aanpassingen is onder E een passage opgenomen die strookt met artikel 81c lid 6 onder e van de Gemeentewet.

  • -

    Artikel 2.6: de hoogte van de vergoedingen van de externe leden moet door de gemeenteraad worden vastgesteld (overeenkomstig artikel 81k van de Gemeentewet). De RCA zet in een afzonderlijke notitie de hoogte van de vergoedingen en de wijze van aanpassing (indexering) uiteen (zie voorstel tot aanpassing van de vergoedingen voor de externe leden van de RCA).

  • -

    Artikel 3.2: De RCA heeft in de afgelopen jaren enkele keren burgers uit de gemeente Almelo gevraagd om suggesties voor onderzoek in te dienen. Deze bestaande praktijk wordt nu geformaliseerd.

  • -

    Artikel 3.3: De RCA kan indien nodig gemotiveerd afwijken van het houden van bestuurlijk hoor en wederhoor. De opname van deze passage laat deze mogelijkheid toe. Voorts is de bepaling gewijzigd dat de nota met conclusies met inbegrip van de aanbevelingen en met een raadsvoorstel aan de raad wordt aangeboden.

  • -

    Artikel 5: Met het jaarlijks indexeren van het budget loopt het budget in de pas met lopende prijs- en loonontwikkelingen.