Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Altena houdende regels omtrent gemeentelijke begraafplaatsen Altena 2021-2040

Geldend van 01-01-2021 t/m heden

Intitulé

Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Altena houdende regels omtrent gemeentelijke begraafplaatsen Altena 2021-2040

1 Inleiding

De gemeente Altena heeft 16 gemeentelijke begraafplaatsen. Hiervan zijn 13 begraafplaatsen actief in gebruik. Dat wil zeggen dat hier nieuwe graven worden uitgegeven. Op 3 begraafplaatsen wordt alleen nog begraven in eerder uitgegeven graven (bijzettingen). Bijlage 1 bevat een overzicht.

In deze notitie beschrijven we het nieuwe geharmoniseerde beleid voor alle gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Altena. We beschrijven onze visie op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de middellange termijn. Het nieuwe begraafplaatsenbeleid is tot stand gekomen na een inventarisatie en analyse, waarin we onder meer hebben gesproken met lokale uitvaartverzorgers, een klankbordgroep en leden van dorpsraden. Daarmee hebben we de knelpunten in de bestaande situatie in beeld gebracht.

Onze bevindingen hebben we beschreven in de notities ‘Inventarisatie, Harmonisatie begraafplaatsenbeleid gemeente Altena’, d.d. februari 2020 en ‘Behoefte en capaciteit, Gemeentelijke begraafplaatsen Altena’, d.d. augustus 2020.

Op basis van deze onderzoeken hebben we voorstellen gedaan voor de uitgangspunten voor het toekomstig begraafplaatsenbeleid van de gemeente Altena (‘Uitgangspuntennotitie Harmonisatie begraafplaatsen Altena’, d.d. februari 2020). Aan de hand van deze notitie heeft de raad in haar bijeenkomst van 14 april 2020 richtinggevende uitgangspunten meegeven aan het college voor het harmoniseren van het gemeentelijk begraafplaatsenbeleid. We hebben de richtinggevende uitgangspunten van de raad uitgewerkt tot het nieuwe beleid voor alle gemeentelijke begraafplaatsen in Altena dat is gebaseerd op 4 pijlers:

  • -

    dienstverlening;

  • -

    ruimtelijke kwaliteit;

  • -

    behoefte en capaciteit;

  • -

    financieel beheer.

2 Dienstverlening

2.1 Begraven in elke kern

Beleidspunt:

  • -

    Gemeente Altena behoudt de bestaande situatie waarin in een groot aantal kernen begraven op een gemeentelijke begraafplaats mogelijk is.

De gemeente Altena bestaat uit 21 kernen. Zij vormen een belangrijke kernkwaliteit van de gemeente. Het zijn hechte gemeenschappen waarin men voor elkaar zorgt en sterk met elkaar verbonden is. De begraafplaatsen hebben een belangrijke plaats in deze gemeenschappen. We vinden het belangrijk dat nabestaanden ook in de toekomst hun overleden dierbaren in hun directe nabijheid een rustplaats kunnen bieden. Er verandert daarom niets aan de bestaande situatie waarin in een groot aantal kernen begraven op een gemeentelijke begraafplaats mogelijk is. De bestaande begraafplaatsen behouden hun unieke karakter. We kiezen voor een zo groot mogelijke uniformiteit in de dienstverlening op alle gemeentelijke begraafplaatsen.

De gemeente vindt het belangrijk dat in elke kern kan worden begraven. Dankzij de bijzondere begraafplaatsen is dat mogelijk. Er is immers niet in elke kern een gemeentelijke begraafplaats. We onderhouden het contact met de besturen van deze begraafplaatsen om daarmee op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen op deze begraafplaatsen. Ervaringen worden met elkaar gedeeld. Daar waar dat wenselijk is voorziet de gemeente Altena de begraafplaatsbesturen van extra advies bij het gebruik en beheer van deze begraafplaatsen. In de voormalige gemeente Werkendam kregen de bijzondere begraafplaatsen (4 stuks) jaarlijks een subsidie van € 681. De bijzondere begraafplaatsen in de voormalige gemeenten Aalburg (2 stuks) en Woudrichem (2 stuks) kregen geen subsidie. Vanaf 2021 verlenen we geen subsidies meer.

2.2 Ruime keuze in uitgiftetermijnen

Beleidspunten:

  • -

    Gemeente Altena geeft algemene graven uit voor een termijn van 10 jaar.

  • -

    Voor particuliere graven bieden we verschillende keuzemogelijkheden bij de uitgiftetermijnen en de termijnen van verlenging.

  • -

    Particuliere kindergraven geven we uit voor langere perioden.

De samenleving verandert. De wensen bij het kiezen voor een rustplaats van overledenen veranderen ook. We spelen daar op in door ruime keuzemogelijkheden aan te bieden. Nabestaanden kunnen kiezen uit een algemeen graf voor 10 jaar of een particulier graf voor een periode van 10 of 30 jaar. Verlenging van een particulier graf is steeds opnieuw mogelijk met 10 of 20 jaar. Op deze manier geven we invulling aan de wens van de raad om rekening te houden met de verschillen in financiële draagkracht. De lagere kosten bij uitgifte van een particulier graf voor 10 jaar maken een particulier graf ook mogelijk voor minder draagkrachtigen. Daarmee is voor sommige nabestaanden de keuze voor een particulier graf nu ook een bereikbaar alternatief voor een algemeen graf of cremeren.

Het streven is om zoveel mogelijk nabestaanden bij uitgifte bewust te laten kiezen voor een particulier graf of algemeen graf. De termijn van algemene graven is daarom gelijk gesteld aan de kortste termijn van een particulier graf. De reden om voor een particulier graf te kiezen is dat een particulier graf telkens kan worden verlengd, een algemeen graf niet. Omvorming van een algemeen graf naar een particulier graf is niet meer mogelijk1 .

Vanaf 2021 geven we op alle begraafplaatsen particuliere kindergraven uit voor 50 en 100 jaar. Daarmee wordt rekening gehouden met de emotie rondom de sterfte van een kind. Verlengen van kindergraven blijft telkens opnieuw mogelijk. De kindergraven zijn bedoeld voor overleden kinderen tot 18 jaar en levenloos geborenen2. De werkwijze die in het verleden is toegepast op de begraafplaatsen in Werkendam en Sleeuwijk (na het verstrijken van de uitgiftetermijn nog 100 jaar in stand houden) passen we vanaf 2021 niet meer toe.

De belangstelling voor particuliere urnengraven en -nissen is naar verwachting korter dan voor ander soort graven. Daarom kiezen we in die gevallen zowel bij uitgifte als bij verlenging voor een termijn van 10 jaar. Daarmee sluiten we aan bij deze behoefte. In afwijking hiervan hanteren we voor urnen met de as van kinderen een termijn van 50 jaar. Uiteraard bestaat ook voor urnengraven en -nissen de mogelijkheid om het recht telkens te verlengen met 10 jaar waardoor nabestaanden deze graven en nissen naar behoefte in stand kunnen houden.

Op alle gemeentelijke begraafplaatsen bieden we dezelfde soorten graven en zijn dezelfde uitgiftetermijnen van toepassing.

 

Particuliere graven

Algemene graven

Altena

Uitgifte

Verlenging

Uitgifte

Verlenging

Volwassenen

10 en 30 jaar

10 en 20 jaar

10 jaar

n.v.t.

Kinderen (tot 18 jaar) / levenloos geborenen

50 en 100 jaar

10 en 20 jaar

10 jaar

n.v.t.

Urnengraven en -nissen

10 jaar

10 jaar

n.v.t.

n.v.t.

Urnengraven en -nissen voor kinderen (tot 18 jaar) / levenloos geborenen

50 jaar

10 jaar

n.v.t.

n.v.t.

2.3 Foetusweide

Beleidspunten:

  • -

    We onderzoeken de haalbaarheid van de aanleg van een of meerdere voorzieningen voor het begraven en/of gedenken van foetussen.

Van een foetus is in dit kader sprake, als een kind levenloos geboren wordt voor de 24e week van een zwangerschap. Een kind geboren uit een zwangerschap van minimaal 24 weken valt onder de Wet op de Lijkbezorging.

We hebben op dit moment op onze begraafplaatsen geen specifieke voorzieningen voor foetussen. Nabestaanden van foetussen kunnen er voor kiezen hun kind te begraven in een kindergraf. Op de begraafplaatsen in de voormalige gemeente Aalburg worden hierbij 4 foetussen begraven in één kindergraf. Sinds deze mogelijkheid bestaat (2011) is daar slechts één maal gebruik van gemaakt.

Samen met de klankbordgroep onderzoeken we in 2021 of -en zo ja- in welke mate er een behoefte is aan een specifieke voorziening voor foetussen en in welke vorm dat zou kunnen. We denken daarbij bijvoorbeeld aan een foetusweide, waarin op een passende manier nabestaanden de gelegenheid wordt geboden hun foetus te begraven en/of te gedenken. We bekijken daarbij ook of het gewenst is om één centrale voorziening voor de gehele gemeente te realiseren of juist meerdere voorzieningen verspreid over verschillende gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente.

Als er een behoefte is gebleken leggen we de voorziening(en) vervolgens in 2022 aan. De kosten van aanleg en de jaarlijkse lasten die daar uit voortkomen zijn afhankelijk van de resultaten van het onderzoek en de keuzes die vervolgens worden gemaakt.

2.4 Asbestemmingen

Beleidspunten:

  • -

    Op alle gemeentelijke begraafplaatsen is het mogelijk urnen te begraven in een gewoon graf.

  • -

    We bieden op alle begraafplaatsen aan nabestaanden de gelegenheid om urnen te bewaren in een urnenmuur.

  • -

    Er zijn 10 gemeentelijke begraafplaatsen zonder urnenmuur. De komende jaren (2021-2023) leidt dit tot een totale investering van ca. € 150.000. De jaarlijkse kapitaallasten nemen daardoor geleidelijk toe met ca. € 6.600.

Het crematiecijfer in Altena zal naar verwachting de komende jaren toenemen. We willen de groeiende groep nabestaanden van gecremeerde overledenen ruime mogelijkheden bieden voor asbestemmingen op een gemeentelijke begraafplaats in Altena. Op alle begraafplaatsen is het mogelijk urnen te begraven in een gewoon graf.

Daarnaast bieden we op alle begraafplaatsen aan nabestaanden de gelegenheid om urnen te bewaren in een urnenmuur, voor zover daar een behoefte aan is. De behoefte brengen we in 2021 in beeld samen met de klankbordgroep. Op de begraafplaatsen Borcharenweg in Werkendam, Burgemeester H. Blokstraat in Almkerk en de begraafplaatsen in Woudrichem en Drongelen beschikken we al over urnenmuren. Op de overige begraafplaatsen kiezen we voor urnenmuren met een modulair systeem met 9 nissen. We monitoren de behoefte. Afhankelijk van de behoefte kunnen we het aantal nissen later eenvoudig uitbreiden. We plaatsen de urnenmuren gefaseerd in de periode 2021-2024 om zo de kosten te spreiden.

De mogelijkheden voor het verstrooien van as op de gemeentelijke begraafplaatsen blijven beperkt tot de bestaande strooivelden op de begraafplaatsen in Sleeuwijk en Wijk (Rusthof). De behoefte aan een strooiveld voor as op onze begraafplaatsen is naar verwachting zeer gering. Er zijn voor nabestaanden voldoende uiteenlopende alternatieven beschikbaar in de openbare ruimte 3 of op andere locaties zoals natuurgebieden en rivieroevers. Hiervoor is toestemming van de eigenaar van de grond nodig.

2.5 Dienstverlening tijdens een uitvaart

Beleidspunten:

  • -

    De dienstverlening tijdens een uitvaart wordt uitgevoerd door de uitvaartverzorger.

  • -

    De jaarlijkse kostenbesparing voor het product begraven bedragen € 7.500.

De dienstverlening tijdens een uitvaart op onze begraafplaatsen bestaat uit het luiden van de klok, de ontvangst van de stoet op de begraafplaats, de begeleiding naar het graf (voorlopen) en de bediening van de graflift. Vanaf 2021 voert de uitvaartverzorger dit uit op alle gemeentelijke begraafplaatsen. Uitvaartverzorgers zijn in staat om dit op een representatieve en respectvolle manier uit te voeren.

We nemen wel de eindverantwoordelijkheid voor alles wat zich afspeelt op onze begraafplaatsen. We maken daarom duidelijke afspraken met de uitvaartverzorgers over de uitvoering hiervan. Daarnaast is een medewerker van de gemeente te allen tijde voor de uitvaartverzorger bereikbaar en indien nodig snel ter plaatse in geval van calamiteiten.

Op plaatsen waar voorheen medewerkers van de gemeente betrokken waren bij deze vormen van dienstverlening worden deze medewerkers nu elders ingezet. Deze kosten komen dan niet meer ten laste van het product begraven.

2.6 Communicatie

Beleidspunten

  • -

    We stellen een communicatieplan op voor de implementatie van het nieuwe begraafplaatsenbeleid.

  • -

    Met een klankbordgroep bespreken we de ontwikkelingen in het gebruik en beheer van begraafplaatsen.

Het afscheid van een dierbare, het begraven en de mogelijkheid om diegene op een respectvolle manier te kunnen gedenken, is heel belangrijk voor nabestaanden en hun rouwproces. De harmonisatie van het begraafplaatsenbeleid brengt veranderingen met zich mee. Niet alleen voor nabestaanden, maar ook voor onze partners in de uitvaartbranche en medewerkers van de gemeente zelf. Vanwege de gevoeligheid van dit onderwerp/proces is het daarom belangrijk om de verschillende doelgroepen op tijd en zo duidelijk mogelijk te informeren over de wijzigingen. We stellen een communicatieplan op waarin we de communicatie over het nieuwe beleid met de verschillende doelgroepen vastleggen.

We hebben een klankbordgroep betrokken bij de totstandkoming van het geharmoniseerde begraafplaatsenbeleid. De klankbordgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de lokale uitvaartbranche, dorpsraden, bijzondere begraafplaatsen en Senioren Platform Altena. De komende jaren bespreken we met hen lokale en landelijke ontwikkelingen in het gebruik en beheer van begraafplaatsen en de invloed daarvan op het gebruik en beheer van onze begraafplaatsen. De klankbordgroep levert ons input vanuit de praktijk. De resultaten van het overleg met de klankbordgroep nemen we mee in de implementatie van het gemeentelijk begraafplaatsenbeleid en verdere verbeteringen van het begraafplaatsenbeleid in de komende jaren.

3 Ruimtelijke kwaliteit

3.1 Onderhoudsniveau

Beleidspunten:

  • -

    We handhaven het huidige onderhoudsniveau van de begraafplaatsen.

  • -

    We onderzoeken de mogelijkheden voor het verduurzamen van onderhoud van de begraafplaatsen met behoud van de ruimtelijke kwaliteit.

Een groene omgeving heeft een positieve uitwerking op het verwerken van verdriet. We vinden het belangrijk dat onze begraafplaatsen fijne plekken zijn voor nabestaanden om hun overledenen in alle rust respectvol te gedenken.

Het onderhoud van de gemeentelijke begraafplaats is een onderdeel van een integraal plan voor het onderhoud van de openbare ruimte in Altena. Dit plan is op dit moment (augustus 2020) in ontwikkeling.

De gemeente Altena heeft de wens om het huidige onderhoudsniveau A/B (conform Kwaliteitscatalogus Openbare Ruimte 2018 CROW) voor de begraafplaatsen te verhogen en daarbij tevens het onderhoud van de begraafplaatsen te verduurzamen. De mogelijkheden daartoe worden onderzocht. Daarbij wordt zowel het effect op korte termijn als op langere termijn bekeken.

Omdat er nog geen definitieve keuzes zijn gemaakt gaan we bij het financieel beheer (zie hoofdstuk 5) er vooralsnog vanuit dat in principe het huidige onderhoudsniveau wordt gehandhaafd.

3.2 Verwijdering gedenktekens na beëindiging grafrecht

Beleidspunten:

  • -

    We voeren een actief beleid bij het verwijderen van gedenktekens na beëindiging van het grafrecht.

  • -

    De eenmalige kosten in 2022 en 2023 hiervan bedragen ca. € 25.000. Daarnaast nemen de jaarlijkse kosten vanwege structureel bovengronds ruimen nemen toe met ca. € 10.000.

Na beëindiging van de uitgiftetermijn van een algemeen graf of de beëindiging van het grafrecht van een particulier graf is de gemeente eigenaar van het gedenkteken. We verwijderen daarna op termijn het gedenkteken (bovengronds ruimen). Dit zorgt ervoor dat we geen kosten maken aan onderhoud van gedenktekens op graven waar niet voor betaald wordt. Graven waarvan de uitgiftetermijn of het grafrecht is beëindigd hebben daardoor geen gedenktekens. Alleen graven met een lopend recht (de graven waarvoor betaald wordt) hebben een gedenkteken. Daarmee wordt rechtsongelijkheid voorkomen. Het is voor rechthebbenden van een particulier graf een prikkel om op tijd het grafrecht te verlengen.

We verwijderen jaarlijks de gedenktekens van graven waarvan het grafrecht niet verlengd is. Het aantal verschilt per jaar. Bij het bovengronds ruimen houden we rekening met de keuzes die worden gemaakt ten aanzien van de aanwezige historisch waardevolle gedenktekens, zie par. 3.3.

We onderzoeken de mogelijkheden voor hergebruik van de verwijderde gedenktekens.

Op enkele begraafplaatsen werden in het verleden niet structureel elk jaar graven bovengronds geruimd. Dat betekent dat er nog een aantal graven op onze begraafplaatsen voorkomt waarvan het grafrecht al enige tijd is beëindigd, maar waarop nog een gedenkteken aanwezig is. Deze gedenktekens verwijderen we alsnog in 2022 en 2023. Het eerste jaar is het aantal te ruimen gedenktekens daardoor groter dan in de jaren daarna. Dit leidt tot eenmalige kosten in 2022 en 2023. Daarnaast nemen vanaf dat jaar ook de jaarlijkse kosten toe vanwege structureel bovengronds ruimen.

3.3 Aandacht voor historisch waardevolle graven

Beleidspunten:

  • -

    We onderzoeken de historische waarde van gedenktekens op onze begraafplaatsen.

  • -

    Het college stelt een lijst op van de te behouden historisch waardevolle graven.

  • -

    De eenmalige kosten voor het onderzoek in 2021 bedragen € 20.000.

  • -

    De jaarlijkse kosten voor het onderhoud van de te behouden graven bedragen € 20.000.

Oude graven op onze begraafplaatsen kunnen ons vaak meer vertellen over de historie van een dorp. We onderzoeken daarom of er op de gemeentelijke begraafplaatsen in Altena naast de bestaande oorlogsgraven nog andere graven en gedenktekens zijn die een bijzondere betekenis hebben. Dat kan zijn vanwege de persoon die er in ligt begraven (cultuurhistorisch) of vanwege de kunsthistorische of funerair-historische waarde van het gedenkteken. We voeren dit onderzoek uit samen met lokale historische verenigingen en Terebinth (Stichting voor funerair erfgoed). Het onderzoek leidt tot eenmalige kosten in 2021.

Op basis van de resultaten van het onderzoek neemt het college een besluit welke graven of gedenktekens we om deze redenen mogelijk willen behouden. Het college stelt een lijst op van deze graven. Op het moment dat deze graven voor ruimen in aanmerking komen besluit het college over het behoud van deze graven of gedenktekens. Het aantal te behouden graven zal naar verwachting niet zodanig groot zijn dat het tot capaciteitsproblemen leidt. In sommige gevallen kunnen we er voor kiezen om te behouden gedenktekens te verplaatsen naar een plek buiten de grafvelden als dat vanwege de heruitgifte van het graf of herinrichting van het grafveld wenselijk is.

De te behouden gedenktekens worden na beëindiging van het grafrecht eigendom van de gemeente. De gemeente is daardoor verantwoordelijk voor het onderhoud van deze graven of gedenktekens. Het voorstel is om hiervoor jaarlijks een vastgesteld bedrag beschikbaar te stellen voor herstel en onderhoud.

3.4 Nabestaanden onderhouden grafbedekking

Beleidspunt:

  • -

    Gemeente Altena voert vanaf 1 januari 2021 geen onderhoud uit aan grafbedekking op nieuw uit te geven graven of te verlengen graven.

De gedenktekens en andere grafbedekkingen op algemene en particuliere graven met een lopend gebruiks- of grafrecht zijn eigendom van de belanghebbenden en rechthebbenden. Zij zijn verantwoordelijk voor deze graven. Als de grafbedekking schade of letsel veroorzaakt is de belanghebbende of rechthebbende hiervoor aansprakelijk. Op sommige van onze begraafplaatsen voerde de voormalige gemeente Werkendam onderhoudswerkzaamheden uit aan de gedenktekens. We vinden dat nabestaanden zelf verantwoordelijk zijn voor het onderhoud en de toestand van de gedenktekens en beplanting op de graven van hun dierbaren gedurende de uitgiftetermijn. Gemeente Altena voert daarom vanaf 1 januari 2021 geen onderhoud (meer) uit aan grafbedekking op nieuw uit te geven graven of te verlengen graven om te voorkomen dat belanghebbenden of rechthebbenden de aansprakelijkheid bij de gemeente neerleggen. We respecteren lopende overeenkomsten met nabestaanden voor reeds uitgegeven graven in Sleeuwijk en Werkendam.

Vanaf 1 januari 2021 worden er geen nieuwe overeenkomsten afgesloten. Voor de gemeente nemen de kosten en inkomsten (onderhoudsrecht) vanaf dat moment niet verder toe. De komende jaren zullen voor de gemeente de kosten van het onderhoud van de grafbedekkingen geleidelijk afnemen vanwege beëindigingen van lopende grafrechten.

Voor de administratieve verwerking van deze onderhoudsrechten is in het verleden een reserve gevormd. Ontvangsten van het onderhoudsrecht werden in deze reserve gestort. De reserve werd aangewend om de kosten voor het onderhoud van de graven te dekken. Aangezien er geen onderhoudsrecht meer wordt ontvangen, wordt er ook niet meer in de reserve gestort. Voorgesteld wordt om de reserve in stand te houden en aan te wenden voor de kosten die nog moeten worden gemaakt voor het onderhoud van de graven. De doorrekening laat zien dat de afloop hiervan in 2050 plaatsvindt.

Het onderhoud van de grafbedekkingen is medebepalend voor de beeldkwaliteit van de begraafplaatsen. Als het nodig is spreken we nabestaanden erop aan als zij het nalaten de grafbedekking te onderhouden. De beheersverordening biedt daarbij de mogelijkheid om nabestaanden actief aan te schrijven. Daarmee voorkomen we dat de beeldkwaliteit minder wordt.

3.5 Extensievere en groenere inrichting

Beleidspunten:

  • -

    Delen van begraafplaats Borcharenweg in Werkendam en de begraafplaats in Sleeuwijk geven we een groenere, natuurlijkere inrichting.

  • -

    De kosten hiervoor bedragen € 40.000. De jaarlijkse kapitaallasten nemen hierdoor toe met € 2.000. De jaarlijkse onderhoudslasten nemen op termijn toe met € 30.000.

  • -

    We streven naar verduurzaming en meer toekomstgericht maken van het onderhoud.

  • -

    De eenmalige kosten hiervan worden geraamd op € 150.000.

Op begraafplaats Borcharenweg in Werkendam en de begraafplaats in Sleeuwijk is veel ruimte beschikbaar. We benutten deze situatie door op deze begraafplaatsen een gedeelte extensiever en groener in te richten. Deze delen krijgen een natuurlijker karakter waarmee het mogelijk wordt om op deze begraafplaatsen in een natuurlijkere omgeving te begraven. Het leidt tot een effectiever gebruik van de terreinen die nu niet worden gebruikt. We vergroten hiermee de ruimtelijke kwaliteit van de begraafplaats en bieden kansen om extra bijdragen te leveren aan de biodiversiteit van het gebied.

Samen met bewoners, belanghebbenden en de klankbordgroep bekijken we welke wensen en mogelijkheden er zijn om delen van de begraafplaats anders in te richten.

De investeringen in de groene inrichting zijn afhankelijk van de keuzes die hierin worden gemaakt. De jaarlijkse kapitaallasten zullen hierdoor toenemen. Het onderhoud in de huidige situatie bestaat uit het maaien van gras. Na herinrichting zullen daardoor ook de jaarlijkse onderhoudslasten toenemen. We hebben voor beide begraafplaatsen een voorlopige aanname gedaan.

Naast deze twee begraafplaatsen is onderzoek gedaan naar verduurzamen van het onderhoud op alle gemeentelijke begraafplaatsen. Door eenmalig extra budget voor aanpassingen van het onderhoud op de begraafplaatsen in te zetten, wordt op termijn het onderhoud beter uitvoerbaar. Hierbij moet gedacht worden aan omvormen van terreinen die klaarliggen voor toekomstige graven van grasveld naar bijvoorbeeld een bloemenweide of het aanbrengen van een dubbele slijtlaag in huidige grindpaden. Inzetten van deze verbeterpunten leidt tot verhoging van de biodiversiteit en de toegankelijkheid van de begraafplaatsen (door de dubbele slijtlaag wordt een grindpad beter begaanbaar voor rollator of rolstoel). Het onderhoud wordt door deze maatregelen minder intensief (minder onkruid in de grindpaden, minder maaien door omvorming grasvelden). In 2021 zullen de voorstellen uit het onderzoek ingevoerd worden op de gemeentelijke begraafplaatsen waardoor het onderhoud beter uitvoerbaar wordt en de beeldkwaliteit zal toenemen.

4 Behoefte en capaciteit

4.1 Graven ondergronds ruimen om capaciteit te genereren

Beleidspunten:

  • -

    We gaan op deze begraafplaatsen graven ondergronds ruimen op het moment dat er op de begraafplaats op korte termijn opnieuw begraafcapaciteit nodig is.

  • -

    We onderzoeken de mogelijkheden voor het gedenken van overledenen die zijn begraven in een verzamelgraf.

  • -

    De gemiddelde jaarlijkse kosten bedragen € 25.000.

Op de begraafplaatsen Zoetelaarssteeg in Almkerk, Borcharenweg in Werkendam, Rusthof in Wijk en de begraafplaatsen in Andel, Babyloniënbroek, Drongelen, Genderen, Sleeuwijk, en Uitwijk kan tot 2060 in de behoefte worden voorzien. Voorwaarde is dat we tijdig graven ruimen en opnieuw uitgegeven. We gaan op deze begraafplaatsen graven ondergronds ruimen op het moment dat er op de begraafplaats op korte termijn opnieuw begraafcapaciteit nodig is. Stoffelijke resten brengen we bijeen in een verzamelgraf of begraven we opnieuw onderin hetzelfde graf. In het laatste geval spreken we van het ‘schudden’ van een graf. Schudden staan we toe op plaatsen waar dat technisch uitvoerbaar is.

We zorgen ervoor dat op elke begraafplaats waar één of meer verzamelgraven voorkomen één plek is waar nabestaanden de overledenen kunnen gedenken die zijn begraven in de verzamelgraven. We onderzoeken de mogelijkheden voor de vormgeving van deze plek. Daarbij zijn verschillende opties denkbaar zoals een markering met een algemeen monument of een monument met een meer persoonlijk karakter.

Geruimde graven worden opnieuw uitgegeven. We maken zo optimaal gebruik van de aanwezige begraafcapaciteit van een begraafplaats. Voor deze begraafplaatsen betekent dit dat er geen uitbreiding van de begraafcapaciteit nodig is. We streven er naar om grotere aantallen graven tegelijk te ruimen daar waar dat mogelijk is. De frequentie van het ruimen is afhankelijk van de beschikbare capaciteit. Dit verschilt per begraafplaats.

Op de begraafplaatsen aan de Burgemeester H. Blokstraat en ‘t Laantje in Werkendam en het laaggelegen (middelste) deel van begraafplaats de Rusthof in Wijk, waar we geen nieuwe graven meer uitgeven, voeren we in verband met de grondkwaliteit geen ondergrondse ruimingen uit.

Het aantal te ruimen graven verschilt per jaar. De kosten voor ondergronds ruimen zijn hierdoor elk jaar anders. De kosten voor toekomstige ruimingen nemen we structureel op in de exploitatiebegrotingen van de begraafplaatsen. We gaan daarbij uit van gemiddelde jaarlijkse kosten.

De kosten voor het gedenkteken op of nabij de verzamelgraven zijn afhankelijk van de keuzes die daarin gemaakt worden. We hebben hiervoor een stelpost opgenomen in de kosten voor het bovengronds ruimen.

4.2 Herinrichting en uitbreiden begraafcapaciteit

Beleidspunten

  • -

    We realiseren een uitbreiding van de begraafcapaciteit van de begraafplaatsen in Rijswijk, Woudrichem en Veen.

  • -

    We voeren nader onderzoek uit naar de mogelijkheden van uitbreiding van de begraafcapaciteit van de begraafcapaciteit voor Aalburg.

  • -

    De totale investeringen voor de uitbreidingen in Rijswijk, Woudrichem en Veen bedragen € 2.233.660 (prijspeil 2020, incl. btw). De jaarlijkse kapitaallasten nemen daardoor toe met € 70.000. De jaarlijkse onderhoudslasten nemen daardoor toe met € 43.000.

De situatie op begraafplaats Hardenbergh in Veen en de begraafplaatsen in Aalburg, Rijswijk en Woudrichem is kwetsbaar. Een groot deel van de reeds uitgegeven graven is te krap om in de toekomst opnieuw uit te geven. Om dit op te lossen is een herinrichting wenselijk met ruimere afmetingen van graven en paden. Dat betekent dat we gehele grafvelden in één keer aanpakken. Dat kan pas als alle rechten van de graven in het betreffende grafveld zijn verstreken. Tot die tijd moet elders op de begraafplaats voldoende buffercapaciteit beschikbaar zijn. Daarvoor is op deze begraafplaatsen onvoldoende ruimte. Een uitbreiding van de begraafcapaciteit van deze begraafplaatsen is noodzakelijk om tijdelijk over extra buffercapaciteit te beschikken.

Na de toekomstige herinrichting met ruimere afmetingen neemt het aantal graven op deze begraafplaatsen af ten opzichte van de bestaande situatie. De uitbreidingen compenseren tevens het verlies van deze begraafcapaciteit.

Voor de begraafplaatsen in Rijswijk en Woudrichem beginnen we in 2021 met de voorbereidingen voor een uitbreiding met als doel deze allebei in 2023 in gebruik te nemen.

Voor Veen starten we in 2023 met de voorbereiding voor een uitbreiding van de begraafcapaciteit. In Veen is het de bedoeling om de uitbreiding van de begraafcapaciteit in 2026 te gaan gebruiken.

Voor de begraafplaats in Aalburg onderzoeken we in 2021 de haalbaarheid van de mogelijkheid om mensen uit Aalburg voortaan te begraven op begraafplaats Rusthof in Wijk. Medio 2021 vindt besluitvorming plaats.

De investeringen en de daaruit voortkomende jaarlijkse kapitaallasten en onderhoudslasten zijn afhankelijk van de keuzes die worden gemaakt tijdens het voorbereidende traject. In deze fase hebben we de kosten ingeschat op basis van globale ramingen. om deze termijn te overbruggen.

 

Jaar ingebruikname

Investering (incl btw)

Jaarlijkse lasten

 
 
 

Kapitaallasten

Onderhoud

Totaal

Rijswijk

2023

€ 645.000

€ 20.000

€ 13.000

€ 33.000

Woudrichem

2023

€ 740.000

€ 23.000

€ 14.000

€ 37.000

Veen

2026

€ 850.000

€ 27.000

€ 16.000

€ 43.000

Aalburg

-

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

5 Financiën

5.1 Tarieven

Beleidspunten:

  • -

    We kiezen voor betaalbare tarieven die vergelijkbaar zijn met de tarieven in de omliggende gemeenten.

  • -

    Kwaliteit is belangrijk. Kostendekking is niet leidend in het beheer van onze begraafplaatsen.

We kiezen voor uniforme tarieven voor alle begraafplaatsen. De nieuwe tarieven zijn gebaseerd op een gewogen gemiddelde van huidige tarieven van de drie voormalige gemeenten. Bijlage 2 bevat de tarievenlijst.

We gaan uit van een hoge prioriteit voor kwaliteit. Kostendekking is niet leidend.

Het uitgangspunt is dat tarieven betaalbaar zijn. Met betaalbare tarieven nemen we de tarieven in de omliggende gemeenten als referentie. De hoogte van de nieuwe tarieven is vergelijkbaar met omliggende gemeenten. In de onderstaande grafieken vergelijken we de nieuwe tarieven (2021) met de tarieven in de regio (2020) aan de hand van de kosten voor nabestaanden bij de ingebruikname van een particulier graf voor 30 jaar. Daar waar andere termijnen worden toegepast zijn de kosten omgerekend naar een termijn van 30 jaar. In de praktijk betekent dat bij een aantal gemeenten de vermelde kosten ook de kosten voor verlengen zijn meegenomen.

afbeelding binnen de regeling

Onderstaand is een vergelijking weergegeven van de nieuwe tarieven van Altena (2021) van een algemeen graf met de tarieven in de regio (2019). In deze vergelijking worden de werkelijke uitgiftetermijnen vermeld4.

afbeelding binnen de regeling

Door ook de keuze voor een particulier graf voor 10 jaar mogelijk te maken (zie 2.1.2.) zijn de kosten voor de nabestaanden voor begraven in een particulier graf lager dan in de huidige situatie. De gemeente Altena biedt daarmee reële alternatieven voor cremeren.

We gaan er vanuit dat met deze tarieven de baten in 2021 gelijk blijven ten opzichte van 2019.

5.2 Kosten

Onderstaand schema geeft een samenvattend totaaloverzicht van alle geraamde kosten van de voorstellen.

Kosten inclusief btw, prijspeil 2020

Onderwerp

 

Investering

Eenmalige kosten

Jaarlijkse kosten

2.4

Asbestemmingen

 
 
 
 
 
 
 
  • -

    aanleg 10 urnenmuren

2022-2024

 

€ 150.000

 
 

€ 6.600

2.5

Dienstverlening tijdens uitvaart

 
 
 
 
 
 
 
  • -

    besparing personele kosten (doorbelasting)

2021

 
 
 
 

€ -7.500

3.2

Verwijdering gedenktekens na beëindiging grafrecht

 
 
 
 
  • -

    inhaalslag

2021

 
 

€ 25.000

 
 
 
  • -

    structureel gemiddelde jaarlijkse kosten

2021

 
 
 
 

€ 15.000

3.3

Historisch waardevolle graven

 
 
 
 
 
 
 
  • -

    onderzoek

2021

 
 

€ 20.000

 
 
 
  • -

    stelpost jaarlijkse onderhoudskosten

2022

 
 
 
 

€ 20.000

3.5

Extensievere en groenere inrichting

 
 
 
 
 
 
 
  • -

    investering

2021

2021

€ 40.000

 
 

€ 2.000

 
  • -

    toename onderhoudkosten

2022

 
 
 
 

€ 30.000

4.1

Ondergronds ruimen

 
 
 
 
 
 
 
  • -

    gemiddelde jaarlijkse kosten

2021

 
 
 
 

€ 25.000

4.2

Herinrichten en uitbreiden

 
 

€ 2.233.660

 
 

€ 113.000

 

Uitbreiding Rijswijk

2023

€ 645.000

 
 

€ 33.000

 
 

Uitbreiding Veen

2026

€ 740.000

 
 

€ 37.000

 
 

Uitbreiding Woudrichem

2023

€ 850.000

 
 

€ 43.000

 
 

Nieuwe begraafpl. Aalburg

 

€ 0

 
 

€ 0

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Totaal

 
 

€ 2.423.660

€ 45.000

 

€ 204.100

Kosten inclusief btw, prijspeil 2020

5.3 Begroting

Bovenstaande lasten krijgen hun beslag in de gemeentebegroting. Hierbij zijn de onderstaande uitgangspunten gehanteerd:

  • -

    In 2021 wordt gestart met het boven- en ondergronds ruimen. Dan wordt eveneens het onderzoek naar historische graven uitgevoerd.

  • -

    De inhaalslag als het gaat om bovengronds ruimen vindt plaats in 2022 en 2023.

  • -

    De uitbreidingen van de begraafplaatsen te Rijswijk en Woudrichem zijn in 2022 afgerond, zodat de nieuwe capaciteit in 2023 kan worden benut.

  • -

    De kapitaallasten zijn berekend op grond van de nota waarderen en afschrijven Altena 2019 (annuïtair, 30 jaar).

  • -

    Conform de nota waarderen en afschrijven Altena 2019 landt de eerste kapitaallast in het eerstvolgende jaar na oplevering van de extra capaciteit, te weten 2023.

  • -

    De uitbreiding van de begraafplaats te Veen is afgerond in 2025, zodat de extra capaciteit in 2026 kan worden benut.

  • -

    Conform de nota waarderen en afschrijven landt de eerste kapitaallast in het eerstvolgende jaar na oplevering van de extra capaciteit, te weten 2026.

  • -

    De begraafplaats te Aalburg wordt niet uitgebreid. Hiervoor wordt de reeds aanwezige capaciteit van de begraafplaats te Wijk (Rusthof) benut.

  • -

    Op grond van nieuwe regels van het BBV mogen de kosten voor het ruimen van graven niet langer als investering worden gezien. Deze kosten drukken dus rechtstreeks op de exploitatie.

  • -

    Het onderhoud groen wordt toegerekend aan tarieven voor begraafplaatsen en begraven.

  • -

    In 2021 wordt het groen op de gemeentelijke begraafplaatsen verduurzaamd. Met deze verduurzaming krijgen de begraafplaatsen een uitstraling op beeldkwaliteit A. De kosten voor deze verduurzaming worden geraamd op € 150.000. Deze lasten worden conform de nota waarderen en afschrijven Altena 2019 geactiveerd en afgeschreven. De jaarlijkse kapitaallast bedraagt € 5.300.

  • -

    De overhead wordt aan de begraafplaatsen toegerekend conform de systematiek die met ingang van de begroting 2019 wordt gehanteerd.

Een deel van de graven op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt onderhouden door de gemeente. Hiervoor wordt via de tarieven een vergoeding in rekening gebracht. Met ingang van 2021 stopt de gemeente met het onderhouden van graven. Er wordt dan ook geen vergoeding meer in rekening gebracht. Bestaande afspraken met nabestaanden worden gerespecteerd. Dit houdt in dat waar afspraken zijn gemaakt het onderhoud gecontinueerd wordt totdat de overeengekomen termijn is verstreken.

De ontvangen vergoedingen (via het in rekening gebrachte tarief) zijn tot 2021 gestort in een specifieke reserve. Deze reserve is vervolgens aangewend om de kosten voor het jaarlijkse onderhoud van de graven te dekken.

De specifieke reserve wordt voor dit doel gehandhaafd en als dekking voor de aflopende jaarlijkse onderhoudslasten aangewend. Er vindt vanaf 2021 geen storting meer plaats in de reserve. Dit leidt tot een voordeel van € 118.000. De doorrekening laat zien dat in 2050 de laatste onderhoudslasten zullen plaatsvinden en daarmee ook de laatste onttrekking. Op dat moment is de reserve ook leeg.

In het nu voorliggende beleidskader zijn de volgende investeringen opgenomen:

afbeelding binnen de regeling

Met inachtneming van de bovenstaande uitgangspunten ontstaat het onderstaande beeld voor de begrotingsperiode 2020-2024. In de bijlagen is het beeld voor de komende 60 jaren weergegeven:

afbeelding binnen de regeling

Hierbij dient te worden opgemerkt dat er in de bovenstaande kostenopzet een aantal variabelen zijn opgenomen, die kunnen leiden tot afwijkingen in deze opzet. Deze variabelen hebben betrekking op de onderstaande onderdelen:

  • -

    Op grond van het BBV moet jaarlijks bij de begroting het renteomslagpercentage opnieuw worden berekend. Dit kan leiden tot aanpassingen van de kapitaallasten. Het rentepercentage dat bij de bovenstaande opzet is gehanteerd bedraagt 0,5%;

  • -

    Er zullen over de jaren wijzigingen in de loonkosten plaatsvinden. Deze wijzigingen kunnen tot afwijkingen leiden;

  • -

    Tot slot kunnen er aanpassingen in de toe te rekenen overheadkosten plaatsvinden die nu nog niet te voorzien zijn. Logischerwijs zullen ook deze aanpassingen tot afwijkingen ten opzichte van bovenstaande opzet leiden.

Ondertekening

Bijlage 1.

Overzicht gemeentelijke begraafplaatsen

 

Actief in gebruik

Alleen bijzettingen

gemeentelijke begraafplaats Aalburg, Schoolstraat, Wijk en Aalburg;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Andel, Neer Andelse weg, Andel;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Babyloniënbroek, Broeksestraat, Babyloniënbroek;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Borcharenweg, Werkendam;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Burgemeester H. Blokstraat, Almkerk;

 

x

gemeentelijke begraafplaats Drongelen, Gansoijen, Drongelen;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Genderen, Nieuwe Steeg, Genderen;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Hardenbergh, Veen;

x

 

gemeentelijke begraafplaats ‘t Laantje, Werkendam;

 

x

gemeentelijke begraafplaats Rijswijk, Veldweg, Rijswijk;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Rusthof, Veldstraat, Wijk en Aalburg;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Sleeuwijk, Kerkeinde, Sleeuwijk;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Uitwijk, Hoefpad, Uitwijk;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Witboomstraat, Veen;

 

x#_ftn15

gemeentelijke begraafplaats Woudrichem, Burgemeester van der Lelystraat, Woudrichem;

x

 

gemeentelijke begraafplaats Zoetelaarssteeg, Almkerk.

x

 

   

Bijlage 2.

Tarieventabel behorende bij de Verordening lijkbezorgingrechten 2021

Hoofdstuk 1. Verlenen van rechten op particuliere graven

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier enkeldiep graf, voor een periode van 10 jaar, wordt geheven:

 
 

1.1.1

waarin begraven het lijk van een persoon van 18 jaar en ouder

874,00

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier enkeldiep graf, voor een periode van 30 jaar, wordt geheven:

 
 

1.2.1

waarin begraven het lijk van een persoon van 18 jaar en ouder

2.539,00

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier dubbeldiep graf of een particulier dubbelgraf, voor een periode van 10 jaar, wordt geheven:

979,00

1.4

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier dubbeldiep graf of een particulier dubbelgraf, voor een periode van 30 jaar, wordt geheven:

2.856,00

1.5

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier enkeldiep kindergraf, voor een periode van 50 jaar, wordt geheven:

 
 

1.5.1

waarin begraven het lijk van een levenloos geboren kind

329,00

1.5.2

waarin begraven het lijk van een kind beneden 1 jaar

384,00

1.5.3

waarin begraven het lijk van een kind van 1 tot 18 jaar

541,00

1.6

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier enkeldiep kindergraf, voor een periode van 100 jaar, wordt geheven:

 
 

1.6.1

waarin begraven het lijk van een levenloos geboren kind

906,00

1.6.2

waarin begraven het lijk van een kind beneden 1 jaar

1.069,00

1.6.3

waarin begraven het lijk van een kind van 1 tot 18 jaar

1.540,00

1.7

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier urnengraf, voor een periode van 10 jaar, wordt geheven:

 
 

1.7.1

waarin bijgezet een asbus of een urn van een levenloos geboren kind

337,00

1.7.2

waarin bijgezet een asbus of een urn van een kind beneden 1 jaar

391,00

1.7.3

waarin bijgezet een asbus of een urn van een kind van 1 tot 18 jaar

548,00

1.7.4

waarin bijgezet een asbus of een urn van een persoon van 18 jaar en ouder

703,00

Hoofdstuk 2. Verlengen van uitsluitend recht

2.1

De rechten zoals bedoeld in hoofdstuk 1 kunnen op schriftelijk verzoek verlengd worden, uitsluitend in periodes van 10 of 20 jaar. Voor een verlenging met 10 jaar geldt het dan geldende tarief voor 10 jaar zoals bedoeld in hoofdstuk 1 voor het betreffende particuliere graf en voor 20 jaar het dubbele daarvan

 
 

2.2

De wettelijke grafrust is 10 jaar. Indien binnen de laatste 10 jaar van de grafrusttermijn een bijzetting plaatsvindt, is verlenging van de periode noodzakelijk. Het recht bedraagt 1/10 van het dan geldende tienjaartarief voor het uitsluitend recht, per jaar waarover de verlenging plaatsvindt.

 
 

Hoofdstuk 3. Gebruiksrecht algemeen graf

3.1

Voor het gebruik van een algemeen graf, voor een periode van 10 jaar, wordt geheven:

 
 

3.1.1

waarin begraven het lijk van een levenloos geboren kind

301,00

3.1.2

waarin begraven het lijk van een kind beneden 1 jaar

349,00

3.1.3

waarin begraven het lijk van een kind van 1 tot 18 jaar  

491,00

3.1.4

waarin begraven het lijk van een persoon van 18 jaar en ouder

791,00

Hoofdstuk 4. Begraven

4.1

Voor het begraven van het lijk van een levenloos geboren kind wordt geheven

 
 

4.1.1

in een particulier graf

254,00

4.1.2

in een grafkelder

254,00

4.1.3

in een algemeen graf

254,00

4.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 1 jaar wordt geheven

 
 

4.2.1

in een particulier graf

311,00

4.2.2

in een grafkelder

311,00

4.2.3

in een algemeen graf

311,00

4.3

Voor het begraven van een lijk van een kind van 1 tot 18 jaar wordt geheven

 
 

4.3.1

in een particulier graf

620,00

4.3.2

in een grafkelder

620,00

4.3.3

in een algemeen graf

620,00

4.4

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 18 jaar of ouder wordt geheven:

 
 

4.4.1

in een particulier graf

1.052,00

4.4.2

in een grafkelder

1.052,00

4.4.3

in een algemeen graf

1.052,00

4.5

Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht bedoeld in 4.1, 4.2, 4.3 en 4.4 verhoogd met 25%

 
 

4.6

Onder buitengewone uren worden verstaan werkdagen vóór 9.00 uur of na 16.00 uur.

 
 

Hoofdstuk 5. Bijzetten van asbussen en urnen

5.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn van een levenloos geboren kind wordt geheven:

 
 

5.1.1

in een particulier graf of particulier urnengraf

226,00

5.1.2

In een grafkelder

226,00

5.1.3

in een algemeen urnengraf

226,00

5.2

Voor het bijzetten van een asbus of urn van een

kind beneden 1 jaar wordt geheven:

 
 

5.2.1

in een particulier graf of particulier urnengraf

282,00

5.2.2

in een grafkelder

282,00

5.2.3

in een algemeen urnengraf

282,00

5.3

Voor het bijzetten van een asbus of urn van een

kind tussen 1 en 18 jaar wordt geheven:

 
 

5.3.1

in een particulier graf of particulier urnengraf

447,00

5.3.2

in een grafkelder

447,00

5.3.3

in een algemeen urnengraf

447,00

5.4

Voor het bijzetten van een asbus of urn van een

persoon van 18 jaar of ouder wordt geheven:

 
 

5.4.1

in een particulier graf of particulier urnengraf

614,00

5.4.2

in een grafkelder

614,00

5.4.3

in een algemeen urnengraf

614,00

Hoofdstuk 6. Grafkelder

6.1

Voor de aanschaf van een eerder gebruikte kelder,

indien in voorkomend geval bruikbaar, wordt geheven

1.200,00

Hoofdstuk 7. Opgraven, ruimen of verstrooien

7.1

Voor het opgraven van een lijk of de overblijfselen

van een lijk wordt geheven

782,00

7.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven

in hetzelfde graf wordt geheven

678,00

7.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander

particulier graf op dezelfde begraafplaats wordt geheven

961,00

7.4

Voor het opgraven of verwijderen van een

asbus wordt geheven

548,00

7.5

Bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt

geheven

578,00

7.6

Voor het ruimen (schudden) van een graf op verzoek van

de belanghebbende wordt geheven

782,00

7.7

Voor het verstrooien van as per asbus op een

Permanent daartoe bestemd terrein wordt geheven

385,00


Noot
1

Verandering van algemeen graf naar particulier graf kan alleen nog door opgraven van de stoffelijke resten uit het algemeen graf en herbegraven in een particulier graf elders op de begraafplaats.

Noot
2

Dit geldt ook voor kinderen die zijn geboren na een zwangerschap korter dan 24 weken, waarvoor de Wet op de lijkbezorging niet van toepassing is.

Noot
3

De mogelijkheden en beperkingen voor het verstrooien van as in de openbare ruimte leggen we vast in de APV.

Noot
4

Dat is gedaan omdat belanghebbenden van algemene graven geen keuze hebben in uiteindelijke termijnen omdat algemene graven niet worden verlengd.

Noot
5

Op langere termijn (ca. 2050) wordt deze begraafplaats weer opnieuw in gebruik genomen voor uitgifte van nieuwe graven nadat lopende grafrechten zijn beëindigd.