Verordening wachtlijstbeheer WSW

Artikel 1 Algemene begripsbepalingen

• 1. Voor zover hierna niet anders omschreven hebben de gebruikte begrippen in deze verordening dezelfde betekenis als in de wet.

• 2. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Wet sociale werkvoorziening;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almelo;

  • c.

    de sw-geïndiceerde: de persoon die op grond van een indicatiebeschikking of herindicatie-beschikking tot de doelgroep behoort, als bedoeld in artikel 11 van de wet;

  • d.

    de wachtlijst: het overzicht van sw-geïndiceerden woonachtig binnen de gemeente Almelo, die geen dienstverband Wsw hebben en niet zijn geplaatst in kader van begeleid werken; het moment van initiële indicering voor de Wsw bepaalt de volgorde (artikel 12, lid 1 van de wet);

  • e.

    begeleid werken: een sw-geïndiceerde in een reguliere dienstbetrekking onder aangepaste omstandigheden als bedoeld in artikel 7 van de wet;

  • f.

    beschut werken: een sw-geïndiceerde in een dienstbetrekking bij een Sw-bedrijf of een andere erkende instelling om werkzaamheden te verrichten onder aangepaste omstandigheden als bedoeld in artikel 2 van de wet;

  • g.

    een passend sw-voortraject: een door het college aangeboden traject van minimaal zes maanden waarin de sw-geïndiceerde wordt voorbereid op het verrichten van arbeid in het kader van de wet.

Artikel 3 Plaatsingsvolgorde

• 1. Voor het in aanmerking komen van plaatsing vanaf de wachtlijst in begeleid werken of voor een dienstbetrekking in het kader van de Wsw wordt onderscheid gemaakt tussen:

  • a.

    Sw-geïndiceerden die geplaatst kunnen worden in begeleid werken;

  • b.

    Sw-geïndiceerden die zijn aangewezen op plaatsing in beschut werken.

• 2. Het college streeft, gemeten op jaarbasis, naar een gereguleerde instroom van sw-geïndiceerden vanaf de wachtlijst uit de twee categorieën genoemd in het eerste lid, waarbij 75% instroomt in begeleid werken en maximaal 25% in beschut werken.

• 3. Plaatsing in begeleid werken als bedoeld in onderdeel a. van het eerst lid geschiedt in willekeurige volgorde, op basis van plaatsingsmogelijkheden van de sw-geïndiceerde;

• 4. Voor de plaatsingsvolgorde van de sw-geïndiceerde in beschut werken als bedoeld in onderdeel b. van het eerste lid geldt de volgorde van plaatsing op de wachtlijst.

• 5. Aanvullend aan het bepaalde in het vierde lid geldt de voorwaarde dat de sw-geïndiceerde een passend sw-voortraject heeft afgerond.

• 6. Het bepaalde in het vijfde lid is niet van toepassing op de sw-geïndiceerde die totaal langer dan 60 maanden, al dan niet aansluitend, op de wachtlijst staat.

Artikel 4 Informatievoorziening

• 1. Het college informeert sw-geïndiceerden schriftelijk over hun plaats op de wachtlijst:

• a. de sw-geïndiceerde die daarom vraagt, binnen 10 werkdagen;

• b. de sw-geïndiceerde waaromtrent zich een mutatie heeft voorgedaan als bedoeld in artikel 3, lid 1, binnen 10 werkdagen;

• c. alle sw-geïndiceerden tenminste één keer per jaar.

• 2. Tenminste één keer per jaar informeert het college de betreffende organisatie van cliëntenparticipatie over de, vanaf de wachtlijst gerealiseerde, omvang van de instroom. Hierbij wordt een onderverdeling gemaakt van instroom in beschut werken en instroom in begeleid werken.