Regeling vervallen per 01-05-2017

UITVOERINGSBESLUITbehorende bij artikel 2 lid 2 en3 van de Verordening behandeling bezwaarschriften Alphen aan den Rijn 2014.

Geldend van 01-09-2016 t/m 30-04-2017

Intitulé

UITVOERINGSBESLUITbehorende bij artikel 2 lid 2 en3 van de Verordening behandeling bezwaarschriften Alphen aan den Rijn 2014.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alphen aan den Rijn;

Overwegende dat op grond van artikel 2, leden 2 en 3, Verordening behandeling bezwaarschriften 2014 de bezwaarschriftencommissie en de onafhankelijke adviseurs niet bevoegd zijn tot het horen en adviseren over bezwaarschriften, gericht tegen besluiten:

  • a.

    op grond van een wettelijk voorschrift betreffende belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

  • b.

    op het gebied van de wetten en regels, zoals opgenomen op het bij deze verordening behorende uitvoeringsbesluit, vastgesteld door het college.

Overwegende dat het college bevoegd middels een uitvoeringsbesluit bij deze verordening aan te geven over welke besluiten de bezwaarschriftencommissie hoort- en adviseert en over welke besluiten de onafhankelijke adviseur hoort- en adviseert.

B E S L U I T vast te stellen het volgende:

UITVOERINGSBESLUIT behorende bij artikel 2 lid 2 en 3 van de Verordening behandeling bezwaarschriften Alphen aan den Rijn 2014.

  • A.

    De commissie bezwaarschriften is niet bevoegd om te adviseren over bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten bij of krachtens de volgende wetten en regelingen:

    • 1.

      Gemeentelijke belastingverordeningen;

    • 2.

      Kwijtschelding gemeentelijke belastingen;

    • 3.

      Artikelen 4:17 t/m 4:20 van de Algemene wet bestuursrecht, indien het dwangsombesluit (nog) uitsluitend betrekking heeft op niet tijdig nemen van een besluit;

    • 4.

      Indien het bezwaarschrift (nog) uitsluitend betrekking heeft op het verzoek om vergoeding van proceskosten en wettelijke rente;

    • 5.

      Waarover de onafhankelijk adviseur bevoegd is te adviseren, tenzij de bezwaarschriften door de onafhankelijk adviseur zijn doorverwezen op grond van de verordening.

  • B.

    De onafhankelijk adviseur uitsluitend bevoegd is ten aanzien van de advisering over bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten bij of krachtens de volgende wetten en regelingen:

  • 1.

    Participatiewet m.u.v. besluiten die betrekking hebben op:

    - het afwijzen van een aanvraag om bijstand dan wel het intrekken

    en/of herzien van een bijstandsuitkering i.v.m. gezamenlijke huishouding;

    - het intrekken en/of herzien van een bijstandsuitkering met een benadelingsbedrag van € 10.000 netto of hoger;

    - het opleggen van een boete voortvloeiend uit bovenstaande besluiten;

    - het opleggen van een maatregel van 100% gedurende één maand of meer maanden.

  • 2.

    Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz);

  • 3.

    Wet inkomens voorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW);

  • 4.

    Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

  • 5.

    Minimaregelingen;

  • 6.

    Wet gemeentelijke schuldhulpverlening;

  • 7.

    Wet Inburgering (WI);

  • 8.

    Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo).

  • C.

    Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand, volgende op de dag van de bekendmaking ervan.

Vastgesteld door het college op 2 maart 2016,

de secretaris, de burgemeester,

drs. P.W. Jeroense, mr. drs. J.W.E. Spies