Marginale zelfstandigen

Geldend van 15-12-2018 t/m heden

Intitulé

Marginale zelfstandigen

Het college van burgemeester en wethouders van Almere,

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende beleidsregels “Marginale zelfstandigen” onder intrekking van de richtlijn “Marginale zelfstandigen”

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na hun bekendmaking.

Het gaat hier om personen met een bijstandsuitkering, niet-zijnde een Bbz-uitkering (Besluit bijstandsverlening zelfstandigen), die hiernaast als zelfstandige werkzaamheden van bescheiden omvang verrichten. Of het zijn personen die een uitkering aanvragen en al inkomsten als marginale/parttime zelfstandige ontvangen

Voorwaarden waaraan voldaan moet zijn om aangemerkt te kunnen worden als marginale zelfstandige:

  • De sollicitatieplicht blijft onverkort van kracht.

  • De werkzaamheden moeten van bescheiden omvang zijn: minder dan 1225 uur per jaar (ong. 23,5 uur per week). Ook moeten de eventuele investeringen, bedrijfskosten en de omzet van bescheiden omvang zijn.

  • Van oneerlijke/valse concurrentie mag geen sprake zijn. De brutowinstmarge en de prijzen en tarieven moeten op het in de branche gebruikelijke niveau liggen. Er mag niet voor niets of alleen kostendekkend gewerkt worden. De bedrijfskosten moeten in een redelijke verhouding staan tot de omvang van het bedrijf.

  • Uit de activiteiten als zelfstandige moet per saldo een inkomen voortvloeien.

  • Het bedrijf mag niet levensvatbaar zijn in de zin van het Bbz.

  • Ook de marginale/parttime zelfstandige moet (uiterlijk in juni van het volgend kalenderjaar) de jaarstukken (balans + verlies- en winstrekening) overleggen.

Als belanghebbende noch de intentie noch het toekomstperspectief heeft om te (kunnen) werken als een startende ondernemer in de zin van het Bbz is dit een belangrijke aanwijzing voor de "bescheiden schaal". De activiteiten worden dan toegestaan, omdat "dat beter is dan niets doen". Toch kan belanghebbende enerzijds actief op zoek gaan naar arbeid in loondienst en anderzijds mogelijkheden zoeken tot uitbreiding van de zelfstandige activiteiten. Uiteindelijk kan het dan in sommige gevallen zover komen dat de klant een beroep kan doen op het Bbz.

In de praktijk kunnen de zelfstandige werkzaamheden van bescheiden omvang soms problemen opleveren bij de uitvoering. Daarom wordt er bij de aanvraag altijd advies gevraagd aan het Zelfstandigen Loket Flevoland. Het ZLF nodigt de klant dan uit voor een gesprek over de zelfstandige activiteiten. Het ZLF stuurt n.a.v. van het gesprek een advies aan Werk & Inkomen. Het advies wordt opgevolgd door de inkomensconsulent dan wel klantmanager.

Ook inkomsten uit zelfstandige werkzaamheden op bescheiden/parttime schaal komen voor een inkomstenvrijlating in aanmerking.

Het ZLF maakt op basis van de stukken van de klant een inschatting van de mogelijke inkomsten per maand. Deze inkomsten worden gekort op de uitkering. De klant overlegt elke 3 maanden de inkomsten en uitgaven aan het ZLF. Het ZLF bekijkt iedere 3 maanden de inkomsten/uitgaven en geeft de werkelijke bijdrage door aan team betalingen. Indien nodig wordt de vastgestelde korting op de uitkering aangepast.

Bij aanvang bij een bijstandsuitkering wordt door het ZLF direct aangegeven welk bedrag aan inkomen maandelijks op de bijstandsuitkering gekort dient te worden. Dit bedrag kan iedere drie maanden worden aangepast zoals hierboven beschreven.

Als de klant een belastingaanslag krijgt i.v.m. zijn werkzaamheden als marginaal/parttime zelfstandige moet die overgelegd worden aan het ZLF. Zij berekenen wat de hoogte is van het bedrag waar de klant nog recht op heeft en wij betalen de teveel gekorte inkomsten terug aan de klant.

Aldus vastgesteld,

Almere, 4 december 2018

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van Almere,

namens hen,

de afdelingsmanager Werk en Inkomen

P. Benschop